Donderdag 14 December 1899 5 centiemen per nummer. 54ste Jaar 3425 HEID VAN DEN SCHOUT, Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. Oorlog in Transvaal. D E LANDBOUW. DE DRANKWET. Reschuldigingeu van kinderen. DE DENDER BODE. Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder dagteekening van den volgenden dag. - De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frank; met de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden; fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving •indigt met 31 December. De onkosten der kwitanties door de Post ont vangen zijn ten laste van den schuldenaar Men schrijft in bij O. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, N. 31, sn in alle Postkantoren des hands Guique sunn Eer «lrukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00Vonniste op 3' bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk legen cIod <lijn8dag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten Bureel» van dit blad. ▲•1st, 13 December 1899. De joden hebben altijd bet gulden kalf aanbeden. Niet alleen 'bleef het 'i voor werp hunner gestadige aanbidding maar bet ia ook hunne kracht geworden om de christene volkeren te bestrijden. Dank aan bet goud dat ze hij gamebe wagenvrachten hebben opgehoopt, op alle mogelijke wijzen, de oneerlijkste 't meeat, zijn ze bij machte om hunnen rassenhaat tegen de christenen nagenoeg teugelloos bot te vieren. Op 't oogecblik zijn de Boeren van Transvaal aan de beurt. De Boeren hebben zich door wonderen van heldenmoed vrijgevochten van de Engelsche heerschappij. Engeland ver slagen had de onafhankelijkheid van Transvaal moeten erkennen, maar neen, de slokzucht van dejoodsche giijpvogels gedoogde het niet. De Transvalers leefden gelukkig en te vrede. De onafmetelijke weiden en lauderijen die zij door hunnen arbeid vruchtbaar hebben gemaakt en met hun bloed be- ■prenkeld, leveren hun al do noodwen digheden van 't leven en 't genot van de vrye natuur. Maar ongelukkiglijk iu hunneu bodem bestaan er ook aders rijk aan goudstof. Die goudstof waar zij zich uit verach ting Diet om bekommeren, werd door de EDgelscbe joden bemachtigd. In talrijke gelederen vielen de Engel sche joden in Transvaal on weldra wer den er machtige maatschappijen onder joodsche bescherming geslicht met de Europeesche spaarpenningen. In den beginne lukten die maatschap pyen niet al te wel niettegenstaande de goede inrichting en de volmaakste werktui gen die men gebruikte. De speculatie kwam er ook tusschen en toen de actiën bijna op 0 waren gedaald, kochten de jo den ze overal op. Zij kenden de waarde der goudaders en, meesters bijna voor niets van de maatschappijen, begonnen zy de uitdelving. Nu, dat bevredigde hunne slokzucht niet. De Transvaalscbe regeering stond hun in den weg. Zij vreesden dat zij zouden moeten deelen met de bezitters van den grond, dat zy nietgansch meester zouden wezen van do goudmijnen. En daarom moet Trausvaal eene En gelsche bezitting worden. Daarom oorlog, daarom moet het chris tenen bloed bij beken stroomen.... En stroomen zal het De Eogelsehe hardnekkigheid en de beldeumoed der Boeren zullen het verwekk«m.... Ia al dc landen van Europa gaat thans eene vermaledijdende vloek op tegen de En- gelscheo. De zegepralen der Boeren wor den overal geestdrifiig toegejuicht. Men roemt hunnen heldenmoed. Men wenscht bunnen eindelijken triomf... Maar zullen de Boeren het kunnen vol houden tegen de overmacht der Engel- scben?.,. zullen zij eindelijk niet over wonnen worden Ziedaar do vragen die met vrees en angst door velen gesteld worden.... Liat ons de hoop koesteren dat de B.iereu den heldenmoed zullen blijven bewaren die hun de reeds bekomene zegepralen be zorgde en zoo eindelyk tot ae verlossing geraken E MARLITT. (NA VERTELD Gezondheidstoestand der huisdie ren gedurende de tweede helft der maand November. Van kwadedroes of snot- ziekte werden 7 gevallen vastgesteld. Het mond- en kluuwzeer is sterk afnemend in West-Vlaanderen. Ziehier overigens het getal besmette erven in de verschillende proviociëu des lands. Provinciën Gemeenten Besmet, erven Brabant 10 31 West-Vlaanderen 13 17 Oost-Vlaaoderen 23 37 Henegouwen 27 43 Luik 3 8 Luxemburg 35 129 Namen 12 18 Io de provincie Antwerpen werd slechts een stal besmet terwijl de provincie Lim burg geheel eu al van de ziekte ver schoond is gebleven. Van koolziekto met doodelijke afloop stelde de veeartsenykuu-lige dienst 30 ge vallen vast waarvau 20 gevallen onder bacteridiaanschen en 10 onder bacte- riaauscbcn vorm. Volgens wij vernemen, komen de heng- stenhou-lers der provincie Namen zater dag 16 december bijeen om tot do stich ting van eene dergelijke maatschappij te besluiten. Verder is er sprank, binnen korte we ken, te Sint-Truiden, met hetzelfde doel eeue bijeenkomst der hengstenhouders te beleggen. Gaat die beweging aldus voort, dnn zal met de aanstaande keuringen bijna iedere provincie eene onderlinge verzekering der goedgekeurde hengsten bezitten. Uitvoer van landbouw voortbreng selen.Wij herinneren ouzo lez.-rs dat er ten kantoor voor inlichtiugen betref- fende den uitvoer van landbouwvoort- brengselen door hot Ministerie van Landbouw ingericht is, te Brussel, nr 17, Augustijnenstraat. Men kan er zich schriftelijk eu beter uog mondelings toe lichten. Onderlinge verzeke ring. De hengsten houders der provincie Luik zijn bijeengekomen, om de grondslagen te leggen cener maatschappij van onderlinge verzekering der hengsten, welke in deze provincie, tot den openba ren springdienst toegelaten zijn. Ongeveer 70 eigenaars van hengsten woonden de vergadering bij en gingen over tot het stichten der maatschappij, die dijusdag laatsteden hare werkzaamhe den reeds begonnen heeft. Ik hob eene dringende boodsohap voor u, ging zij voort. Maar eerst moet gij wat lekkers hebben, viel sy zichielven in de rede en baalde nit hare mand een broodje, dat zij hem aanbood. Ik heb vandaag gebakken, en het baksel is zoo goed uitgevallen, dat gij er ook moet van proeven. Dat ben ik nn ook al te boven, Frite, en nu lach ik om den angst, waarmee ik voor 't eerst met geheel onge oefende handen bet deeg kneedde en eindelijk een paar steenharde, zwarte klompen uit den oven haalde. Ja, toen was het weenen geen gebrek, b|j al uwe standvastigheid,zegde de jonkman met een goedhartigen glimlach. Hij legde bet broodje op den rand van het venster, maar zag daarbij het meisje aan. Alweer? Naar den jood of naar den goudsmid vrceg hij zonder omwegen, in •lk geval mat het oog op de boodschap. -- Ach, gij west zelf bet best, dat wij bij den goudsmid niet meer kunnen aankloppen, gij moet naar den jood. Voor overmorgen moeten er acht thaler zijn. De man krabde zich wanhopig achter bet oor. Ja, Frits, wat zal ik u zeggen Wij heb ben opgepast, bijna als gendarmen, en toch is het zoo'n commis voyageur gelukt, onge zien binnen te dringen en twee kisjes fijne sigaren in het huis te smokkelen Zij zijn schier alle opgerookt en nu komen de reke ningen en maanbrieven, en vandaag werd met onmiddellijkke aanklacht by hot gerecht gedreigd. Goede God, 't is om zijn geduld te ver liezen, als men ziet,dat er maar wordt voort geleefd, alsof de geldzaken nog vol waren. Eene treurige uitdrukking vertoonde zich om dea mond van het meisje. Kunnen wij het veranderen, Frits Zij glimlachte flauw. Gij zit iedere minnnt, die gij vrij hebt, met den neus in uwe boeken over natuurwetenschap en weet niet eens, dat bet water altijd van den beginne der tijden af niet tegen den berg op wilde ouderdom kan van zijne gewoon ten geen afstand doen en zijne neigingen bly- ven hem by. Maar zulk een onvergeeflijke lichtzin nigheid bij zulk een ouden heer. Stil 1 viel zy driftig en met eene gebie dende beweging in. Het voegt ons niet hem te beoonleelen wij mogen enkel ïan zijne goedheid en zijne zorgen denken. Hier zy rolde da kant uiteen is nog een stuk van Te Gent is door herbergiers en andere belanghebbenden eene beweging begon nen, tot oudersteuning ran het voorstel Maenhout, strekkende tot afechaffiug dor vergunningswet en de vervanging ervan i door eene wet, welke aan alle drankver- - koopers een gelijken taks oplegt. Krachtens dit voorstel zou 't vergun ningsrecht tot op 75 fr. verminderd wor den, maar zoowel degenen treffou, die enkr-1 bier verkoopen, als die welke j ene - ner scheuken. Eone vergadering had woensdag plaats, waarop 150 belanghebbendsn aanwezig waren, alsook M. Maenhout. Er zijn te Gent, zegt het vertoog van den secretaris des bonds 3305 herbergen, waarvau 337 het vergunningsrecht beta len. Opbrengst voor de Staatskas 67,400 frauken. Met een middelmatig recht van 75 fr. door allen betaald, zou er 250,000 fr. in de kas komen. - Zelfs als er een 100 tal herbergen zouden vallen, dan zou er uog 150,000 fr. in de. Staatskas komen, en 't getal herber gen zou verminderen, wat door de wet beoogd werd. M. Maenhout, op zijne beurt het woord nemende, zegde Het doel door de bestaande wet be oogd was goed: het verbruik van sterken drank vormiuderen. Doch 't was onmoge lijk ze goed toe te passen en daarmee is !het verbruik van jenever vermeerderd, in plaats van verminderd. De wet afschaffen zal men niet kun nen bekomen; dat men dus alle herber giers doe betalen eD dat op voorhand. - M. Maenhout doet vervolgens het wetsoutwerp uiteen, dat door hem inge- !diend en dat de vergunningswet wijzigt. - Allo herbergiers tonden betaieu, maar het recht zou met de helft vormin- derd worden. - Het ware ook goed dat het vergun- f ningsrecht het verkoopen van tabak en sigaren toeliet. - M. de Volksvertegenwoordiger geeft vervolgeus eeuige wenken om de bewe ging leven bij te zetteu en het doel te bereiken. De Antwerpsehe herbergiorabond keurt het wetsontwerp goed. M. de minister do Smet-de Naeyer treedt het beginsel der uitbreiding van het vergunningsrecht bij. Een ander spreker betoogt dat het niet mogelijk is, de drankverkoopers in klas sen te verdeelen. De kleine kroegen ver koopen soms meer dan de groote koffie huizen. Hot lijdt geen twijfel of de beweging, dooi- de Gentsche herbergiers begonnen, zal iu andere steden bytreding vinden. i, kostbare oade kant. Er is mij verze kerd, dat het op zijn minst twintig thaler weerd is maar van Baruch Mendel moge wij niet meer dau de helft van den prijs wachten. Zou hij dergelijke dingen wel koopen sprak de man, met een ongeloovigen oogslag naar het weefsel, dat op het oog weinig weer de scheen te hebben. De twee zijden kleereu en de shal heeft hij wel gekocht maar zulk vodderig goedje Ik donk, dat hij mij uit zal lachen. Liever nog een paar zilveren lepels, vind ik, Do leste sprak het meisje veroutweer- digd. Waar denkt gij aau Moet ik haar een tiunenlepel naast de teiloor leggen Dut ge beurt niet zoo lang ik eeue band kan uit steken! Gij begrijpt dat zóó niet, Frits, ver volgde zij kalmer, terwijl zy de kant op vouwde en hem die toereikte. Ga gerust naar den jood, hij weet even goed de weerde van kant als van goud.... Hebt gij morgen tijd i misschien zelf iets in de stad te doen Als had ik geen tijd, dun moest hij ge vonden worden gij weet. Ja, ik weet, dat gij een goed, braaf inen8ch zijt. Deze eenvoudige, maar op innigen toon uitgesproken lof sclieeu hem verlegen ta ma- keu. Hij nam met eene liukscbe beweging de klak af en trok aan de koperen plaat met bet grafelijk wapen. Men is op het oagenblik bezig met het afbakenen vam den spoorweg, zegde bij, om Hoe menigmaal reeds hebben de libe rale scribouten riemen papier beklad om te bliksemen en te uoaderen tegen catho- lieke en geestelijke onderwijzers die door hunne leerlingen soms van zeer ernstige mis laden worden beschuldigd. Naar aanleiding der dood van een kind dat beweerde door zijnen onderwijzer mishandeld to zijn geweest, verscheen dezer laatste dagen in een liberaal orgaan 't volgende schrijven Er kan niet genoeg op gedrukt worden, hoe voorzichtig men zijn moet met het geen door kinderen wordt verteld, van '^en lljarigen knaap, die te Capellen-ten-Bosch in 't pensionaat was, is daar om ous gezegde to staven. Ziedaar een knaap, die doodelijk ziek valt; zijn ouders worden per telegram ge- roepeu, en hij vertelt ginder aan vader eu moeder dat de booze meester hom stokslagen op het hoofd heeft gegeveu, dat bij 's nachts niet slapen kon, onvry- willig gerucht maakte en dan weeral slagen had gekregen, omdat hij, zooge zegd, de andere kinderen wakker maakte. eene andere wending aan het gesprek te geven. Ja, en gy kunt denken, dat het by ons niet weinig stormde. Het was toch een onge luksdag. Zy zweeg en beet zich op de onder lip. Ik wil het wel gelooven. Maar het is toch besp 'ttelijk, dat. de oude beer om zich die zaak altijd zoo driftig maakt. Het moest hem eigenlijk hetzelfde zijn, by beleeft bet toch niet, dat de rails door het hof van de pachthoeve loopen, of de lokomotief om den boek van het buis snort. De nieuwe beer van het goed zal wel spoedig opruiming houden, en, hij is in zijn zijn recht. Ja, iu zijn volle recht 1 bevestigde zy op tamelijk barsohen toon, terwijl zij de schouders ophaalde wat geeft hy om de onde betrekking - Och ja, wat rraagt zoo'n jonge wildvang r eene oude vriendschap, waarvan hy nooit iets gezien heeft I Men kau het hom niet kwalijk nemen Ik heb hem gisteren in hel voorbijgaan gezien, een knap man met een deftig voorkomen en friBch en gezond. Hij schijnt iets kortsaf te hebben, iets wat de heeren van den geldzak nog meer over zich hebben dan die van den adeldie toon ken ik uit den tijd, toen ik officiers-oppasser was. Hij stond met den pachter Griebel aan den houtzaagmolen, dien hij wil laten ver bouwen, nn, die is versleten genoeg. Het meisje wendde zich af, als luisterde zij nauwelijks naaf hetgeen Frits tegde zij Dat vertelsel wordt onderweg door dien zelfden leerling herhaald, en te huis bij zijn ouders komt hij Dog eens met dezelfde beschuldigiugeD voor den dag. Het gerecht wordt verwittigd, een on derzoek begint; een ongelooflye opschud ding heeft plaats; de gazetten roepen moord en brand heel kolommen bijzon derheden over die gruwelijke mishand»- lingeu worden afgekondigd; men maakt alle bedenkingen en beschouwingen over dio erge feiten, en men maakt vergelij kingen tusschen geestelijke en wereldlijke scholen, kortom, men gaat te werk alsof alle wereldlijke onderwijzers halve moor- deuaars waren. De lijkschouwing werd gedaan, en deze wijst aan dat er geene sporen van mis handelingen zijn, dat het kind een natuur lijken dood is gestorven. Slotsom van deze historie: Een onder wijzer in schromelijke verdenking ge bracht, oen gansch onderwijzersgesticht in opspraak en aan zedelijken en stoffe- lijken knak blootgesteld. Eu dat alles, omdat men onvoorwaardelijk aan den praat van een kind geloof heeft geslagen. Ondervraag de personen, die zich met het onderwijs bezighouden; zij zullen u dingen vertellen, die u ongelooflijk, totaal oumogelijk zullen toeschijnen, en welke nochtaos de echte en onvervalschte waarheid zijn. - Liegen dat men hot zelf gelooft - die spreuk moet bijzonder op kinderen toegepast worden. Niet alleen in onderwijskwesties maar ook in rechterlijke zaken moet men uiterst voorzichtig wezen op getuigenissen van kinderen. Men heeft porsoueu zien ver- oordeelen op de verklaringen van kinde ren, en later bevonden, dat die verkla ringen verzinsels waren van eerst tot laatst, voor voor tot achter. Ia het geval waarvan kwestie is heb ben vele dagbladon een gratis lesje gekre gen: hoe gevaarlijk hot is, aan praat van kinderen te gelooven. Het weze hun een vingerwenk voor de toekomst. Bemerken wij dat als het kindoren geldt die iu een catholiek of geestelyk ,,.r UI geesiüjyifc gesticht verblijven, dan zijn volgens de liberale scribenten, de beschuldigingen 'lie ze uiten altijd waarheid als waren het ■.v, .v uiicu aiuju naarueiu ais waren nee de dwaaste uitvindsels die men bedenken kan I... Gelukkige uitvinder. M. Mar- coui, de uitvinder van het telegrafeeren zonder draad, heeft zyne uitvinding aan de Amerikanen verkocht, voor de klei nigheid van 50 millioen. Proficiat 1 m dien nam den witten doek van de bank, c wéér over het hoofd te slaan. Maar het gaat mij toch aan het hart, dat het oude Hertenveld zoo onderstenboven wordt gezet, voegde hij er bij. De pachthoeve staat al niet vaster dan de houtzaagmolen het beste voorwendsel, om korte metten te maken. Dat hij ons, zegde het meisje bits, ter wijl zy driftig de tippen van den doek onder de kin dicht knoopte, dat hij ons op straat zette Het zij zoo laat hem zijnen gang «aan Maar ik kan 's nachts niet slapen als ik er aan denk, waar wij de zieke onder dak zuilen brengen de stem begaf haar. Nu, dat is tooh wel het minste, sprak hij met sijn goedhartigen glimlach op het gebaarde aangezicht. Ziet gij mij voor zoo'n joDgsken aan, dat ik het uitgeteerde, zwakke vrouwtje niet opmijnen arm zou kunnen wegdragen Uren ver wil ik haar dragen, de goede, oude dame, en zij zal niet de miusteu schok iu hare pijolyke ledematen gevoelen. En zoo ver is liet tot hiertoe ook niet. De schoone hoedkamer aau de zuidzyde is zoo groot en licht daar kan haar bed staan en ziet z|i van twee kanten in het groen dat zal haar goed doen. En de onde heer heeft het hier aau het venster ook veel gezelliger dan op de pachthoeve er gaan hier nu en dan nog menschen voorhij - op de pachthoeve ziet hij alleen de leege voorplaats, waar de twee, drie overgebleven kiekens kakelen en krabbelen. (Wenlt voortgezet.)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1899 | | pagina 1