Zondag 26 Augusti 1900
5 centiemen per nummer.
34s* Jaar 3497
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad
GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM.
en 't Arrondissement van Aalst
VADERLAND, TAAL, VRIJHEID.
De Armtierige
aan 't werk.
wr
DE
GIFTMENGSTER.
EENE RECHTBANK
ZONDAGRUST.
Altijd
ijd schooner,
DE DENDERBODE
Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder
dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week
voor de Stad 5 frankmet de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
maanden; fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving
eindigt met 31 December. De onkosten der kwitantiën door de Post ont
vangen zijn ten laste van den schuldenaar.
Men schrijft in bij O. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, N. 31,
en in alle Postkantoren des Lands
Cuique luum.
Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00; Vonnisse op
3* bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij
accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd.
Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den
dijn8dag en vrijdag in den voormiddag.
Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten Bureele
van dit blad
Aalst, 26 Augusti 1900.
Onze armtierige beeft eene zonderlinge
wyze van pennetwist te voeren. Hij be
spreekt met zijn gewone rechtzinnigheid
bet artikel dat wij aan den moord op den
Koning van Italië gewijd hebben eu zegt
De pastoors die Denderbode aaneen-
flansen (aaneenflansen past slechts op
het flauw gezeever van den armtierige
xelf) hebben het weeral gevonden. Indien
Bresci den koning van Italië vermoordde,
deed hij dit enkel om het voorbeeld te
volgen der bewerkers van Italië's eenheid,
om tich te gedragen naar de leerstelsels
van degenendie het erfgoed van St. Pie-
ter hebben ingepalmd.
Wij hebben, armtierige, het geweten
van Bresci niet onderzocht en dus heb
ben wy niet kunnen schrijven met welk
doelwit by gehandeld heeft, en dat dit
doelwit enkel was een ander na te volgen.
Wy zyn overtuigd dat zulke onnoozelaars
slechts te vinden zjjn onder de opstellers
van onzen armtierige.
Wy hebben vastgesteld dat Bresci de
zoo zeer opgehemelde bewerkers van Ita-
lië's eenheid beeft nagevolgd en dat by
in 't plegen zyner misdaad de leerstelsels
beeft in pratijk gesteld die de geuzen hem
hebben ingepompt.
Dat is een feit, een brutaal feit dat als
een kleed van Nessus brandend op de
schouders der geuzery drukt.
Men beeft in de scholen van Italië aan
Bresci geleerd dat Milano een held was,
omdat by Ferdinand, Koning van Napels,
poogde te vermoorden dat het bestuur
van syn land aan de weduwe van dien
meineedipen soldaat een pensioen betaalde
en men hem self een standbeeld beeft
opgericht
En daaruit heeft Bresci gevolgtrekkin
gen afgeleid met eene logiek, die onze
geuzen gedurig met de voeten treden
by beeft bij zich zeiven gedachtMen
heeft mij geleerd dat Milano een held is
en nochtans hij handelde om de 100,000
dukaten te winnen die de Italiaansche
qeuxerij uitloofde om die misdaad te ple-
?en. Hij werkte voor ie eenheid vmn Ita-
iëik, integendeel, ik werk niet met het
lage doel geld te winnen, zelfs de dood
wacht my maar ik handel niet in belaDg
van een land maar van de gebeele
menscbheid.
Ik ben grooter dan Milano.
Dat de armtierige dit eens overwege,
daar sit stof tot overdenken.
Met de rechtzinnigheid dio wij bem
kennen gaat onze geus voort te brallen
Ware PiuelX koning gebleven men
hadde voorwaar nooit van anarchisten en
koningsmoorders hooren spreken.
30* VBRVOLS.
Overigen is zij seer lief jegens ons,
jegens René en my, en gy weet, dat zy bij
zonder veel ran n houdt.
Dat is niet altyd uwe meening geweest.
Dat is waar, maar zy ia ook niet meer
deselfde. Vroeger kon zij my niet lijden en
dacht slechts aan baar zelve, maar de dood
▼an mynen armen vader heeft haar geheel
veranderd. Zy houdt veel van onzen kleinen
jongen en vindt haar geluk slechts by onB.
Bedenk ook, dat wy haar gedeeltelijk ons ge-
lak te danken hebben.
Gy hebt gelijk riep Lachenal, greep
eensklaps op vurige wyze hare hand, bad
haar honderdmaal om vergiffenis en bekende
haar den aiekelyken toestand van zijnen
geest. Den geheelen avond was hy voorko
mend en vriendelijk jegens zyne vrouw.
Doch weinige dagen later verviel hy weer
in dezelfde droevige stemming. Toen hy op
zekeren avond terugkeerde, zag hij mevrouw
de Fairióres, die met handarbeid bezig was
en in gesprek met Gabriëllef Wie op dat
Wil hij ons die onnoozelerij oek op den
rug wrijven
Wy zullen hem echter doen opmerken
dat indien Italië het tooneel niet was ge
weest der ongeboordste ongerechtigheden
dezer eeuw indien men hadde voortge
gaan aaD de kinderen van Italië den Cate
chismus te onderwijzen in plaats van hen
te leeren op welke wijze een plichtsver-
geten soldaat, om 100,000 dukaten te
winnen, een groot man kon wordeD, weer-
dig zijn standbeeld te hebben, wij zeggen
niet dat er alsdan geen anarchisten zou
den geweest zijn maar dat Italië voor
zeker niet het klassiek land der politieke
moordenaars zou zijn geworden.
En nu, waarom mogen wij niet zeggen
dat er geon anarchisten zouden geweest
zijn
Dat gaan we toelichten in twee woorden.
Zoolang er geuzen zijn, zullen er
socialisten en anarchisten komen. Dat is
fataal.
Eon geus in de hooge klasse der samen
leving is socialist, of anarchist op de
lage trede der maatschappij. Een werk
man is geen geu9. Ook ziet men dat er
geeno geuzenwerkliedenpartij bestaat.
Waarom
Omdat uit de princiepen der geuterij,
het volk noodlottigerwijze het socialism
afleidt. In den grond van ons hert dra
gen wij de zucht tot het geluk. Dit geluk
wordt verwezenlijkt, zeggen de catholie-
ken, in een ander leven, maar, tiert de
geus, dit ander leven bestaat niet I In dat
geval, roept het volk, willen wij het geluk
op aarde.
De socialisten hebben gepoogd de
grondtrekken van dien hemel uiteen te
doen.
Dit Eden op aarde moet verwezenlijkt
worden en daartoe moet men middelen
gebruiken. De possibilisten willen dit
door de wetgeving de marxisten door
geweld.
Moeten de marxisten geen anarchist
worden als ze het niet reeds zyn
De vraag is to duidelyk. Onze lezers
hebben er reeds op geantwoord. Eu nu
gy. Armtierige
Krijgsoefeningen. Bericht.
In het opschrift van de poststukken voor
troepen van de 2" en 3' Legerafdeelingen
die deelnemen aan de groote oefeningen
moet, van 25 Augustus tot en met 6 Sep
tember, geene plaats van bestemming
staan. In bet adres geeft men enkel op
het nr van het regiment, het bataljon en
de compagnie (of het nr van de batterij,
het escadron, de kolom, enz.), met de
duidelijk geschreven melding Bestuur
der krijgsoefeningen of *2* Leger af -
deeling of "3" Legeraf deeling.
Eiken dag, neemt het Hoofd van den
postdienst van bet Leger de noodige maat
regelen om die poststukken op de leger
plaatsen dier twee afdeelingen te doen
toekomen.
oogenblik Lachenal gezien had, zon ontsteld
geweest zyn. Zijne oogen schoten vnnr en zijn
voorhoofd fronste zich. Hij ging naar zyne
kamer, waar hij zich opsloot en moest drie
maal ten eten geroepen worden. Aan het
avondeten sprak hij geen enkel woord en ant
woordde zelfs niet op de vriendelijke vragen,
welke de weduwe op hem richtte. Men zon
gedacht hebben dat hij haar niet kende. In
een woord, zyn gedrag tegenover haar was
zeer opvallend en beleedigend.
Gabriëlle was verlegen en pynlijk aange
daan. Mevrouw de Fairières wilde ook onver
schillig schynen, maar men kon duidelyk
zien, dat zij leed, want zij roerde nanwelyks
de spijzen aan. Zy boog haar hoofd om de tra
nen te verbergen, en meermalen zag Gabriëlle
een traan in haar oog glinsteren. Dit krenkte
de jonge Gabriëlle diep sedert lang had me
vrouw de Fairières alles gedaan om het ver-
ledene te doen vergeten en nn toonde zy zich
even lief en goed, als zy vroeger hard en baat
zuchtig was geweest. Daarom gevoelde Ga
briëlle medelijden met haar.
Zes jaren waren sedert den dood van den
heer de Fairières voorbijgegaan en wie toen
zyne echtgenoote gekend had zou nn zyne
j ogen niet geloofd hebben. In het hart was
zij niet dezelfde en ook haar Hiterlyk was
veranderd. De lange ronwkleederen hingen
om haar, als om een geraamte haar aange
richt was bleek en ingevallen.
XE AALST.
Zondag 26 Augustus herdenkt de Stad
Dendermonde den dag toen, honderd jaren
geleden, rij den zetel werd eener Recht
bank van eersten aanleg.
Wij, Aalstonareo, mogen dit eeuwfeest
niet onopgemerkt laten voorbijgaan alhoe
wel het voor ons geen feest mag heeten.
De wet van 27 ventose jaar VIII der
Franscho Republiek (18 M^art 1800) op
de rechterlijke instellingen f«fa'het Fran-
8che Rijkwaartoe alsdan ook ons Va
derland behoorde richtte te Dender
monde eene Rechtbank in van eersten
aanleg, die er thans nog zetelt.
Die wet was de miskenning der eeuwen
oude rechten onzer Vaderstad.
Aalst was de hoofdstad vaD oen graaf
schap wiens grondgebied aanzienlijk was,
daar het twoe steden en honderd gemeen
ten telde en thans behoort tot de bestuur
lijke Arrondissementen Aalst, Dender
monde, Gent, Oudenaarde en zelfs Brus
sel.
Dit belangrijk grondgebied had zyne
rechterlijke instellingen waarvan het
Leenhof, te Aalst zetelende voor burger
lijke en crimineele taken, het hoogste
lichaam was.
In 1787, voegde keizer Joseph II ten
einde onze rechterlijke instellingen te
volledigen eene burgerlijke Rechtbank
by de reeds bestaande gemeentelijko
Vierschaar in het Leenhof.
EiDdelyk stelde de wat van 9 vendé-
miaire jaar VI der Fransche Republiek
(30 September 1797) hier eene Correc-
lionneele Rechtbank in nadat de vroeger
hier bestaande Rechtbanken ten gevolge
onzer inly ving by het Fransche Rijk wa
ren verdwenen.
Doch de wet van 27 ventose jaar VIII,
waardoor de nog heden aldus genoemde
Rechtbanken van eersten aanleg werden
gesticht, schafte de op zich zelve bestaan
de correctionneele Rechtbanken af te
zelfder tijde als de burgerlijke en crimi
nele Departomcnts-Rccbtbanken.
Door haar verleden, als ook om reden
barer liggiDg en barer belangrijkheid
mocht onze Vaderstad aanspraak maken
op eene der nieuw gestichte Rechtbanken
van eersten aanleg. Waarom werd rij
voor Dendermonde achteruit gesteld
Geene aannemelijke reden daartoe is er
te vinden zoo dat het wel waar zal zijn,
wat wij eens uit den mond van eenen ern-
stigen welingelichten magistraat verna
men, dat alleen de wraakzucht van eenen
Franschen magistraat, die in Aalst vruch
teloos gepoogd bad zyne grillen te vol
doen, aaüleidiDg heeft gegeven tot eene
rechtmiskenning waarover onze Stad he
den nog klaagt.
Herhaalde malen is wijlen M. V. Van
Wambeke in de Kamer van Volksverte
genwoordigers opgestaan om voldoening
voor ons te vragen by sprak er met zoo
veel overtuiging en zooveel gloed dat den
11 Februari 1892 Minister Lejeune be-
Des anderendaags toen Lachenal aan de
rechtbank was, bezocht mevrouw de Fairières
nogmaals hare stierfdochter, ging met haar
het slaapvertrek en sloot de deur af.
x Heeft uw man gisteren met n over my
gesproken vroeg zy haastig.
Toen gij weg waart niet meer.
Hoe, geen woord V
Geen woord, hy zei my goeden nacht
en ging naar zyn studievertrek.
Zoo laat nog, om tien nnr Dan werkt
hij veel
Op het oogenblik moet hij veel pleiten.
Luister, myn kind nw man schynt mij
slecht gezind te zyn ik weet niet waarom,
maar gij moet het toch bemerkt hebben.
Ik beken, dat hij sedert eenigen tijd zeer
norsch tegen n was, en ik weet niet, waaraan
ik dit moet toeechry ven.
Hij maakt my de bezoeken hier onmoge
lijk.
Ja, zeide Gabriëlle, ik heb niet tot gister
avond gewacht om hem dit te zeggen.
Is dat waar riep de weduwe, terwijl
zij de handen der jonge vrouw greep en aan
haar hart drukte.
Waarom twijfelt gy aan mjjne woorden
riep deze verwonderd.
Waarom Waarom Ik zal het u
openlijk zeggen, ik meende, dat gij uwen man
tegen mij epstooktet.
-Ik?
loofde dat hy de vraag onzer Stad met
welwillendheid zou onderzoeken.
Om hem dit welwillend onderzoek ge
makkelijker te maken schreef MMr Baron
Leon Bothune (in 1893) zijne merkwaar
dige brochuur, eene nieuwe, krachtige
pleidooi waarin, door bewyzen gestaafd,
al de voordeelen worden vooruitgezet der
stichting eener Rechtbank te Aalst, en
alles wordt afgebroken dat opgeworpen
wordt tegen de verwezenlijking van dit
ontwerp.
Oogolukkig bleven die pogingeu zonder
meldenswaardig gevolg, doch dit mag ons
niet ontmoedigen. Wy moeten den strijd
onverdroten voortzetten en onvermoeid
aankloppen om eindelijk verhoord te wor
den. Eikeen die het rechtzinnig wel meent
mot do zaak waarvoor de H.H. Van Wam
beke eu Baron L. Bethune zoo moedig
in do bres sprongen zal het zyne by-
brongen om mede te helpen tot het weg
ruimen van do hinderpalen welke men
ons in den weg legt.
Reeds vroeger hebben wij hier, in een
paar artikels aangetoond (1) dat sinds
1830 herhaalde malen wijzigingen werdon
toegebracht aan do bestaande rechterlijke
omschrijvingen. Wel is waar was elke
wijziging betrekkelijk van gering belaug
doch niettemin bevond men zich telkens
vóór de zelfde hinderpalen nl. invloed
der grensverandering op het bevoegd-
heidsgebied der notarissen en moeiëlijk-
heden voor het samenstellen vaz nieuwe
hypothecaire archieven door het oprich
ten in Aalst van een nieuw kantoor voor
grondpandhowaring.
Wat geen bindorpaal is voor eene kleine
wijziging kan er geene zyn voor eene meer
grondige, daar hot princiep van de op
lossing der moeilijkheid alleen te vinden
was en gevonden is.
Dit hebben overigens onze noorderbroe
ders, de Nederlanders, voldoende bewe
zen toen zy, in 1875, door eone wet van
10 November, eu in 1877, door eene wet
van 9 April, aan hunne Gerechtshoven,
Arrondi8sements-Rechtbanken en Cantons
Gerechten eene totaal veranderderde om
schrijving hebben gegeven. En zoo ingrij
pend ia die herinrichting geweest dat he
den het grondgebied van meer dan eene
Arrondissements-Rechtbank tot dat van
twee Provinciën behoort.
Dat dit voorbeeld bij onze noorderbroe
ders genomen voor ons, Aalatonaren, een
spoorslag zy, nu dat Dendermonde's
Rechtbank haren honderdjarigen geboor-
tcdag herdenkt, om krachtiger dan ooit
te ijveren om 't lang beoogde doel te be
reiken eene Eechtbank van eersten
aanleg; te Aalst.
Doornik 20 Augustus 19G0.
R. D. S.
(I) Zie Du Dbndbrbodr 29 Augusti en
September 1897.
dienstdoende Apotheker: Zondag 26 Oogst
1900, Mr Bonner, Bisschopstraat.
- Luister Ik ben wellicht vroeger hard
en onvriendelijk geweest en heb n daarvoor
recht gegeven streng tegen my te zijn, maar
nu vraag ik u vergiffenis en de vriendschap.
Maar dat is bijna eene beleediging, riep
Gabriëlle. Zon ik u dan ontvangen hebben,
zooals ik bet nn doe Zon ik dan nu zoo
vriendelijk jegens u zijn
Vergeef my, mijn kind. Ik heb ongelyk,
maar ik kan mij Lachenals koelheid niet ver
klaren. Ik heb hem geen leed gedaan, en in
dien ik spreken mocht vrd mijne bemiddeling
by uw hnwelyk, dat zijn geluk gevestigd
beeft....
Ja, hernam Gabriëlle, dat is de reine
waarheid het huwelijk heeft hy aan n te
danken en daar hij geene reden heeft om
daarover berouw te gevoelen, begrijp ik in
derdaad die koelheid niet, welke aan ondank
baarheid grenst.
Beschuldig hem niet de mannen veran
deren dikwijls van gezondheid, dat ligt in hnn
temperament of wat weet ik het Maar
nw man is goed en zachtmoedig, dat verzeker
ik n. n
De jonge vrouw zag hare stierfmoeder ver
wonderd aan.
u Lachenal zal zich beteren, daarvan ben ik
overtuigd, zeide mevrouw de Fairières. maai
wal ik van u verlang, is dit help mij om zij
ne vriendschap weer te winnen, steun mij te
gen hem.
DENDERBODE wil ous naar Gheel
sturen omdat wij voor Z. A. S. zijn. Zoo
jammert onze groeno held.
Onze tegenstrevers kunnen dan niets
anders dan woorden verdraaien en go-
dachten krenken 1
Wij willen onze Pie naar Gheel niet
sturen alhoewel hij er deftig op zijne
plaats zou z^n omdat hij voor Z. A. S.
strijdtwij eerbiedigen alle overtuiging
maar hij zou er naar toe moeten om de
wijze waarop hij voor Z. A. S. strijdt.
Hy zaagt over Zwitserland en beweert
dat het, dank aan Z. A. S., een waar
aardsch paradijs is en hij weet heel wel
dat by onnoozelhedon verkoopt.
Hij zegt dat Z. A. S., en hij herhaalt
het, ons brengen zal
1° volkswetten,
2° vaderlijke besturen,
3° broederlijkheid,
4* regeling van den arbeid, enz. enz.
en hy weet dat zulks niet juist is en bij
houdt het staan. Hij antwoordt nooit
ernstig op zijne tegenstrevers en weerlegt
ze nooit, maar komt telkenmale met de
zelfde onnoozelheid voor den dag.
Daarom moet hij naar Gheel.
Wij zullen hem volgen in zijne onge
rijmde bevestigingen al ging hij zich in
Patagonië, in Zuid-America, verschuilen
na van Zwitserland te zyn weggejaagd.
Liever zouden wij een ernstig artikel
bespreken maar, och Heore I van wego
't Land is ons dat nooit gegund het zijn
altijd alzoo zeeveriugskes die zoo be
lachelijk als onwaar zijn. Wij dagen hem
uit, den zeeveraar. eene enkele plaats aan
te duiden waar Z. A. S. een vaderlijk be
stuur, broederlijkheid, enz. heeft ge
bracht.
Hy zal het niet, hij kan het niet I
O brave man Dat is de
heilige uit Chipka. Niet liegen, zegt hij,
en bij heeft er woêr eene den nek go-
kraakt. - Volgens Denderbode is er hier
niets te verbeteren.
Zulke wapens zijn oneerlijk maar wij
zijn er verre af ons te beklagen, want hot
en zijn de lezers van Denderbode niet die
hij door zulke kolossale lengen bedriegen
zal. Wij hebben reeds te dikwijls gewezen
op nuttige hervormingen opdat wij zulken
laster niet zouden kunnen misprijzeu.
Wij hebben reeds gezegd dat de wet op
de pensioenkas verbeterd kan en zal wor
den en dat schoon werk zullen nogmaals
die hatelijke bewaarders of catholieken
verrichten 1
Zij hebben, zij alleen die schoone wet
gestemd zij ook zullon dit schoone werk
voltooien.
Het catholiek ministerie heeft ook
reeds aangekondigd dat een wetsontwerp
op do werkongevallen giDg neórgelegd
worden. Wij wenschen dit uit al onze
krachten. Die wet zou reeds gestemd zijn
maar dit is de schuld der socialisten die
hierin door de groenen in do hand ge
werkt wierden.
Als dat uit de voeten is, heilige, waar
heidlievende man, dan zal Denderbode, in
do maat zijner krachten, het zijne bijdra
gen tot verdere verbeteringou in onzen
maatschappelijkon toestand.
Gy, om demenschen op te hitsen,vindt
alles slecht. Wy niet, maar dit wil niet
zeggen dat or niets verbetord kan worden.
Gij hebt eens te meer uwe brave ziel
getoond en oubarmhertig uwe tegenstre
vers gelasterd. Van uwen 'twego echter
zyn wij aan alles gewoon voor u bestaat
noch recht noch rode 1
- Dat beloof ik u van ganscher harte en
ik heb er niet mee gewacht, tot gij het mij
gevraagd hebt.
Het uur van ontbijten was gekomen La
chenal moest weldra terngkeereo.
x Gy blijft hier, zeide Gabriëlle op hartelij-
ken toon.
Neen, hernam mevrouw de Fairières, 1
het is beter dat hy mij heden niet ziet.
Gabriëlle hield niet langer aan en liet haar
gaan.
Haar echtgenoot keerde terug, ontbeet en
toonde zich teeder en voorkomend jegens zij-
rouw, alsof hij baar den droevigen avond
van gisteren wilde doen vergeten.
Mijn vriend, zeide deze, mevronw de
Fairières is hier geweest, zij wilde echter niet
blijven uit vrees u niet welkom te zyn ik
geloof, dat haar dit zeer spijt.
Lachenals'a aangezicht verduisterde. u Al
tijd deze vrouw, ffnisterde hy.
Maarlieve....
Stil 1 Als ge mij lief hebt, dan spreek
mij niet meer over haar
Zij is toch onze moeder of bekleedt ten
minste hare plaats.
Zy Het aangezicht van Laohenal kreeg
eene vreeselijke uitdrukking, zijn oog liik-
kerde en hij Bcheen zeer opgewonden.
Zij Herhaalde hij, en gij zijt het, die
dat zegt Gij verdedigt halr, alBof gij vrees-
det, dat ik in de toekomst een ander zon zyn,
Belgique van October 1875 toont ons hoe
verdraagzaam de gouzen zijn togenovor
de geloovigen.
Wy moeten dio woorden horhales
Boet, gevang, verbanning zijn wotto-
lyke middelen. Waarom zo niet togón do
catholieken in 't werk gesteld, s
De Journal de Gand voegt or. by
Wie aan mirakels gelooft eu beêraron
gaat is maar goed om afgerost te worden.*
Wij hebbou ous afgevraagd wolko prin-
ciepon do geuzen toch hebben mogen en
wij wetoü er tot hiertoe de eerste niet
van,
Do lezing van een artikel uit do Chro~
nique geon huichelaar lijk onze povere
artist komt onze twyfol oog ver-
grooten.
Het woord besprekende van den Zalig
maker Bemint elkander, bemint uwen
naaste als u eelven verheven woord
dat de richtsnoer is en zijn moet van
het gedrag der geloovigen, schrijft dit
blad Dat is onmogelijk, dat kan
niet zijn. God was niet praktisch. a
Uwen naasten beminnen, hom helpen
en bijstaan, zyne gebroken lijden met een
woord verdraagzaam zijn dat is niet prak
tisch. dat brengt geen voordeel by.
3 Kan men aan het égoïsme een brutalere
uitdrukking geven
Feitelijk wisten wij reedt waarom lief
dadige werken by de geuzen niet gedyeu
wij herinneren ons dat diezelfde Chroni-
que de geuzen eens in 't aangezicht slin
gerde dat striemend woord x Allen
oordjesbijlers maar hot is niet slecht
dat dit ook eens principiëel vastgesteld
worde
Schoone verhevene zedeleer 1
Wij danken de Chrotiique omdat zij zoo
brutaal haar hert beeft uitgespuwd. Het
ordewoord der geuieu is dus Geen lief
dadigheid, geen onderlinge liefde, dat is
niet praktisch
MAAR als Z. A. S. werk, overvloed,
welvaart brengt voor allen, hoe komt het
daD dat er Fraukryk, Duitschland, Zwit
serland enz. in evenredigheid meer werk-
loozen, ongelukkigen, bedelaar*, enz.
aangetroffen wordeD, meer volksellende
bestatigd wordt dan in België 't Woord
is aan onze Pie.
Wat meent gij vroeg Gabrielle en
trachtte te vergeefs den zin van deze zonder
linge woorden te vatten.
Luister dan, ik Ijjd reeds lang genoeg
te lang reeds voel ik eenen afkeer van deze
vrouw. Ik ben haar moede ik wil haar niet
meer zien, hoort gij, riep hij, ik wil niet
meer, dat zij een voet in dit huis ze, dat zy
door hare tegenwoordigheid bezoedelt, a
Verbaasd boorde Gabriëlle deze woorden
aan en beproefde zet te verstaan. Maar,
lieve vriend, verklaar mij toch....
- Wat zou ik u verklaren Deze vrouw is
nw en myn ongeluk geweest. Zy is een ser
pent. Moet ik het n dan rechtuit zeggen,
moet ik het u luide toeroepen, opdat gy het
verstaat Wel dan, zy is het, die....
Zij is het die Spreek toch
Ja, zy is het, die uwen vader vermoord
heeft n Hij werd bleek als een doodde.
Zjjne vrouw meende dat hy het verstand
verloren had, en haar karakter verzette zich
tegen het aannemen van deze beschuldiging.
x Vermoord Myn vader vermoord I
Maar zijt ge krankzinnig Weet ge wel wat
gs zegt
Lachenal hield krampachtig zyn hoofd met
met beide handen vast, daarna zag hij Ga
briëlle met verwarde blikken aan en stamel
de x Vermoord... vermoord... zij heeft hem
laten Bterven zij is de oorzaair van zijnen
dood. Wordt voortgezet.