verkTezing 1 Zondag l i October 1905 3 centiemen per nummer 36sle Jaar 5846. Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst GODSDIENST HUISGEZIN. KI GENDOM VADERLAND TAAL, VRIJHEID. STAD AELST. 10 Gemeenteraadsleden, Medeburgers Als een man gestemd onder N° 2. Huichel en bedrog. OM ZES MILLIOEN Hoe stemt men geldig en zeker. Medeburgers, onder nummer 2 gestemd. Dendergalm en zijne patroons HEEREN KIEZERS allen gestemd onder nummer 2, voor de lijst der catholieke Candidaten. Groene Pie bekent c'af ^et vee' Stemt onder Nr 2. Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee- kening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden fr. 1-75 voor dry maanden, voorop te betalen. De inschryviDg eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont vangen zijn ten laste van den schuldenaar. Men schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, N' 31, en in alle Postkantoren des Lands. CUIQLE «I I W. Per drukregel. Gewone 15 centiemenReklamen fr. 1-00Vonnissen op bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Nota rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlyk tegen den dijnsdag en vrydag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van dit blad. AALST, io OCTOBER igo3. VAN den 18 October 11HG5. Hier stemt (jfëw) men goed. ARYS. BETHUNE. DE BISSCHOP. DE CONINCK. DE HERT. DE KONINCK. DUWEZ. GHEERAERDTS. MEERT. VAN DE VELDE. In zijn nr van zondag beweert het or gaan onzer geuzen dat de liberalen geen godsdienstvijanden zijn, maar strijders voor recht en gewetensvrijheid en dat de liberale partij den godsdienst nooit aanvalt. Afschuwelijker kan nu toch niet gelo gen worden zulke stoutmoedigheid moet overal walg verwekken. Niemand kan tegen de duidelijkheid der feiten in, zoo een huichelachtig artikel lezen of hij moet «o» 71® Vervolg. Toen keerde zij naar het venster terug, waar Flick reeds ongeduldig werd. Zij plooide hare lippen tot een betoo- verend lachje en mompelde slechts Olivier. Ja, ja, hij wacht op u, bromde de inspecteur van politie, houd u nu goed vast, ik zal u dragen. Hij sloeg zijnen arm om haar heen en daalde met haar de ladder af, die onder hun gewicht kraakte. Duivels, bromde de inspecteur van politie, als wij maar geene tuimeling maken, dat zou een grap zijn. Hij oordeelde het noodig Gisèle wat moed in ie spreken. Wees maar niet bang, zegde hij, en houd u goed vast maak vooral geen ge rucht, want anders komt Sorandal om u terug te halen. Door de duisternis kon Flick de uit drukking van angst niet zien, die alleen bij het hooren van den naam Sorandal op bet gelaat van het meisje verscheen. Als om dezen angst te bestrijden, mompelde *ij nogmaals Olivier I Ja, dacht Flick, ik zou wel willen dat hij hier was. In den ijskouden regen, die hen in het gelaat sloeg, in den scherpen oosten- verontweerdigd uitroepen Dat is te grof Hoe de liberalen zijn voor de gewe tensvrijheid Hoe de liberale partij valt nooit den godsdienst aan Dat is te veel. I. Zijn ze voor de vrijheid van geweten Maar zij hebben geen lof genoeg voor den beul der catholieken in Frai.kiijk, voor M. Combes Al de organen der geu- zerij keuren de uitdrijvingen der klooster lingen goed, hoe hatelijk ze ook wezen. Indien gij, geuzen, voor dc gew< t< nsviij. heid zijt waarom toejuichen cn goedkeu ren als die gewetensvrijheid met de voe ten wordt getreden Waarom gelukkig zijn als de rechten der catholieken wor den miskend Zij toch ook, niet waar, hebben het recht te denken lijk zij willen, dus te ge- loovcn in Gods almachtig werk Dat recht gunnen hun de geuzen niet. De kloosterlingen worden verjaagd en de catholieke bedienden uit hun ambt ont slagen of van alle verhooging beroofd. Heeft Dendergalm die beruchte circu laire van Combes dan vergeten dit brutaal wordt afgekondigd Niet alleen keuren zij goed, maarzij drukken den wensch uit dit groot werk in ons land te kunnen uitvoeren. Het voor beeld van Frankrijk doet ons het wa ter in den mond komen schreef een liberaal blad van Brugge. Het Laatste Nieuws riep uit0 Wat de republikeinsche partij in Frankrijk kan doen, zouden wij liberalen en socialisten, ook kunnen doen in Bel gië, indien wij ons vereenigen. 9 (a April 1903). Eens schreef Pergimeni, een hooglee raar aan de magonmeke Universiteit van Brussel Boet, gevang, verbanning zijn wettelijke middelen waarom ze niet tegen de catholieken in 't werk gesteld Die hoogleeraar beweerde te minste niet huichelachtig voor de vrijheid te zijn. Gewetensdwang schrikte hem niet af De waarheid, zegde hij, 't zijn wij die ze scheppen. Ho® dat Door de machtwant de macht is het recht, d Reeds vroeger hebben wij die brutale verklaring aangehaald om te bewijzen hoe onverdraagzaam, hoe vijandig de liberale partij zich aanstelt tegenover de vrijheid van geweten. Herinnert gij u nog, lieve lezers, wat de apostel der moderne gewe tensvrijheid ons antwoordde: h Zachtjens, domperkens, schreeuwt u geen bult, dat is te leelijk Pergameni is er zoo zeer niet neven (28 Augusti 1898). Pergameni is er zoozeer niet neven 1 o neen in het gedacht van Dendergalm had Pergameni gelijk Gelijk, zeg ik, want vroeger had die armtierige geus ge schreven Welnu wij ook wij gelooven wind, die hen om de ooren suisde, daal den zij langzaam van de ladder. Het angstzweet parelde op het voor hoofd van Flick, die steeds voor eenen val vreesde en wien de afdaling oneindig lang duurde. Zwijgend en vastberaden zat Gisèle op zijnen rechterarm, terwijl zij hare beide armen om zijnen hals geslagen had en hij den linkerarm vrij hield, om zich bij het afdalen in evenwicht te houden. Eindelijk het kwam Flick voor dat die afdaling uren gevorderd had, hoewel er in waarheid slecht eenige minuten mee verstreken waren voelde de inspecteur van policie met onbeschrijfelijke voldoe ning weer den vasten grond onder zijne voeten en met een zucht van verlichting, zegde hij Dat is toch al zoover. Voorzichtig zette hij het meisje op den grond. Zooals meer gebeurt, voelde Flick thans eerst, nu het gevaar voorbij was, dat zijne krachten waren uitgeput. Zijne knieën knikten; hij zou geerne zijn gaan zitten, om wat uit te rusten en nog liever had hij iets warms te drinken gehad, maar de taak, die hij op zich had genomen, was nog niet volbracht, verre van daar. Waarheen nu Waar zou hij het meisje brengen, dat zich aan hem had toevertrouwd Fück maakte zich er een bitter ver wijt van, dat bij zijn plan niet beter had dat het beter is dit volksken (paters en priesters) aan de deur van het land te zetten dan ze heer en meester te laten spelen. Hij is gewis voor de gewetensvrijheid, o neen hij liegt niet. Dat zijn nu teksten van het orgaan der geuzcrij onzer stad. De bekentenissen der liberalen van elders zijn nog duizendmaal krasser Wil de armtierige er eenige 71. Niet tegen den godsdienst. De liberale partij valt nooit den gods dienst aan, durft de armtierige beweren. Dat is voor geene leugen achteruitgaan. Wij zullen hier niet spreken van de geuzen in 't algemeen. Dat is nu eens te klaar bewezen cn wij hebben aanhalingen met de vleet. Daarbij de organen der geu zenpartij zouden Verbolgen opspringen moesten wij durven zeggen dat zij niet openlijk den Godsdienst bestrijden. Zelfs de Etoile Belge de perfektc huichelaar ster zou niet tevreden zijn. Wil de armtierige gelijk hebben tegen over allen Dat zou hen afteekenen hij is er toe in staat. Bepalen wij ons bij hem Den i5 Juli 1900 schreef Dendergalu: Het bovennatuurlijke kan niet be- staan of er zou geen natuur meer wezen. Dus mirakels zijn onmogelijk voor Den dergalm.Als God bestaat, is Hij almach tig. Dus zoo Hij is kunnen mirakelen be staan. Dendergalm loochent dus het bestaan van God. Als God niet is, dan is er ook geen hemel 1 Hoor die grootc geleerde er over: Ik spot met de luilekkerlandssprookjes van dompers en socialisten (Van Doren 10 Nov. 1901). Daarmeê is de hemel be doeld. De oorsprong van den mensch door Gods scheppende hand eikent de armtie rige niet want u het bijbelverhaal over het scheppen der twee eerste men- schen is onwaarheid. (Dendergalm 10 Februari 1901). Dendergalm weet het fijner voor hem stamt den mensch af van den aap I Dat is wetenschap Dat zegt ons de rede en de rede is voor den armtierige alles. De godheid van den Zaligmaker heeft in zijn oogen geen genade gevonden. Al de mirakels door Jesus gedaan zijn voor den armtierige min dan niets. Hoor hem erover Jesus was een zachtaardig man. De geschiedenis bevat weinige figu- ren zoo rein en edelmoedig. Geen won- der dan ook dat Jesus veel volgelingen vond en zijn discipelen hem aanbaden als was hij werkelijk een goddelijk d wezen. (7 Mei 1892). Wat wil men meer Buiten de stoffelijke wereld kan niets bestaan leert hij den i5 Juli uoo. Dus geen God, geen® ziel, geen hemel. En de kerels die dit alles loochenen zouden niet tegen den godsdienst zijn. Is dat niet te straf Wie eergevoel bezit kan zoo nit-t han delen hij komt vrij met zijne gedachten vooruit hij schuwt het masker, waarach ter lafhertigen en bedriegers zich verber gen. Doch thans beweren dat men niet tegen den godsdienst is als men vroeger alle geloofspunten heeft geloochend kan een eerlijk gemoed niet verteeren. Ook zullen onze Aelstersche Medeburgers en Landgenooten de geuzen rnet verachting veroordeelen.Immers het zijn huichelaars, ellendige bedriegers ineengezet, dat hij niet had nagedacht over de wijze, waarop hij Gisèle zou ver voeren. Het had hem daartoe letterlijk aan tijd ontbroken. Wat moet ik nu met haar begin nen, vroeg hij zich af. Terwijl hij weer achter zijn oor krabte, zag hij met onthutst gelaat naar 't meisje, wier omtrek hij slechts onmiddelijk kon onderscheiden, hoewel zij naast hem stond, zoo donker was het. Gisèle scheen de aarzeling van den agent niet te begrijpen, en werd onge duldig. Zij raakte even zijn arm aan en zegde met aandrang Kom. Ei, ei, sprak Flick bij zich zeiven, zou zij een denkbeeld hebben Werktuigelijk volgde hij haar, omdat hij voor het oogenblik niets beters doen kon. Gisèle ging de dreef met de groote boomen in, die uitliep op eene plaats in den muur, waar Olivier haar dien avond opgemerkt had, Het was alsof haar instinct baar daar heen dreef. Waarschijnlijk had zij eene levendige herinnering bewaard van de ontmoeting mei den jongen schilder. Ongetwijfeld rekende zij er vast op, dat zij hem nu weer zou ontmoeten op de plaats, waar het toeval hen eens bijeen gebracht had. Flick liep achter haar en pijnigde zijne De manier van kiezen voor de gemeente verschilt geheel en gansch met die voor de Kamer. Veel menschen dolen daarin. Als men, in de Kamerkiezing, nevens den naam van eenen Candidaat stemt, geldt die stem voor gansch de lijst, terwijl men daarbij eene voorkeurstem uitbrengt op den candidaat nevens wiens naam men he: vit puntje zwart maakt. Wij hebben gehoord dat ei uicu&chcn zijn die denken dat het ook alzoo is voor de gemeentekiezing. Dat is geheel en gansch mis. Een voorbeeld. Den 18 October hebt gij, te Aalst, het recht voor 10 car.didaten te stemmen. Indien gij nevens één naam alleen stempelt, maakt gij maar gebruik van het ioe deel van uw recht. Geen een van de negen andere candidaten der catholieken trekt profijt uit uwe stem ming. Onthoudt dit wel. Voor de ge meentekiezing is het dus het tegenoverge stelde dan voor de Kamerkiezing. Als men namen uitkipt uit twee of meer lijsten, men heet dat panacheeren, dan komt zulk stembriefje in geen aanmerking voorniet eene partij, 't is te zeggen, dat zulk briefje niet telt voor het vaststellen van het kiescijfer der partij. Gij zult misschien denken Een mensch zou daarin verdolen of verkeerd hande len. Wij kennen een gemakkelijk middel om niet te missen 't Is van al boven van de lijst onder nummer in het vierkantje niet nevens maar boven den eersten naam het wit puntje zwart tema ken. Alzoo loopt gij geen gevaar van een nietig of weinig geldig briefje te maken. Elk zegge het voort. hersens om een verder plan tot ontvoe ring te bedenken. Eenmaal aan het hekken gekomen, dat de droge greppel afsloot, bleef Gisèle staan. Verduiveld, dacht de inspecteur ter wijl hij naderbij kwam, laat ons oppassen hier is de greppel, Het meisje had zich in hare volle lengte opgericht, zij strekte de armen uit en riep Olivier Flick dacht Ja, ja, roept maar, gij kunt lang roepen, hij is ver weg 1 Nauwelijks had hij deze gedachte mom pelend uitgesproken of eene stem, die uit de duisternis voorikwam, beantwoordde die van het meisje Gisèle I Het was eene jeugdige, helderklin- kenke stem. Flick slaakte een kreet van vreugde, snelde naar voren en zag op den weg, aan den overkant van de greppel, eene menschelijke gedaante. Hij wreef zich de handen van genoegen en dacht Dat is getroffen. Olivier, ik ben het riep Gisèle. Hier ben ik I Het was inderdaad de stem van Olivier Fromentel die antwoordde, daar viel niet aan te twijfelen. Flick begreep er niets van, maar hij zegde bevend bij zichzelven Vroeger schreef de armtierige «Wij gelooven aan geen bovennatuurlijke dingen «(23 Juni 1901.) Dus alleen be staat de stoffelijke wereld. Dat is de leer van het materialism. De Dendergalmers zijn materialisten voor hen geen God, geene ziel, geen he mel Niets dan de stof. Wij zullen tegen al wie wil, den leer plicht EN HET WERELDLIJK ONDERWIJS VAN den Staat verdedigen. (Dendergalm, 20-1-1901), uit zulke scholen komen slechts vrijdenkers? Ouders, wilt gij dat men uwe kinderen niet sleure naar verpeste scholen waar vrijdenkers en socialisten gekweekt wor den Dan mag men niet stemmen voor dc liberalen. Geon iitlrnkcln Niets van AL WAT GEBEURT IS BOVENNATUURLIJK, HOE WONDERBAAR HET OOK ZIJ. (Dbndergalm, 39 Sept. 1901). Al de mirakelen door den Zaligmaker gedaan, de verrijzenis van Lazarus bij voorbeeld, worden verloochend. De armtierige is niet tegen den gods dienst. Geon hemel. De clerikalen goochelen met den eeuwigen hemel en hel waarvan zij niets weten en waarover zij niet kunnen beschikken. 1 (15-7 1900). Dendergalm gelooft er niet aan. Dat Zijn LUILEKKERLANDSSPROOKJES. I En toch is hij tegen den godidienst niet. Einde November 1891 scheldt Den dergalm het catholiek geloof uit voor onwetend bijgeloof. En voor het bestormen van 't bijgeloof stond hij immer in de bres. (1"* December 1901)! God 1 Wat wreedaard riep hij gods lasterend den 20 Augusti 1891 uit. Wij betreuren zoo iets te moeten neêrschrijven in onze gazet. Doch het moet bewezen worden welke ellendige huichelaars de Dendergalmers zijn en de mannen als wier zendelingen zij zich aanstellen 1 Is het geen schande voor die mannen te durven zeggen dat de liberale partij niet tegen den godsdienst is Alle mid delen zijn hun goed. En aan mannen die zulke leerstelsels aankleven zou men het bestuur onzer Stad kunnen toevertrou wen Neen, Aalstenaars, vrije mannen, dat □ooit. Geen huichelaars in ons bestuur 1 Wij zullen nooit de dogmas aanranden zegde weleer de huichelachtige Dender galm. (28 Juli 1897). La Chronique van 7 December 1900 antwoordtWat er noodig is, is stout DE DOGMAS AFBREKEN. 9 Neen de geuzen zijn niet tegen den godsdienst Hunne liefde voor den werkman: De ZoNDAGRUST 1 't ZOU BELACHELIJK ZIJN, INDIEN HET NIET ZOO DOM WARE I (ÜENDER- galm 7 April 1901). Hoort gij dat werk lieden Voor de vrijheid en het recht. De groote Fransche Revolutie heeft veel on recht uitgeroeid en 't mes van Guillo- TIEN HEEFT VEEL ONGELIJKHEDEN GBBF- fend. (Dendergalm 28 Mei 1893). Wat mag dan toch voor de geuzen het recht zijn als het genoeg is dat er onge lijkheden bestaan ofdat het mes van Guil- lotien alles effen moge maken I Wat is zijne gewetensvrijheid De vrijheid van geweten, het is te ZEGGEN DE VERWERELDLIJKING VAN ALLE OPENBARE DIENSTEN EN VOORNAMELIJK VAN HET ONDERWIJS EN VAN DB WELDADIGHEID MET HET ONMISBAAR TOEVOEGSEL VAN HET VERPLICHT ONDERWIJS. (DENDERGALM 17 Juli 1892). Zijne vrijheid is dus niet anders dan Weg de catholieken I Echt geusch I I Wanneer zij zoo voortgaan met schreeuwen, dan zuilen zij het geheele huis overeind zetten. Gelukkig was het kasteel te ver verwij derd dan dat men, vooral bij het hevige geloei van den wind, iets van de stemmen zou kunnen hooren. Over het hekken gebogen, met de lat ten vastgeklemd, vroeg Flick Zijt gij het, M. Fromentel De gedaante, die hij onduidelijk op den weg zag, deinsde bij het hooren van dif tweede stem eensklaps terug. Op forschen toon vroeg hij Wie zijt gij Verduiveld, antwoordde Flick ver heugd, herkent gij mij niet Ik ben Flick, de inspecteur der geheime policie, die hier vermomd is als kamerdienaar, gij weet wel. Het was inderdaad Olivier Fromentel, die aan den overkant van de droge grep pel stond. Opnieuw riep hij Gisèle 1 Ik breng haar bij u, antwoordde Flick bedaard. Daarop commandeerde hij alsof hij recruten africhtte Opgelet, stap in de greppel. Ik zal u haar aangeven. Voorzichtig. Laat haar niet vallen. De jongeling gehoorzaamde en toen hij in de greppel stond, ving hij Gisèle in zijne armen op, die de inspecteur, zooals hij gezegd had, hem aangaf, waarbij hij moeite heeft gekost om handteekens te verkrijgen voor de voorstelling der groene candidaten. En inderdaad zoo is 't geweest, want waren op 't laatste oogenblik de brou wersgasten van M. Odilon Van der Schueren, liberale candidaat, niet bijge sprongen om te onderteekenen nooit zou den de grome candidaten de vereischte ioo handteekens verkregen hebben. Wie ons niet gelooven wil, ga het onderzoeken bij den heer Vrederechter. Is dat gebeurd met den weet van M. O. Van der Schueren, liberalen candidaat Wij gelooven het niet want dat riekt zoo wat naar loensch met de uiterste voorzichtigheid te werk ging- O 1 Olivier Olivier Gij mom pelde het meisje, toen zij de armen van Olivier om haar heen voelde. Ja, mijn lieveling, zegde hij, ik ben het, ik ben het. O I Eindelijk heb ik u dan terug. Jammer dat wij hier geen electrisch gioeilampke hebben, mompelde Flick, die op zijne beurt in de greppel alklom en zich daarbij de handen en het gelaat aan de doornstruiken verwondde. Toen zij weer uit den greppel gekropen waren en alle drie op den weg stonden, zegde Flick Welnu, M. Fromentel wat zegt ge er van Hoe komt gij hier met Gisèle vroeg Olivier. Verduiveld, mijnheer, het zou wat te lang duren, als ik u dat in al zijne kleuren wilde vertellen. Ik heb eene ver metele streek uitgezet, omdat ik mij een maal in het hoofd gestoken had, dat het huwelijk van Gisèle met Sorandal niet tot stand mag komen. Men liet mij alleen en daarom heb ik ook maar alleen gehan deld. Ik heb de gouvernante eene sterke dosis opium laten slikken cn daarna ben ik op eene ladder geklommen cn... Maar gij, mijnheer, hoe komt hij hier. Ik meende, dat gij naar Parijs teruggekeerd waart. Wordt voortgezet.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1903 | | pagina 1