Zondag 51 Maart 11>01 5 centiemen per nummer. 55s* Jaar 3359 vers ws Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. HET SPOOK Landelijk Socialismus. sr VOLKSKAMER andge EEJ IQ Cl keel pi, er nie Call S. apott rkt, l pijl van 1 doot 2 apo; •kt, te vei lerecij ekte t bots DE DENDERBODE. Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week, onder •lagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frankmet de Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden; fr. 4-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwitantiën door de Post ont vangen zijn ten laste van den schuldenaar Men schrijft in bij O. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, N. 31, en in alle Postkantoren des Lands Cuigue suiim. Per drukregel, Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00; Vonnisse op 3* bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen.bij accoord, Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen dep dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten Bureeie van dit blad Aalst, 30 Maart 1901. BOS De loonstandaard. 'T prEen godgeleerde van groot gezag, Mgr «2^ Waffelaert, Bisschop van Brugge heeft egjB§j eenige gedachten uiteengezet over het moeilijk en ingewikkeld vraagstuk, de i daghuur. Daarin moet men eerst en vooral een eerste grondbeginsel onderscheiden, dat van het minimum. 111 God heeft den menschen de wet van den *1 arbeid opgelegd. Hij heeft hun gezegd In 'L zweet uws aanschijnt suit gij uw brood eten. Dus moet het zweet het brood voort- -brengen, dus moet de arbeid in de be- hoeften van den mensch voorzien, want de werkman heeft geene andere middelen van bestaan. Wanneer de arbeider zijn werk ver- j jjhuurt, oischt de natuurlijke rechtveer- GCl digheid dat hy daarvoor ten minste zoo veel ontvange om in zijn volle onderhoud et te voorzion. |r 0I Dat is in al zijne overbiddelyke streng- vanfheid het grondbeginsel van het minimum van loon. S inhl Maar is de kwestie daarmeê afgedaan den i Neen, antwoordt de geleerde Bisschop d0 a van Brugge. - De strenge rcchtveerdi'/heid eischl een loon gelijk aan de weerde van het geleverde werk, 't is te neggen, aan 555S*« het voordeel dat dit werk aan den pa- troon oplevert. wjT Daarmeê is nu eenmaal door een ge- J jiaghebbende Godgeleerde het princiep vastgesteld. Wy drukken den innigen wensch uit dat die menschlievende leer stelsels in het werkelijke leven zoodra mogelijk doordringen overal, tot in die J <-11 werkhuizen waar de patroons, partygan- gers van het hatelijke Laat gaan wat gaat de volgende woorden van den te beruchten Malthus nog in eero houden Voor u is op het weerdschaj) van het leven geen schotel bijgezet. Uw lot is lÜden en vergaan; de natuur gebiedt iaja> u op te trekken en wacht zelfs niet dit ta^ bevel uit te voeren. De mensch die op eene reeds ingenomene wereld ver schijnt, mag geene aanspraak maken op eene plaats in de zon. Hij hetfi bet recht niet 't is gelyk welke boeveelheid eetwaren te eischen, indien zijne fami lie hem niet onderhouden kan of de samenleving zynen arbeid niet noodig heeft. Hy is er waarlyk te veel. a be Sedert het heuglijk verschijnen der wereldberoemde Encycliek Rerum No- varum, zou niemand zulke hoonende taal voor de menschheid durven voeren. ikrOlZelfs de hardvochtigste liberaleD, de he rigste en onverzoenlijkste aanklevers van het yskoude manchesterianisme hebben Chetwynd-Park. 13' vervolg. j IX. De Giftmengster. De aanwezigheid van Gilbert Monk in de kleedkamer zijner zuster werd noch door Sylvia, noch door de oude Ragen vermoed. ["W el wierp de oude een vorschenden blik door het ruime vertrek, doch dit was meer ge woonte dan argwaan. Zij plaatste een gernak- Uk*keUjken 'eunstoe' bÜ bet vuur, waarin zich haar jeugdige meesteres afgemat liet nefir- raaDzinken. drfll u (ja zitten, zei Sylvia, zonderde oogen mdop te slaan. Wij zyn alleen, weer daar ver zekerd van niemand loert aan de deur. HS. 2oker sprak de oude Ragen, als eene ekerkat naar het vuur starend. Wij zijn alleen, oaPhj kunt vrij spreken. Sylvia aarzelde nog zij zocht naar woor den. Ragen echter verried haar ongeduld niet, maar wachtte bedaard op hetgeen vol gen zou. Eindelijk had Sylvia moed gevat eu begon zachtjes met eeu Indisch dialeot. Gilbert sedert veel water in hunnen wijn gedaan. En langzamerhand ontwikkelen zich op sociaal gebied de verhevene begrippen van recht en menschlieTendheid van den onsterfelijken grijsaard van bet oude Yatikaan. Onder dien invloed hebben ge il zaghebbende geleerden dan ook deze I woorden geschreven welke door iedereen dienen diep overwogen te worden Wie het gedacht, der onderneming, gansch wisselvallig bestanddeel heeft opgevat, krijgt daarvoor ook eene, lijk zijne opvatting, wisselvallige belooning en die belooning ligt slechts in den zuiveren uitslag vau de onderneming, uitslag onmogelijk nauwkeurig te voor- zien. De mensch of de menschen, inte- gendeel, die eene voorziene, net be- paalde medewerking hebben gegeven, medewerking gemakkelijk af te meten, 't zij in uren, 't zij in voortgebrachte stukken, ontvaDgen eeu loon onmidde- lijk, onweerroepelijk eu onafhankelijk van den einduitslag.(Leroy-Beaulieu). De gedachten om in de menigte, in de werkelijkheid door te dringen hebben tijd noodig. Na veel hotsen en botsen komen zij terecht en vinden zij eene goede, ordelievende toepassing. Een weinig ge duld maar onverpoosde werking is op dat gebied oneindig beter dan het spooken op strekkiugen die tot het verleden behooren en die Klokke Roeland door hot opgra ven van oude artikels uit de jaren 1893 nu nog wil bevechten. Ons schijnt dat veeleer toe als wilde dit blad de eer heb ben gansch bouwvallige huizen in te stor ten en wapeülooze, veroordeelde en afge matte vijanden neêr te vellen.... Pieter Leroy-Beaulieu, zoon vau den vermaarden franschen staathuishoudkun dige Paul Leroy-Beaulieu, heeft in de Revue des deux Mondes eene reeke bij dragen laten verschijnen over Australië en Nieuw-Zeeland, waar hij verscheidene maanden verbleef. In meer dan eeu op zicht zijn die bijdragen belangrijk voor wie met volkshuishoudkunde onledig is, want zooals schrijver terecht zegt - die joDge landen zijn voor ons een waar labo ratorium van maatschappelijke weten schap, en de proefnemingen door hunne bewoners gedaan kunnen aan de oude wereld zonderling ten nutte komen (1). Het zij ons toegelaten hier samen te vatten wat schrijver zegt over de proefne ming van landbebouwing in 't gemeen, in Zuid-Australie gedaan. Die zaak is voor ons van 't grootste ge wicht, want ware zy wel uitgovallen, de socialisten zouden er natuurlijk eene be weegreden in vinden ten voordeele van hun landelijk socialismus. Lijk men weet, betrachten de socialis ten de afschaffing van den persoonlijken grondeigendom alle grond moet aau den Staat tocbehoorcn zeggen zij dat hebben (1) Revue des deux Mondes, 1 Oogst 1896, bl. 627. 8 Monk verstond zoo goed Indisch als Engelsch en luisterde met ingehouden adem. Ragen riep Sylvia opgewonden, ik kan het niet langer uithouden. Zijne teeder- heid voor haar versoheurt mij eiken dag het hart. Ieder dag moet ik zien, hoe hy haar liefkoost hooren, hoe hij haar prijst en ver goodt. Ik kan dat niet langer verdragen. Ik weet, dat voor u een menschenleven niet meer waard is dan een dierenleren, en nu heb ik uwe hulp noodig; Goed, wat moet de oude Ragen doen Zorgen dat ik de vrouw van Chetwynd worden kan, fluisterde Sylvia met fonke lende oogen. Een glimlach van zelfvoldoening speelde om de magere trekken der oude. Wy zullen zien, wat de oude Ragen kan, sprak zij. Gilbert Monk hield de zware gordijnen met zyue handen samen en loerde door de vouwen. Het oude wyf had eene oude Indische kast geopend, die aan den muur stond eu drukte op eene geheime veer. Monk hoorde een schuiflade opengaan en Ragen haalde daaruit een kistje, dat by den schijn van het vuur als een juweel glinsterde. Ragen ging voor den schoorsteen zitten en draaide het doosje in hare bruine, dorre handen heen en weer. Zij haalde onder haar kleed een gouden keteu te voorschijn, waaraan een sleutel van hetzelfde metaal hing. Hiermee opende zy het kistje zij in hunne zitdagen van Brussel (sep tember 1868), van Bazel (1869), van Stuttgart (1870) besloten, zoo zegde een kopstuk onzer Belgische socialisten, Van Beveren in Valentino te Gent den 3 sep tember 1894 Wij willen de vernieti ging der armoede door de invoering van het collectief bezet van grond, bodem en werkmaterieel. Zoo schreef ook nog de socialistische volksvertegenwoordiger Def- netiu Lepeuple van 23 Juli 1894 Het doel van ons programma is den grond, de werkhuizen, het vereenigde werkgetuig, 'tis te zeggen, al de vooitbrengingsmidde- len, in een woord, het kapitaal, den ge- raeenen eigendom van al de inwoners van hetzelfde land te maken Dat is klaar, dunkt ons en nochtans, hier, lijk in zake van godsdienstdurven de socialisten op den buiten hun gedacht niet heel en gansch doen kennen. De pil is nog al slecht om slikken, daarom moet zij in een lepel siroop ver doken worden. Uitvallen tegen de groote grondeige naars de misbruiken aanwijzen zooals zij gezien zijn door het vergrootglas van den socialistischen bril, dat kan er nog door maar aanprêeken dat al de kieine grond eigenaars hun bezit aan den Staat zullen moeten afstaan, met zoo iets durven zij niet voor den dag komen. Daarom bewe ren zij dat de socialistische staat den kleinen grondeigendom zou eerbiedigen. De socialistische voordrachtgever, zegde het Fransch kopstuk Lafargue op den soci alistischen zitdag van Marseille in 1892, moet beginnen met den kleinen eigenaar gerust te stellenDe communisten denken niet den kleinen eigendom staats bezit te maken, de groote grondeigendom nu in de handen der rijken moet alleen staatsbezit worden (1). Wy toonden hierboven hoe dit enkel boerenfopperij is dit is zooveel te meer waar daar de socialisten met eenige volkshuishoudkundigen beweren dat de kleine landelijke bebouwingen onvermij delijk zullen moeten verdwijuen om plaats te maken voor groote, uitgestrekte lande rijen met macbienen bewerkt, die veel voordeeliger, zeggen zij, kunnen voort brengen. Maar ziet ons hier ver van ons artikel van Leroy-Beaulieu, zal de lezer zeggen. Neen, vriend lezer, die inleiding was noodzakelijk. De Staat, al den grond bezittende, hoe zal hij hem bebouwen Drie wijzen kan men uitdenken Ofwel de Staat zou rechtstreeks zelf bebouweu Ofwel de Staat zou den grond aan den meestbiedende verhuren Ofwel de grond van heel een dorp zou in ééne hoeve bijeen gelegd worden om door de landbouwers van dit dorp in 't gemeen bebouwd te worden. Elk dezer stelsels zullen wij hier niet bespreken, (1) Aangehaald door Ch. Gide in Revue d'Èconomie politique, October 1892, bl. 1248. en Monk zag een deel van den inhoud. Deze bestond uit drie kleine fleschjes, die eeu hel der, kleur looze vloeistof bevattendriepak in wasdoek en nog drie kleine fleschjes, die heel kleine ronde kogeltjes bevatten. De drie laatste fleschjes nam de oude uit de doos onderzocht ze nauwkeurig. - Deze kogeltjes lossen gemakkelijk op in elke vloeistof, zeide Ragen, met de fleschjes spelend. Zij zijn zoo klein, dat gij ze ter nauwernood ziet. Zij werken oogenblikkelijk hij, die er een yan neemt, sterft als aan eene beroerte. Zij zijn bereid uit giftplanten, die in onze wonden groeien en laten geen spoor achter, n Dat zal niet goed zijn, zeide Sylvia bevend. Het meisje is jong en sterk en het is niet waarschijnlijk, dat zij aan eene be roerte sterft, n De oude logde het fleschje weg en nam een ander. In dit geval moeten wy een ander zoe ken. Op dit fleschje staat koorts Wie zulk een kogeltje neemt, krijgt eene hevige koorts, die eene week aanhoudt, waaraan de zieke aan delirium sterft. De werking is heel natnurlijk en geen mensch ter wereld kan iets van vergiftiging vermoeden. Het heeft reuk noch smaak en laat geer spoor achter. Het meisje is sedert eenigen t l erg terugge gaan, waarom zon ze geen oorts kunnen krijgen n het gedacht dat meest aanhangers vindt is hot laatste. Maar hoor ik vragen hoe zullen die landbouwers overeenkomen om dien ge meentegrond te bebouwen Zal de Staat per minsterieel besluit vaststellen welke vrucht in deze gemeente, welke in gene moet geplant worden Zullen de boeren van die gemeente, de opgebrachte vruch ten onder hen mogen verdeelen, en wat dan gedaan als de vruchten daar vernie tigd zijn, b. v. door den hagel, ofwel zal de hoogst van al die gemeenthoeven in de staatsscburen moeten geborgen worden, en in dit geval hoe worden de gemeente- boeren voor hun werk vergoed Zoo veel vragen en nog veel andere waarop de socialisten tot hiertoe vergeten hebben voldoende antwoord te geven. Eene zaak is zeker, met duiz ;nd moei lijkheden, ja onmogelijkheden zou zoo een stelsel gepaard gaan, dat zegt het ge zond verstand, dat bewijst de proefne ming van Zuid-Australië In December 1893 werd er eene wet gestemd aangaande village settlements. Die wet voorziet het vormen van gemeen schappen van ten minste twintig perso nen, aau dewelke de Staat ten hoogste 64 hectaren land per hoofd verhuren, en ten hoogste 1250 fr. per hoofd leenen mag. Elk jaar moet de gemeenschap 6 fr. 25 hectaar in verbeteringen gebruiken. 3 jaar begint de gemeenschap het ont leende geld met 5 kroos aan den Staat af te leggen, en binnen de IC jaar moet alles terug betaald zijn. De gemeenschap werd beheerd door eenen board of beheer van gewoonlijk 5 beheerders, elk jaar door en onder de leden gekozen. Die beheerders hebben groote macht zij bepalen wat moet gezaaid en geplant worden, koopen en verdeelen wat voor de gemeenschap noodig is, verkoopen den oogst on mogen desnoods de leden straffen met eene boete van 250 frank of bi voegde uren werk. De leden bezitten in eigendom hunne meubels, kleeren, boeken en huisgerief het werkgetuig is eigendom van den Staat. De leden zijn verplicht op den grond van de gemeenschap te wonen buiten de landerijen der gemeenschap mogen zij zonder toelating der beheerders niet wer ken zonder die toelating mogen zy ook niets koopen of verkoopen. De gemeenschap zorgt voor het onder houd der leden, alle vrijdagen wordt aan dezen een zeker getal bons, door de be heerders bepaald, gegeven, waarmee zij den geneesheer betalen en in de magazij nen van de gemeenschap voedsel en klee ren kunnen koopen. Twee derden der gedane winst moet gelijkelijk onder do leden verdeeld wor den. Zoo spreekt de wet van Zuid-Australie. Welke is nu de uitslag dier wet ge weest In October 1895 werd door de wetge vende kamers een onderzoek bevolen over de 13 gemeenschappen die tot stand ge- Deze zyn beter, n zei miss Monk lang. zaam wij znllen er gebruik van maken. Doch wacht Wat is in het derde fleschje De werking dezer kogeltjes is dezelfde als dio uit het vorige fleschje, doch met eon klein verschil, zei de oude. Ik kan de twee hjes slechts door hunne plaatsing onder scheiden, en in het laatste schijnen de kogel een weinig kleiner dan in het andere. Het verschil in de werking is ditde kogel- jes in het derde fleschje geven dezelfde ver schijnselen, doch veroorzaken slechts een schijndood. Dat begrijp ik niet Niet Het is een prachtig middel, uit zeldzame planten bereid, zei de oude vrouw. Wie het gebruikt krijgt een hevige koorts en sterft schynbaar aan delirium. Doch in werkelijkheid is hy niet dood, maar de pa tient is niet van een lijk te onderscheiden. Drie dagen lang blijft het leven weg, en dan ontwaken geest en lichaam uit hunne verdoo- ving. Wil men den laatsten toestand zes dagen rekken, dan behoeft men den schijn- doode slechts een tweede kogeltje in een lepel water opgelost te geven. Doch gy zult dit middel niet gebruiken. Neem een kogeltje uit de tweede flesch. n Maar hoe zal ik het bij my dragen Hoe het aanwenden vroeg Sylvia. Gelegenheid in overvloed. Werp het Bernioe in eene tas chocolade of krffie, als gy komen waren en toen van 15 tot 18 maan den oud waren. Hier volgt de uitslag van dit onderzoek Al de gemeenschappen hebben groote schulden bij den Staat, bij de kooplieden, bij iedereen. Eene der gemeenschappen heeft 3200 fr. per hoofd. Geene enkele gemeenschap zal op den tijd door de wet bepaald (na 3 jaar) kun nen beginnen de schuld, die zij bij den Staat staan heeft af te korten. Twaalf van de dertien gemeenschappen heeft men niet de minste winst gedaan in eene gemeenschap, nadat men een stuk land ontgind bad, heeft men het braak laten liggen omdat men niet over eenkwam wat daar zoude gezaaid of ge plant worden. De leden werken zomer en winter 7 uren daags. Het schijnt dat gezel Anseele bij som mige beheerders van gemeenschappen trouwe volgelingen gevonden heeftmeer dan eens werd hunne heerzucht en dwin gelandij door kleine omwentelingen ge koeld. In eene gemeenschap waren er 4 voorzitters in den tijd van 15 maanden. De wot bepaalt dat de beheerders gekozen zijn voor 1 jaar, bijna nergens is dit het geval geval geweest. Heel dikwijls worden er leden, die het gedacht der meerderheid niet deelen. vit i de gemeenschap gesloten. Voegt daarbij dezen die uit eigene beweging de gemeen schap verlaten en zoo komt bat dat eene gemeenschap begonnen met 23 leden er nu nog 9 telt. Eene andere, met 67 be gonnen, werd in tweeën verdeeld die te zamen 49 leden hebben. Eene derde is van 100 leden tot 65 gedaald. In het onderzoek zyn er leden geweest van gemeenschappen die dood eenvoudig vroegen het land der gemeenschap onder de leden te verdeelen. Zouden onze socialisten, moesten zij eens meester worden, den landbouw in richten lijk de wetgever van Zuid-Austra lie het gedaan heeft Moeilyk is het om zeggen of alle bij zonderheden dezelfde zouden zijn zeker is het dat, wat de eigenlijke inrichting aangaat, zij wonderwel overeenkomt met het programma en de gedachten onzer socialisten. Tot hiertoe konden wij ze enkel beveehten met de gezegden der ge zonde rede bier hebben wij de onder vinding die het gezond verstand komt bekrachtigen. Db Boeb. vergadering van 26 Maart 1901. Tabak. De heer Voorzitter. De heer minister van finauciën heeft het woord om te antwoorden op de vraag van den heer Bethune betreffende 't betalen der rechten op den tabak. De heer de Smet de Naeyer, minister van financiën en openbare werken. Zooals ik in zitting van 17 December 1897' deed opmerken, bedraagt het verlies in gewieht op vreemde tabak in de openbare alleen bij haar zijt. Ik zal het kistje aan u toevertrouwen, terwijl ik een doosje voor uw kogeltjes ga halen. Zij legde het koffertje op Sylvia's knie en ging naar hare kamer, die door een nauwe gang met de vertrekken harer meesteres in 'erbinding stond. "Wat die kleine dingen toch een kracht lebben, mompelde zy, terwijl zij met de fleschjes speelde. Plotseling verschrikte zy er werd aan de deur geklopt, het flesshje viel op haar schoot. Zij aarzelde nog een oogenblik, doch er werd opnieuw geklopt. Sylvia herkende hieraan, dat het Bernice zijn moest. Zy stond op, zette het kistje op tafel en daarnaast het doodende kogeltje, dat zij voor haar bestemd had. Zij legde er eene gazet over en ging dan in haar kamer, waar de markiezin wachtte. Nu bewoog zich Gilbert Monk in zijn schuilhoek. Hij stak zyn hoofd tnssoben de gordynen uit en luisterde. Ik geloof, dat de duivel mij helpt, n fluisterde hij. De weg is klaar en indien ik goed oppas, is mijn fortuin gemaakt. Als een schaduw kwam hy te voorschijn en sloop op zijn teenen naar de tafelhij luis terde nog even. In de zijkamer hoordo hy zyne zuster met de markiezin, die zij naar het leven stond, praten. Geen geruisch verried de terugkomst V^' t stapelhuizen gemiddeld min dan 2 t. h. Waarnemingen, sedert in bijzonder sta pelbuizen gedaan, hebben dat bevestigd in zeer zeldzame gevallen, bedraagt het verlies meer dan 2 t. h. en die bijzondere gevallen rechtvaardigen, geene wijziging van de bepalingen van artikel 4 der wet van 28 December 1897. Het verschil van regiem voor het bewa ken veroorlooft overigens niet, p bijzon dere stapelbuizen dezelfde regelen als op openbare stapelhuizen toe te passen. Welle. De heer Voorzitter. De heer minister van spoorwegen heeft nog het woord om te antwoorden op de vraag van den heer Bethune betreffende het ver anderen van de stopplaats te Welle in goederenstatie. De heer van der Bruggen, minister van landbouw, ter vervanging van den heer Liebaert, minister van spoorwegen, die verhinderd is. Van 't voortzetten van de studie over de vraag uitgaande vau den heer Bethune, kan geen sprake zijn, want 't is iets gansch nieuws nooit werd der gelijke vraag door de gemeente Welle ge daan. Ik twijfel sterk of het mogelijk zou zijn, daar het noodig verkeer te kunnen vinden om gevraagde veraudering te recht vaardigen de zaak zal ik eehter doen onderzoeken. PupillexiBchool. De heer Voor zitter De heer minister van oorlog heeft het woord om to antwoorden op de vraag van den heer hc'.b :oe. bstrekkelyk het herbouwen van de Pupiiienscncoi te Aalst. De heer generaal-majoor Cousébant d'Alkemade, minister van oorlog. Naar de gedane studiën zou eene nieuwe pupillenschool te Aalst 3 millioen franks kosten. Het departement van oorlog acht dat die overgroote uitgaaf kan gemist worden en zoekt naar de middelen om de gebou wen der bestaande school te verbeteren. Mond- en klauwzeer. De heer Voorzitter. De heer miuister van land bouw heeft nog het woord om te antwoor den op de vraag van den heer Bethune, betreffende de besmetting van mond- en klauwzeer in 't arrondissement Aalst. De heer Van der Bruggen, minister van landbouw. In de gemeenten waar mond- en klauwzeer uitberst, doet mijn departement onderrichtingen uitplakken over de te nemen maatregelen om de ziekte te voorkomen of te bestryden. Zelfde onderrichtingen worden rondge deeld aan hen die huisdieren houden. Voer 't overige, worden in 't arrondis sement Aalst de maatregelen genomen, die het meest gepast voorkomen, 't Is na melijk verboden, met vee over de baan te gaan binnen een bepaalden kring rond de brandpunten van besmetting. Het onderzoek van 12 Maart te Sotte- gem, Elene en Leeuwergem, als gevolg op een noodkreet op 10n Maart in een Brusselsch blad verschenen, heeft be paald bewezen dat bedoelde briefwisseling volstrekt had overdreven. van Ragen. Vlug nam hij het papier op nam het derde fleschje, waarvan het wasdoek ge ,chenrd was, deed den stop af en liet twee kogeltjes in zijne hand rollen. Toen plaatste hij het weer waar het gestaan had. Daarna nam hij het kogeltje, dat Sylvia nit het tweede flesehje genomen had en doodend gift was, en verruilde het met een uit het derde fleschje, dat slechts den schijndood veroor- :te. Dit gedaan hebbende, verdween hij weer in de vensternis met zijn buit. De gordijnen bewogen zich nog eventjes, toen Sylvia binnenkwameen oogenblii later verscheen ook de oude Ragen. Zij ging voor den schoorsteen zitten en begon de fleschjes weg te bergen zonder te bemerken, dat er een in hare afwezigheid geopend was. Zy zette het koffertje weder in de geheime lade en deed deze op slot. Toen nam zy het kogeltje, dat Monk verwisseld had en deed het in een klein fleschje, hetwelk zy op hare k r gehaald had. Dit fleschje kunt gij in nw zak open ma- zei zei, het haar toereikend gy zult gelegenheid hebben om het ongemerkt te ge bruiken. n Dat zal heden nog gebeuren, sprak Sylvia met hare sissende stem. - Binnen veer tien dagen of nog eerder zal Bernice in het familiegraf der Chetwynds rusten. - Wordt voorgezet.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1901 | | pagina 1