Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst
Onze krijgsdienst.
ëis Zornln 21 Februari 1001 ft centiemen per nummer ftftste Jaar 5ft40
GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM.
VADERLAND, TAAL, VRIJHEID.
HET SPOOK
Genoeg dubbel
zinnigheden. j
Inschrijving' voor
Z. II. den Paus.
BLIND!
Z0NÖAGRU8T Vu';,liJ,i"p
Nemna l)endergaim w,it on8
Uit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder
Jagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week
voor de Stad 5 frankmet de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
maanden; fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving
eindigt met 31 December. De onkosten der kwitantiën door de Post ont
vangen zijn ten laste van den schuldenaar
Men schrijft in bij O. Van de Putte-Goossens. Korte Zoutstraat. N. 31.
en in alle Postkantoren des Lands
CuiQiie «••mi
Per drukregel, Gewone 15 centiemen Keklamen fr 1,00 Vonnisse op
3* bladzijde 50 centiemen Dikwijls te herbalen bekendmakingen j
accoord, Niet opgenomen bandschriften woro iet teruggestuurd
Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk legert
dijnsdag en vrijdag in den voormiddag
Voor de adverrenfiën uit vreemde landen zich te wenden ten Kureele
van dit blad
Aalst, 23 Februari 1901.
Ouze krijgslasten zyn waai lijk te zwaar.
Aan dien ouverzaadbaren wreter worden
jaarlyks meer dan 55 millioen geofferd.
Indien bet noodig was zouden wij ons
die opofferiug getroosten maar men m-»g
zicb afvragen of dit het wezenlijk geval
is en men kan die vraag gemakkelijk be
antwoorden zonder daarom een vat man
te zjjn.
De militairen nochtans ontzeggen alle
bevoegdheid aan gelyk wie, van \o< gen-
blik dat men geen sabel draagt of teen
pluimentros op zijuen hoed beeft wap
peren. Men werpt u den spotnaam van
pékin n naar bet hoofd.
Dat is belachelijk en wij willen by zulke
wijze van redeneeren zelfs geen ooyira-
bliksken stilstaan zoo onnoozel vinden
wy bet.
Eerst en vooral mogen wij ons de vraag
stellen waartoo ons leger, dat ousj.ar-
lyksöö millioen kost, dienen moet?
Ouze onafbaukelykht id doen eerbiedi
gen, zegt men.
Ja, door wie wordt ze bedn igd
Wy gaan nu ouze noorderburen, de
Hollanders, de boleedfring naar 't hoofd
niet slingeren dat zy B<-Lië beloeren en
lust hebben bet in te lijven. Tegen die:
vyaud. zyu wy iu staat, zilfs mei een
heel klein leger, ons laud te verdedigeu.
Wy behoeven hierby uiet stil te staan
Want nooit, om hunnen wi eet lust te
rechtveerüigeu, hebben onze militaiisteu
aan onze nooniei bureu gedacnt om ons
de kooi ts op hetlyf te jagen en ous goed
willig toegevingen af te persen.
Zy hebben een andere musscbenschrik.
Zij keeren zicb gaarne naar 't zuiden eu
oosten en balen uit bestoveue perkameu
ten woorden en plannen van groote iu-
slokkeis die België a in hun Rijk zouden
willen vastlymeu.
Zij spreken gedurig van Frankryk en
Duitscblaud.
Zij zyn heel braaf dat ze Engeland of
Oosleuryk niet mede iu 'tspel bieugeu
Laat ons dat een oog-ra bliksken be
schouwen.
Eerste veronderstelling. Die twee
landen zijn in oorlog. B< i ie l. geis
zy i nagenoeg oven sterk Wie zal in zulks
geval zicb nog eenige 'luizende B> Igou
op den bals, op den hoop toe merke wel,
willen balen.
Duitscblaüd zal niet door België trek
ken want de weg laDgs Strasburg is veel
korter en de sterke Franscho lijn van deu
Ruyn en der Vogeezeu is sedert 1870 ge
breken.
Zy zouden dus een groote omweg ma
keu, noot een onzydig land dat zij zicb op
den bals zouden balen als vyaud, eu met
het g evaar ue Mogendheden te mishageD,
die onze onzijdigheid hebben afgekondigd
en onze onafhankelijkheid gewaarborgd.
Chetwynd'Park.
i* vervolg.
"Wat wilt ge doen
Haar gelaat kreeg zulk eene dreigende nit-
drnkkiug, dat banr broeder zelf schrikte.
Wat ik doen zal, is nog niet bepaald. -
fluisterde zy ik zal n niet to diep in mijne
geheiuieu inwijden, Gilbert. Ik beb geen an
dere vriindin noodig dan de oude Kagen.
Doch van eene zaak kunt gij zeker zijn, mijne
plannen zyn niet vernietigd alleen dn uit
voering rvau is vertraagd ik zweer n, bin
nen vijftien mauudeu zal ik de markiezin van
Chetwyu l zyn.
Maar hoe ik kan niet begrijpen
Een gebiedende beweging van hare band
deed hem zwijgen.
u Vraag rny uiet, maar gehoorzaam mij,
want uw welvareu is met bet myne verbon
den. Wy moeteu ons gelukkig paar eeue
schitterende ontvangst bereiden en gij zult
ben tot Edinbnrg tegei oet reizen Tracht de
vrieudsctixp der jonge vrouw te winnen en
lautde lest aui. my over. Noem dadelijk de
noodig. uiaaU'bgeieti voor huuuu ontvangst,
Er is een frit dat luide spreekt. Wij
hebben den F'HtlSCll DuitSCbeo Ooi log
van 1870 H <ft m>ra de onzij digheid - an
ous land g<-s-c londen
Z kerlijk ueeD.
En in 1870 bestonden er meer reden
dit te vree zen dan nu En toch is bet niet
gebeurd. Duiisc'daud beef y-en oogi-n-
blik er aan gedacnt door België te Hek
ken het viel liever de heel sterke liju
der Vog' ezen aan en bi ak er door als door
een spinneweb.
Besluiten wij duspn staken voor heden:
Duitschland in eenen oorlog me/ Frank
rijk zal nooit door België trekken.
(veb volgt).
Die woorden moeteu wij priester Daeus
toeroepen.
Gausch het Vlaarosche land moet. zicb
oud ons scharen om den aimzaligen
politieker, den windhaan, toe frsch'eeu-
w. n Genoeg dubbelzinnigheden,
de maat is vol I
Met dioi fbeid lazen wij in Le Bien
Public van zaterdag 16 f biuaii 1901
eenige uittreksels uit een artikel dat M.
Daens, in het zoogezegd onzijdig blad van
Bi usselLe Messagen de Bruxelles
tl dag of twee te voren had afgekou ligd.
Iu dit artikel keurt M. Daens de bau-
delwyze der Fransche geuzery goed bij
juicht den verdediger dor J >den, don be
schermer van Dioyfus toe omdat bij door
eene oureebtveerdige wet de kloosters in
Frankrijk om zoo te zeggeo, afschaft.
Hij neemt zelfs den schijn aau dezelfde
kalamiteit op ons land te willen trekken.
Voor M. D »ens, en dit is een comble,
ligt bet geluk der toekomst iu de verwe
zenlijking »au bet idea.il tier socialisten
Het socialistisch ideaal, moet de wereld
bervoimeu, bel volledige en vi ij willige
altiuisme 1
De kloosteis moeten arm zijn zij mo
gen uiet meer bezitten dan het streng
noodwendige zoowel als de geestelijken
Arme man I Welko oproerige taal bebt
ge daar gevoerd? W.lke «alscho leerstel
sels verdedigd
M. Daeus, die in Le Mtssager - die
onri chtveerdige wet verdcigt, weet noch
tans dat diez. If Ie wet kiachtdadig door
den P'US als ourechtveerdig, als tegen
strijd met liet heilige recht van burger
en catholi'-k is veiklaaid. De Paus h -<ft
krachtdadig verzet tegen die wel aauge-
teekend.
M. Daens verdedigt ze I
Een catboliek zou tweemaal moeten
napeiuzeu eer bij iets verdedigt, eer bij
al recht en billijk viudt wat de Paus
afkeuit en als eeue schenuis vau hel
lecbl aanwijst.
Het artikel vau M. Daens is verder
eene opeenstapeling van dwaasbeden, de
eeue giooter dau de andere.
Die stommit-iien, die dw a«be len zul
len wy doen uitschijnen, later, alsook b>-t
valscbe eu onware der 1 e-s'els' Is welke
die ongelukkige piiester, in de politiek
versukkeld, iu dat ai tik-1 beeft verdedigd.
Wij willon voor alsuu sl< cuts de aan
dacht roepen ouzer lezers op het woord
dat de I»..of li"tr »»n dit a lik-l uitmaakt
Genoeg dubbelzinnigheden I de maat
LOOPT O VEB I
Tei wyl iu Le Messager M. Daens de
Fiauscbe ongelukswet wil ver ichtveer-
'igeu valt bij zaan in de iu 't Vlaamscb
geschrevene Volkseeuw.
Geven wij «'it artikel lijk bet waait en
draait Voïkseeuw 17 f bruari 1901:
De Kloosterwet in Frankrijk.
Het debat over dat brandpunt is voor
eenige dagen v< rschovnn om r«d«n der on
passelijkheid van den hoofd minister Waldeck.
n Het wetsontwerp is met twee ergo gebro
ken behebt1° 't is een partijwet.
li Wil de Slaat (en dit is zijn rechtde op
stapeling van rijkdommen beletten, dan moe-
teu de kapitalen der joodsche en andere
finantiemannen besnoeid worden zoowel als 'j
die der kloosters. De joodsche baronnes
Hirsch is onlangs te Parijs gestorven, eu zy i
laat aan hare erfgeuain. n een fortuin van
500 millioenen, een h\lf milliard, de helft
der onroerende fortuin van al de fransche
kloosteis te samen volgens de schatting der
anticlericalen zalven.
n Gelijk recht voor allen, of de bal is mis
slagen.
n 2° De Wet krenkt de heilgste der vrijheid,
de gewetensvrijheid. De Staat heeft niets te
zien iu de kloosterbeloften liet heiligdom
der ziel moet onschendbaar blijven.
n Daarom is de Fransche Wet af te keuren,
en in een vrij land zal ze nooit laug duren.
Voor de liberalen vau Le Messager,
voor de vrijdenkers, voor de z.rs vau
F auseti kern t hij de wet goo i Voor de
Vlaam«c!ie cb'is'oi.e lezers dei Volksei uw
fe.'U' t bij de Wet f
Is DAT GEEN COMBLE VAN DUBBELZIN
NIGHEID
Die groene sater blaast warm en koud
uit eeueu moud.
Go d voor de F- ansche 'ezeis
Slecht voor de Vla.uuscbe lozeis I
Goed voor de vrijdenkers die zijne
proza lezeu I
Sl chi voor de brave, eenvou lige men-
scben der Volkseeuw.
Wij ku.-iui'u daarover geen bemerkiu
geu .-etirijven I
Wij zegyen alleenlijk Dieper en is h-1
niet mogelijk te valleu I Meerden valsch
aard eu is bet niet moyelijk uit te hang.n
dau te z< ggeu wit of zwart volgens de
goesting der lezers
Vorige lijsten Fr. 397,00
M. L. Lieven®, Haeltert, fr. 6,00
en geef nwe bevelen aan de dienstboden, meer i
is voorloopig niet noodig
Zij wendde zich snel om en trad met vlugge
schreden het kasteel binnen.
Voor heel de wereld wilde ik Sylvia Monk
niet in den weg staan, n zei Gilbert, zijne
zuster nastarende. Sylvia is zoo lang bij de
oude Ragen op schoei geweest, dat zij aan j
een inenschenleven geeue waarde hecht, zelfs
aan het hare niet. Wat wil ze toch Zeker is
het, dat ze niets goeds voor heeft. Sylvia kan
doen wat ze verki.st, ik beu alleen bereid de
wi"8t te doelen, n
Hij streek den gefiommelden brief weer
glad en frad biunen. Utj riep den opzichter
eu deelde hem 't nieuws rneê. In het huis wist
men niet, dat de verloving van Sylvia met
Chetwynd verbroken was en alle dienstboden
waren zeer verwonderd over de onverwachte
tijding.
Hij gaf nauwkeurige beveleu over de plech
tige ontvangst en vertrok den volgenden
morgen naar Ediuburg.
Ik zal recht hartelijk en verheugd moe
ten zijn, sprak hij tot zich zelf, toen bij
zij ue plaats vau beateiumii.g naderde. Ik
wilde wel eens weten, wat Sylvia doen zal
om hare verloren plaats wtêr te herwinnen.
Eene zaak is my duidelijk voor Bernice
Gwellau wam 't beter geweest in Sl Ktlda te
leven en te sterven. Haar huwelijk met lord
Lhetwynd zal haar noodlottig worden.
V, - DE HUWELIJKSREIS.
Ongeveer een uur nadat lord Chetwynd
het telegram ontvangen had, stapte Gilbert
Monk in 't hotel R.-yal af.
Zijn eerste taak was de reiskleeren af te
leggen en toilet te maken.
Het is noodzakelijk, dat de kleine heldin
een gunstigen indruk van mij ontvangt,
sprak hij tot zich zeiven. Waarschijnlijk is
hei een schuch'eren verlegen schepsel, «iet.s
aantrekkingskracht wel alleen in ee i lief ge
zichtje zal lx staan. Chetwynd is juist «fr man
om zich in z.oo'tt de-rne t>- ver>i-v. n en ik
«el. dat hij binnen ren half ja-r l«rou«
heeft over zijne dwaasheid. Ik ben zeer
nieuwsgierig haar te zien.
Hij riep een bediende en deed zich naar de
kamer van Chetwynd voeren.
De markies zelf opende de deur.
Gilbert Monk had gedacht den jongen mar
kies een weinig verlegen te vindeD, doch hij
bedroog zich. Lord Chetwynd ontving hem
met openhartig" vriendelijkheid de herin
nering aan 't vet ledene scheen bij hem uitge-
wischt. Hij meende, dat Sylvia hem niet '•e-
miud had en daar zij zelf de verl .ving ver
broken had, was bij haar dankbaar voor het
groot geluk, dat hy nu genoot. Uit achting
voor baar, had hij Bernice niets van zijne
vroegere betrekking tot Sylvia verteld zy
bleef voor hem altyd eeue zuster.
W jrkman
van gister vrijdag 22 Februa'i, knippen
wij
Saba Lnat ons f ens supposeeren
dat oio gazel ton Ie groene) -'en beer
Woeste eu ziju kapelle verbeff u ten
bemel.
Siska Ha, ba, dan I
Saba Si«ka, en pakt mij den fil
niot af; ge suppouooeerd dat ze 't al-
gem'-ert st< mr. ebt veifoeien en schrij-
ven, dat de weikmenscbeu te dom ziju J
om te slemmen.
Siska, gelijk Denderbode schrijft
Z-g 'Oi s Mochiel XIII, wanneer heeft
De Denderbode gescurovea dat de weik- t
tnenschen te dom zijn om te stemmen,
Nóóit, schrei f De Denderbode bet. Wij -
dayet, Machiél XIII uit het te kunnen;
bewijzen.
Maar wat wil men toch van jaDnen die
de E cycliek vau Z. H. den Paus durven j
vervalscben
Volgens de groene vervalschers zegt de
E cycli- URerum novarum:
De diepe onverdiende ellende der
we> lelieden is eene schande voor de
maatschappij. -
Dat is eenvoudig eene vervalscbing bij
al c-e andere te voegen waaraan de groene
v..'lasf"ppers zicb reeds hebben plichtig
g> maakt. Die volziu is iu Rerum navarum
uiet te viuden...
Eu dan duiven die groene volksfrpp' rs
sl nul weg SCh'ijvBn 0 1"US is: Alles
in eerlijkheid en deftigheid
De baat ra >akt de m> usclten gewooelijk
blind; dat ondervin !cu wy dagelyks in
ouze poKmiek met de geuzen en de
socios.
Wat droevig is om vaststellen is narae-
lyk -lees dat meuschen gekend om
bunuü geleerdbt id, gewaardeerd om bun
talent aan die ongelukkige ziekte niet
vreemd blijven.
Iu Eu'opa, toch in een groot deel, leve-
len 'le gons liensthaters van alle kfrui
een hevige aauval tegen de kloosters.
Men kent de hatelijke tooneelen in Spatj",
ie walg rade, kleiugecstige vervolgiug in
Franki ijk.
De B l.ische geuzen willen meèdoen
en zicb iu 'l st'ijdperk werpen.
M. Jitison met zijn gewoou trombonne-
ge.-cbal geeft bet teeken van deu aanval.
Die brusselsche advocaat beeft, iu bet
blad der vrijdeukeis, een artikel gescbre-
veu tegen de goederen der kloosters. Men
beeft zegt hij, niet noodig nieuwe wetten
ie makeu lijk. iu Fraubiijk om de bezit-
lingeu der kloosteis iu te palmen. Ous
burgerlijk wetboek is meer dau voldoende.
Meu moet slechts de wetteu uitleggen I
Zeer verheugd u te zien, Gilbert, n riep
hij uit, hein de baud reikende. - Het is zeer
li"l van u, ons zoover tegemoet te komen
kom by 't vuur. ge ziet er koud uit. n
Hij voerde Monk naar de zykamer, waarin
eene weldoende warmte heersebte.
Monk trad naar den haard en keek nieaws-
gieriy rond.
Mijne beste gelukwenschen, Max, r zei
j hii «ij hebt al uwe vr;enden verrast. Gij ziet
er ze. r yelukkig uit en ik wenscb u eu uwe
vrouw een lang eu gelukkig leven. Sylvia
laai n «roeten en is ongeduhiig, haar nieuwe
zuster te zien. Zij is zoo verheugd over uw
j geluk, b
Het «elaat van den markies schitterde van
vreugde.
Wie bad voor zes maanden gedacht, dat
yij heden getrouwd zoudt zijn, bemerkte
Gilbert. En gij zijt alleen uit liefde gehuwd
als de prins in 't spr. okje en hebt eene kleine
boerin tot markiezin v-irheven. n
«Gij vergist u Monk, n sprak de lord een
weinig strenger lady Chetwynd is geene
kir ine boerin. Zij is een beschaafde en e Iele
dame, die haren nieuwen stand tot sieraad
zal 6tiekken. n
Ja, ja, natuurlijk, n hernam Monk
jonge maunen zyn altijd verliefd en in uwe
oogen is laxly Chetwynd een ideaal van vol
maaktheid. Zoo moet het ook zijn doch
zie my niet zoo stieng aan, Chetwynd. Gij
Bij bet haar trekken, M. Janson, dat
w ire juister gezegd. Iu zake *ao sopbi-
men aau - n t« fUus<ra zou M. Jausou
uoy aau M. Daeus de les spelleu.
Geven wij hem het woord en vertalen
«ij du La Raison van Zondag 17 Fe-
biuan 1901
De beloften van vrijwillige armoede
zijn niet door de wet erkend.
i Zij ziju dus onwettelijk.
Die beloften verplichten den monnik
teu voordeele der coDgregatie zijn goed
af te staan.
Deze coogregatie heeft geen wettelijk
- bestaan Z:j kan, bijgevolg, niets aan-
werven. Nuts bezitten.
«Wat de goederen der congregatie
betreft ziehier hun rechtstoestand de
monnik, schijnbare bezitter der goede-
ren van bet klooster, beeft er bet we-
zenlijk bezit niet vaD, vermits hij er
aan verzaakt heeft.
De corporatie kan niet bezitten daar
zij volgens de wet, geen zedelijk per-
soon is zij heeft de burgerlijke ver-
persoonlij king niet.
De goederen zijn dus zonder
meester en volg-ras artikel 713 van
bet burgerlijk wetboek, behooren zij
rechtmatig deu Staat.
Om dus aau de cloode hand een einde
te stellen, is het niet noodig een nieuw
recht te scheppen. Het is genoeg het
bu»gelijk wetboek metal zijuegevolgen
toe te passen.
Zoo zeeveit een juistere uitdruk
king bunnen wij niet gebruiken M.
Janson iu La Raison. Hij is bier iu
't accoord met den armtierige Dendergalm
welke, juist tien jaar gel-, den, dezelfde
ezelarijeu heeft uitgekraamd.
Wij gaan dat in korte woorden bewij
zen
Gansch de bewijsvoering van M. Jan
son is een ellendig sopbisme en berust op
eeue ounoozele verwarring van mounik en
burger, op eene dubbelzinnigheid weerdig
van eeuen verbliudeo geus maar onweer-
dig van eenen rechtsgeleerde.
De wet erkeDt den mounik nietzij
erkent zijne belofte van vrijwillige ar
moede niet.
Voor de wet bestaat dus de monnik
ui'-t eu ia die hoedauigheid kan hij niet
bandelen.
Als hij zijne goederen aan de congre
gatie afstaat handelt hij als monnik, uiet
als burger.
Dus erkent de wet dien afstand Diet
die afstand bestaat uiet in de oogen der
wet.
De moDuik kan dus aan zijn goederen
Diet verzakeu ten voordeele der congre
gatie die geen wettelijk bestaan heeft.
De wet zou zulken akt niet erkennen.
Zijn dus de kloostergoederen zonder
eig' uaar
Ig geenen deele.
Als hij aau zijne goederen verzaakt
handelt de monnik als kloosterling. En
dus doende wordt hij niet erkend.
schreeft ons zelf dat zij de aangenomen doch
ter van een edtlraan uit Sl Kil la is. Ik ge
loof. dat zij een visscherskind is, dat Gwellan
wegens hare schoonheid zich aangetrokken
heeft, n
Mijn brief heeft n klaarblijkelijk een
valschen indruk gegeven ik wensch dien te
verbeteren, eer ge mijn vronw ziet. Lady
Chetwynd is van adellijke afkomst en niet
in Sl Kilda geboren. In vertrouwen kan ik u
wel zeyyen, dat mijue vronw niets weet van
hare geboorte eu baren naam. n
Ong'l »oflyk Welk een roman zij weet
niet. wie zij is juist gelijk de heldin uit een
tuoueelatuk Heldinnen weten nooit, wie ze
zijn en dat is allemaal heel mooi, doch voor
de wereld ziet 't zonderling uit. Een voordeel
is er toch aan - - hare bloedverwanten zul
len 't u nooit lastig maken.
«Gij ergert mij, Monk, n zei lord Chet
wynd, of ge zou It mij ergeren, indien ik
niet wist. dat ge een onbezonnen jongen zijt,
die niet in staat is mij met opzet te beleedi-
gen. Mijne vrouw werd als klein kind door
buren vader op zijn schip naar Kilda ge
bracht hij heette South. Hij beloofde deD
heer Gwellan 't kiud na vijf jaren terug te
halen, dech hij kwam niet en is wellicht ge
storven. B
Ik dank u voor 't vertrouwen, dat ge in
my stelt en zal uw geheim als mijn eigen be
waren, want ik gaarne zien, dat de
Hij Irani.It lus niet als burger door
en officie'-l'm akt <-n den burge- alleen
en den wettelijken akt alleen erkent de
wet
Wat doet M. Janson
Hij eikent den monnik cu bij erkent
hem niet.
Hij erkcut den monnik om bem zijn
go i te weigeren li hij als monnik beeft
'Lest rati. Om urn ziju goed te verziken
kan bij als monnik handelen.
Hij erk'i.t den monnik niet om <!e
kloostergoederen zon Ier meester te ver
klaren I Zijn goed terug eiscIran kan hij
als burgerniet m er hij beeft er als
monnik aan verzaakt,
Is die verwisseling belachelijk genoeg
Eu M. JarisOD wil ,ils een ernstig advo-
c iat doorgaan. Zulk" wuordenkrxmeiijen
moest tiij aan Monsieur le Rédacteur
overlaten.
Ons besluit.
M. Jausou weet wat bij schrijft er, dan
moet rnc-n hem u vlegel uoomen of hij
weet niet wat bij sch-yft eu dau i Lij
een domoor
Wat is bet
tct mi olernacbt
dienst mie Apotheker Zondag 24 Fe
bruari 1901. Mr Meirschaut, Korte
Zoutstraat.
afslaan om lat wij ge-
schrev. i, hebben dat wij, B .Igen, niet in
staat zijn ous te wrdedigon tegeu Frauk-
rijk of Duitscblaud
Hij roept en bij tiert I
Man tocb, is dat niet belachelyk
Gij meent dus dat wij ons in staat kun
nen stellen, als wij ons leger ernstig in
richten, tegeu Frankryk of Duitscbland
te oorlogen
Wij oorlogen tegen Duitscbland of
Frankrijk I
Is Jat nu gefc genoeg
Wij zijn machtig genoeg om ons te
ver.fr.lfr.ra tegen Frankrijk of tegen
Duitscblaml.
Ik kan uiet begrijpen.
Wij, zes milli n Belgen, kunnen ons
:i" g' o 40 toillio n Finscben,
of tegen 45 millioen Duitschers, in een
vlak land. palende aan dal onzer vijan
den
Te kras hé
Als Dendergalm dat gedacht niet heeft,
waarom ons aanvallen omdat wij gezegd
hebben rf if we tegen onze ooste lijke of
zuidelijke naburen volkomen machteloos
zijn
Hij zou ons aanvallen eu bij moet dat
ook bekennen
Wie kan de hou liug van Dendergalm
begrijpen
Rite vogels, oh rare vogels, die man
nen 1
wereld eene vlek kou bespeuren op 't wap*n
uwer vrouw. Het is good, dat nw stamboom
zoo groot is, dat de duistere afkomst van
Bernice er door overschaduwd wordt. n
Elk woord, dat Gilbert Monk zoo onver
schillig sprak, was een dolksteek voor lord
Chetwynd. iets wat de eerste ook beoogde.
Het gelaat van den markies werd donkerrood
en hij beet zich op de lippen, toen hij onge
duldig heen en w. ér wandelde.
Wij znilen dit punt laten rust n, Gil
bert, b sprak hij na eene korte pauze. Als
markiezin van Chetwynd zal mijne vrouw
hoogen trap in de samenleving inne
men en gij zult zien, dat men niet zoo ganw
haar stamboom zal naplnizen. Genoeg te
zeggen, dat zij miss Gwellan van S' Kilda
was. r
Ja, daar zal men meê tevreden zijn,
voegde Mouk op twyfelachtigen »oon er bij.
Ik brand van ongeduld Max, lady Chetwynd
te zien ze moet «r ze «er schoon bij uitne
mendheid zijn, daar zij u 't verschil in stand
deed over "t hoofd zien. n
Lady Chetwynd is wellicht reeds geko-
meu, want t is tijd om te eten, zei de mar
kies koeltjes. Een ..ogenblikje.
Hij ging in de zykamer en Monk keek hem
met een boosaardigen blik na.
(Wordt voortgezet).