Donderdag 20 November 1902 5 centiemen per nummer. Jaar 5728
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst
DER li 01)1
Aanslag tegen
Z.M. Leopold II.
GODSDIENST. HUISGEZIN. EIGENDOM
llSlPiil
VADERLAND. TAAL VRIJHEID.
Abvie zich voor een jaar
abonneert, zal ze van nu
tot Nieuwjaar GRATIS
ontvangen. Men kan ons
blad vragen ii. het post
kantoor waardoor men
bediend wordt, aan den
briefdrager, of ook met
naar ons bureel te ko
men ofte schrijven.
HET PORTRET
Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee-
kening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor
de Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
maanden fr. 1-75 voor dry maanden, voorop te betalen. De inschryving
eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont
vangen zyn ten laste van den schuldenaar.
Men schryft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, N' 31,
en in alle Postkantoren des Lands.
CllQti: MXM.
Per drukregel. Gewone 15 centiemenReklamen fr. 1-00Vonnissen op
3de bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen by accoord.
Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Nota
rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag
in den voormiddag.
Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van
dit blad.
Aalst, 19 November 190a.
De aanslag die Zaterdag 11. tegen Z.M.
onzen Koning gepleegd werd, heeft niet
alleen in gansch België maar ook de
wereld door verontweerdiging verwekt
en tevens ook vreugde omdat hij is mis
lukt.
Ja, 't gansche Belgische volk, behalve
het roode en groene gedeelte, drukt met
eensgezindheid zijne afkeuring uit van
dien hatelijken, dommen en laffen aan
slag.
Er is vreugde omdat Z. M. de Koning
ontsnapt is en ook omdat de booswicht
geen Belg is.
Overigens die aanslag levert 't bewijs
hoe zeer de Belgen gehecht zijn aan ons
Koninklijk Stamhuis.
De populariteit welke Z. M. Leopold II
heeft weten te verwerven, zal er door aan
groeien de overgroote meerderheid zal
er nog koningsgezinder om worden.
Deze dwaze aanslag doet ons herinne
ren wat al beleedigingen, wat al versma
dingen, wat al vuige lasteringen de roode
on groene schrijvelaars gedurig uitbraken
DOOR
8TRANIERD.
Laat mij alleen schreeuwde
nj, opslaande met een blik vol ontzet
tende bitterheid. Gij zijt ei-n ellendeling,
niet waard, dat ik 11 bezie. Meent gij, dat
ikhet brood wil, dat gij, als bedelaar,
van uwe familie zult ontvangen Neen.
Als gij niet vei kiest dit huis met mij te
verlaten, zal ik alleen weggaan en u op
den mestvaalt achterlaten, waar gij gebo
ren zijt, gemeene vagebond, die gij zijl
~*e Abbat werd wit van toorn en hief
ii/anC* °P week achteruit onder het
slaken van een noodkreet. Iedereen stond
°P en vloog naar hen toe. De weduwe
greep haren zoon bij den arm en hield
hem terug. Ik ging naar de jonge vrouw,
ie rechtop tegen den muur aanstond en
slrak voor zich uitstaarde. Haar eene
"wang was doodsbleek, de andere rood.
Hij heeft mij geslagen, sprak zij
jnet eene verschrikkelijke uitdrukking op
naar gelaat en dan liep zij de kamer uit
zonder naar mij te luisteren, zonder een
woord te spreken of iemand aan te zien,
en wij hoorden haar de trappen opgaan
onder hel uitbraken van de vreesclijkste
Vervloekingen.
om het koningdom in den persoon van
Z. M. Leopold II belachelijk en hatelijk
temaken. De gansche Koninklijke Fami
lie tot zelfs de vrouwen worden er bij be
grepen.
E11 onder dat opzicht hebben de groene
schrijvelaars niets te benijden aan hunne
roode confraters.
Het zou ons niet moeilijk vallen eene
gansche kolom van Den Denderbode te
vullen met de haatvolle en versmallende
laster» gen die sedert deze 7 laatste jaren
in 't Land van Aelst en De Werkman
tegen de Koninklijke Familie zijn uitge
braakt geworden.
E11 al die beleedigingen. al die versma
dingen, al die lasteringen worden de
wereld door verspreid en zoo wapenen zij
den arm van den eenen of anderen razigen
anarchist.
Wij verheugen ons omdat de booswicht
geen Belg is maar wie wei t of hij met
de bezoldigde handlanger is van Belgen
De roode schrijvelaars hebben wel den
aanslag af te keuren, maar er zijn toch
zoovele comedianttn op de 100de tooneel-
planken*
De liberale drukpers pleit verzachtend
omstandigheden uit vrees van de roode
vrienden te mishagen.
Dit gezegd zijnde ziehier hoe de Brus-
selsche dagbladen de feiten en omstandig
heden, meédeelen
Revolverschoten gelost op den
koninklijken stoet.
Zaterdag was het de uitvaart voor de
beide overleden Koninginnen, die voor
dit jaar de plechtigheid van het Te Deum
verving, bijgewoond door heel het Hot,
al de Staatskorpsen en eene ontzaglijke
volksmenigte.
Een anarchistische aanslag werd ge
pleegd bij het naar huis rijden van den
Koninklijk n Sioet, waai bij de Brussel-
sche bevolking, in eene opwelling van
nationaliteitsgevoel, op eene onbewim
pelde en onvoorbereide wijze zulke door
slaande bewijzen van koningsgezindheid
heeft gegeven dat men zeggen mag: ons
volk is niet rijp voor de heilige revolutie»
van citoyen Vandervelde.
Juist ten 12 uren 1/4 zag de menigte
die, langshenen de gaan paden der ko
ninklijke straat geschaard stond, langs-
waar het Hof naar het paleis terugkeerde,
op de hoogte der Bank een hevig gewoel
van het volk. waarboven men de gendar
men zag uitsteken, die hunne sabels
zwaaiden, terwijl de gidsen, die den stoet
Houd uw mond schreeuwde
de Abbat ten hoogste verbitterd, of
anders zal ik....
Laat haar gaan, riep de weduwe
terwijl zij hem dwong te gaan zitten,
stel u zeiven niet in het ongelijk. Zij is
begonnen met u te beleedigen en gij hebt
haar gestraft. Nu moet gij beiden weêr
goed trachten te worden en vreedzaam
met elkander te leven.
a Nu, wij zullen eens zien, morde
hij, maar Weet ge, als gij, mijn eigen
moeder, zoo iets teg-n mij gez.gd had,
dan geloof ik Zeker zou ik op u aangevlo
gen zijn. i)
Het werd laat en ik moest nog dienzelf
den avond naar S.... terugkeeren. De
oudste der Pinatels bood zich aan mij te
vergezellen, daar hij den volgenden dag
op de jaarmarkt zaken had te verhande
len Juist toen wij op het punt stonden te
vei trekken, scheen de weduwe een bang
voorgevoel te krijgen. Zij wende zich tot
den Abbat en zcide vol bezorgdheid
Gij moest ook in S.... gaan over
nachten. Uwe vrouw is zeer kwaad en,
als gij van avond haar weêr aanspreekt,
kan er nog iels ergers gebeuren dan
straks.
Denkt gij dan, dat ik bang voor
haar ben gaf hij beleedigd ten ant
woord. Ik zal 11 eens wat zeggen, moe
der zij zal mij een twied-n keer zoo
niet uitschelden als daareven.
Wij gingen henen. Het weder was
prachtig. De volle maan verlichtte ODzen
sloten, den gang hunner paarden ver
snelden.
Het gerucht dal een aanslag was ge
pleegd verspreidde eerte niet te beschiij
ven ontroering, en ejk wilde naar de
plaats snellen, waar men het gewoel het
eerst gezien had,
Ziehier wat er gebeurd was
Een persoon, schijnende een 40 jaar
oud, had revolverschoten gelost op het
derde rijtuig, waarin graaf John d'Oultre-
mom grooihofmaarschaik en generaal
Straus, aide de-camp des Konings, geze
ten ware'n.
De menigte greep hem verontweerdigd
vast; een man deed den revolver uit zijne
hand springen, op het oogenbiik dat hij
een derde schot ging lossen.
Een ontzaglijke kreet steeg uil de
menigte op. Al de aanw zigen omringdi n
den kerel, die dadelijk door de politie
aangegrepen en in het voorportaal der
Bank gebracht werd, terwijl de ge ndar-
tneiie moeite genoeg had om te beletten,
dat hij door het volk gelyncht werd.
H> t was een sterke, struische man, ge-
kle< d in een verslet» n veston en met eene
grijze klak op het hoofd.
Men vond, toen men hem aftastte, in
zijn bezit een Italiaanse h paspoort, kogel-
kaïdoezen, de sleutel van zijne woningen
etnig klein geld.
De menigte verdrong zich in de Bank,
zoodat de bedienden de politie ferm ter
zijde moest» n staan, om te beletten dat
het gebouw geheel ingenomen werd.
Ik ben een ongelukkige riep de
misdadiger uit; en als ik den stoet der
grooten zag voorbij trekken
Men onderbrak hem om hem zijnen
naamen heikomst te vragen en hij zegde
geboren te zijn te Pavia.
Wanneer hij buiten kwam om in een
huurrijtuig naar het politiebureel te wor
den gebracht, riep men ter dood ter
dood 1 terwijl een luidere, steeds voort
loopt nde kreet, den eersten overheerschte:
Leve de Koning
De misdadiger, door twee sterke poli
tieagenten geleid welke hem met de hand
boeien vast hielden, werd nu in het huur
rijtuig n. 5a geplaatst en onder de hoede
van twaalf gendarmen te peerd, naar het
commissariaat der Regenciestraat ge
bracht,
Wie is de misdadiger
Hij heet Rubino en is geboren in
Iiaiië en zegde, woonachtig te zijn in de
Beenhouwersstraat n. 21, waar een poli
tieofficier dadelijk een onderzoek begon
weg. Voordat wij het huis uit het oog
verloren, wendde ik mijne blikken er
nogmaals henen en prevelde ik een har
telijk gebed voor de trotsche, wcêrbar-
stige ziel, die ik daareven verlaten had.
Helaas ik had Gods hulp moeten af
smeeken voor eene andere ziel. die toen
op het punt stond voor Zijn Rechterstoel
te verschijnen.
Abbé Lambert zuchtte zwaar en scheen
wederom afkeerig zijn verhaal te vervol
gen doch mijntieer de Champanbert bad
hem dringend het ten einde toe te ver
tellen, waarop hij, blijkbaar met moeite,
aldus vooriging
Nu dan, sprak hij, dit bader
plaats. Als ik den volgenden dag naar de
keik ging, zag ik op de groote baan van
S' C.... iemand heel hard loopen naar
den kant, waar ik mij bevond. Toen deze
man mij voorbijging, rup hij uit
Bij de Pinatels is er van d<.n nacht
een moord gepleegd. De schoone boerin
heeft haren man gedood ik ga de politie
halen
Als mijnheer de Champanbert deze
woorden vernam, verborg hij zijn gelaat
in zijne handen en slaakte een diepen
zucht. Ik sidderde en wendde- mijne
oogen van de schilderij af, als ware de
schuldige werkelijk tegenwoordig.
Zoo'11 booze heks bracht mijn
oom met drift uit.
Aanstonds besloot ik, vervolgde
de Abbê, om in plaats van naar de
kerk, mij naarS'C,... te begeven. Alvo-
en waar een valies en verschiliige andere
voorwerpen gevonden werden.
Rubino betrok eene mansardekamer bij
eenen verkooper van gastoestellcn voor
verlichting.
Hij kwam zich daar over een iotal
dagen vestigen, leefde regelmatig en
sober en toonde in niets een buitenge
woon mensch te zijn.
Hij ging dagelijks ten 8 uren uit en
keerde rond 6-7 uren 's avonds terug.
De g»buren w. ten niet of hij werkte,
weien niet of hij brieven ontving en hoor
den slechts zeldzaam zijne taal, daar hij
hen schier nooit dan in gebroken
Fransch aansprak.
Volgens bekentenis, tijdens zijne on
dervraging gedaan, was hij opzettelijk
naar Biussel gekomen om den Koning te
dooden. Daarom ging hij alle dagen,
steeds van zijnen revolver voorzien, uit
om inlichtingen te bekomen betrekkelijk
de terugkomst van Z. M.
Daarom ook was hij zaterdag reeds
vioeg naar S°Gudulakerk gegaan, met
liet inzicht den aansLg in de kerk zelf te
plegen. Maar totn de genoodigden kwa
men, werd het publiek achteruit gedron-
g- n, zoodat hij bij de aankomst van den
K> nink ijken Stoet achter de barreelen-
N. dar stond.
Daar zag hij den koning uit het derde
rijtuig stappen.
Hij besloot toen den stoet bij den te
rugkeer, in de Koninklijke Straat af te
wachten en meenende dat, bij den terug
keer, de rijtuigen in dezelfde orde elkan
der zouden opvolgen, schoot hij op het
der'e rijtuig, waarin hij onderstelde dat
de Koning zat.
Hij veiklaart een anarchist te zijn, en
maakte den lof van Caserio, Vaillant en
andere misdadigers der laatste jaren.
Ook beweert hij vroeger in hoedanig
heid van MOUTON (stille verklikker) ge
hecht te zijn gi-weest aan het Italiaansche
gezantschap te Londen, maar daar hij in
dit gezantschap geen genoegzame inlich
tingen aanbracht over het doen en laten
der Londensche anarchisten zijne par
tijgenoten weigerde men, hem nog te
betalen.
Hij leefde toen ellendig, tot men hem
3 ponden sterling gaf om Londen te ver
laten. Hij kocht dan eenen revolver in
eene veikooping van den Berg van Berm-
hertigheid, wist een vierde pond sterling
los te maken en reisdenaar Brussel.
(Men merkeop dat er te Londen geen
Berg van Bermhertigh-id is. De anar
chist moet zich dus lner bedriegen).
Gedurende al de ondervragingen,
rens ik daar aankwam, ontmoette ik een
anderen persoon, die de ontzettende tij
ding bevestigde.
De schoone boerin heeft de mis
daad begaan, n zeide hij men kan er
niet in 't minst aan twijfelen. Gisteren
avond had zij ruzie met haar man. Zij
gingen echter volgens gewoonte naar bed
tn den geheelcn nacht hoorde men niets.
Maar dezen morgen, als de vrouw van
den oudsten zoon vroeg was opgestaan
otn te bakken, en zij voorbij de deur
hunner kamer kwam, voelde zij haar voet
op iets uitglijden, wat bloed bleek te zijn,
dat onder de deur doorzijpelde, gelijk zij
toen bemerkte. Zij riep om hulp en de
iwee jongere Pinatels, die juist naar den
wijngaard gingen, hoorden haar schreeu
wen. Zij vlogen in allerijl naar boven en
vonden hunnen broeder vermoord in zijn
bed liggen. Het scheen, dat zij hem in
zijn eersten slaap had doorstoken, want
het was duidelijk, dat hij zich niet ver
roerd had Daareven, toen ik hierheen
ging, leefde hij nog maar elk oogenbiik
dacht men, dat hij zijn laatsten snik had
gegeven.
En de vrouw vroeg ik huive
rend.
«Men weet niet, waar zij is, was
zijn antwoord, maar men is haar gaan
zoeken. Zij inoet Weggevlucht zijn door
de velden, want de huisdeur stond los.
Doch zij kan onmogelijk ontsnappen
het gehetlo dorp is achter haar heenge
trokken.
waaraan hij heel den namiddag onder
worpen werd, gaf hij blijken van de groot
ste onbeschaamdheid. Hij redetwistte
met de magistraten, schuifelde achter
zijne tralies en beweerde geene mede
plichtigen te hebben.
Hij beweerde geen persoonlijken haat
tegen den Koning te hebben. Hij wilde
niet a den Koning dooden, maar het
koningdom, de overheid, omdat deze
zich niet genoeg met het hongerlijdende
volk bezig houdt,
Hij had dezen dag gekozen, omdat de
Koning naar de kerk kwam om aperij te
spelen, en er van zijnen rouw niets ge
meend is
Het is slechts bij zijne aankomst in het
paleis, dat de Koning het gebeurde ver
nam.
Het was baron Goffinet.die den Koning
met de zaak bekei.d maakte.
De Koning was in 'tgeheel niet ontroerd
en vroeg of er niemand gekwetst was.
Na ontbeten te hebben is Z. M. per
automobiel naar de Luxemburgstatie ge
reden, waar hij, met commandant Cumont
den trein nam naar Groenendael.
De Pt ins, die met den Koning in het
eerste rijtuig zat, had onder het rijden de
schoten gehoord. Hij begreep dadelijk
dat een aanslag plaats had, en nadenkende
dat in het volgende rijtuig, zijne jonge
gemalin, prinses Clementine en de gravin
van Vlaanderen zaten, verkeerde hij
natuurlijk in groote onrust.
De Prinses heeft blijken gegeven van
bewonderensweerdige koelbloedigheid.
Gedurende de opschorsing der onder
vraging verhaalde Rubino aan de agenten,
met zijne bewaking gelast dat hij als
soldaat in het Italiaansche leger heeft ge
diend, dat hij getrouwd is en een zoontje
van vier jaren heeft en dat zijne vrouw
en kind te Londen zijn.
De herinnering aan die betrekkingen
deed hem ontroeren.
Hij verhaalde verder dat hij de leer
gangen eener Handelsschool volgde, waar
hij, na drie jaar studie, een diploom van
boekhouder verwierf en nam bij de agen
ten inlichtingen over de straffen, die hem
te wachten stonden.
Hij beweert, liever in de gevangenis te
zitten dan het ellendig leven dat hij leidde
voort te zetten.
In den loop van den avond scheen hij
vermoeid. Ten 8 ure heeft de procureur-
generaal Willemaers hem voor goed naar
de gevangenis van St-Gil les doen brengen,
in een rijtuig waar hij vergezeld was van
Ik snelde vooruit, terwijl ik uit den
grond des harten gebeden opzond tot
God, dat liij mij tijd zoude geven om dien
ongelukkige voor te bereiden om voor
Hem te verschijnen. Toen ik het huis
naderde, hoorde ik kreten en snikken
hetgeen mij bevreesd maakte, dat alles
gedaan zou zijn. De benedenkamer was
vol volk, want de Pinatels stonden in
viij groot aanzien bij de dorpsbewoners
Men zegde mij dat de Abbat nog in leven,
maar buiten kennis was. Ik ging naar
boven langs een soort van ladder, die tot
trap diende, en kwam in eene flauw ver
lichte kamer, waar de geheele familie
vergaderd was rondom den Abbat, die
daar neêrlag als iemand die sliep. Een
wit laken bedekte het bed en men zag
niets van hem dan zijn gelaat, rustende
op het kussen. Zijne moeder was over
hem neêrgcbogen met onutisprekdijke
smart en sprak hem nu en dan toe, in
de hoop dat hij haar verstaan zou. Bij
mijn binnentreden riep zij uit
u Gisteren bracht gij hem vol leven
en gezondheid hier, en nu gaat hij ster
ven Die wolvin heeft hem in zijn slaap
als een arm hulpeloos lam vermoord.
«Ik moet trachten hem te helpen,
sprak ik en, met een levendig betrouwen
in het hart, knielde ik aan den anderen
kant van het bed neder, Ik verbeeldde
mij, dat de Abbat zich alsdan bewoog en
zijne oogen open deed.
(Wordt voortgezet).