Donderdag 7 Mei 1903 3 centiemen per nummer. 36sle Jaar 3802 Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM VADERLAND. TAAL, VRIJHEID. In Frankrijk. Maria Van Brabant Broeinesten van onwetendheid. Volkskamer. Rechterlijke kronijk. DE NDERBODE Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee- kening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden fr. 1-75 voor dry maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont vangen zyn ten laste van den schuldenaar. Men schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, Nr 31, en in alle Postkantoren des Lands. CUIQUE a«JUM. Per drukregel. Gewone 15 centiemenReklamen fr. 1-00Vonnissen op 3de bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Nota rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van dit blad. Aalst, 6 Mei igo3. De wet tegen de kloosters is door de i Fransche francs-ma5ons in leven geroe- pen tot uitroeiing van den R. C. Gods- I dienst. 't Is vooral de jeugd welke men op den maconnieken leest schoeien en tot I vrijdenkerij of godvcrloochening opleiden Wil. Om dit doel te bereiken wil men den minderen man verplichten, zijne kinders naar de verwereldlijkte, of liever, geu- i sche scholen te zenden. Maar wonder is 't dat zekere francs- macons voor hunne eigen kinders van dit geusche onderwijs niet willen, en zoo i ziet men dat zelfs de kleinzoon van den Voorzitter der Republiek en de zoon van den Minister van financiën een godsdien stig onderwijs volgen. Dus de francs-ma^ons, of liever gezegd, de liberalen willen voor hunne kinders een godsdienstig onderwijs dat ze aan de volkskinderen weigeren. 't Is schande S Onze Belgische blauwe en roode druk- i pers staat dagelijks vol van goedkeurende bewonderingen voor de uitwerksels van den godsdienstoorlog die door 't toedoen van den afvalligen Combes woedt. Hoe baatvoller, hoe afkeurlijker de maatregelen zijn die door de maconnieke logiegasten genomen worden, hoe luid ruchtiger juichen onze liberale en socia listische schrij velaars dan ook toe, hoe heviger bespotten zij de verdrukte catho- lieken. Ai de verkrenkingen der vrijheid, al de miskenningen van recht en billijkheid.de willekeurigste maatregelen van huiszoe king en uitdrijving der kloosterlingen, worden bezongen als zoovele zegepralen van het libero-radico-socialism. 't Is al lof en eer voor de schandaligste der dwinglanaijen.... In Frankrijk, integendeel, treft men groote liberale dagbladen aan die er an ders over oordeelen dan onze Belgische penlakeien der logie en die luidop de verkrenkingen der vrijheid afkeuren en laken. Onze blauwen, rooden en groenen verwijten ons catholiek Ministerie dat Historlek-Dramatiek verhaal. 2i* vervolg. Alras zou het gezien zijn, en zou hij I achtervolgd worden. Er viel geen oogenblik te verliezen. Misschien wist het reeds de oude Bertus; njn hoofd stond er op; hij zou gevangen- bewakers uitzenden, soldaten, om hem te achtervolgen en terug te brengen. Wat gedaan Ergens schuilen Neen, wien mocht hij betrouwen Ilij stond op en ging met rasse schre den en koortsachtige gejaagdheid. Zijn hart klopte geweldigelk oogenblik meende hij soldaten en wachten naar hem te zien springen... Daarbij hij werd uit geput van krachten en moest een stuk hout als stok gebruiken. Nu was hij in 't volle veld, aan den omdraai eener breede"baan. Wat zag hij daar Een paard dat daar stond en treurig neêrzag naareenen ruiter, op den grond liggende. Een ruiter op den grond 1 Lag die man dood of in onmacht Een paard 1 een paard Een middel om te vluchten 1 het niet genoeg doet voor den minderen man. Moeten wij opsommen wat al maatre gelen ons catholiek Ministerie tot stand bracht tot verbetering van 't lot der min dere standen In Frankrijk, in dat gezegend land van Z. A. S. volgens Pilatus Daens, is er nog geen enkel stukje wet gestemd ten voordeele der werkersstanden. Nochtans in 't Fransche ministerie zetelen nevens dc liberalen twee socialisten van vollen bloede. Frankrijk is het meest verachterde land onder opzicht van werkmanswetten. De mijnwerkers alleen verkregen eene kleine gunst waarvan andere werklieden ver stoken zijn gebleven. Maar hoe zou men willen dat de Fran sche regeering toch iets zou tot stand brengen ten voordeele der werkers standen Onder financieel opzicht is Frankrijk bijna totaal uitgeput. Weldra zal het tekort een milliard of iooo millioen be dragen. En de ongehoordste geldverspil lingen duren en blijven duren. Nochtans zal dat niet beletten dat het ministerie aan de werklieden zal blijven beloven dat ze een rustpensioen van 8oo fr. 's jaars zullen verkrijgen. Veel be loven en luttel geven doet de zotten in vrede leven en, als 't zoo voortgaat, zal men tot 'tjaar 2000 en nog langer kunnen wachten. En dat gebeurt, wij herhalen het, in dat gezegend land van Z. A. S. dat volgens de blauwen, rooden en groe nen hier zou moeten ingevoerd worden om ons.... zoo gelukkig te maken als de Franschen... Bemerken wij ten slotte dat een vijfde van den Franschen rijkdom in handen berust der joden, die er bijgevolg zulk eenen invloed hebben door verkregen dat ze in meerderheid de hoogere ambten bekleeden en de wet voorschrijven, 't Is dan ook op bevel der joden dat de francs- macons den godsdienstoorlog hebben ont ketend die weldra Frankrijk onvermij delijk naar den burgeroorlog voeren zal 1 Voor de lijnvisschers. Mag het gerief van eenen lijnvisscher in geval van overtreding, wanneer hij zonder regel matig verlof vischt, in beslag genomen worden. Deze vraag is door den minister van landbouw opgelost. Het gerief zal niet in beslaggenomen worden, dan wanneer hij vischt in verboden tijd. Inlichtingen zijn in dien zin gegeven aan alle bedienden, met de bewaking van de zoetwatervischvangst belast. Welk geluk Adené streelde 't paard dat gerust bleef staan, hij deed de kleeren van den gekwetste open 't hart klopte nog hij was dus niet dood, maar had eene zware wonde aan den schouder. Waarschijnlijk was hij door de pijn in onmacht gevallen. De jongeling besproei de zijn weze met frisch water. Bijna onmiddelijk opende de gekwet ste zijne oogen en zag als door eenen nevel, eene menschelijke gedaante voor zich staan. Ach, sprak hij, help mij op mijn paard... Ik moet voort. Eene gewichtige zending; breng mij in eene veilige plaats. Mijn vriend, ik zal u zeker helpen; ik ook zoek eene veilige plaats tracht op te staan. Zoo, ja goeden moed Ik ben juist op tijd gekomen. Het kostte veel moeite maar toch ge raakte de gekwetste te paard; de jongeling nam plaats achter hem en zoo reden zij voort in de halve duisternis, terwijl Adené veel moeite had den half bezwijmelenden ruiter vast te houden. Eindelijk vonden zij op hunne baan een hutteken en klopten aan de deur. Een boer stak zijn hoofd door 't venster. 0 Mijn vriend, is hier nergens eene herberg of een logement Eene herberg of een logement Neen, maar daarvoor u, achter dit bosch is de abdij van Luxeuildaar wordt elk goed ontvangen. Dat zijn vooral de kloosters en geeste lijke onderwijsgestichten. Het staat alle dagen gedrukt in de libe rale en socialistische gazetten. En wil men daarvan de overtuiging, men leze dus het vólgende lijstje, dat nog veel zou kunnen uitgebreid worden De Fransche grammaire werd door monikken uitgevonden Onze hoogescholen zijn kerkelijke stich tingen Onze wijsbegeerte berust op den hoofd inhoud van St-Thomas van Aquinen Een monik (Roger Bacon) vond het schietpoeier uit De bommen werden uitgevonden door eenen bisschop van Munster Albert Le Grand, een predikheer, vond het compas uit Jacques de Vitry, een andere klooster ling, was de uitvinder van het stuurroer der schepen De brillen werden niet uitgevonden door de joden, al kennen zij er zoo goed den prijs van, maar door den kloosterling Despine Paus Silvester vond de raderhorlogie uit Sint Bonaventura stelde in grondbegin en openbaarde over zes eeuwen de natuur krachten als de warmte, het licht en de sterkte, uitgaande van hetzelfde wezen, een der roemrijkste zaken welke de XIX eeuw zich toeeigent Bede, een kloosterling, verklaarde het bestaan der tijen Twee kloosterlingen Arthon en Ardouin vonden het alphabet uit Spaansche benedictijnen legden de grondslagen voor de doofstommenspraak van priester de l'Epée Een monnik, Gerbert voerde bij ons de Arabische cijfers in Een missionaris, Gui d'Arrezzo, vond de zeven muzieknoien uit De miscrocoop was eene uitvinding van pater Magnan Twee kloosterlingen, Lana en Beccarii vonden de wetten der barnkracht (electri- citeit) De kloosterling Baranti was uitvinder van de rem der locomotieven De jesuieten vonden de gas uit (o, die vrienden der duisternis) Het waren ook de jesuieten en zij zijn het nog die schier heel de wereld door de groote sterrewachten besturen Zij onderwijzen in vijf-en-negentig talen Ge zijt wel bedankt, vriend. En daarmeê reden ze voort recht naar de abdij. Weldra waren zij aan de dreef en aan de poort. Adené hielp zijnen kameraad afstappen nauwelijks was hij van het paard, of de man viel in eene nieuwe be zwijming. Reeds had de jongeling aangeklopt. Hoort, stap 1 stap De broeder portier komt afgestapt, langzaam, 't Is een ouder ling; men hoort aan zijnen gang. Wel gekomen, in den naam van den Heer zegt hij. Zijn we hier bij de monnikken van Lnxeuil. Ja, mijn zoon. Ge ziet dien armen gekwetste ik heb hem op de baan opgenomen. Dat is goed, dat is schoon van u... Ik ga iemand halen, om hem binnen te brengen. Ga ondertusschen in die spreek plaats. Wie verlangt gij te spreken Vader abt. Vader abtGoed, hij is in de medi tatie. Weldra was vader abt bij den jonge- liDg. Eerwaarde Vader, ik ben de zoon van Minister Labrosse en ik kom u smee- ken een armen gekwetste te willen ver zorgen die half dood op de baan lag. Wat wij aangaat, ik was daar opgesloten, ik ben ontsnapt en ik moet te Parijs zijn. Heel de aardrijkskunde werd gemaakt door missionarissen Enz., enz., enz. Zoodat, indien de doume papen van de wetenschap moesten terug nemen, wat zij haar gaven, die arme wetenschap leelijk in haar hemdslip zou staan. Wij zouden wel eens de vrijmetselaars loges, de Maisons du Peuplb en andere brandpunten van beschaving willen kennen, die op een dergelijk verleden kun nen wijzen. interpellatie plaats van Pilatus Daens, dien zoo properen Jan,over de plundering der Stadskas van Aalst. Pilatus herhaalde alles wat sedert een jaar wekelijks in 'tLand van Aelst werd uitgekraamd zonder de insinuatie daar te laten die hij in lafheid hooren laat. Pilatus heelt weer eens bewezen dat hij zooveel kennis heeft van wetten en reglementen als de bok van safraan te keuren en te recht deed de heer Minister van inwendige bemerken dat hij veel beter zou doen zich met zijn breviaris bezig te houden. Pilatus zou dus beter hebben gedaan boeken over wetten aan te koopen met de 80 zilverlingen die hij van francs-mafons kreeg, dan ze te gaan verkiskassen aan 't zeestrand. De heer Minister De Trooz en na hem de heer Baron Leo Bethune hebben geene moeite gehad om te bewijzen dat al de beschuldigingen van Pilatus ongegrond zijn en alleen bestaan in de verbeelding van hem die slechts handelt uit haat en wrok. Onder anderen wees de heer Minister op de verregaande onbeschaamdheid van dien laatdunkenden en verwaanden Pila tus. Ook dierf Pilatus zich op zijne hoeda nigheid van priester, van gezalfden des Heeren, beroepen. Moest hij zijn kleed uitspelen gelijk Mgr. Stillemans het hem bevolen heeft, wat zou er uitwendig van 't priesterschap nog wel overblijven Natuurlijk zou 't spel niet volmaakt zijn geweest, had Pilatus ons niet weêreens de eer aangedaan van tegen De Dender- bode in hevige woede uit te vallen. Hij sprak van vuile Denderbode... Wie er toch van vuil spreken durft I.... Men- schen bekijkt dien properen Jan eens van 't hoofd tot de voetjes... Maar wat is 't, men wordt slechts bevuild doorn'en vuilen pot, zegt de spreuk. Niemand treedt ter verdediging van Den Denderbode op. 't Is niet noodig, Te Parijs Ja, om de koningin te redden!... Leeft ze nog Die arme koningin Leeft ze nog eerwaarde vader, spreek Ze leeft nog ja geheel den nacht hebben wij voor haar gebeden. Zij is on schuldig. Ja daarvan heb ik de bewijzen I Binnen 2 dagen moet zij verschij nen, om een kampioen te vinden, die voor haar wil strijden anders staat de brandstapel gereed. En is er iemand opgetreden Tot heden nog niemand, niemand. Och eerwaarde vader, als ge de koningin wilt redden, help mij, help mij, om aanstonds naar Parijs te trekken. Ja Ja, mijn zoon dat zal gedaan worden. Twee uren nadien, besteeg de jongeling in monnikskleeren een kloek fel paard en reed in galop naar Parijs. Ondertusschen vroeg de gekwetste ook om vader abt te mogen spreken. Eerwaarde vader, zegde hij hem, geheel mijn leven heb ik satan gediend, ik wil zeggen Labrosse, nu ga ik sterven ik wil biechten en herstellen. Weet ge wie u hier inbracht Neen, eerwaarde vader. Het was de eenige zoon van La- niemand hoeft ter onzer verdediging ter Volkskamer op te treden de belangen des lands vergen dat niet. Wat wij besta- tigen 't is dat Pilatus als een gemeine lafaard gebruikt maakt van zijn parle mentaire voorrecht om zijne tegenstrevers zonder gevaar te lasteren en te beleedigen gelijk hij het deed ter zitting van 11 Maart 11. en waarover 't laatste woord nog niet is gezegd. Pilatus stelde eindelijk een dagorde voor strekkende om den heer Minister te laken indien hij het art. 56 der Gemeen tewet niet toepast aan de heeren Burge meester en Schepen van financiën van Aalst, i. a. w., indien hij ze voor geene maand in hun ambt opschorst. Eene begrafenis van 6e klas werd aan dit dagorde voorbehouden het werd door staan en zitten verworpen. Al de socialisten, daarbij Pilatus, M. De Bac ker en een enkel liberaal M. Crombez stemden voor de catholieken en eenige liberalen, lijk fM. Braun, Burgemeester van Gent, stemden tegen; andere libera len onthielden zich. Pilatus is dus van eene kale reis terug gekomen hij werd opgelaten met een vaantje aan zijn achterste tot spotternij van alle redeneerende lieden. Oneerlijke bediende.— Vrijdag voor middag werd door de Correctioneele Recht bank van Dendermonde, Ghislain De Potter, gewezen secretaris van het Wtd- dadigheidsbureel te Sint-Nicolaas, tot t5 maanden gevangenis verwezen voor mis bruik van vertrouwen in zijn bureel, en Eduard Bruyndonck, knaap van hetzelfde bureel, als meeplichtige tot 9 maanden. De onmiddellijke aanhouding van beiden werd door de rechtbank bevolen. Lasteraars veroordeeld. Zes per sonen van Oostende waren door de Recht bank van Brugge verwezen tot verschil- lige straffen voor laster tegen den eerw. heer Verriest, onderpastoor te Haz» broeck, Anne Pérée kreeg r5 dagen ge vangenis en 5o fr. boet. Zij vertelde overal dat de eerw. heer Verriest haar eens aangevallen had An gelus Lannoy kreeg 8 dagen gevangenis en 26 fr. boet. Die gaf zijn hartje lust met te klappen over jonge meisjes en kinde ren Camiel Blomme vond u een schan daal uit. Daarvoor 5 dagen gevangenis en 26 fr. boet. Het Beroepshof van Gent heeft de straf der twee eersten voorwaardelijk toege past Blomme houdt zijn paart en De Brocq kómt vrij Twee andere lasteraars, Boudryen De Putter hadden 8 en 10 dagen gekregen. Daarvan was geen beroep. Mag ik dan getuigen tegen zijn vader Handelt gij uit wraak Neen, neen, uit een gevoel van rechtvaardigheid. De gekwetste sprak rouwmoedig zijne biecht dan haalde hij van onder zijn tuniek een lederen brieventesch vader, zegde hij, vaderdit komt uit Spanje van Labrosse maar de koning moet het hebben, haastig, haastig, haastig XVII. NAAR DEN BRANDSTAPEL. le TAFEREEL. Arme bedrukte Moeder Een der grootste pleinen bniten Parijs. In 't midden eene ruime plaats afge perkt door palen en kettingen. Een zee van volk op 't gansche plein zooyer men zien kan. En nog altijd volk dat bijkomt. Ip de voorbehoudene plaats, een strijd perk, gelijk men in de oude lijden pleeg te doen en gelijk nu nog in de cirken. Rechtover dit strijdperk eene breede verhevenheid of schavot in 't zwart; in twee deelen verdeeld het eene voor de rechter, het andere voor de koningin Maria van Brabant. Nabij dit schavot een brandstapel, zijnde een paal rond de 4 meters hoog, van boven eenen haak met ijzeren banden en kettingen, om een lichaam vast te haken. Wordt voortgezet.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1903 | | pagina 1