UM ZES MILLIOEN Zondag 29 Juni 1902 5 centiemen per nummer 56ste Jaar 5688 Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM VADERLAND, TAAL, VRIJHEID Tegen de geestelijkheid. W Schrikwekkende statistiek. Groot Turnfeest De Gulden Sporenslag NATIONALE FEESTEN DE DENDER BODE. Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee- kening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont vangen zyn ten laste van den schuldenaar. Men schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, Nr 31, cn in alle Postkantoren des Lands. CUIQUE HUM. Per drukregel. Gewone 15 centiemenReklamen fr. 1-00Vonnissen op 3de bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Nota rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dynsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van dit blad. Aalst, 28 Juni 1902. Onze groenen hebben niet een greintje eerbied meer voor onze Geestelijkheid, alhoewel zij er op pochen goede Christe nen te zijn en als goede christenen te han delen. Is, zou men wel vragen, hun eerste plicht alsdan niet aan hunne Overheid te gehoorzamen Zij zijn opgestaan, zeggen zij, met de edele zending de encycliek van Z. H. den Paus. Rerum Novarum, te verwezenlij ken. Dat zijn enkel woorden. De Paus vraagt de eendacht onder de Catholieken en, volgens het eerlijk Land van Aalst, roept hij tot het volk Wordt allen demokraten natuurlijk in den zin van de daensisten Als Z. H. de Paus aan de oneerbiedig heid ten opzichte zijner woorden en wen ken niet ontsnapt, dan mag men zich wel aan heel iets anders verwachten als het Zijne Hoogweerdigheid onze Bisschop, onze Priesters en Kloosterlingen geldt. Wie heeft het hatelijk art. vergeten van 7 April 1901 in Het Recht verschenen. Ziehier een staalken En onze brave goede Bisschop, de vervolger van priester Daens, is er zoo 11 gerust in dat hij ver van ervan te ver- mageren, nog 7 ponden is verzwaard in het jaar onzes Heeren 1900 Zulke taal voert Vooruit, zulke taal schrijft Dendergalm, de armtierige, maar zoo iets zou nooit in den geest mogen ko men van wie zich als christen wil doen doorgaan. Zij die hunne plichten verge' ten en de gehoorzaamheid is de eerste plicht hebben het recht niet meer den naam van Christenen te dragen. Een kind dat niet gehoorzaamt aan zijne ouders, onteert den naam der familie. Klokre Roeland blijft niet ten achter Zij werpt bloedigen hoon naar 't hoofd der Geestelijkheid zij verdenkt ze geen ge loot te hebben. Ze beschuldigt ze dus haar gansche leven te huichelen 1 Bloedige hoon 1 Leest hem en ziet met medelijden naar de afgedwaalden die andere op hunne maat meten. Wie zijne godsdienstige overtuiging niet heeft ver loren, zal de rechtzinnigheid van anderen niet verdenken. Schandalig is zulke taal Dit geloof ik ernstig. Als ik mij goed OVERPEIS EN WEL DE HANDELWIJZE Onzer geestelijkheid naga, dan dunkt het mij n dat er hoogstens 3o of 40 per honderd n kunnen zijn die oprecht gelooven en den godsdienst ernstig opnemen Die smaad is te groot dat zullen de kiezers op tijd en stond wel wreken in de kiezingen. Zij zullen die lasteraars k met duizenden en duizenden monden in 'taan- uon 8* Vervolg. Wat is er Wat zegt hij Mathurine zegt dat hij de moorde naar is. De onbekende keerde zich om, alle oogen waren op hem gevestigd, alle vin gers wezen hem aan. Mathurine herhaalde, met uitgestrekten arm. Ja, hij is het Wat beteekent dat vroeg de onbe kende op hoogen toon. Neem mij niet kwalijk, mijnheer, stamelde de hovenier, die niet wist waar aan hij zich te houden had, maar dat meisje zegt, dat gij de moordenaar zijt. De oogen van den man begonnen te fonkelen, eene huivering voer door zijne leden. Dat duurde evenwel slechts een oogen- blik. Hij haalde de schouders op en glim lachte minachtend. Komaan, zegde hij, open dit hekken en laat mij door. Evenwel, mijnheer, hernam de ho venier, als dat meisje zegt dat zij u her kent. gezicht slingeren Lafaards! hier is de belooning van uwe eerschendingingen en lasterende rooverijen De Daensisten durven schrijven wat de geuzen niet doen, wat de socialisten nauw niet zouden durven De Priesters, zij hebben geen oprecht geloof Na de geestelijke Overheid te hebben gelasterd, tracht diezelfde pen ook den Godsdienst in het belachelijke te trek ken, ook den Godsdienst bespottelijk te maken. Het een volgt natuurlijk op het andere, want beide dingen zijn eng, te eng verbonden opdat het anders zou kun nen zijn. Wie geen eerbied heeft voor de Priesters zal ook den Godsdienst niet ontzien, en wie den Godsdienst is genegen zal ook zijne Bedienaars, de Geestelijken, in eere houden. Lees nu de schandalige taal van Klokke Roetand, 22 juni 11., 2dï bl. i,te en 2dekol. Nederige onderpastoor te Zomergem, die drij paternoteis leest voor en 7 jaren aflaat schenkt aan al dezen die hem den voorkeur geven. i) Ieder kwezelken dat een nieuwen kalant aanbrengt, mag gedurende eene maand, alle weken (tot hare groote n glorie en verheerlijking) vijf minuten n langer dan haar konkurente in den biechtstoel zitten. Er wordt verzekerd dat als de meid i) en de knecht die zich van die afroomers bedienen in staat van gratie zijn, deze afroomers veel min room geven dan andere, en als er iets aan scheelt of dat er wat min boter verkregen wordt, het zeker is dat de boerin gedurende die week niet genoeg haar huis of hare i) stallen heeft bewaakt. Onze lezers zullen evenals wij met ver ontwaardiging die hatelijke taal gelezen hebben. Zij zullen zich wel afgevraagd hebben of zoo iets door christen gebleven zielen kon zijn geschreven, of die taal nog waardig is van een christen mensch. Die woorden bevatten bittere spot maar eens zal hij terug vallen op hen die er de daders van zijn en er eene schrikkelijke verantwoordelijkheid over dragen. In een onlangs verschenen wetenschap pelijk werk wordt gewezen op het over wegend aandeel van het alcoolism in de statistieken der misdaad en op de steeds aangroeiende verwoestingen van het drank misbruik. Volgens de berekeningen van dat werk mag een man van twintig jaren, die zich aan misbruik van sterke dranken over geeft, nauwelijks hopen nog een zestiental jaren te leven indien hij slechts een bierdrinker is, mag hij rekenen op twee- en-twintig jaren is hij daarentegen, ge heel en al matig dan mag hij nog gemid deld op vier-en-veertig jaren rekenen, Verder wordt in het werk gezegd dat, op 97 kinderen, geboren van ouders die misbruik maken van sterke dranken, er nauwelijks 14 gezond ter wereld komen. Wat de misdaden betreft moeten er, op honderd, in Frankrijk 5o en in Duitsch- land 41 aan het drankmisbruik toegeschre ven worden. Van den anderen kant heeft de schrij ver vastgesteld dat, in een tijdperk van tien jaren, waarin de dagloonen met een vierde gestegen zijn, het getal der perso nen die misbruik van sterke dranken maken evenveel is vermeerderd. In een ander tijdperk, daarentegen, toen de loo- nen met een derde verminderden, verviel het getal der drankhuizen van 3o5 op i83. De schrijver stelt ook vast dat, in de Amerikaansche stad Johnsburg, sedert lange jaren geene enkele misdaad is be dreven, alhoewel die stad eene nogal talrijke werkersbevolking heeft; maar alle verkoop van alkool is er streng ver boden en alleen de apothekers mogen er afleveren, op vertoon van een recept door eenen geneesheer afgeleverd. Eindelijk, het schijnt dat het getal der misdadigers veel minder is bij de vrou wen dan bij de mannen. De kindermoord komt bij haar in eersten rang vervolgens de vergiftiging, de verheling en eindelijk de vrijwillige brandstichting. Wat den ouderdom betreft, het grootste getal der misdadigers zijn tusschen de twintig en de dertig jaren oud, doch elke ouderdom schijnt zijne bijzondere soort van misdaad te hebben. Voor de jongsten is het de vrijwillige brandstichtingvoor de oude ren is het moordpoging en moord. De voornaamste les welke dat werk be vat is de nieuwe bevestiging dat alcoolism of misbruik van sterke dranken noodlottig en onvermijdelijk tot vernietiging der gezondheid en in vele gevallen tot de misdaad leidt. Bijgevolg is de bestrijding der steeds toenemende geneverplaag een hoogst noodzakelijk werk tot bevordering der openbare gezondheid, tot algemeene ver- zedelijking en tot uitroeiing der misdaad. Kleine burgerij. Het 3e interna tionaal congres der kleine burgerij zal op 3 en 4 September te Amsterdam gehou den worden Drie Nederlandsche minis ters, waaronder Dr Kuyper, hebben het het congres onder hunne bescherming genomen, en koningin Wilhelmina zal er op vertegenwoordigd worden door den regeeringscommissaris G. Van Tienhoven. De twee vorige congressen der kleine burgerij werden, zooals men weet, gehou den te Antwerpen in 1899 en te Namen in 1901. Onder de punten, die op de dagorde staan van het congres van Amsterdam, bemerken wij de oneerlijke concurren tie de zoogezegde uitverkoopen de wetgeving op de faillieten de verkoop op krediet de verzekeringen de Zon- dagrusthet nijverheids- en beroepson derwijs, enz. te Berchem-Antwerpen. De Nationale Bond der Catho- lieke Turn- en Wapenmaatschap pijen van België viert, op 2g-3o Juni 1902, haar jaarfeest te Ber chem-Antwerpen. Dit feest valt I dit jaar te zamen met den ion verjaaidag der inrichting. Het is door het toedoen van den Ber- chemschen Turnkring dat, in 1892, de enkele toen bestaande catholieke tummaatschappijen werden opgeroepen tot het inrichten van gezegden Bond die thans 75 aangesloten maatschappijen telt boven een veertigtal andere, welke nog niet voorgoed zijn ingeschreven. Het feest heeft plaats op het Van Hom- beeckplein naar aanleiding van de ker mis. Het tiende verjaringsfeest van den Bond belooft onder alle oogpunten prach tig te zijn. De bijtredingen komen goed toe, en verschillige maatschappijen zullen met talrijke turners aan het feest deel nemen. Zelfs Frankrijk zal te Berchem vertegenwoordigd zijn, namelijk door de turnafdeeling bestaande in het Werk der Vlamingen, te Parijs. Het belooft dus een der prachtigste en grootste turnfeesten te zijn die tot hiertoe in België plaats gehad hebben, en eene groote volksmenigte zal naar Berchem doen stroomen. Kloek aan Catholieke Turners, komt talrijk op te Berchem, waar onze Bond werd gesticht toont uwe macht, uwe kracht, uwen vooruitgang in de edele Turnzaak. Ja, ja, herhaalde Mathurine hard nekkig. Ik herken hem zeer goed, hij is het wel. De onbekende fronste de wenkbrauwen. Die grap heeft nu al lang genoeg geduurd nep hij uit. Dat meisje is gek, kom, laat mij door. In plaats daarvan klemde de hovenier zich met de beide handen aan het hek vast en hield het gesloten, terwijl hij mompelde Maar niettemin, mijnheer, ik ken u niet... Mathurine schreeuwde Houdt hem vast, ik zeg u dat hij het is. Hij is eergisteren hier gekomen, lk heb hem met M. den baron gezien, hij is Sorandal De man maakte eene driftige beweging en bromde tusschen zijne tanden, hoe wel luid genoeg om door allen verstaan te worden Dat is merkweerdig,op mijn woord. Daarna harder Nu ja. het is waar, ik ben mijnheer Sorandal maar ik begrijp niet hoe dit meisje mij kent, Zij heeft u eergisteren met mijnheer den baron gezien, zegde een boer. Inderdaad, ik ben eergisteren bij mijn oom geweest, zegde Sarandal kalm, wat geeft dat? O I gij weet waarschijnlijk niet.... zegde de hovenier. Voor de rookers. Rap smoren is zoo slecht als rap eten, of nog slechter. Hetzij men eene sigaar, eene pijp of eene sigaret rookt, men moet langzaam trekken, om er het grootste genoegen uit te trekken Traag trekken is eene eerte vereischte als men eene pijp rookt. Vele personen die reeds in hunne kin derjaren rooken, kennen er nog niets van. Het doet er volstrekt niets toe hoe dik wijls eene pijp uitdoove. Echte rookers hebben altijd, en ten minste twee pijpen nooit zullen zij uit eene pijp smoren vooraleer deze afge koeld is. Maar hoe moet men smoren en hoe rap Ziehier De bak der pijp mag nooit zoo heet worden dat men hem slechts moeilijk in de hand kan houden. Krijgt de bak heet, 't is een onfeilbaar teeken dat men te ras trekt. Goede tabak, eene goede pijp, dat zijn de eerste vereischten. Eet traag, smoor traag, drink weinig, en als ge niet vroeg sterft zult ge lang blijven leven en vele pijpen kunnen door- rooken 1302 11 Juli 1902. Het is de eerste maal dat België als een één en vrij volk, de vereeuwing van den slag der Gulden Sporen zal vieren. In Kortrijk worden grootsche feesten bereid. In Vlaanderen zijn reeds de feestelijk heden begonnen ter herinnering van dit gloriefeit, dat alleen schitterend genoeg is, om door al de eeuwen heen den naam van Vlaming met eer te omglansen. In Antwerpen, Brabant en Limburg blijft men niet ten achter. De Vlamingen te Luik vieren den jubel dag op Zondag 6 Juli. Op vele plaatsen wordt hij gevierd op 11 Juli, den eigenlijken verjaardag. Op andere plaatsen nog den volgenden zon dag, i3 Juli. Te Brussel, Leuven, Antwerpen, Turn hout, Hasselt, Tongeren, St-Truiden, Landen, Hamont, Moll, Borgloon, overal worden feesten aangekondigd overal zullen de Vlamingen, die het Vlaamsch bloed warm door de aderen stroomt en die fier op hun edel voorgeslacht zijn, de zegepraal van Groeninghen willen vieren, de zegepraal die Vlaanderen en gansch België uit de klauwen van Frankrijk heeft verlost, die onze onafhankelijkheid heeft mogelijk gemaakt en onze moeder taal heeft gered. Nogmaals drukken wij hier de hoop uit, dat ook onze stad niet zal achter blij ven, en weldra een comiteit zal gevormd worden om dien roemrijken dag, den öoo5"11 verjaardag van den Gulden Spo renslag, plechtig te herdenken. Wat? Dat mijnheer de baron denzelfden nacht vermoord is Welzeker, dat weet ik, ik heb het in de dagbladen gelezen en daarom kom ik hier. Goed, maar dan weet gij toch zeker niet, dat... Wat Wel, dat men u beschuldigt hem vermoord te hebben. Sorandal deinsde terug. Ik de moordenaar riep hij uit. Ellendeling- Hij hief zijn stok op, maar had den tijd niet toe te slaan. De vermetelsten der omstaanders had den zich op hem geworpen men klemde zich aan zijne armen vast, men ontrukte hem zijnen wandelstok. Hij verzette zich hevig, sloeg links en rechts krachtig om zich heen, maar hij moest zwichten voor de overmacht en van verder verzet afzien. Onder de worsteling werd er geroepen Grijpt hem Houdt hem goed vast. Hij is gepakt. Brengt hem bij mijnheer den maire. Maar zijt gij dan allen krakzinnig riep Sorandal uit. Ik zal het u betaald zetten, kerels Opnieuw deed hij eene poging om zich los te rukken, wat geen ander gevolg Stad Kortrijk. op 17 24 Augustus. V0LK80PT0CI1T. Binnen twee maanden vieren wij het zesde eeuwfeest van den Gulden-Sporen slag, die het latere ontstaan der Neder landen van België en Holland mogelijk maakte. Volksstoet, Vaandelfeest, Onthulling van het Gedenkteeken en Uitvoering van Vaderlandsche liederen op Zondag 17 Augustus, in den nanoen. Duizenden en duizenden uit Vlaande ren en Brabant, uit Limburg en Zeeland, uit heel Nederland moeten in den Stoet verschijnen en lucht geven aan hunne stamfierheid. De maatschappijen gelieven hunne bij treding te zenden, uiterlijk voor 3i Juli aanstaande, aan den heer Doutreligne, bureeloverste ten Stadhuize. Deze zendt ook alle gewenschte inlichtingen. Het Gemeentebestuur looft meer dan 2000 fr. premiën uit. Bovendien ontvangt iedere deelnemen de maatschappij een kunstdiploma. Na den volksstoet, om 6 uren, wordt de feestcantate van Th. Sevens en Karei Mestdagh ten gehoore gebracht door 1000 uitvoerders. 's Anderendaags doorkruist een histo rische Stoet de straten der stad. Het nachtfeest op Groeninge zal schit terend wezen. Voor hen, die gaarne op denzelfden dag naar huis keeren, zullen er late trei nen in alle richtingen vertrekken. Nederlanders, allen op naar Groeninge, naar Kortrijk I De wereld mag weten, dat wij trotsch zijn op ons verleden dat wij onze duur gewonnen vrijheid hou en trouw willen bewaren. Het Comiteit. had, dan dat de boeren hem nog steviger vasthielden. Hij heeft het zelf bekend 1 riep Ma thurine. Hij is het Lompe vlegels 1 schreeuwde Soran dal, Wat heb ik dan bekend Dat ik Sorandal heet Welnu Wilt gij mij wel eens los laten. De hovenier kwam tusschen beiden met bevende stem. Luister eens, mijnheer, zegde hij. Het is zeker heel onaangenaam voor u, maar dat meisje herkent u, dat is duide lijk en wij kunnen er niets aan doen dat de policie naar u zoekt, dat er een bevel tot inhechtnisneming, zooals zij dat noe men, tegen u is afgegeven door den rechter. Een bevel tot inhechtnisneming herhaalde Sorandal. Loop heen, dat is onmogelijk. O, zeker, mijnheer, dat is zoo en daarom, ziet ge, zou het beter zijn, dat gij zelf naar de mairie gingt, om ophel dering te geven. Sorandal scheen even na te denken, daarop zegde hij Ik weiger niet om met uwen maire te gaan spreken, wanneer dat een middel is, om dit onaangename misverstand spoedig op te helderen, maar wanneer ik er heenga, dan wil ik vrij zijn in mijne bewegingen en niet worden vastgehouden als een dief. Bij de gendarmen. Eindelijk zou er toch recht gedaan zijn tan de zoo bil lijke eischen die de gendarmen met reden voorbrachten. Er is verbetering gebracht aan hunnen toestand voor wat de soldij betreft. Ziehier hoe, op voorstel van den mi nister, de jaarwedden vastgesteld zijn, ten gevolge van het krediet van 662,965 fr. dat generaal Cousekant dAlkemade, Mi nister van oorlog daarvoor aan de Kamers voorgesteld en verkregen heeft. Gendarmen te paard Adjudant on derofficier, van fr. 2044,00 op fr. 225o compagnie-adjudant, van fr. i86i,5o op fr. 2200 opperwachtmeester, van fr. 1679 op fr. 2100 ie wachtmeester, van fr. 1606 op fr. 2020 wachtmeester-fourrier, van fr. i587,75 op fr. 2000 wachtmeester- bevelhebber, van fr. 1496,50 op fr. 1970 wachtmeester (zonder bevel), van fr. 1496 op fr. 1790 brigadier, van fr. i35o op fr. i63o gendarm van i" klas, van fr. 1314 op fr. i5go gendarm van 2* klas, van fr. n86,35opfr. i5io. Gendarmen te voet Opperwacht meester, van fr. 1387 op fr. 1800 eerste wachtmeester, van fr. i3t4 0pfr. 1730 wachtmeester-brigade bevelhebber van fr. 1244 op fr. 1710; zonder bevel (nieuwe graad) fr. i53o brigadier van fr. 1 i5i,5o op 1440 gendarm van ie klas, van fr. iog5 op fr. 1370; gendarm van ae klas, van fr. 957,5o op fr. 1290. Er is spraak gendarmen van 3e klas te noemen. Deze zullen binnen komen die te paard aan fr. 1460, wat vroeger fr. 118Ö was, dus 274 fr. ineer te voet, aan fr. i25o wat vroeger fr. 967, dus 293 fr. meer is. Kanker. De leeraar Honeitz van Kopenhagen, hoofdstad van Denemarken, zou een middel tegen den kanker ontdekt hebben. Hij zou de kankerzieke lichaamsdeelen behandelen met ananthyl of chlorathyl, welke eene zoo hevige koude ontwikkelen, dat de ziektekiemen er door zouden ge dood worden. Toen de boeren aarzelden, voegde hij erbij Zijt ge bang dat ik zal wegloopen, domkoppen De boeren overlegden een oogenblik met elkaar. Hem loslaten, hm Bah, we houden hem in 't oog. Een vroeg Belooft gij ons dat gij niet zult weg loopen Zeker, antwoordde Sorandal. Voor uit nu, wijs mij den weg naar de mairie. De handen lieten hem los en hij her stelde snel de wanorde van zijne kleeren. Woestelingen, mompelde hij, ter wijl hij een nieuwen strik in zijn hals doek legde. Men zou niet zeggen dat men hier zoo dicht bij Parijs was. Zijn hoed was in de worsteling afge vallen en hij vroeg er naar op bevelenden toon. Men gaf hem zijnen hoed aan,hij streek hem glad met zijne mouw en zette hem op. Mijn stok De hovenier raapte den stok op en gaf hem dien. Vooruit nu. De troep daalde de helling af, die van het kasteel naar het dorp Pierrefite voerde. De boeren omringden Sorandal en be waakten hem streng. Hij zag hem aan met koelen minach tenden blik en haalde nu en dan de schou ders op. De jongens, die zoo hard zij konden vooruitloopen waren, verspreidden het gerucht dat men den moordenaar had gepakt. Geheel Pierrefite liep uit, om eenen blik te werpen op den moordenaar, zooals men hem reeds, doch zeer zwak en angstig, noemde. Lordonneau, de weerdige maire van Pierrefite, die gewaarschuwd was, had zich snel naar de mairie begeven, waar hij, getooid met zijn cherp, bevend yan aandoening, den aangehoudene in zijne kamer verwachtte. De secretaris van den maire was den brigadier der gendarmerie gaan roepen, die in de grootste haast kwam met twej man. Welnu, brigadier? vroeg Lordon- neau toen hij hem zag, wat denkt gij van hetgeen men vertelt De brigadier had geen tijd hierop te antwoorden. Voetstappen van eene talrijke menigte klonken door de straat en men hoorde een luid geschreeuw. Hier is hij Hij is het 1 I)e moordenaar Hij is gepakt I Wij hebben hem 1 (Wordt voortg.)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1902 | | pagina 1