m Zondag 5 Maart 1901 5 centiemen per nummer 558te Jaar 3351 HET SPOOK osei ij Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 1 Arrondissement van Aalst GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. Onze krijgsdienst. Waar haalt hij het Armengoed. Belgische Volksbond. Laffe doenwijze r au del. list. mei. België ichen a "ug, I h, va: a zynei Bil!; ren lie. urgij lat, ii tg, wo: rt Liéa DE DENDERBODE. Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frank; met de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden; fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwitantiën door de Post ont vangen zijn ten laste van den schuldenaar Men schrijft in bij O. Van de Putte-Goossens. Korte Zoutstraat, N. 31, en in alle Postkantoren des Lands Cuicfue auum. Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00; Vonnisse op 3* bladzijde 50 centiemen Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord, Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk legen deD dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten Bureele van dit blad Aalst, 2 Maart 1901. Wij hebben in een vorig artikel bewe zen dat Duitscbiand in krijg met Frank- rije er zeker uiet aan denken zal met zijn i leger door ons land te trekken, nu bijzon- der dat de lijn der Vogeezen is doorge broken. •gdjm DeDkt Frankrijk er aan f Laat zien of bet van bunnen 't wege gen b;geeD dwaasheid zou zijn die weinig van ^"^strategische kunde zou getuigen. j vele Franschen in staat te schreeu wen A Berlin par la Belgique dat plan zal de Fianscbe staf uiet iu uitvoe- 'ring brengen en daartoe heeft hij veel lie an be: hebben in ons eerste artikel gezegd dat beide legers nagenoeg van dezelfde in all!ster'cte ZVD* E0n ding moet echter in aan- idere Peking genomen worden. Terwijl bet cijfer der bevolking gedurig DRES.stygt in Duitscbiand, is dit bet geval Diet •n zjcToor Frankrijk, waar de geleerden gedu rig alarmkreteu doen hooreu en door wet ten de bevolking van hun land willen to «Makeer gaan. Wij twijfelen sterk of zy in bun pogen jl ijzullen slagen want de bevolkiug is een i Xkwestie van zeden en meü weet dat deze J Min dit ongodsdienstig land stijgen.... uaai het vriespunt. De kansen groeien dus geduiig aau p jP voor Duitscbiand. Zullen in dit geval de Franschen er aan denken zich de Belgen nog tot vjjanden te maken dat bet evenwicht ten bunnen aadeele moet verbreken. Zü kunnen het reeds tegen Duitscbiand niet of ten miDste moeilyk houden, boe I Uittuilen zij het kunnen legen de Belgen en [8: de Duitscben veieenigii. Ons leger hoe apijteilein ook zou den dooi slag voor goed i bfiidgeven tn de Fiauschen zouden den krijg tangaan zonder eenige hoop op overwin- *rd ling. Wij moeten dus evenmin van Frankrijk -—*ls van Duilsche zijde iets vreezen. Geen van beide zal er ooit aau denken de on tijdigheid van ods land te schenden en tich een nieuwe vijand op den rug balen. fLn Wij herhalen het nogmaals, Er is een l Lv'oorgaande, een feit. Wat in 1870 niet is jebeurd zal evenmin in de 20* eeuw on/0(?"a"en- Dezelfde oorzaken hebben on|ltijd dezelfde gevolgen. •an blijft ons eene tweede veronderstel ling te bespreken. Fraukiyk en Duitscb- inhon!aiid ZÜV akkoord. De eene of de andere en pr!a* oas 'nP*lmeH» Frankrijk bijvoorbeeld, Ie aarter-W^ Duitscbiand als vergoeding de iuitsche gedeelten van Oostenrijk iuslok- fcen en aauhechten zou. Laat ons dit godacbt eens kalm over wegen. Hoe wy het ook draaiën of keeren, wij wijven by onze meening. Een groot leger Chetvvjud-Park. zou ons niet helpen, een klein is meer dan voldoende. Wat kan or alsdan gebeuren Alles hangt af van de houding van En geland. Weipt dit laud zijn degen iu de weegschaal, dan hebben wij Diets te vree zen. Dit rijk is bij machte alle gevaar van inlijving van ons hoofd af te keeren. Het zal zelfs in dit geval niet noodlottig tot een krijg komen. Bewijst bet geval van Fashoda dit Diet voldoende Eu nu, in de Travaalsche kwestie, durft niet eene mogendheid hare stem doen hooren omdat Engeland laten booreu heeft dat er geen uitkomen aan is en alle bemiddeling als eene vijandelijke daad zou aanzien. Blijft Engeland stil den roof aanstaren dan ziju wij verloren en geeD leger, boe groot bet ook weze, zou ons redden. Maar heeft Engeland geen belang in net be houd van België's onafhankelijkheid Wie zou ditpuot durven betwisten Wij zullen het in een volgend artikel onder zoeken. (Vervolg). Wij lezen in den armtierigeo Dender- galm onder de rubriek Statistiek der misdaden het volgende Volgens officit ële stukben, afgekon- digd door de clericale regeer ing, werd bet grootste aantal misdaden gepleegd in de provinciën waar het meest dom- persscholen bestaan. De kribbelaars van den eerlijken - handel zullen wcêral zeggeü, dat de godsdienst de eenige zedelijke hiuder- paal is tegen de misdaad, 't Schynt, be Waar heeft bij die officieële stukken gevonden Zoo hij bierin weêrom te werk zijn gegaan lijk met de artikelen der Revue de Belgique. Wij denken bet en het art. der Revue générale vau Mr de Lannoy laat ons toe het vooruit te zetteD. Mr de Lannoy is bediende in bet mi nisterie van rechtswezen. Hij heeft eenige bedenkingen geschreven over het getal der misdaden in België gepleegd in het jaar 1898. Ziehier het getal repressieve zaken per duizend inwoners voor al de arrouuisse- menten van België Br ussel Charleroi Namen Hasselt Verviers Ncufchateau Antwerpen Aarlen Kortryk Dinant Luik M' de Lannoy doet verder opmerken dat bi t Diet genoeg is om de vergelijkende criminaliteit der verscbillige streken van 't land te maken, rekening te houden van de zaken door de rechtbauken van ltten aanleg geoordeeld. Men mag ook de cor rectic-nneele zaken door de vrederechters gevonuisd niet uit het oog verliezen. Dat geeft ons de volgende verhouding. Charleroi 71 per honderd. Nijvel 50 Brussel 44 Luik 39 Turnhout 5 Deodermonde 3 De Arrondissementen waar blauwen en rooden 't hooge woord voeren, hebben de overhand. Genoeg niet waar. Het en zullen degenen Diet zijn die de volledige statistieken der misdaden onder de oogen krijgen die bet besluit van Den- dergalm zullen goedkeuren zij zullen integendeel zeggen die kerel heeft weêr eens gelogen dat stof in de geburen vliegt, Dat is zyne laffelijke gewoonte. Maar wat indruk zulke handelwijze maken moet oj) oprtcbte menschendat zal de armtierige ons niet zeggen maar zie, by wordt alleen gelezen door diegenen voor wie alle middelen goed eijn als ze maar strekken om de catholieke partij te be vechten, door diegenen die van papen- vretery hun armzalig stieltje hebben ge maakt eu aau waarheid en recht en rechtveerdigheid volop den brui geven 1 Daar velt aan te twijfelen en wij dur ven zelfs neen voorspellen want de roode grijpzucbt is geweldiger en meer vetfijnd dan over honderd jaren. Eene bemerking nog ten slotte. Het revenu der gestichten zou hierdoor deu (sic) helft stijgen. Dit bewijs is te leveren. Wij twijfelen er grootelijks aan dat de verkoopwaarde der ouroerende goederen de helft of '/s zou stijgen. Laat ous wat wachten 14 Gent 8,8 11,7 Nijvel 8,5 10,2 Veurne 8,4 8,3 Marche 8,4 8.2 Ype.eu 7,2 7,9 Michelen 7,1 10,2 Tongeren 7 10 Deudermonde 6.9 10,2 Leuven 6,8 9,1 Tuinhout 6.3 9,1 9.1 Hoei 6,2 Doornijk 6,1 8 8 Oudenaarde 5,1 Brugge Eh wel, armtierigewat belieft er u 9* vervolg. "Ik heb de eerste doornen op zijn weg ge- I worpen, dacht hij. Ik meende, dat hij geboortetr ots kende toch is hij nog al gevoelig op dit punt. Het is zonneklaar, dut ry 't meisje hartstochtelijk bemint en geheel 'ergat, wie hij eigenlijk huwde. Wat dwaas- rOOOptd 1 Een bewijs dat lord Chetwynd niet "eel verstand heeft. n De deur ging open en lord Chetwynd ver hees cjjeeil mej Zyne vrouw aan den arm. idimze Monk trad voomit, doch geeue schitte- itmunt 8 ,clloonhe'ti vertoonde zich aau zyne ogen. Hy zag slechts een tenger, jong meisje; II pn Fx* ®6'aat 'lad geBne<len trekken en een Ohoon voorhoofd, omlijst door zwar t« glan- 'a11 Q ende haren, die in weelderige lokken op de welgevormde sokoudeis neerdaalden. Bij 'eerste gezicht verwonderde by zicli, aai 3rd Chetwynd Sylvia had vaarwel kunnen eggen voor zulk een meisje doch toen Der- ice hem naderde en hare bekoorlijke oogen p hem vestigde, gevoelde hy de eigeuaardige ooverkrucht htuer schoonheid. De jonge markiezin droeg een prachtig kleed van gele zijde. Zij was niet BÜuksch noch veri„g,„, en hare manieren getuigden van eene goede opvoeding. Bernice, zei de lord, ik heb de eer u mijn stiefbroeder Gilbert Monk voor te stel len. n De jonge vrouw reikte hem de hand, die Gilbert hartelijk drukte tevens wenschte bij haar geluk. Hij beijverde zich een gunstigen indruk op Bernice te makeu en dit gelukte hem ten deele, want Beruice was uiet achterdochtig. Alle drie aten samen en brachten den avoi d gezellig koutend om. Monk was vol scherts en had lnimige in vallen en vertelde grappige auecdoten hij deed zich voor als een goede jongen, die geen erg in iels heeft. Des anderendaags reisden zy samen naar Londen, waar zy een heele week bleven om de stad te zien. Monk schreef tweemaal aan Sylvia en ontving ook een brief van haar, dien hij aan lady Chetwynd lezeu liet. Na tuurlijk was deze brief eou staaltje van hui chelarij. Eindelijk werd de reis naar Chetwynd-Park voortgezet en toen men het kasteel naderde, omhelsde de markies zijne jonge vrouw en sprak Wy zullen spoedig 't huis zyn, Bernice Max, n fluisterde Bernice, daar ligt «ligt aan dat M De Backer, eerstdaags, een wetsontwerp gaat neêrleggen strek kende tot den verkoop der onroerende goederen die toebebooren aan liefdadig beidsgestichteD armbureelen en burger lijke godshuizen. De Klok zal de memorie tot toelichting meèdecleu. Wij zullen ze afwachten. Doch bemerken wij van nu af dat zulke maatregel de socialisten, wat de roof van arm- en kerkgoederen betreft, sterk in de band werken zal wanneer ze later van woorden tot daden willen overgaan. Wanneer de gestichten van weldadig beid hunne onroerende goederen zullen hebben verkocht zullen zij de opbrengst moeten plaatsen in renten op den Staat. En dan als de roode roof ezinden mees- ti-r worden door een eindje wet wordt alles verbeurd verklaard... of iu den bin- uenzak gestoken terwijl men zelfs geen voet grond in den broekzak steken kan.. De revolutionnairs der jaren 1790 r oof den de kerkgoederen enz. maar eerbie digden ile goederen der Gestichten van Weldadigheid en zelfs die der Begijnho ven die ze aau de Gudshuizeu schonken.... Maar zou dit op onze dagen nog ge beuren dus mijn geheel leven moge het gelukkig zijn voor ons beiden VI. - CHETWYND-PARK. Terwijl Gilbert Monk zijne rol met goed gevolg speelde en de jonge markiezin voor zich wist iu te nemen, bleef zijne zuster ook niet werkeloos. Voor alles trachtte zij de bedienden een afkeer voor Chetwynds jonge vrouw in te boezemen, hetgeen haar een gewichtigen stap toescheen voor de uitvoering hurer plannen. Toen zij de tijding van het huwelijk van lord Chetwynd aau de huishoudster mede deelde, was zij bleek als een lijk en de hevige aandoening in haar wezen verried den wree- den slag, dien zij geleden had. Zij vertelde haar de heels geschiedenis en las mot bevende stem eon stuk van Cliotwynds brief voor. Vrouw Skower, de huishoudster, een oude en goede vrouw, die reeds twintig jaar op het kasteel was, kon het haust niet gelooven. De verloving van deu markies met miss Monk was algemeen bekend geweest, doch men wist niet, dat «ij in eene kwade luim dieu band verbroken had, Ik kan het niet gelooven, jaffr. Monk riep ze, u 't is wellicht een wieede scherts van den lord, ofschoon men die niet vau hem ver wachten zou. Nooit heefteen Chetnyu 1 eene oneervolle daad begaan, dat kan de lord niet.» De Belgische Volksbond heeft aan Z. Exc. deu pauselij ken uuncius te Brus sel, den volgenden brief gezonden, aan gaande de laatste pauselijke Encycliek over de christen democratie Aan Zijne Excéllencie Monseigneur Granite di Belmonte, pauselijke Nuncius, Brussel. Excellencie, De Belgische Volksbond den 10 Fe- bruari 1901 te Brussel, voor de eerste maal v. rgaderd sedert de openbaarma king der Encycliek vaD Onzen Zeer Hei ligen Vader den Paus Leo XIII over de christen demecratie, beeft zijn bureel gelas» aan Uwe Excellencie te laten weten, dat bij uit gauscher harte bijtreedi tot de onderrichtingen en raadgevingen van Zijne Heiligheid en dat hij niets zal verwaarloozen om aan de eenen en ande ren getrouw te blijven. De Bond zou aan Uwe Excellencie zeer dankbaar zijn, aan Zijne Heiligheid en eerbiedige verzekering van die bijtre ding en die gevoelens te willen overma ken. Zooals Onze Zeer Heilige Vader de Paus het vraagt, zal de Belgische Volks bond, gelijk in het verleden, trachten eene heilzams cbristeue werkiug onder het volk uit te oefenen, teveDS gansch vreemd blijvend aan de partijdriften, die voor doel hebben, de in België gevestigde regeeriDgswijze neer te werpen. Zijoe leden zulleu zich meer dan ooit zoeken te onthouden van alle onderwer pen van betwisting, die kwetsend zijn en de geesteu van elkander vervreemden, eu zij zullen ieveren om de overeenkomst der betrachtingen te verkloeken tusschen de katholieken van alle standen. De 7C00 vereenigiogen, 115.000 leden omvattend, die, zonder uitsluiting van hunne wederzijdscbe rechten, door den Belgischen Volksbond samr-ngesloten en bestuurd ziju, zullen, wij durven het ver hopen, voortgaau in den weg der een dracht en in dieu van een wijzen vooruit gang, zooals zij het sedert tien jaren gedaan hebben. Gewaardige zich Uwe Excellencie de zeer eerbiedige hulde te aanvaarden van bare nederige dienaren. De leden van het Bureel van den Belgischen Volksbond,: Art. VERHAEGEN. Gust. EYLENBOSCH, voorzitter, schrijver. Brussel, 10 Febr. 1901. Op dien brief heeft Z. Exc. de Pause lijke Nuncius als volgt geantwoord Apostolische Nunciatuur, te Brussel. M. Arlh. Verhaegen, lid der Kamer van Volksvertegenwoordigers, Gent. Ik beb my verhaast, aan den Heiligen Stoel de edele gevoelens te doen kennen, die uitgedrukt waren ten opzichte vau den Vertegenwoordiger Zijner Heiligheid, alsook de volkomene bijtreding van den bond tot de onderrichtingen en leidingen van het Opperhoofd der Kerk. Ik ben gelukkig, heden zelf een brief te ontvangen van Zijne Eminencie den Kardinaal Rampolla, die mij gelast, u te doen weten dat Zijne Heiligheid de ver klaringen van den Belgischen Volksbond lofwaardig heeft gevonden. Ik ben zeker, mijnheer de Voorzitter, dat de goedkeu ringen van dan H. Vader den iever van den bond zullen verdubbelen en dat al zijne leden rechtzinnig getrouw zullen blijven aan de onderrichtingen van den apostolische Stoel. Ik bid u, Mijnheer, met de hulde mijner dankbaarheid, de verzekering van mijne zeer eerbiedige verkleefdheid te aanvaarden. Brussel, 23 Februari 1901. (GetG. DE BELMONTE, Apostolische Nuncius. uit liefde voor het goede doen moet 1 als er geen hooger plicht voorgeschreven wordt, plicht die hare bekrachtiging eens vindt, hier of hier namaals De geuzen cijferen het eeuwige leven weg, de rede waarom wij in het tegen woordige ons slachtofferen, en zij zijn verwonderd dat de mensch alsdan zijn eigen het liefst ziet, dat de mensch égoïst wordt, eerst oomben, zegt het volk alsdan, en daarna oomkens kinderen Bij de catholieken is dat anders ge steld. Er moeteen hemel gewonnen wor- ■JeD, het eeuwige geluk ea de weg om er te komen is het goede doen, zijn eigen op te offeren voor het geluk van anderen. Die andereD zijn alsdan natuurlijk dankbaar en zij sluiten zich bij hunne weldoeners aan. Liefde baart wederliefde maar degeuzerij heeft geene lief ie; zij is ijskoud heeft eeue vrouw gezegd die haar gansch leven nochtans geuzin is geweest, wij bedoelen juffer Gatti de Gamond I zy moer en meer, met de voort during van bet vertrouwen OO. HH. de Bisschoppen, de aanmoedigingen verdie nen van den Stadhouder van Jezus- Christus u Gij hebt den brief gehoord, hernam Syl via somber. Het is maar al te waar, dat ik door mijnen verloofde schandelijk verstooten beu o Hemel, 't is vreeselijk. Maar lord Chetwynd mag daarom niet gegispt worden. Eer en plicht vergat hij door eene dwaze liefde voor deze jooge dame ik hoop, dat hij het zich nooit berouwen moge. Ik wensch dat er onder de dienstboden niet over deze zaak gesproken worde. Wat mij betreft, ik kan het kasteel nu uiet verlaten, dit is ook het verlangen van lord Chet*ynd. Wij zullen hem en zijne vrouw heel feestelijk ontvangt en niemand zal kunnen zoggen dat ik ongeluk kig ben, of mij aanzien, wat mij gebeurd is Vrouw Skewer verspreidde onwetend het Vihche verhaal onder de dienstboden. Men geloofde algemeen, dat jufvrouw Monk door den mai ki<-8 slecht bebaudeld was geworden men laadde de schuld op Bernice, waar door eene vijundige stemming ontstond, die nog gevoed werd door het verhaal harer af komst. Juffiouw Monk was zeer tevreden over dit begin en speelde de martelares. Aan don hem- Sanders, den opzichter, droeg zij op te zorgen voorde plechtige ontvangst van het bjuidspaar. Een telegram berichtte haar het uur van aankomst en de opzichter zond een gala-rij tuig en een wagen voor het reisgoed naar de statie. Met nydige oogen staarde miss Monk het Om reden De geuzcnbl.id van Brus sel, is 't hart toe. Zij beeft het laatste jaarboek van deu Belgischen Volksbond doorloopen en daarin gevonden dat die vereeniüing snel vooruit gaat en op kor ten tijd 15000 leden heeft bijgewonen Konnen de geuzen zoo iets bewerkstel ligen zucht zij met de tranen in de oogen. Chronique dat heeft zijn reden. De geuzen hebben nooit iets voor den werkman gedaan, meer nog al onze maat schappelijke werken hebben zij met baud en tand bevochten. Gij moest dan eens Bara gezien hebben, hoe bij in zijn vuur was om die wetteu te doen vallen. Er is meer! Wat doen de geuzen thans? Zij roepen eeus iu hunne dagbladen: wij zijn voor de werklieden en patati eu patata. En de armen komen nooit uit de mouw. Zy zagen liever over den Bijbel als een spaarbond in te richten. Hun gods diensthaat maakt bun blind; eu ook waarom zouden zij het doen Stil blijven is zoo aangenaam en waar om zich ook voor 't geluk van anderen opofferen als men het goede maar alleen rijtuig na, toen het door de laan reed. Hadde zij zich niet door toorn laten vervoeren, dan zou dat zelfde rijtuig haar eens van de trom reis teruggebracht hebben. Die gedachte maakte haar woedend, en vol vertwijfeling ging zij naar hare kamer. Ik ben vreeselijk gestraft voor mijne dwaasheid, n mompelde zij, doch ik kon niet gelooven, dat hij mij bij mijn woord zou houden. Nu moet ik mij voorbereiden eene andere t ontvangen op de plaats, die ik inuemeu kon. O, dit is erger dan de dood n Zij onderdrukte hare opgewondenheid en begon haar toilet te maken. Nauwelijks was zij begonnen, of de dear ging open en hare Oi.st-Indische min, haar eenige vertrouwde trad binnen. Zijt gij dat, Ragen n vroeg Miss Monk onverschillig. Mij dunkt, dat het tijd is om mij aan te kleeden, doch hoe zal ik mij klee- deu om haar te ontvangen De toon barer stem werd eensklaps wild ik wil niet ik wil niet n riep zij. u Bedaar, miss, fluisterde de oude, en maak u niet zoo boos gij hebt geen enkelen nacht sedert die wreede tijding meer geslapen en als gij alleen zijt, raast gij als eene beze tene, zijt gij dan zoo zwak en wilt gij u laten beheerschen door de jonge lady Chetwynd, gij, die schoon zijt als eene koningin? Bah, ik zie, dat gij werkelijk den moed verliest. Tusschen lord Chetwynd en u bestaat De Paus heeft bepaald wat meu door cbristene democratie moest verstaan. Inrichtingen tot stand brengen welke de werklieden voordeelig zijn, is arbeiden volgens de pauselijke ingeving integen deel het volk in de doeken winden door allerlei kwestiëo, is politiek maken en dat keurt Leo XIII bepaald af. De heeren van La Justice Sociale be spreken een woord van M. Woeste aan een schrijver van Le XXe Siècle gezegd en drijven er den spot meê. Dat is leelijk gedaan. Die heeren van La Justice Sociale zouden eens hun geweten moeten onder zoeken en zich eens afvragen welke in richtingen zij reeds tot stand hebben ge bracht. Sedert eenigen tijd leggen zij er zich op toe syndicaten te stichten. Dat is goed werk, maar dat hebben zij slechts sedert gisteren begonnen. Zij laten verstaan dat M. Woeste tegen de werklieden is. Dan roepen wij bun toe: Dat is eene valsche beschuldiging. Welke maatschappelijke kwestie is er in België die niet door M. Woeste is ver dedigd geworden Welk is zijn aandeel in ieder van hen Wanneer heeft bij tegen de belangen der werklieden gesproken Nooit 1 Altijd stond hij op de bres om die belangen te verdedigen. De eerste van al de Belgische staatsmannen heeft hij de aan dacht van de grooten geroepen op de noodzakelijkheid tot het volk te gaan, de maatschappelijke kwestie te studeeren. En zulken man durven de schrijvers van La Justice Sociale uitkreten 1 Foei 1 Dat is niet eerlijk en al wie op de hoogte is der maatschappeliike bewe ging zal dit schrijven van MM. Renkin of Carton afkeuren. niets, dat mijne hand of de uwe niet uit den weg zou kunnen ruimen. De oude trad nader en zag Sylvia met hare kleine valsche oogen aan. Gij hebt gelijk Ragen n riep ze. Het is kinderachtig van mij te treuren om iets, dat ik dadelijk kan verhelpen ik zal my sterk toonen. Kloed mij aan ik wil schoon zijn en er niet armzalig uitzien aan de zijde van Chetwynds jonge bruid hare schoonheid zal de mijne niet in de schaduw stellen. Vlug Ragen het bestu kleed De oude vrouw lachte te vreden en gehoor zaamde Zij was zeer mager en had een zwart bruin gelaat, dat er uitzag als perkament en tallooze rimpels vertoonde. De kleine oogen waren koolzwart en de haren waren onder een soort van rooden tulband verborgen zij droeg een kastanjebruin kleed van Indische stof en sandalen aan de voeten. De dienstbo den zagen haar altyd met geheime vrees en vermeden zooveel mogelijk hare nabijheid. Zij kleedde hare meesteres en riep toen vol bewondering Lord Chetwynd kan onmogelijk eene schoouere vrouw in het slot brengen dan gij. Gij zijt schoon als eene koningin en de lord zijn visschersmeisje weldra moe worden, bij begint vergelyküjgen te maken. (Wordt voortgezet).

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1901 | | pagina 1