56s,e Jaar 3850.
ALGEMEENE UITSLAG
Zondag 25 October 1905
O centiemen per nummer
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissemen! van Aalst
GODSDIENST, HUISGEZIN. EIGENDOM
VADERLAND. TAAL. VRIJHEID.
STAD
AALST.
Gemeenteverkiezingen van 18 October 1903.
Getal stemmen bekomen door de Candidaten.
Geldige stemmen 7481
Volstrekte meerderheid 3591.
OM ZES MILLIOEN
DE DENDERBODE.
Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee-
kening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor
de Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
maanden fr. 1-75 voor di'ij maanden, voorop te betalen. De inschrijving
eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont
vangen zijn ten laste van den schuldenaar
Men schrijft in bü C. Van de Putte-Goossens. Korte Zoutstraat. N' 31.
en in alle Postkantoren des Lands.
ClilQL'i: aUL'M
Per drukregel. Gewone 15 centiemenReklaraen fr. i-00Vonnissen op
3" bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bü aocoord.
Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Nota
rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlyk tegen den dijnsdag en rrydap
in den voormiddag.
Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van
dit blad.
OPNEMINGS-
BUREELEN.
NUMMERS
KIESBRIEVEN
WITTE
GETAL DER GELDIGE STEMBRIEVEN.
VAN
in de Stembussen
EN
A) Lüstbulletünen volledige of onvolledige voor de Lyst
B) KIESBRIEVEN
met stemmen voor
STEMBUREELEN.
gevonden.
ONGELDIGE.
Lijst nummer 1.
Lyst nummer 2.
Lyst nummer 3.
Lyst nummer 4,
Candidaten van
verschillige lysten.
2
2- 8—13
1277
19
521
597
81
31
28
3
3-14—18
1138
16
372
513
105
101
31
4
4— 1— 9
1493
20
574
750
43
57
49
5
5—16—17
1028
19
251
550
98
75
35
6
6-11-15
1277
9
417
580
131
110
30
7
7-10-12
1071
20
377
450
89
«R
50
7284
103
2512
3440
547
459
223
Lijst 1.
Liberalen.
Lijst 2. Catholieken.
Lijst 3.
Socialisten.
Lijst 4.
Daensisten.
0PNEMINGS-
BUREELEN.
Boterbergh
De Blieck
De Moor
De Windt
Leveau
O
-S
O
co
Van Branteghem
Van den Broeck
Van der Schueren
Van Opdenbosch
Bethune
De Bisschop
De Coninck
De Hert
De Koninck
3
Q
Gheeraerdts
Meert
Van de Velde
c
S
o
O
3
er
O
ra
Marcel
Podevyn
Van den Berghe
Van den Bossche.
Van der Meirsch.
Bocqué Félix.
Boone
Daens
Liebaut
Matthieu
2
521
514
532
524
526
514
521
510
514
512
588
606
594
589
597
588
589
599
599
592
82
82
82
82
82
81
33
33
42
33
83
3
365
381
368
371
377
361
359
358
367
361
505
529
509
506
516
504
504
510
502
503'
109
108
108
108
108
108
101
101
104
100
100
4
563
562
579
547
568
554
560
551
576
548
747
745
749
740
754
742
746
766
745
735
48
48
50
47
47
46 I
64
59
64
59
69
5
258
267
269
257
267
250
249
250
249
2481
542
566
553
553
556
548
548
554
545
549
100
99
98
98
97
96 1
88
88
92
86
86
8
406
419
416
404
425
397
401
396
399
3971
575
590
583
583
589
583
585
587
582
576'
135
132
131
132
132
131
114
113
115
113
113
7
384
383
398
887
397
382
384
379
387
3851
453
470
453
459
454
•169
451
453
451
451
94
94
92
91
91
92
91
91
97
90
89
8497
2526
2562
2490
2560
2458
2474
2444
2492
2451
3410
3506
3441
3430
34#
3424
3423
3469
3424
3410
568
563
561
558
557
554 r
491
485
514
481
480
73* Vervolg.
Mev. Dorgeur kwam ook haastig toe
gesneld.
Mijne dochter riep zij uit.
Men trachtte haar gerust te stellen,
haar tot kalmte te brengen, maar niemand
wist hij haar zeggen moest, omdat nog
niemand begreep, wat er eigelijk gebeurd
was.
Waarom bleef die deur gesloten
Waarom gaf Gisèle, of zoo zij niet kon,
waarom gaf Victoire geen antwoord
De vrees voor eene nieuwe misdaad
Itwam reeds bij de bedienden op en zij
zegden tot elkaar
O dit huis is gevloekt.
Een dienstmeisje fluisterde zelfs
Zouden zij dat arme kind vermoord
hebben
Sorandal, die deze woorden, hoe zacht
ook gesproken, had opgevangen, zag het
meisje somber aan.
Hij werd angstig.
Riberprey fluisterde zijnen vriend
Galabrun toe
Het heeft er veel van, of het hier
eene bruidspartij met hindernissen zal
worden.
En Galabrun zuchtte
Was ik maar thuis gebleven. Straks
worden wij weer door een onderzoeks
rechter gedagveerd.
Een bediende zegde
Als er toch eene ladder onder het
venster staat, dan zou men daarop kun
nen klimpen, om naar binnen te gaan.
Reeds wilde hij de daad bij het woord
voegen.
Sorandal trok hem terug en zegde ruw:
Neen, ik.
Toen hij boven op de ladder stond, had
hij den toestand met een oogslag overzien.
Geen twijfel meer. Gisèle was ontvoerd.
Hij beet zich van woede'de lippen aan
bloed en mompelde een vloek tusschen
de tanden.
Ondanks de koude winterlucht, die
door het wijd geopende venster naar bin
nen drong, sliep de gouvernante nog
aitijd op hare sofa.
Sorandal sprong in de kamer, trad op
haar toe, en schudde haar hevig, maar
hij kon slechts een diepen zucht uit haar
krijgen en toen hij haar losliet, plofte zij
als een levenloos lichaam op de sofa terug
en sliep voort.
Op het nachttafeltje [zag Sorandal de
wijnflesch staan, die voor drie vierden
ledig was.
Het is duidelijk, mompelde hij, men
heeft die, oude nachtuil wat ingegeven
en van haren slaap gebruik gemaakt om
langs de ladder binnen te komen en
Gisèle te schaken.
Buiten en vóór de deur in den gang
verdiepte men zich in gissingen.
Wat was er gebeurd Wat had hij
gevonden Was Gisèle er
Hij opende de deur.
M. en Mevr. Dorgeur, door de andere
gevolgd, snelden de kamer binnen.
Mijne dochter Verdwenen
Ja, zegde Sorandal, terwijl hij de
vuisten balde, mijne vijanden deinzen
voor niets terug.
Uwe vijanden
Ja, die zich hebben voorgenomen
mijn huwelijk tot eiken prijs te verhin
deren en die waarschijnlijk eenen mede
plichtige hier in huis hebben.
Bij deze laatste woorden wierp hij Mev.
Dorgeur eer. dreigenden blik toe.
Zij stamelde
Gij gelooft toch niet...
Hij greep haar bij de handen en siste
haar to«
Ik geloof nog niets, maar bid God,
Mevrouw, dat uwe dochter teruggevon
den. en dat het plan van mijne vijanden
verijdeld worde, want ik heb de middelen
in banden om mij te wreken en ik zal
niet ongestraft met mij laten spelen.
Zij deinsde vol ontzetting eenige schre
den terug.
In de opgewondenheid van liet oogen-
blik had niemand op deze korte samen
spraak van Sorandal met Mevrouw
Dorgeur gelet.
Trouwens, niemaud, behalve Mevrouw
Dorgeur, had de juiste beteekenis van de
woorden in de bedreiging van Sorandal
kunnen doorgronden.
Allen spraken door elkaar en niemand
verstond iets.
Mev. Dorgeur zonk, toen Sorandal
haar had losgelaten, bewusteloos ineen
en werd door hare kamenier en een be
diende naar hare kamer gedragen.
Terwijl de verdere vrouwelijke dienst
boden zich bezig hielden met de gouver
nante uit haren onnatuurlijken vasten
slaap te doen ontwaken, nam Sorandal
de leiding van het onderzoek op zich.
Een bediende werd door hem naar den
maire gezonden.
Dokter Monguyon, wiens tegenwoor
digheid zeer gewenscht was, kwam toe
vallig voorbij, toen hij zijne morgendbe-
zoeken ging afleggen en daar hij de
bedienden met ontsteld gelaat over het
terras zag loopen, kwam hij binnen om
te vragen wat er gaande was.
De eerste die hij ontmoette, was Gala
brun, die hem op geheimzinnigen toon
meedeelde, dat het huwelijk zoo goed als
in het water gevallen was.
Niemand twijfelde er meer aan, of
Gisèle was inderdaad geschaakt, maar
daar nergens sporen van geweld of braak
waren te bespeuren, moest men wel aan
nemen dat zij zelf het venster had geopend.
Zij moest dus met den ontvoerder mee
gewerkt hebben.
De bedienden waren een voor een door
Sorandal in scherp verhoor genomen,
maar niemand was in staat de geringste
opheldering te geven.
Allen waren omstreeks elf uren naar
bed gegaan en niets had hunnen slaap
gestoord.
Tony werd eveneens in verhoor geno
men, maar de vermomde inspecteur
speelde zijne rol zoo goed en wist zijn
gelaat in een zoo onnoozele plooi te wrin
gen, dat Sorandal geen grond tot verden
king tegen hem vond.
Zijn antwoord verschilde alleen in zoo
verre met dat van de andere bedienden,
dat hij niet om elf uren naar bed was
gegaan, omdat hij toevallig gezien had,
dat mijnheer uitging en op hem had wil
len wachten. Hij was echttr voor de
keukenschouw in slaap gevallen en toen
hij omtrent drie uren ontwaakte, onder
stelde hij wel, dat mijnheer reeds lang
thuis zou zijn en was dus ook maar naar
bed gegaan.
Het eerste gedeelte van zijne verklaring
werd door de bedienden bevestigd
Tony was inderdaad het laatste opgeble
ven, omdat hy op zijnen meester moest
wachten en Sorandal had ook geene
reden om aan het overige te twijfelen.
Wie het slaapmiddel in den wijn van
de gouvernante had gemengd, wie de
ladder onder het venster van Mej. Gisèle
had geplaatst Raadsels.
Na heel veel moette was men er in ge
lukt, Victoire te doen ontwaken, maar zij
kon ook niets nieuws vertellen.
Zij had Mej. Gisèle op den gewonen
tijd naar bed gebracht, vervolgens had zij,
om zich den tijd wat te verdrijven, een
enkel elas wijn gedronken sij zegde
een enkel glas I en toen wa» zij door
eene zonderlinge slaperigheid overvallen.
Dit was alles.
Terwijl zij sprak had zij nog vaak, het
kostte haar zichtbaar moeite om de oogen
open te houden.
Dorgeur trok aich de haren uit het
hoofd en liet luidde jammerkreten hooren.
Sorandal. hoewel bleek van woede,
gelukte er in, zijne uiterlijke kalmte te
bewaren.
Hij ging naar buiten en trachtte de voet
stappen van af de ladder terug te vinden.
Vergeefiche moeite, regen en wind had
die voetsporen uitgewischt en nu had de
vorst alles hard doen worden.
Om die sporen terug te vinden zou men
wel de scherpzinnigheid van een Indiaan
of van een woudlooper uit de Far West
moeten hebben, waarvan Aimasd en
Fennytnore Cooper zulke wonderlijke ver
halen opgedisebt hebben.
Sorandal zag dat het hem niet zou ge
lukken en daarom begon hij er maar met
aan.
Wordt voortgezet.