fr1 f
Zondag
10 Januari 1004
3 centiemen per nummer
56s,c Jaar 3602.
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst
GODSDIENST. HUISGEZIN, EIGENDOM
VADERLAND, TAAL VRIJHEID
Beloovers!
OM ZES MILLIOEN
Vlaamsch Verbond
Iets voor de
Muziekanten.
Land bou wnieuw's.
DE DENDERBODE
Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee-
kening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor
de Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
maanden fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving
eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont
vangen zijn ten laste van den schuldenaar
Men schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, Nr 31,
en in alle Postkantoren des Lands.
jc-s^
CHIQUE SUUM.
Per drukregel. Gewone 15 centiemenReklamen fr. 1-00 Vonnissen op
3d0 bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord.
Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Nota
rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dgnsdag en vrijdag
in den voormiddag.
Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van
dit blad.
AALST, 9 JANUARI 1904.
Van belooven hebben onze demokraten
het handje! Maar uitvoeren, hunne be
lofte houden, zie dat gaat zoo gemakke
lijk niet.
Zondag 28 december 1902 hielden de
Daensisten een congres te Aalst. Alle
mogelijke en onmogelijke vragen wierden
er behandeld, wij gaan niet zeggen met
welke bevoegdheid Moeilijkheden waren
er onbekendalles was in een oogenblik
opgelost. Het verslag wierd gelezen de
voorzitter, M. De Backer reikte de schrij
ver een loftuiltje, vroeg de vergadering
of iemand op het doordacht en geleerd
verslag het woord verlangde. Stilte. Er
werd gestemd en met algemeene stem
men was het ding klaar.
Zoo kwam ook de kwestie der pensioe
nen te berde. De vergadering stemde
eenparig dat het pensioen een frank
per dag moest bedragen en op zestig
jarigen ouderdom toegekend worden.
Van stortingen er voor te doen, geen
Woord. De Staat zou iedereen pension-
neeren, 't is te zeggen, de werklieden lijk
hij thans doet voor zijne ambtenaars. De
voorzitter, M. De Backer wierd gelast
het voorstel in de Kamer neêr te leggen
en de gedachten van het congres te ver
dedigen 1
Eén jaar is vervlogen en zie M. De
Backer is met zijn ontwerp nog niet voor
de pin gekomen.
Is dat werk dan zoo lastig? Het ging
nochtans zoo gemakkelijk van de hand op
het congres
De zaak is van het grootste belang.
Zij is het Revalenta Arabica die de
oude zieke maatschappij moet genezen.
Het pensioen van een frank per dag op
60 jaar zal aan alle crisissen een einde
stellen.
Wij wrijven onze groenen hier geene
gedachten aan die de hunne niet zijn.
Daarom ziehier een letterlijk uittreksel
uit het Land van Aalst van 20 October
1901.
a Om de crisissen weg te nemen zijn
zes woorden voldoende:
Wij geven als pensioen een frank
per dag.
Wij bekennen ootmoedig niet te be
grijpen hoe dit pensioen van de wereld
een aardsch paradijs zal maken.
Doch zijn de mannen der groenen geen
schroomelijke misdadigers, zij die weten
hoe zij iedereen kunnen gelukkig maken,
hoe alle crissis is weg te nemen en die
dat middel niet voorstellen!
Is het geen schande dat M. De Backer
zijn woord niet houdt hij die te Gent op
het congres de belofte deed een wetsont
werp over de kwestie neer te leggen.
«o#
84® Vervolg.
- Alles?
Ja, de sluier, die mijn verstand be
nevelde is verscheurd, ik begrijp, er is
een licht in mijne herssens ontstoken, ik
zie alles wat er gebeurd is duidelijk voor
mij. Het schip, de aanvaring, gij, die u
in zee wierpt als een held en die mij met
krachtige armen aangreept, toen de gol
ven dreigden mij te verzwelgen. Dezen
nacht nadat gij mij verlaten hadt, wierp
ik mij gekleed te bed. De woorden, die
tusschen u en mij gewisseld waren, gons
den mij door het hoofd, ik deed moeite
om den zin er van te begrijpen. Toen
voelde ik eensklaps eene verstikkende
hitte, ik hoorde het knetteren van het
vuur en zag de vlammen, die mijn bed
naderden. Ik begreep eensklaps dat de
dood mij bedreigde, maar de schrik had
mij zoozeer aangegrepen, dat ik mij niet
verroeren kon, ik had zelfs de kracht niet
om een kreet om hulp te slakendoch ik
begreep, ja, voor de eerste maai begreep
ik wat er om mij heen gebeurde, ik be
greep dat ik sterven zou, wanneer ik niet
door een wonder werd gered, ik begreep
dat ik moest leven, omdat ik u bemin en
door u gelkkkig kon worden.
Te midden van mijnen angst en mijne
wanhoop daagde de redding op alweer
M. De Backer belooft en hij doet
niets.
V Wij moeten daaruit leeren dat wij onze
groenen niet gelooven mogen vermits zij
geen woord houden.
•Wilt gij dus niet bedrogen zijn, kiezers,
keert die mannen den rug. Weet dat be
looven niets kost, maar uitvoeren, dat is
een ander paar mouwen. Daaraan kunt
gij uwe vrienden kennen.
Ik zal doen beteekent niets; ik heb ge
daan, zie dat is liet gulden woordmaar
ik heb gedaan, dat zeggen alleen de Ca-
tholieken
NATIONAAL
Vlaamsch Bondgenootschap, Leuven
Vlaamsche Wacht, Antwerpen
Aan het Vlaamsche volk I
De volstrekte gelijkstelling der Vlaam
sche en der Fransche taal op wetgevend
gebied der gelijkheidswet van 18 April
1898 wekte bij U de hoop dat hetzelfde
rechtvaardig en grondwettellijk beginsel
zou leiden tot hervorming van het onder
wijs in meer nationalen zin en tot stiptere,
ruimere en eerlijkere uitvoering der reeds
bestaande taalwetten en aanvulling dezer.
Op drieërhande gebied wordt gij thans
teleurgesteld.
Het wetsvoorstel Coremans, dat voor
doel heeft de leerlingen der vrije colleges
en middelbare scholen in het Vlaamsche
land deelachtig te maken aan de voor
deden der wet van i883 op de Konink
lijke Atheneums, wordt bestreden onder
voorwendsels van ongrondwettelijkheid
waarvan de ijdelheid herhaaldelijk bewe
zen werd.
Ten andere werd door den Leuven-
schen Senator Vanderkelen, die tevens
Vice-consul van Frankrijk is, een wets
voorstel ingediend om weder de burger
wacht in het Vlaamsche land ouder
Fransch commando te stellen.
Eindelijk werd door den tuchtraad der
Brusselsche Advokatenorde een besluit
afgekondigd waarbij advokaten die
Vlaamsch zouden willen spreken voor de
rechtbanken, met straf bedreigd worden.
VLAMINGEN,
Het oogenblik is plechtig de toestand
is uiterst bedenkelijk.
Niet alleen wil men U langs kronkel
wegen eene verbetering onthouden waar
van de dringende noodzakelijkheid door
niemand kan geloochend worden maar
men wil U ook terugnemen wat gij na
zooveel moeite verkregen hadt en U zelfs
beletten gebruik te maken van een on
schendbaar grondwettelijk recht.
Staat allen eensgezind op, en eischt
i° Dat het voorstel Coremans zonder
UITSTEL en ZONDER VERANDERING gestemd
worde, om eindelijk aan het vrij middel
baar onderwijs in Vlaamsch-België het
nationaal karakter te geven, waarvan de
gij. Gij ruktet de kamerdeur open, baan-
det u eenen weg doorrook en vlammen,
naamt mij op en zocht eenen uitweg. Ik
hoorde geschreeuw binnenshuis en daar
buiten, en ook nu begreep ik, dat daar
menschen waren, om ons te redden. Gij
wierpt mij uit het venster en... ik verloor
het bewustzijn. Bij mijn ontwaken was
het mij volkomen duidelijk, dat ik van
een argeloos, onnoozel kind, een mensch
geworden was, een menscb die denkt, die
beschikt over zijnen wil en die zich re
kenschap weet te geven over zijne daden.
Gij ziet dus wel, Olivier, dat ik moet toe-
behooren aan u, die door uwen moed
mijn leven endoor uwe liefde mijn ver
stand gered hebt.
Zij zweeg, door aandoening overwel
digd.
Dus, wij gaan inderdaad trouwen
fluisterde zij.
En eensklaps, voordat Olivier den tijd
had gehad haar te antwoorden, overtoog
eene doodelijke bleekheid haar gelaat,
zij hief zich op, hare wenkbrouwen ver
trokken zich krampachtig samen, hare
oogen fonkelden en zij riep uit
O Sorandal... vader en moeder
willen dat ik met Sorandal zal trouwen...
Hij zal mij komen halen. O l bescherm
mij, Olivier, red mij!
Stel u gerust, Gisèle, zegde hij op
krachtigen toon, zoolang ik leef, hèbt gij
van hem noch van iemand anders iets .te
vreezen. Gij behoort mij toe, gij hebt mij
heer De Sadeleer, oud-voorzitter der
Kamer van Volksvertegenwoordiger, in
Kamerzitting van 12 December 1882, het
algemeen gemis betreurde, en de studee-
rende jeugd in staat te stellen om hare
plichten naar behooren te kwijten in de
vrije beroepen, in de openbare besturen
en in het openbaar leven
2° Dat het voorstel Vanderkelen ver
worpen worde en de voorsteller als bevel
hebber der jagers verkenners van Leuven
gedwongen worde tot eerbied voor de
wet
3° Dat door de Wetgeving paal en perk
gesteld worde aan den willekeur van den
Brusselschen tuchtraad der advokaten op
taalgebied.
VLAMINGEN.
Gaat allen naar den
Git OOTEN UWDHAG
welke, buiten allen partijgeest, op Zon
dag 24 Januari 1904, te 10 ijt ure
's morgens zal gehouden worden in den
schouwburg La Robinière, Noorddoor
gang (de Brouckereplaats) te Brussel.
DAGORDE
1. Wetsvoorstel Coremans
2. Wetsvoorstel Vanderkelen
3. Regeling van het taalgebruik voor de
burgerlijke rechtbanken.
VLAMINGEN, allen naar den Land
dag onder de kreten
Vlaamsch in het middelbaar onder
wijs Eerbied voor recht en wet
Brussel, 25 December 1903.
Namens het Nationaal Vlaamsch Verbond
De Voorzitter, Julius Obric. De Schrij
vers, F. Reinhard, L. De Raet.
't Vlaamsch Bondgenootschap (Leuven)
De Voorzitter, B. Van Uytvanck. De
Schrijver, V. De Vos.
De Vlaamsche Wacht (Antwerpen)
De Hoofdman, J. Kamerling. De
Schrijver, A. Vanden Bosch.
Wij hebben in een vorig nummer
gezegd hoe M. Woeste krachtdadig gepro
testeerd heeft tegen de uitbuiterij uitge
oefend ten nadeele van alle muziekanten
en muziekmaatschappijen, krachtens het
zoogezegd auteurs-recht.
Alsdan hebben wij gemeld hoe die
misbruiken in de Kamer alleen verdedigd
zijn geweest door den liberaal Tonnejier.
Hierachter het wetsvoorstel in den zin
der bemerkingen van M. Woeste, neèr
gelegd door M. Hoyois, catholieke Volks
vertegenwoordiger van Doornik
11 De klachten over het heffen van een
auteurs-recht voor liet uitvoeren van
muziekwerken in 't openbaar, zijn te
aanhoudend en te algemeen om heel en
al ongegrond te zijn.
i> De misbruiken overigens, waarop in
uwe liefde geschonken, gij zijt de mijne
en men zou mij moeten dooden, om u uit
mijne armen te rukken.
Olivier, ik zou met u sterven.
Laat ons liever denken aan het le
ven, mijn lieveling, laat ons denken aan
de toekomst van liefde en geluk, die zich
voor ons opent wij zijn beiden nog jong
en wij zullen nog lang en veel van dat
geluk kunnen genieten. Nu moeten wij
kalm zijn en overleggen wat ons te doen
staat.
Maar terwijl hij het meisje tot kalmte
aanspoerde, voelde Olivier zelf zich alles
behalve gerust.
Hij herinnerde zich de vertrouwelijke
meedeeling door Mev. Dorgeur aan Jac
ques gedaan.
Van die zijde dreigde het gevaar, dat
begreep hij zeer goed. Gisèle zag hem
met een lieftalligen glimlach aan en zeg
de
Wat ons te doen staat Hetgeen gij
wilt.
Hij dacht even na.
Luistert, zegde hij daarop, wilt gij
vertrekken, Frankrijk verlaten Uwe ou
ders zullen u zeker doen opsporen en
wanneer wij te Parijs verblijven, dan zal
het niet lang duren, eer men onze schuil
plaats ontdekt en dan zoudt gij gedwon
gen worden, naar huis terug te keeren.
Ozeker, ik ben niet bevreesd dat gij
mij vergeten zult, dat gij uwe liefde, welke
gij aan mij geschonken hebt, zult terug-
België wordt gewezen, werden ook elders
aangeklaagd namelijk in Zwitserland
en in Frankrijk en verwekten' er insge
lijks ontroering bij de openbare meening
zoowel als in het Parlement.
Om ze te verhelpen werden radicale
oplossingen voorgesteld. Zij verwekten in
verschillend opzicht erge opspraak.
De oplossing in 't aanhangig wets
voorstel vervat, is gematigd en ontsnapt
dan ook aan die opspraak.
Zij eerbiedigt volkomen het recht
der auteurs, tevens de uitoefening van
dat recht regelende, zooals de uitoefening
van het recht der brevet-eigenaars gere
geld is geworden. Zij eischt van de
auteurs duidelijke verklaringen, om alle
dwaling te voorkomen van wege hen die
geneigd zijn de werken der auteurs in
in 't openbaar uit te voeren. Zij beant
woordt stellig aan het gevoelen der
auteurs, door te bepalen dat de uit- of
opvoering van hunne werken in 't open
baar, buiten all- winstbejag, moet be
schouwd worden als door hen ontslagen
van de betaling van elk recht, wanneer zij
niet uitdrukkelijk het tegendeel hebben
verklaard.
n Het bedrag van het te heffen recht
moet kunnen vrijelijk bepaald worden
door de auteurs.
Het wetsvoorstel laat hun toe zalks
te doen voor elk hunner werken met het
oog zoowel op het geheel als op de ver
schillende gedeelten. Wanneer op de te
koop gestelde of in omloop gebrachte
exemplaren van een werk in zijn geheel,
het te betalen recht enkel voor het ge-
heele bepaald staat, dan moet het in
evenredigheid berekend worden voorde
verschillende gedeeltendat spreekt van
zelfs wat heel gemakkelijk is.
Het kennen van de lijst der werken,
aan auteurs recht onderhevig, en niet van
eene min of meer volledige lijst van
auteurs, levert vooral belang op voor het
publiek. Door in dat opzicht eene nieuwig
heid in te voeren, schenkt het wetsvoor
stel voldoening aan een meermaals en te
recht uitgedrukten wensch.
De aanneming van het wetsvoorstel
zou eene ernstige verbetering van den
huidigen toestand verwezenlijken, wat
mag doen verhopen dat het Parlement
r.a de muziekmaatschappijen het gun
stig zal onthalen. n Jos. HOYOIS.
EENIG ARTIKEL.
Art. 16 der wet van 22 Maart 1886 op
het auteurs recht wordt door de navol
gende bepalingen vervangen
I. Geen muziekwerk mag in het
openbaar worden uit- of opgevoerd, ge
heel of gedeeltelijk, zonder toestemming
van den auteur, wanneer i° deze, naar
de bij koninklijk besluit te bepalen vor
men, heeft verklaard zich het recht voor
te behouden die toestemming te verloenen
of te weigeren 20 de te koop gestelde of
in omloop gebrachte exemplaren, op de
eerste bladzijde en in duidelijke letters,
benevens de herhaling zijner verklaring
nemen, dat een ander mijne plaats in uw
hart zal innemen, maar er zou in elk
gevai eene scheiding uit voortkomen,
misschien voor langen tijd. Vindt gij het
niet beter te vertrekken, ons buiten het
bereik van alle nasporingen te stellen,
met mij te gaan naar een van die zuide
lijke landen, waar het altijd lente is, waar
wij jaar in, jaar uit zullen leven onder
een blauwen hemel en omringd door een
eeuwig bloeiende natuur? Wilt gij dat?
Over ons levensonderhoud behoeft gij
u niet bezorgd te maken. Ik heb geld ge
noeg bij mij om in de eerste behoeften te
voorzien en wanneer wij de plaats, die
wij tot onze bestemming zullen kiezen,
bereikt hebben, dan zal ik aan mijn broe
der schrijven, hij zal ons zeker niet ver
raden en mij alles zenden wat ik noodig
heb. Trouwens zal ik daarginds evengoed
kunnen schilderen als hier, beter nog.
Morgen kunnen wij reeds ver over de
grenzen zijn. Wilt ge, Gisèle
Het meisje, dat aandachtig geluisterd
had, schudde het hoofd.
Neen, zegde zij. O! gij wcot wel,
niet waar Olivier, dat onverschullig welke
plek ti r wereld, de meest afgelegene, de
treurigste, voor mij een paradys zou zijn,
onuitputtelijk bekoorlijk, wanneer ik er
slechts met u, altijd met u zou kunnen
leven, maar ik wil niet vluchten als eene
schuldige. Eene liefde, zoo rein als de
onze, mag niet vei borgen worden; wij
moeten elkander beminnen in het volle
en de aanduiding van 't bedrag van het
reciit dat hij wil heffen, den datum ver
melden waarop het werk in 't licht werd
gegeven.
II. Zoo de bij het vorig artikel
voorziene verklaring en de vermeldingen
voorkomende op de te koop gestelde of in
omloop gebrachte exemplaren niet uit
drukkelijk de uitvoering of de opvoering
in het openbaar, zonder winstbejag, be
doelen, wordt soortgelijke uitvoering of
opvotnng beschouwd als vrij van auteurs
recht.
III.De lijst der werken, waarom
trent eene verklaring geschiedde, wordt
om de zes maanden in het Staatsblad af
gekondigd. Degene, wier uit- of opvoe
ring, zonder winstbejag, uitdrukkelijk in
de verklaring is bedoeld, worden afzon
derlijk opgegeven. Jos. HOYOIS.
Het bemesten der Haver..Onder
de graangewassen bekleedt de haver eene
voorname plaats om haar algemeen ge
bruik als veevoeder, en bijzonder als
peerdenvoeder voor welke dieren zij moei
lijk of niet te vervangen is. Haver bevat
een veel hooger vetgehalte dan gelijk
welk graangewas. Terwijl tarwe en rogge
gemiddeld slechts 1 vet inhouden De-
vat haver 4 tot 5 °/a.
Voor melkkoeien is haver ook straf aan
te prijzen, 't Is gezond en. melkachtig en
de boter die men er door bekomt, is van
goede kwaliteit.
In de laatste jaren, misschien wel eenig-
zins tengevolge der inkomrechten, was
de haver ook aan hoogen prijs, zoodat ze
met winst kan verbouwd worden.
't Is dus onder alle opzichten eene goede
vruqht, die de landbouwer wel moet ver
zorgen. In de eerste plaats dienen wij
haar doelmatig te bemesten. De meststof
fen immers spelen de hoofdrol en hebben
altijd den grootsten invloed op de op
brengst. Pacht, bewerkingen van het
land, zaaizel, enz. blijven hetzelfde. En
veronderstel nu dat men door het aankoo-
pen van 5o fr. scheikundige meststoffen
6 zakken haver meer kon oogsten per
hectare, dan heeft men toch rond de 100
fr. voor zich, wanneer men van de meer
dere hoeveelheid stroo ook rekening
houdt. Ja, wij hebben het reeds gezegd
en wij herhalen lu i, in de intensieve cul
tuur moet den Belgischen landbouwer
zijne redding zoeken.
Volgens Muntz en Gisard bevatten 100
kgr. haver:
Stikstof fosfoorzuur potasch
Graan 1,92 o.55 0.42
Stroo 0.40 0.28 0.97
Een gemiddelde oogst van 2000 kgr.
haver en 3ooo kgr. stroo zou dus aan den
grond per hectare ontnemen
Stikstof fosfoorzuur potasch
Graan 38.4 11.0 8.4
Stroo 12.0 8.4 29.1
Te
50.4
19.4
37.5
licht, voor het oog var. geheel de wereld.
Maar Sorandal
Ja, men wilde mij dwingen, men
wilde misbruik maken van mijn geestes
zwakheid om mij te verbinden aan een
man dien ik haat en vrees. Thans wil ik
aan allen den man toonen, dien ik heb
uitgekozen, die mij bemint en dien ik
bemin. Onze wederzijdsche liefde, Oli
vier, geeft ons het recli! elkander toe te
behooren.
Maar wanneer uw vader en uwe
moeder ér eens op blijven aandringen,
dat gij met Sorandal zult trouwen
Dat. zullen zij niet, want zij hebben
mij lii f.
Zij sprak deze woorden op eenvoudi-
gen, ongekunstelden toon en in het vol»
ste virtrouwen uit.
Olivier dacht echter aan het geheim,
dat natuurlijk voor Gisèle verborgen
moest blijven, maar dat invloed uitoe
fende op den wil van Mev. Dorgeur.
Uw vader heeft evenwel aan Soran
dal zijn woord gegeven,hernam hij aarze
lend, ook uwe moeder gaf hare toestem
ming; Sorandal zal lnin niet van hunne
bdofie ontslaan; hij zou hen kunnen
dwingen, deze na te komen.
Onmogelijk, hernam Gisèle. Zij ga
ven hem die belofte, toen ik een onnoozd
kind was, maar wanneer zij gezien heb
ben dat ik mensch geworden ben, dat ik
de vrije beschikking heb over al mijne
geestvermogens, wanneer zij overtuigd
Daaruit volgt klaarb'.ijkend dat haver
veel stikstof en potasch bevat, en ongeveer
half zooveel fosfoorzuur.
Enkel uit den inhoud van een of ander
vrucht willen afleiden hoe ze dient be
mest te worden, ware al te gewaagdim
mers de grond kan van natuur rijk zijn
aan een of ander element, en daarvan
dient men rekening te houden.
Daarom zal een verstandige landbou
wer niet nalaten al eens eene praktische
proef aan te leggen, ten einde na te gaan
welke stoffen in zijnen grond moest ont
breken.
Om nu tot de bemesting van haver terug
te komen, behalve stalmest en soms ook
beir, zal men zijne toevlucht nemen tot
scheikundige messtoffen.
Voor de stikstof geven wij dtn voor
keur aan zwavelzuren ammoniak. Die
meststof immers werkt langzaam en aan
houdend, terwijl sodanitraat nog al jach
tig is, en alzoo de haver vroegtijdig zou
kunnen doen vallen, wat allernadeeligst
ware voor de jonge klavers.
In de verslagen van den heer De Vuyst
over zijne proeven zien wij dat zwavel
zuren ammoniak niet zelden voor haver
meer opbracht dan sodanitraat, namelijk
in het jaar 1903 waren de uitslagen door
slaande.
Als hulpmest 120 tot i5o kgr. zwavel
zuren ammoniak per hectare na de om-
plo^-ging op de sneden gestrooid en duch
tig ingewerkt mei de eg, is eene tamelijk
goede bemesting.
Heeft men echter wenig of geen stal
mest kunnen gebruiken, dan mag hooger
opgegeven hoeveelheid met een derde
verhoogd, zelfs verdubbeld worden. In
gronden waar fosfoorzuur en potasch ont
breekt zal men deze meststoffen ook niet
verwaarloozen wil men dat de zwavelzure
ammoniak al zijne werking levere.
Daarover spreken wij in een volgend
artikel.
Het Radium. Dat is een nieuw
metaal dat nog maar onlangs ontdekt is
en waarvan er nog maar eenige korreltjes
bestaan. Dat wonderlijk metaal schiet
vanzelfs groene stralen zonder te vergaan
of te verminderen. Het geeft ook warmte
zonder ooit uitgeput te zijn en zonder
medehulp van eene uitwendige macht.
Die warmte is zelfs zoo krachtig dat men
rekent dat een stuk radium van eene vuist
groot een tamelijk huis zou kunen ver
warmen.
Maar dat metaal is zoo zeldzaam, zoo
kostelijk* dat het 3o,ooo frank de gramme
kost. 't Is te zeggen dat het nog weinig
gebruikt is.
Moest het in grootc hoeveelheden kun
nen gevonden worden, de prijs zou na
tuurlijn veel kunnen verminderen. Tot
bewijs liet aliminium die eerst rond de
2000 frank den kilo kostte en nu maar
rond de 2 fr. meer geldt. Men staat stom
als men bedenkt welke gevolgen de ver
spreiding van dit metaal in den toestand
van de wereld zou te wege bren.
zijn, dat mijn hart aan u toebehoort en
nooit aan iemand anders toebehooren zal,
dan kan hunne belofte niet verplichtend
blijven. En dan gelooft gij dat men nu
nog mijn weerstand zou kunnen breken
Dan zoudt gij aan mijne liefde moeten
twijfelen
Neen, neen, lieveling, haastte Oli
vier zich te zeggen, maar wanneer zij nu
toch eens de toestemming tot ons huwe
lijk weigerden
In dat geval zou ik doen, wat mijn
hart mij ingeeft. Ik zou aan uwen arm
het kasteel Pierrefite verlaten.
Olivier schudde het hoofd, hij voorzag
gevaren, waarover hij niet met Gisèle
kon spreken.
Dus, hernam hij, gij wilt naar huis
terugkeeren
Ja, vriend, daar is mijne plaats,
zegde zij zacht.
Uwe plaats is waar ik ben riep hij
in opgewondenheid uit, op die wijze
dreigt ons het gevaar van eene sche-
ding.
In elk geval slechts voor zeer kor
ten tijd, want als wij man en vrouw zijn,
kan ons niets meer scheiden.
En Sorandal
VV dnu
Hij is op het kast-el.
Ik vrees hem niet.
En zooeven sidderdet gij nog, toen
gij. zijnen naam noemdet.
Wordt voortgezet.