Donderdag 2 October 1902 5 centiemen per nummer. Sö8"5 Jaar 5714
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst
GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM.
VADERLAND, TAAL, VRIJHEID.
De vrijmetselarij
en hare werking.
HET PORTRET
Land- en Tuinbouw.
Eene wonderbare gene
zing le Lourdes.
DE DENDERBODE.
Dit blad verschijnt den Woensdag- en Zaterdag van iedere week onder dagtee-
kening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor
de Stad 5 frankmet den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
maanden fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving
eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont
vangen zijn ten laste van den schuldenaar.
Men schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, Nr 31,
en in alle Postkantoren des Lands.
CHIQUE 81XM.
Per drukregel. Gewone 15 centiemenReklamen fr. 1-00Vonnissen op
3de bladzijde 50 centiemen. Dikwyls te herhalen bekendmakingen by accoord
Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Nota
rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag
in den voormiddag.
Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van
dit blad.
Aalst, i October 1902.
Wie kan er nog betwijfelen dat de gods
dienstige vervolgingen die heden in
Frankrijk woeden ten grooteren deelen
aan de onderduimsche werking der vrij
metselarij moet toegeschreven worden
De feiten en daadzaken hebben meer
dan eens de waarheid bevestigd van het
gezegde van Mgr den Aartsbisschop van
Wij leven niet onder de republiek
maar wel onder het juk der vrijmetse-
larij.
Die onderduimsche werking wordt door
de ridders van drijhoek en truweel open
baarlijk erkend en het is dan ook niet
slecht er de aandacht op in te roepen. En
hierom dan willen wij het onbewimpelde
en onbeschaamde adres van den macon-
nieken Groot-Oosten van Milanen aan den
Franschen Groot-Oosten laten volgen
Roemzuchtige Groot-Meester van
den Groot-Oosten van Frankrijk, wij zijn
met vreugde getuigen van de worsteling,
welke de Fransche Regeering en het puik
der natie voeren tegen de godsdienstige
genootschappen, broeinesten van vijan
den voor't vaderland van Victor Hugo
en het menschdom.
11 In eene zoo stoutmoedige en heil
zame ondernemingonderneming die.
tot een goed einde gebracht, eene nieuwe
en prachtige lichtstraling zal uitmaken,
door het Republikeinsche Frankrijk over
gansch de wereld verspreid, tot eene lee
ring en een voorbeeld is het ons ge
makkelijk den invloed en de ijverige,
moedige en wondere werking te er
kennen der vrijmetselarij, wier roem
rijk en geërd opperhoofd gij zijt.
Het is omdat Italië, misschien meer
dan eenig ander land, den tand en den
klauw der Roomsche Kerk in haar vleesch
gevoelt, dat wij, blijder en fierder dan
ooit, over de vriendschap die ons aan u
verbindt, geestdriftig het werk onzer vrij
metselaarsbroeders van Frankrijk toejui
chen en hun zeggen, dat de gansche Ita-
liaansche democratie met dezelfde geest
drift bezield is.
Wij sturen u enkel deze woorden toe;
doch zij komen uit het hart als de innige
uitdrukking der gevoelens, die onze zie
len doorgloeien, van af den Groot-Oosten
van Italië, tot de laatste der logiën rond
ons vaandel geschaard.
DOOR
STR ANIERO.
188 vervolg.
Zevende Hoofdstuk,
De uitgewekenen.
De hevige schokken, die ik had door
staan en de krachtdadige pogingen, door
mij in 't werk gesteld, om den ouders van
Freule de Malpeire de buitensporigheid
mijner smart niet te doen blijken, hadden
mij in een toestand van lichamelijk lijden
en neêrslachtigheid van geest gebracht,
welke aan hen, die mij omringden, groote
bekommering veroorzaakte en hun deed
begnjpen, dat ik ernstig ziek was. On
rustwekkende verschijnselen begonnen
zich weldra te openbaren en den volgen
den dag verklaarde de dokter, dat ik den
dood zeer nabij was.
De Baron en zijne vrouw verlieten dag
noch nacht mijne sponde en voorzeker
dankte ik naast God aan hunne zorg vol
toewijding mijn leven. Mijne ziekte duur
de zes weken en de geneesheer had me
nigmaal verklaard, dat hij niet verwachtte
dat ik den nacht zou doorkomen. Die
dokter was een verstandig, bij de hand
yan ons en van allen, met de toe
juiching die wij herhalen, ontvang de
verkleefde groeten.
De Groot-Meester: M. de Christiforis.
De Groot-Secretaris: P. Premoli.
Onze Belgische liberalen en socialisten
die onder de macht der logiën staan, druk
ken ook in hunne dag- en weekbladen
hunne geestdriftige bewondering uit voor
de godsdienstvervolging in Frankrijken
die zij als eene edele, moedige en kracht
dadige handelwijze bezingen.
Wat bewijst dat
Dat bewijst dat moesten de liberalen
hier meester worden zij de voorbeelden
zouden naleven hun door hunne Fransche
moortelbroeders gegeven en wij, hier in
ons land, weldra den godsdienstoorlog
zouden zien woeden met zijnen akeligen
nasleep van verdrukking, rechtsverkrach
ting en dwinglandij.
Catholieke Belgen wij zijn dus ver
wittigd
Zaadmarkt, in het Landbouwers-
huis, Koornlei, Gent. Daar de bijval
dezer markt en tentoonstelling zoo groot
is, zal zij open blijven tot den ion Octo
ber aanstaande. Wij kunnen de landbou
wers niet genoeg aanraden, deze markt,
welke zoo leerrijk is, te bezoeken.
Invoer van vee gedurende de maand
Augustus. De invoer van runddieren
en schapen gedurende deze maand en de
eerste acht maanden der jaren 1901 en
1902 was als volgt
Augusti 8" maand 1902, 8e maand 1901
Runddieren 4,728 33,806 35.970
Schapen 8,808 70,330 65,073
Lammeren 4,859 42,561 32,326
Zooals wij reeds doen opmerken heb
ben, is de invoer van ossen en kalveren
uit Holland gedurende de laatste maanden
in eene zekere maat afgenomen. Integen
deel, is het getal ingevoerde koeien toege
nomen. Ook de invoer van schapen en
lammeren, zoo uit Duitschland als uit
Holland is vergroot.
LICIITSTRALEI\'.
Hoort, ziet, zwijgt en verdraagt,
Zoo weet niemand wat ge jaagt.
Ik ken zoo menig huisgezin,
Dat met een burgerlijk gewin,
Zou brood in vreê genieten,
En waar thans de jeneverzucht
Doet twist en armoe, snoode vrucht,
Steeds diepe wortelen schieten.
Jan Van Ryswyck.
Op den bodem van het glas liggen
armoede, ziekte, zonde en schande.
De drie vierden der lijders aan vallende
ziekte, zijn kinderen van drinkers.
Dr Ladamb.
De werkman, wiens maag om voedsel
vraagt en in plaatsjenever gebruikt,
verdooft door den alcool het hongerge
voel, en legt zijn maag het zwijgen op in
stede van aan haar billijk verzoek te vol
doen.
In België werd gedurende de jaren
1873 en 1876 de som van 450 millioen
meer aan loon betaald dan weleer aan
alcool werd in die jaren 429 millioen
meer besteed.
Aankoop door den Koning. Men
meldt dat woensdag de akte geteekend is,
waardoor de Koning het Hotel Belle-
vue, palend aan het koninklijk paleis van
Brussel, aankoopt voor den prijs van
2,100,000 fr Het hotel moet in 1906 ter
beschikking van den kooper zijn. De on
derhandelingen duurden reeds jaren.
oud mannetje, klein van gestalte. Hij had
zich in de oorzaak mijner ziekte niet be
drogen en, zoodra hij bemerkte dat ik
bewustzijn en geheugen herkreeg, sprak
hij tot mij in bijzijn van mevrouw.de
Malpeire
«De lucht dezer bergen is te scherp
voor mijn patiënt. Bovendien moeten wij
erop bedacht zijn dat de winter hier acht
maanden duurt, en dat de sneeuw wel
licht spoedig begint te vallen en de wegen
dan onbegaanbaar worden. Ik ben van
meening, dat mijnheer de Champanbert
aanstonds moet vertrekken. Ofschoon hij
zeer zwak is, ben ik niet bang om hem te
laten reizen. Zoo hij niet goed kan rijden,
is niets gemakkelijker dan hem in een
draagstoel te vervoeren. Ik zal u verge
zellen, bij deze woorden richtte hij zich
tot mij, en u bij uw vader brengen, die
u verwacht.
a Vader sprak ik, plotseling door
een ander denkbeeld getroffen. Weet
hij, dat ik ziek ben Heeft hij geschre
ven
Mevrouw de Malpeire zag den genees
heer angstig aan als niet wetend wat tc
antwoorden.
Zeg hem alles, Mevrouw, her
nam hij, V spreek hem over den brief dien
mijnheer de Baron ontvangen heeft.
Slechts enkele regels, -zeide zij
over mij heenbuigend, it Enkele regels
door uwen vader zeiven geschreven. Hij
maakt het heel wel en bevindt zich op
Waarlijk, Dendermonde mag de be
voorrechte stad van O. L. Vrouw ge
noemd worden.
Eenieder heeft nog versch in het ge
heugen de wonderbare genezing van Zus
ter Alfonsine, uit het Zwarte Zustershuis,
deze van Madame Du Caju welke alle
sommiteiten der geneeskunde met ver
stomming sloeg.
Andermaal komt die stad door eene
even wonderbare genezing begunstigd te
worden.
Ditmaal is het een arm weeskind, door
de openbare weldadigheid opgenomen,
welke door de H. Maagd als gunstelinge
werd uitverkoren.
Louise Vanderstraeten, geboren te
Dendermonde den 24 Mei 1882, sedert
hare kinderjaren in het Weezenhuis, was
sinds februari laatst aangedaan door eene
pijnlijke heupgewrichtontsteking (coxal-
gie), welke het gevolg gebleven is van
een gewrichtsrhumatism. Het ware ons
onmogelijk de smarten te beschrijven
welke het arme kind, gedurende zes
maanden, heeft te lijden gehad. De tee-
eene veilige plaatsdoch er hebben schrik
kelijke gebeurtenissen plaats gehad.
Op dit oogenblik trad de baron binnen
en deze stelde mij in kennis van de ont
zettende dagen van den 5den en den 6den
October. Mijn vader was getuige geweest
van alles wat er in die dagen had plaats
gehad. Zoodra hij het koninklijk gezin,
na de mislukte poging om te ontvluchten,
naar Parijs had begeleid, was hij enkele
uren naar Parijs teruggekeerd en had zich
den volgenden dag vrijwillig in balling
schap begeven. Hij was uitgeweken en
wachtte mij op in Turijn, waar ik mij bij
hem aan zou sluiten.
De dokter koesterde de hoop, dat deze
schrikkelijke tijding den loop mijner ge
dachten zou afleiden van dat eene idee
fixe, dat mijn gestel ondermijnde. En
inderdaad, de schok bij het vernemen
daarvan in mij teweeggebracht, keerde
mijne aandacht van mijn eigen lijden af
en wekte mijne wilskracht op. Ik richtte
mij een weinig in bed op en met den elle
boog op de peluw leunend, luisterde ik
naar de berichten uit de nieuwspapieren,
die de Baron tegelijk met den brief mijns
vaders ontvangen had en hardop voorlas.
De beschrijving der ontzettende taferee-
len, waarvan zij tot de kleinste bijzonder
heden vermeldden, nam al mijne aandacht
in beslag en gedurende een kwartier ver
gat ik Freule de Malpeire. Maar alvorens
de Baron ophield met lezen, vielen mijne
oogen ongelukkigerwijze op een groen
derste zorgen haar door de bewonderens
waardige Zusters van het gasthuis en door
de geneesheeren toegediend, bleven mach
teloos om hare ziekte te genezen of hare
pijnen te verzachten. Bij de minste aan
raking was haar lijden ondragelijk. Te
nauwernood kon zij soms eens hare lij
denssponde verlaten om, met behulp van
twee krukken, zich eenige stappen ver
voort te slepen.
Hare kwaal verergerde steeds en thans,
sinds een zestal weken, werden de spie
ren van het linker been en der heup zoo
hevig samengetrokken, dat dit lidmaat
veel korter werd dan het rechtere.
De zieke werd alsdan in een toestel ge
plaatst, waardoor het zieke been recht
gehouden werd, doch welk niet beletten
kon dat hetzelve steeds korter werd.
Het meisje was veroordeeld om een
ellendig leven, een leven van smarten,
van onnoemlijk lijden te slijten. Ziende
dat de aardsche middelen tegen hare
kwaal niets vermochten, wendde zij hare
laatste hoop naar de alvermogende Maagd
van Lourdes, tot welke zij steeds eene
diepe godsvrucht en diep onbeperkt be
trouwen had.
Ondanks al het pijnlijke, al het ver-
moeiönde der reis, kreeg zij op haar aan-
dringemd verlangen de toelating om de
nationale ziekenbedevaart van September
naar Lourdes te vergezellen. De brave
dienstmeid van het gasthuis had dc edel -
moedige gedachte gehad met hare eigene
spaarcenten de reis te bekostigen en in
persoon zelf de arme wees te vergezellen.
O edelhartige grootmoedigheid hoe
indrukwekkend, hoe grootsch zijt gij,
aangetroffen in het hart dier nederige
dienstbode
Met al de mogelijke voorzorgen werd
de zieke naar Charleroi overgebracht,
waar zij in eenen ziekenwagen geplaatst
werd. Te Lourdes aangekomen, werd zij
met de andere zieken in het hospitaal van
O. L. Vrouw der VII Weeën verzorgd.
Het was den donderdag der verledene
week. Reeds tweemaal was Louise in de
piscien gedompeld geweest, zonder dat
eenige verandering zich in haren toestand
had voorgedaan. Dien namiddag zou zij
eenderde had nemen. Met verdubbelden
iever en betrouwen aanriep zij de H.
Maagd en zie van zoodra bevond zij zich
in het mirakuleus water, of de zieke werd
eensklaps eene groote verzachting gewaar
in hare pijnen. Het toestel viel af cn
moest niet meer aangehecht worden.
Het was echter op verre nog de gene
zing niet, maar eene ernstige beternis die
bij de volgende baden telkens merkbaar
werd.
takje, welks bladeren zichtbaar waren op
de vensterruit. Het was een stekje maag-
denpaim, dat de Freule op zekeren ach
termiddag in haar gordel had gestoken,
en dat ik had opgeraapt, toen zij het ver
slenst en geknakt in een hoek der zaal
had weggeworpen. Het nietige scheutje
had wortels gekregen en zijne lichtgroene
bladeren begonnen uit te kijken boven
den rand van den bloempot, waarin ik
het als een zeldzaam gewas had geplant.
Aanstonds viel mijn hoofd bonzend in de
peluw terug en verzonk ik in bittere ge
dachten. De Baron ging voort met lezen,
maar niet langer was dat de reden, waar
om mijn bloed kookte en mijne oogen
zich met tranen vulden. De oude dokter
bemerkte deze plotselinge verandering en
sprak op beslisten toon
Nu, mijnheer, morgen moeten
wij vertrekken.
Dienzelfden avond zat mevrouw de
Malpeire alleen aan mijn bed. Ik weet
ternauwernood meer, welk eene uitdruk
king er op mijn gelaat lag, toen ik haar
aanzag, bij de gedachte aan haar, wier
naam ik niet meer wilde uitspreken doch
de arme vrouw barstte eensklaps in tranen
s en zeide met zachte stem
0 Ik rouw over haar als ware zij
dood.
Verder werd er niets gezegd. De wonde,
in mijn hart geslagen, was zoo pijnlijk en
zoo diep, dat ik vreesde mijn lijden nog
te zullen vermeerderen door ze aan te
Den zondag namiddag werd het meisje
terug naar de piscien gedragen. Terwijl
men haar baadde doorliep plotseling een
geweldige schok al hare lidmaten, eene
gewaarwording als of er iets vaneen
scheurde in hare linker heup en been.
Een kreet van vreugde en van dankzeg
ging ontsnapte hare borst, het arme kind
kon gaan zonder de minste moeite, zon
der de minste linking, zonder behulp ha-
rer krukken. Het zieke been had eensklaps
zijne normale lengte, de heup haren na
tuurlijken vorm terug gekregen.
De genezene begaf zich onmiddelijk
naar de grot, omringd door de juichende
en ontroerde menigte bedevaarders die
daar omtrent waren. Een ongemeene
geestdrift maakte zich van allen meester
en het was met eene onbeschrijflijke ver
voering dat de Magnificat vóór de voeten
der wonderdoende H. Maagd van Lour
des ten hemel steeg.
Steeds omringd door de menigte, werd
Louise Vanderstraeten naar het Bureel
der Bestatigingen geleid pm er door de
doctoors onderzocht te worden, en pro
cesverbaal harer wonderbare genezing te
zien opmaken.
Toen het nieuws dier genezing te Den
dermonde toekwam, was de ontroering
bij onze bevolking groot. Eenieder be
sprak ze, eenieder loofde en prees de
O. L. Vrouw van Lourdes, voor de^beko-
mene weldaad.
Woensdag laatst, bevond zich eene
dicht opeen gepakte massa volks voor de
standplaats van den ijzerenweg, verlan
gend naar den trein van 3 u. i5m. die
het bevoorrechte weeskind in Dender
monde aanbrengen moest. En toen ein
delijk Louise flink en zonder ongemak
uit den trein stapte en naar het rijtuig
"Ting, dan steeg uit dit volk een ontroer
den kreet van dank tot de H. Maagd.
De tocht van de genezene van de statie
naar het gasthuis was een ware zegetocht.
Al de huizen waren bevlagd en bloemtui
len werden haar aangeboden.
Aan iederen hoek waren honderden
moeders met hunne kinderen saamgeko-
men om dit volkskind te groeten dat op
zulke uitstekende wijze onder menige
anderen door de H. Maagd van Lourdes
kwam bevoorrecht te worden.
Aan de kapel der arme Claren geko
men, stapte Louise af en trad den kleinen
tempel binnen waar juist het beeld van
O. L. Vrouw van Lourdes, te gelegenheid
der plechtige novene, op eenen praal-
toon uitgesteld staat.
Aanstonds was de kapel tot drummens
door de eerbiedige menigte ingenomen,
en wijl dc bevoorrechte voor het beeld
raken. Ik gevoelde, dat er zaken beston
den, waarvon ik niet kon hooren gewa
gen zonder te sterven.
's Nachts, ongeveer ten half twaalf,
verwijderde zich de Baron en zijne vrouw,
na mij vol teederheid de hand te hebben
gedrukt. Juffrouw Boinet trad aarzelend
even mijne kamer binnen en wenschte mij
een goeden nacht met een pijnlijken trek
op haar gelaat, welken ik niet van haar
gewoon was.
Slaapwel, zeide ik, a tot wéér-
ziens morgen
Zij bracht haren zakdoek aan de oogen
cn ging zonder spreken henen. Ik bleef
alleen met de dienstmaagd, welke dien
nacht bij mij zou waken. Mijne vermoei
de brandende oogleden sloten zich ten
laatste en ik bleef voor de eerste maal
verscheidene uren achtereen in eenen die
pen slaap gedompeld.
Toen ik den volgenden morgen ont
waakte, was het klaarlichte dag en de
vroolijkc stralen der opgaande zon ver
spreidden zich door geheel het vertrek,
welks deuren en ramen wijd open ston
den. De geneesheer stond reeds aan mijn
bed.
Wel, wel sprak hij, gij zijt
veel beter. Wij moeten dezen eerlijken
schooncn dag benuttigen en over een uur
vertrekken,
(Wordt voortgezet).