Zondag 5 Mei 1903
3 centiemen per nummer.
30* Jaar 3801
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst
GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM
VADERLAND. TAAL, VRIJHEID.
Arbeidsverzekering.
OM ZES MILLIE0N
Princiep en
toepassing.
Werkmanswoningen.
DE DENDERBODE
Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee-
kening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor
de Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
maanden fr. 1-75 voor dry maanden, voorop te betalen. De inschrijving
eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont
vangen zyn ten laste van den schuldenaar.
Men schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, Nr 31,
en in alle Postkantoren des Lands.
CUIQUE 81'UM.
Per drukregel. Gewone 15 centiemenReklamen fr. 1-00 Vonnissen op
3de bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord.
Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Nota
rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag
in den voormiddag.
Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van
dit blad.
Aalst, 2 Mei igo3.
De vijanden der catholieke Partij en
onder deze zijn de zoogezegde christene
demokraten de verbitterdste, schelden op
onze Regeering en beweren dat in zake
der arbeidswetten, wij achteruit blijven.
Rechtveerdigheid en liefde voor het
volkwaar zitten die deugden bij
b onze zoogezegde catholieke gods-
dienstverdedigers van Belgiè vraagt
een der groene menners.
Die heer, het is een groene, heeft geen
oogen dan voor de socialisten die alle
maatschappelijke hervorming belemme
ren of bekampen en voor de liberalen, die
gekende manchesterianen, wars van alle
verbetering in den stoffelijken toestand
der arbeiders zoo deze het noodzakelijk
maakt dat de Staat moet ingrijpen op de
bestaande orde der dingen en dus hun
geheiligd princiep bedreigt: Laat gaan,
WAT GAAT.
De Catholieken hoeven om hunne wer
ken op sociaal gebied niet te blozen. Wij
zullen niet gewagen van al de scheppingen
der bijzondere initiatief, omdat wij ze niet
kunnen tegenstellen aan de inrichtingen
door onze vijanden gesticht en door hunne
zelfsopoffering in 'tleven gehouden, want
zij hebben er geene, noch dc groenen
noch de geuzen.
Wat de socialisten betreft die hebben
coöperatieven, maar die instellingen zijn
niet voor de kleinen maar zijn echte
kazen waarin de groote leiders zich dik
in smullen. De winsten die gedaan wor
den gaan voor een goed gedeelte aan
de propaganda en die propaganda dient
slechts om een of anderen hardschreeu-
wer toe te laten wat op 't hooge te klau
teren, tot op de kussens der Volkskamer.
Zij zijn een middel dus om vette postjes
te bezorgen aan de grooten.
Wij zullen ons houden aan de werken
door de wetgeving tot stand gebracht en
hier kunnen wij vergelijkingen maken
met de vreemde landen die ons omringen.
Fier mogen wij eerst en vooral zijn op
onze wet over de arbeiderswoningen, dat
een werk is van onze oude Cynskamer 1
Die wet is zoo volmaakt, zoo schoon en
zoo volkslievend gevonden dat de socia
listische minister van handel in Frankrijk
ze bij ons is komen afschrijven om ze in
zijn land in te voeren.
Dat feit is onloochenbaar en spreekt
luider dan al de beweringen onzer vijan
den, welke door haat en de wraakzucht
2ijn ingeblazen.
Fier mogen wij zijn op onze werkrech-
tersraden. Weeral zijn zij een toonbeeld
voor onze zuiderburen die ons een tweede
maal de eer hebben aangedaan onze wet
over te nemen. Als men onze catholieke
5o* Vervolg.
Dienzelfden avond, na het diner, speel
den zij eene partij biljard en de goede
man was zoo in vuur over zijn spel, dat
hij niet had opgemerkt hoe zijne vrouw,
die aan de tafel bijr.a geen woord gespro
ken had, zoodra de koffie gediend was,
naar hare kamer was gegaan.
Sorandal liet dorgeur winnen en diens
voldoening kende nu geene grenzen meer.
Toen de nieuwe bewoner later alleen op
zijne slaapkamer was, waar de koffers die
zijne kleederen en zijn linnengoed bevat
ten, gebracht waren, zegde hij, evenals
de nieuwe kamerdienaar had gezegd
Ik ben er.
Gedurende eenigen tijd ging hij pein
zend op en neer toen ging hij naar bed.
Bij zijn ontwaken was het reeds helder
dag.
Hij richtte zich in zijn bed op en wreef
den slaap uit zijne pogen.
Hij had goed geslapen, hij voelde zich
verkwikt, uitgerusthij had honger.
Hé, dacht hij, hij heeft vergeten mij
te zeggen hoe laat men hier dejeuneert.
Op het nachttafeltje, onder het bereik
van zijne hand,stond eene electrische bel;
hij glimlachte en zegde bij zich zelve
Regeering verwijt geen liefde voor het
volk te hebben, wat zullen die helden dan
niet zeggen van de radikalen in Frankrijk
die niets beters kunnen dan onze wetten
over te nemen.
Een comble daar, in Frankrijk, is er
eene Volksregeering, zegde het orgaan
van Pilatus Daens.
Waartoe de haat toch iemand in staat
stelt.
Fier mogen wij zijn op onze pensioen
wet. Met eene kleine opoffering is de
werkman in staat gesteld zich een treffelijk
pensioen voor den ouden dag te vormen I
De Staat, de Provincie en op vele plaat
sen ook de Gemeenten geven rijke toe
lagen.
In Frankrijk bestaat de ouderdoms-
verzekering nog niet. Daar houdt die
zoogezegde Volksregeering naar het
hert van Pilatus Daens, zich liever op
met den oorlog aan de Kloosters, aan
den Godsdienst te doen.
Daar is er ptaqSipiaaAjqaai daar is er
apjaq voor het volk
Doch laten wij dit punt ter zij. Wij
mogen onze wet gerust vergelijken met de
toestanden in Duitschland.
Onze werklieden kiezen vrij den ouder
dom waarop zij -van hunne rente willen
genieter, tusschen de 5o en de 65 jaar
DeDuitsche werkman heeft dat recht niet.
Hij zal zijn pensioen genieten op 70
jarigen ouderdom, niet een dag vroeger,
ZOO HIJ GEZOND BLIJFT.
Daarvoor moet hij, gij leest niet waar
moet hij, persoonlijk storten van zijn 16
jaar af tot zijn 705l# eene bijdrage van
minstens 4.40 fr. per jaar en welke beloo-
pen kon tot 11.70 fr.
Zijne rente bedraagt op dien ouderdom
VOOR ZOOVEEL HET ZIJNE PERSOONLIJKE
stortingen betreft van 75 frank tot 225
fr. Het Keizerrijk geeft eene toelage op
het oogenblik dat de rente wordt toege
staan van 5o markof 62.5o fr.
Zij is dezelfde voor alle renten.
Wij zullen die wet nader doen kennen
aan onze lezers. Wij vragen hen thans
wie geeft de rijkste toelagen of het Duitsch
Keizerrijk of de Belgische Staat
Vergeet niet dat de Staat ten onzent
0,60 fr. geeft voor eiken frank op het
renteboeksken gestort, verders 2 fr. voor
ieder boeksken waarop 5 fr. in dezelfde
voorwaarden.
Wie dus 4 fr. stort, krijgt als toelage, als
aanmoedigingspremie 4 60 2.40 fr.
als lid enz. 2.00
van de Provincie 3.00
te zamen 7.40
Wij zullen in een volgend artikel zien
wat die som opbrengt. Reeds van nu af
mogen wij zeggenWij staan in zake van
ouderdomspensioenen voor Duitsch
land niet achteruit.
Ik durf wedden dat die uitmuntende
neef nog de moeite heeft genomen een be
diende voor mij beschikbaar te stellen.
Hij vergistte zich nietter nauwernood
had hij met zijne hand den knop van de
bel aangeraakt, of de deur werd zacht
geopend een bediende trad binnen.
Het was een man van dertig jaar onge
veer, klein, mager en met een ingevallen,
zorgvuldig geschoren gelaat.
Heeft mijnheer gebeld
Sorandal sprong eensklaps in zijn bed
op en bleef met half geopenden mond en
bevende lippen den man aanstaren...
De bediende scheen niets van die ont
roering te bemerken, hoewel zij toch zeer
zichtbaar was.
Hij bleef zwijgend en onbeweeglijk
staan en wachtte in onderdanige houding
op zijne bevelen.
Trouwens een enkele minuut was vol
doende voor Sorandal, om zijne zelfbe-
heersching te herwinnen.
Toch klonk zijne stem eenigszins heesch
toen hij vroeg
Wie zijt gij
De knecht antwoordde
M. Dorgeur heeft bevolen, dat ik mij
ter beschikking van mijnheer moest stel
len.
Zijt gij een der bedienden van het
kasteel
Ja, mijnheer.
Hoe heet ge
Tony.
De heer Daens vat de 'stelling der zooge
zegde christene demokraten aldus samen,
u De rechtvaardigheid is ons doel, DE
WAARHEID IS ONS WAPEN.
De waarheid hun wapen En zij
vergeten dat de schandige historie van
het wijf den stempel der onteering op hun
voorhoofd heeft gemerkt. Was dit geene
toepassing van het hatelijk princiep alle
middelen zijn goed? Wie zoo eene daad
op het geweten heeft, mag die nog spre
ken van de waarheid is ons wapen
Heeft die geschiedenis niet al eerlijk man
doen walgen Het was in 1894 voorde
herkiezing, in December. De zaken ston
den slecht voor den heer Daens.
Wat gebeurt er
Op den dag der kiezing zelve, in den
morgen op al de dorpen en in al de steden
van het Arrondissement Aalst, wierden
overal strooibiljetten uitgedeeld dat de
Catholieken eene vrouw hadden uitge
kocht om den heer Daens te doen vallen!
De list gelukte.
Doch wij hoeven zoo hoog niet op te
klimmen, wij moeten het kort verleden
der zoogezegde demokraten niet onder
zoeken om beweegreden en daden te
vinden welke bewijzen boe huichelachtig
met dit schoone princiep wordt aange
gaan in het groene kamp.
Wij nemen een artikel uit Klokke
Roeland van 19 April 11. getiteld Onze
catholieke partij. De lezers hebben
reeds geraden dat het niets anders kan
zijn dan een schimp, dan onwaarheid,
dan een schijnheilige uitval van het begin
tot het einde.
Wij, Catholieken, hebben, zegt die waar-
heidminnende schrijver, onzen godsdienst
niet lief; wij gebaren dat slechts. Al onze
liefde, al onze genegenheid en opoffering
is alleen gebarenspel 1
Die bevestiging is, zonder bewijzen
natuurlijk, vooruitgezet. Wij zullen ons
niet vernederen zelfs tegen zulke verre
gaande slechtheid protest aan te teekenen!
Die lieve schrijver zegt verder Wij
zullen niet spreken van de 5o millioen
nieuwe jaarlijksche verbruikslasten
die zij zoo vaderlijk en zoo liefdevol op
de gekromde (sic) rug van ons wer-
kersvolk geduwd hebben.
Hij bedoelt de lasten op den alkool en
die waarheidlievende schrijver met zijn
edele iuzichten heet ze verbruikslasten
O ja de waarheid is zijn wapen
Hij wil dus de lasten op den alkool af
schaffen! Hij zou dus willen dat de drank
langs om meer het zedelijk peil van ons
volk verlage en dat het zijne lichamelijke
krachten ondermijne
Sorandal streek met de hand over zijn
voorhoofd.
Toen vroeg hij opnieuw
Hoe komt het dat ik u niet eerder
gezien heb
Ik ben eerst eergisteren hier in dienst
gekomen.
Zoo. Schuif de gordijnen open.
Tonny gehoorzaamde en het volle dag
licht viel eensklaps in de kamer.
Sorandal hield zijn blik onafgewend op
den man gericht en mompelde
Het is vreemd.
De bediende zag om.
Heeft mijnheer iets gezegd
Neen... maar wacht eens... ja, waar
lijk... ik geloof dat ik u meer gezien heb.
Tony antwoordde niet en Sorandal
hernam
Ik moet u ergens ontmoet hebben,
maar waar Dat weet ik niet.
Tony gaf op volkomen kalmen toon
ten antwoord
Het zou al te veel eer zijn, wanneer
mijnheer zooveel acht geslagen had op
een bediende, dat hij hem later nog
herkende.
Sorandal vroeg weer
Zijt gij door een dienstboden-kan
toor, hier geplaatst
Neen, mijnheer ik ben door mijnheer
den onder-prefekt bij M. Dorgeur aan
bevolen
Waar zijt gij vroeger in dienst ge
weest
Het is dus slecht voor dien heer het
verbruik van den genever te willen
bevechten Neen, dat mag nietUit
geput door den drank, verstandelijk te
neer gedrukt door den alkool, worden
deze slaven misschien zijne kiezers
De waarheid is zijn wapen En hij
zegtverzekering tegen den ouderdom!
9 centen daags
Het pensioen van 65 fr. is de overgangs
maatregel van onze pensioenwet, dat is
de eigenlijke pensioenwet niet. Zijne
voorstelling is dus geen eerlijke, geen
treffelijke.
Het is niet moeilijk, indien men zich
eenige opofferingen wilgeven, zich een
pensioen te vormen, niet van 9 centen
daags, dat gratis wordt verleend aan
de ouderlingen, maar van EEN FRANK
per dag.
Wie maar een weinig stort zal er toe
komen. Wil die heer van die persoonlijke
stortingen niet en zou misschien de Staat
alles moeten doen
Dat is ellendig dwaas. Ziehier wat
de leider der Fransche socialisten in de
Kamer zegde den 23 October 1902
11 Ik ben overtuigd dat het noodzake
lijk is dat al de werklieden een aan
deel hebben in de bijdragen voor het
dacrstellen van eene ouderdoms-
reïtte.
Die lieve schrijver ziet verder riaar
Duitschland en schijnt te willen zeggen
dat het aan het protestatism is dat dit
land zijn arbeidsverzekering is verschul
digd
Hij moet nochtans weten dat de Duit-
sche Catholieken het mogelijke hebben
gedaan om die verzekering tot stand te
brengen doch dit alles telt niet, voor dien
lieven heer
Arme lezers 1 Gij, die zulke eerlooze
artikelen als eetbare spijze aanneemt, met
uwe goede trouw wordt schandig den
spot gedreven En nochtans voor dien
lieven heer is ook de waarheid zijn
wapen
't Is daarom dat de liberale partij
zich onthouden zal van alle samen
spanning met eene kliek, wier leiders
niet ontwapenen en de sociale omverwer
ping preêken.
M. Millerand wordt door de rede ge
leid hij wil een praktischen vorm geven
aan de socialistische politiek hij wil niet
langer stuiten op utopieén.
M. Vandervelde daarentegen blijft
trouw aan al de overdrijvingen van het
collectivism en,zijn oorsprong vergetend,
hitst hij meer aan tot den strijd tegen de
burgerij.
Nooit zal de liberale burgerij deze
oorlogsverklaring beantwoorden door
aan te spannen met de socialisten.
Het liberale Journal de Mons bestrijdt
het Cartel en roept uit
M. Vandervelde is meer dan ooit partij
ganger van den klassenstrijd en wil hij de
sociale revolutie niet meer door geweer
schoten, dan is'tomdat zij zou mislukken.
Wanneer hij, op 8 April 1902 in het
Maison du Peuple riep, dat de peer rijp
was en men ze moest plukken, dacht hij
er anders over.
Vandaag is hij zoo revolutionnair als
ooit, inaar hij wil de revolutie door de
geesten, niet op straat, alsof die revolutie
niet even gevaarlijk was.
Ik behoorde vroeger tot het dienst
personeel van Mylord Clanchallie, in
Londen. Ik ben nog maar sedert veertien
dagen in Frankrijk terug. Gedurende mijn
lang verblijf in Engeland is mijn naam
Antoine in Tony veranderd.
Zoo.
Wat verlangt mijnheer bij het dejeu
ner te gebruiken, koffie, thee of choco
lade
Sorandal antwoordde niet, maar mom
pelde half in zich zelve
't Kan zijn, 't is misschien maar eene
toevallige gelijkenis.
En daarop overluid
Maar neen, waarlijk, ik zou er wel
een eed op kunnen doen, dat ik u meer
gezien had. Uw gezicht staat mij duidelijk
voor den geest, maar met zwart haar en
bakkebaarden.
Mijnheer moet zich bepaald vergis
sen. De kleur van mijn haar kan toch niet
veranderen en bakkebaarden heb ik nooit
gedragen.
Maar... laat zien... wellicht hebt gij
een broeder die zwart haar en bakkebaar
den draagt, daarmee zou alles opgehelderd
zijn.
Ik heb geen broeder.
Zoo. Geef mij mijn kamerrok eens
aan.
Hij stapte uit zijn bed, trok ka
merrok en pantoffels aan en ging daarop
voort
Gij gelijkt toch o het is uwe
Wij hebben reeds meermaals gewaagd
van de wet van 1889 op het bouwen van
werkmanswoningen. Wij achten het dus
zeer gepast het volgende meê te deelen
uit het merkweerdig verslag van den heer
Advocaat Romain Moyersoen-Liénart,
provinciaal Raadslid te Aalst, over de
werkzaamheden van 't Berschermcomiteit
van het Arrondissement van Aalst voor
't jaar 1902
«Nu, dat een wetsvoorstel onlangs in de
Kamer van Volksvertegenwoordigers door
de Regeering neèrgelegd, ons laat ver
hopen dat weldra de vermindering der
registratie- en overschrijvingsrechten, die
tot nu toe aan de werklieden alléén voor
behouden werd, op eene breedere schaal
zal toegepast worden, is het niet zonder
nut de groote voordeelen te bepalen welke
de werklieden van het Arrondissement
van Aalst, door de wet van 1889 genoten
hebben. Zeker zijn er weinige Arrondis
sementen in dewelke de wet eene meer
herhaalde toepassing ontving.
Gedurende d^ vier eerste jaren van zijn
bestaan, namelijk van 1891 tot 1894,
heeft ons Komiteit i33 getuigschriften af
geleverd voor een gezamelijk bedrag van
128,000 fr. van i8g5 tot 1898, rees dit
getal tot 793 op, voor een bïdrag van
825,000 fr. en tijdens de vier laatste jaren,
bereikten wij 't cijfer van i5i5getuigschrif-
ten voor een bedrag van 1,874,000 fr.
Onder deze laatste waren er 999 ge
tuigschriften afgeleverd voor aankoop van
huizen of van bouwgronden ten beloope
van i,i5i,ooo fr. en5i6voor leeningen
die een kapitaal van 723,000 fr. be
droegen.
Die cijfers zijn beslissend en ook zeer
aanmoedigend voor ons. Zij bewijzen dat
een groot getal werklieden hier in ons
Arrondissement met de edele eerzucht
bezield zijn om eigenaar van hun huis te
worden. Zij toonen hunne spaarzaam
heid, hunne verkleefdheid aan hunnen
Vlaamschen bodem, hunne volkomene
verknochtheid aan hun huisgezin, wiens
toekomst zij verzekeren willen.
schuld niet, jongen, ik neem het u dan
ook volstrekt niet kwalijk maar gij
gelijkt sprekend, in eiken trek van uw
gelaat, uitgezonderd natuurlijk het haar
en de bakkebaarden, op een kerel die de
brutaliteit heeft gehad mij na te gaan, mij
te bespionneeren en wien ik eene geduchte
kastijding heb toegebracht, als ik hem
ooit weer op mijnen weg ontmoet.
Tony zag zijnen meester onbeschroomd
aan en zegde op goedig onnoozelen toon
Mijnheer bewijst mij zeer veel eer,
met mij dat ailes te verteilen, maar ik
begrijp er niets van.
Ik ben een domkop, dacht Sorandal,
hij is het niet en al was hij het ook, dan
is hij nog te slim, om zich zoo gemakke
lijk te laten vangen.
Op luchthartigen toon hernam hij tegen
Tony
Gij begrijpt mij niet Nu dat is ook
volstrekt niet noodig. Hadt gij mij iets
gevraagd
Ik vroeg wat mijnheer bij het dejeu
ner wenscht te gebruiken koffie, thee of
chocolade.
Thee.
Mijnheer zal oogenblikkelijk be
diend worden.
Tony ging heen, maar toen hij in den
gang was, veranderde eensklaps de uit
drukkingvan zijn gclaaten hij mompelde:
Verduiveld, hij vermoedde iets,
maar hij heeft zich laten beetnemen. Hij
is niet zoo slim als ik verwachtte.
D«ch, zooals de cijfers het bewijzen, is
het schier uitsluitelijk op den buiten dat
de werklieden belang stellen in het ver
werven van eene eigene woonstede. Zoo
waren er onder het getal der 247 werklie
den die in 1902 een getuigschrift bekwa
men, 175 landbouwwerklieden. Dat cijfer
en de hooge prijzen die heden te lande
de te koop gestelde stukjes grond berei
ken, wederlegt genoegzaam de bewerin
gen dergenen die gestadig de armoede
onzer Vlaamsche gewesten betreuren.
Indien wij nu die opgave in vergelijking
stellen met het getal der geldvoorschotten
die onze verschillige maatschappijen van
werkmanswoningnn gedaan hebben, be-
statigen wij dat sedert vier jaar hare ver
richtingen tot 126 beloopen voor een be
drag van ongeveer 35o,ooo fr. terwijl de
getuigschriften voor leeningen alléén af
geleverd het getal van 516 bereiken met
een kapitaal van elf honderd duizend fr.
Dus onder de 51 g werklieden die bin
nen die tijdruimte eene geldleening aan
gingen voor het bouwen of koopen van
een eigen huis waren er ten minste 340 of
de 2/3 die liever dan den dienst van onze
credietmaatschappijen in te roepen zich
tot bijzondere renteniers hebben gewend
om de noodige geldsommen te bekomen;
en dit mogen wij als een minimum bepa
len daar er bij de ontleeners der maat
schappijen eenige waren die geen recht
hadden op een getuigschrift.
Verscheidene oorzaken verwekken de
zen toestand. Onverschilligheid of tegen
werking van sommigen, onwetendheid
en soms zorgeloosheid van werklieden die
aan de verplichting der regelmatige af
kortingen ontsnappen willen. Nogtans
moet men bekennen dat die maatschap
pijen den voorkeur verdienen, zelfs wan
neer zij hare geldvoorschotten tegen de
zelfden interest dan de renteniers toe
staan: en wel bijzonderlijk omdat zij aan
al hare ontleeners de verplichting van
regelmatige afkortingen opleggen. Zij
voeren voor hen de verplichtende spaar
zaamheid in, en verzekeren, na eenige
jaren, de volkomene aflossing van het ont
leend kapitaal.
Daarenboven geven zij aan hunne ont
leeners de gelegenheid eene gemengde
verzekering op het leven aan te gaan, en
verzekeren alzoode toekomst van hunne
vrouw en van hunne kinderen.
Het groot nut van die gemengde "ver
zekering werd onlangs door den Gouw-
raad van Oost-Vlaanderen, erkend. Eene
bijzondere toelage werd aan de werklie
den toegekend, die zulke verzekering
door tusschenkomst van eene crediet-
maatschappij aangaan. Zij zal hun onder
vorm van een lijfrentboekje geschonken
worden.
Wij mogen dus den wensch uitdrukken
dat de werkkring onzer bestaande crediet
maatschappijen zich nog zou uitbreiden
en dat nieuwe inrichtingen van denzelf
den aaid in onze verschillige Kantons tot
stand zouden komen.
Sorandal van zijnen kant dacht
Pas op, jongen, ik zal u in het oog
houden.
Eenige dagen gingen voorbij, zonder
dat er iets meldensweerdigs op het kasteel
voorviel.
Op zekeren middag, toen Sorandal en
Dorgeur die bijna den geheelen dag
met zijn nieuwen huisgenoot doorbracht
weer aan het billarten waren, diende
men de beide heeren Fromentel aan.
Het gelaat van Sorandal betrok en hij
bromde
Wat duivel komen die hier doen
Dorgeur daarentegen ging de twee
broeder met uitgestoken handen tegemoet,
en heettehen met zijne gulle stem hartelijk
welkom.
Jacques en Olivier brachten slechts een
beleefdheidsbezoek, om te bedanken voor
het diner van eenige dagen geleden.
Maar, zegde Jacques, wij willen u
volstrekt niet storen. Ik zie dat gij juist
aan den billard zijt.
Gij stoort ons volstrekt niet, riep
de oud-zeekapitein uit welnu ja, zooals
gij ziet, wij waren aan het biljarten, maar
dat is daarom geen beletsel, wij kunnen
de partij later wel voortzetten, nietwaar
neef O dat is waar ook, gij weet het
nog niet, nu, dan zal ik het u vertellen...
Wat
Wordt voortgezet.