Zondag 14 Februari 1904 5 centiemen per nummer. S6sle Jaar 3612. Een dwaze aanval. Klinkende kaakslag Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. OM ZES MILLIOEN Eene nieuwigheid. DE VRIENDSCHAP VOLKSKAMER. DE DENDERBODE Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee- kening van den volgenden dag. De prys ervan is .- tweemaal ter week voor de Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden fr. 1-75 voor dry maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont vangen zyn ten laste van den schuldenaar. Men schrijft in by C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, N' 31, en in alle Postkantoren des Lands. CUIQl'G 8UU1U. Per drukregel. Gewone 15 centiemenReklamen fr. 1-00Vonnissen op 3de bladzijde 50 centiemen. Dikwyls te herhalen bekendmakingen by accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Ileeren Nota rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van dit blad. AALST, i3 FEBRUARI 1904. De weerdige collega van den heer A. Daens, priester Fonteyne is voorzeker geen groote economist maar niettemin valt hij het geldwezen van ons land aan Ziehier wat hij schrijft De bewaar- dtrs zijn in 1884 aan 't bestuur gekomen en zij hebben sedert dien de lasten met HONDERD MILLIOEN VERZWAARD. In 1880 bedroegen de lasten 103,330,748 fr. In 1890 bedroegen de lasten 166,531,127 In 1900 bedroegen de lasten 222,658,660 In de bogrooting van 1904 259,000,000 Die redeneering is weerdig van de fi nanciers van Dendergalm zij berust op eene onvergeeflijke dwaling of verwar ring. De heer Fonteyne gebruikt voor het totaal eene uitdrukking die slechts waar is voor de samenstellende faktoren. Het totaal der lasten kan vermeerderen zon der dat daarom de basis van vroeger is verzwaard. De Staat is eene familie in groot wier bestuur onkosten vereischt. De inkomsten van een huishouden ver meerderen als er meer geldwinners bij komen af als die geldwinners meer ver dienen. Zoo is het met de Staat. Er zijn thans meer lastenbetalers dan vroeger de rijk dom en dezes omloop waaruit de Staat zijn voordeel trekt, zijn veel grooter, zijn aanzienlijk gestegen. Daaruit vloeit voort dat de lasten aan den Staat betaald moeten vermeerderen, alhoewel ieder lastenbetaler, in 't bijzon der, proportion neel zooveel geeft als vroeger. Kiezers, beziet uw lastenbriefje en zegt ons of uwe lasten verzwaard zijn Betaalt gij aan den Staat een centiem meer dan vroeger D* reghstreeksche belastingen voor den Staat zijn onver anderd GEBLEVEN OP UW LASTENBRIEFJE 1 Dus zijn die lasten niet verzwaard en heeft M. Fonteyne met de waarheid de spot gedreven en zich de onbehendigheid zijner lezers te nutte gemaakt om ze een koppel ezelsooren van belang aan te naaien 1 Altijd eerlijk in de partij van 't wijf 1 Maar er zijn ook verbruikslasten, be lastingen en rechten die wegen op de waren, bier, wijn, genever, enz. Dat is waar maar die lasten be staan in ieder land bestaan overal I 89® Vervolg. Welnu vroeg Sorandal tartend, waarom gaat gij niet voort Sreek dan, wanneer gij iets te zeggen hebt, spreek dan. O gij weet wel dat ik zwijgen moet, zegde Olivier op somberen toon, ontzet door zooveel vemetelheid. Komaan, mevrouw, hernam Soran dal, zeg aan uwe dochter wat u op het hart ligt, wanneer gij met haar alleen zijt, zal het u gemakkelijker vallen haar den toestand te doen begrijpen, Ja, zegde Mev. Dorgeur met moei te, bevend onder den dreigenden blik van Sorandal kom hier, Gisêle, ik moet u spreken. Neen 1 riep Olivier Fromentel op hevigen toon. Waarom niet vroeg Dorgeur. Moe der en dochter kunnen elkander beter begrijpen, wanneer zij onder vier oogen zijn, mijn neef Sorandal heeft volkomen gelijk. Gisêle is nu in staat te kunnen be grijpen. Gisêle keerde haar schoon gelaat kalm tot Olivier. Stelt gij geen vertrouwen in mij vroeg zij, Waarom wilt gij niet, dat ik In België betaalt men het minst on- rechtstreeksche belastingen. Er zijn lasten op 1) nuttige waren, vleesch, suiker, enz. 2) noodelooze waren, tabak, enz. 3) schadelijkt waren, enz. Welnu de heer Fonteyne moet weten dat ons ministerie op de verbruikswaren van eerste noodzakelijkheid, op suiker, koffie, chocolat, boter, enz. de lasten heeft verminderd, verre van ze te ver zwaren. Hij heeft het oogenblik voor zijnen dwazen uitval slecht gekozen, de heer Fonteyne. Ieder heeft de kolossale afslag op den suiker nog versch in het geheu gen Die afslag, het gevolg van eene wederlandsche verstandhouding tusschen verscheidene landen is het werk van ons Catholiek Ministerie 1 De rechten op den koffie zijn afge schaft die op den thé verminderd. Met een woord al de belastingen op de nut tige WAREN ZIJN VERMINDERD. Zekere waren zijn belast geworden. Er zijn inkomrechten gesteld op de vreem de haver, vreemde betteraven, op het vreemd vee en ook die op den genever zijn verhoogd. Wil M. Fonteyne die afschaffen dat hij het zegge. De landbouwers zullen goed zijn met het Klaar en duidelijk te weten. Geen bedrog, niet waar, Heer Fonteyne. Nogmaals vragen wij u Wilt gij de inkomrechten afschaffen op het vreemd vee, op de vreemde belteraven, op de vreemde haver Zeg wilt ge Landbouwers, opgepast, laat u door I de groenen niet bedriegen. Het catho liek MINISTERIE HEEFT U GEHOLPEN DOOR die rechten te stemmen de aardige tisten der groene partij gaan ze af schaffen M. Fonteyne wil van geene onrecht- streeksche belastingen lijk ze in België bestaan. Wil hij ze lijk ze in Frankrijk zijn ingericht Frankrijk is immers een land van algemeen stemrecht. Het heeft daarbij, volgens de helden van Chipka, eene volksregeering. Dus de inkomrech ten lijk in Frankrijk Goed zoo, dan kunnen wij de zaken blootleggen en vergelijkingen maken. Wij laten de finantieele kwestie niet los zij is een uiterst goed terrein om te bewijzen hoe veel goeds ons Catholiek Ministerie heeft gesticht. Dus tot later, heer Fonteyne. Wetsvoorstel. MM. Vandervelde, De Backer, Liefmans, Termote, Vande- venne en Buyl hebben een wetsvoorstel ingediend, strekkende tot het bepalen van den datutn der wetgevende kiezirgen van 1904 op den eersten zondag van Mei, ten einde te vermijden dat die kiezingen op den hoogdag van Sinksen vallen. met mijne moeder alleen zal blijven, wanneer zij mij eene vertrouwelijke meê- deeling te doen heeft Vreest gij dat iets invloed op mij zou kunnen uitoefenen, om mij van u te scheiden Weet gij dan niet dat ik u bemin en denkt gij dat ik mijnen eed heb vergeten Neen, lieve, antwoordde Olivier, maar als gij wist... Wat? Als gij wist waartoe die man in staat is... Sorandal lachte. Ziet gij wel, hij is bang, zegde hij tot Dorgeur. Door de een of andere list heeft hij invloed op den geest van het meisje weten te verkrijgen en nu vreest hij, dat hij dien invloed weer zal verlie zen, dat in plaats van de millioenen van Gisêle de galei zijn deel zal worden, tot loon voor al zijne moeite. Olivier was zich lang meester gebleven, maar deze beleediging vorderde te veel van zijne koelbloedigheidhij maakte eene dreigende beweging en stond op het punt zich op Sorandal te werpen, maar Durgtur kwam tusschen beiden Om Godswil, genoeg bedreigin gen, neef, zegde hij, beleedig hem niet wat ik u bidden mag, en gij, M. Fro mentel, gij weet hoeveel dankbaarheid ik voor u gevoel, is het mogelijk dat gij u aan zulk eene daad zoudt heb ben plichtig gemaakt Mijn God, mijn hoofd loopt om, het is mij alsof ik krank- Meer en meer wordt er door de land bouwers naar verbeteringen en volmaking gestreefd in den kweek der huisdieren. En zij hebben overschot van gelijk, want op onze dagen is het van hoofdzakelijk belang goede rassen en schoone beesten voort te brengen. Welnu, 't zal overbodig zijn te zeggen dat het geraamte als hoofdbestanddeel van het dierlijk lichaam moet beschouwd worden. Dit is zoo waar dat het uitwen dige van het dier heel en gansch afhangt van de harmonische en regelmatige ont wikkeling der beenderen. Zonder voeten geen peerd, zegt eene gekende spreuk. Welnu wij zeggen zon der een goed geraamte geëne beest. Ook trachten de vooruitziende landbou wers, door eene speciale voeding de ont wikkeling van het beendergestel te be gunstigen. Des te meer dat men daardoor de vroegrijpheid der dieren in de hand werkt, hetgeen de opbrengst sneller en grooter maakt. De bijzonderste bestanddeelen der been deren zijn fosfoorzuur en kalk. Welnu, het is klaar en duidelijk dat jonge dieren vooral, die hun geraamte nog moeten vormen in hun voedsel een rijken voor raad fosfoorzuur en kalk moeten vinden. Niet alleen jonge dieren hebben zulks noodig, maar ook drachtige dieren, melk koeien, enz. Het gebeurt dikwijls dat de dieren in hun voedsel de noodige hoeveelheid fos foorzuur en kalk niet krijgen. En dit zal ons niet verwonderen als wij maar eens bedenken hoe onze gronden destijds door graanbouw verarmd werden aan fosfaten En nu nog alle dagen wordt die verarming en uitputting voortgezet door het verkoopen van beesten, van eiers, enz. Derwijze dat de meeste onzer gronden arm zijn aan fosfoorzuur. De stalmest ook bevat er weinig en zoo komt het als noodzakelijk gevolg, dat de voe- derplanten doorgaans ook te weinig fos foorzuur en kalk bevatten om inde nood wendigheden van aangroeiende en drach tige dieren te voorzien. Zijn die twee stoffen in het voeder te kort, dan zal het geraamte onvolledig ontwikkelen, de dieren zullen slap zijn op de pooten en aan de beenderziekte lijden. Ook hebben voorname kweekers sedert eenige jaren beproefd een fosfaatpoeder bij de gewone voedermiddelen te voegen. De Engelschen die in het fokken onze meesters zijn, gebruiken dit met den bes ten uitslag. I11 Duitsch land ook komt het meer en meer in voege. Wij kennen voorname peerdenkwee- kers die aan al hunne veulens van jongs af fosfaatkalk toedienen en er zich uit muntend mede bevinden. Doch niet al leen voor de veulens, ook voor kalvers, viggens, kiekens kan fosfaatkalk gegeven worden. En dat het op zijne plaats is in de voeding van alle drachtige dieren, zal wel niemand ontkennen. Er zijn handelaars die het fosfaatpoe der aanbieden onder vorm van beender meel. Dit produkt is zeer moeilijk op neembaar en genomen proeven gaven geringe of niet beduidende uitslagen. Integendeel het kalkfosfaat wel bereidi met eenen inhoud van ongeveer 38 op losbaar fosfoorzuur, zooals er een staal voor ons ligt. komt voor als een zeer wit fijn poeder, vrij van alle nadeelige zelf standigheden. Dit verdient verreweg den voorkeur. Men kan niet genoeg de land bouwers aanzetten alle minderweerdig fosfaatmeel te verwerpen. In ons land bestaat er eene fabriek wij gelooven te Hasselt in Limburg die de specialiteit heeft van uitmuntende fosfaatkalk te verveerdigen. Onlangs deden wij er een staal van ontleden. Het bulletijn bewees dat dit poeder zeer zuiver was. Eene nota van den heer Bestuurder luidde als volgt <1 Dit fosfaatmeel mag als voedsel gebruikt worden. Uit hetgene voorgaat kan men afleiden van hoe groot belang die kwestie is voor onze kweekers Daarom komen wij in een volgend artikel daarop terug en spre ken dan over het toedienen van fosfaat kalk. zinnig zal worden, wanneer dat zoo voort gaat. Mevr. Dorgeur riep met zwakke stem Gisêle! Kom volg ons, zegde Sorandal op barschen toon tegen Olivier, gij weet wel wat de uitslag van het onderhoud tus schen moeder en dochter zal zijn, het meisje kan u niet toebehooren, maar er zal tegen u geene aanklacht worden inge- dien. Daarom hebben wij nog eene zaak met elkaar te vereffenen en wij zullen daarvoor de maatregelen bespreken, ter wijl Mev. Dorgeur met hare dochter al leen is. Olivier aarzelde. Ga, Olivier, zegde Gisêle, stel ver trouwen in mij, zooals ik vertrouwen stel in u. Zij stak hem de hand toe, waarop hij een kus drukte. Kom nu herhaalde Sorandal barsch. Olivier verliet met de twee anderen het vertrek. Mev. Dorgeur deed hen met wanke lende schreden uitgeleide. Zij sloot de deur achter hen. Moeder en dochter bleven alleen in de kamer. XIII DE BEKENTENIS. Gisêle, met hare moeder alleen geble ven, zag haar strak aan. Om zijne verraderij van 18 October te wettigen heeft de heer Judas geschreven Thans roepen de liberalen niet meer weg met den Godsdienstmaar weg met de alleenheersching Dat zijn twee dwaasheden wij hebben het meermaals doen zien. Doch thans is de held van de historie van 'l wijf van 1894, Judas nr 2, ons terzij gesprongen en heeft aan Judas nr 1 een klinkende kaakslag toegebracht. Hoe moeten de ooren getuit hebben van onze lekkere Pie toen hij onzen broeder» in volle Kamers hoorde zeggen: Het is droef voor eenen priester lijk ik, te moeten vaststellen dat de liberale partij den godsdienstoorlog wil herbeginnen. Dat is nog meer dan te roepen Weg met de catholieken zij willen de kerkver volging herbeginnen Herbeginnen, dan nog al zij hebben dus in het verleden oorlog gevoerd aan de Kerk Dat ontbrak nog aan de schande van den heer Judas hij moest doorzijn eigen broeder weérlegd worden. Daaruit is het besluit te trekken dat de heer Judas niet oprecht en rechtzinnig was toen hij zijne verrechtveerdiging schreef dat hij zijne lezers met leugenachtige be weringen heeft om den tuin geleid. Hij heeft zelfs geen eerbied voor hunne goede trouw én voor hunne eenvoudig heid. Hij verbergt hun de waarheid en spiegelt ze zaken voor oogen die zelf zijn broeder afkeurt __Hoe diep gevallen is hij dan toch, dat hij zijne toevlucht moet nemen tot zulke middelen, tot de stelselmatige leugen en bedrog. Wij bekennen rechtuit dat die handel wijze ons niet verwondert. Wie de historie van 't wijf opzijn ge weten heeft die zal voor geen leugen, geen bedrog, welk het ook zij, achteruit gaan die heeft sedert lang hulde ge bracht aan het hatelijke walgende prin ciep s Het einde wettigt de midde len. Aan de kiezers te oordeelen of zij lan ger willen bedrogen worden door een man die met opzet de waarheid onder de voe ten brengt en stelselmatig schrijft wat hij weet, zeer goed weet, leugen en bedrog te zijn. Welk vertrouwen kan de partij genieten die met de eerlijkheid en recht zinnigheid in twist ligt Nemen wij akte dat priester Daens in volle kamers heeft gezegd de liberale partij wil den godsdienstoorlog herbe ginnen I Goede mate. Herbergiers, winke liers en andere menschel, zullen voortaan voordeel trekken uit de wet van 1 October i855. Bij omzendbrief van den heer procu reur-generaal, gedagteekend 16 Januari 1904, is er voorgeschreven dat alle vaten het adres moeten dragen benevens de in houdsmaat in liters. Bijgevolg zal iedereen kunnen waarne men wat inhoud de vaten hebben en in evenredigheid kunnen rekenen zonder be drogen te worden. Dus bier, azijn, genever, siroop en andere vloeistoffen zijn daarin begrepen. De leveraars zullen vervolgd worden in geval hunne vaten niet geteekend en ge meten zijn. kende neringdoeners dezer Stad zonder onderscheid of zij of niet leden zijn onzer Maatschappij, uit te noodigen tot de voorbereidende Voordracht die in zijn lokaal zal gegeven worden door den heer Hector LAMBRECHT, Afdeelings- overste in het Ministerie van Nijverheid en Arbeid, schrijver der Onderzoekscom missie. Deze Voordracht zal plaats hebben op Vrijdag 19 Februari 1904, om 8 uren zeer stipt 's avonds. Na de Voordracht zal de Voordracht gever antwoorden op de verschillige vra gen welke door de toehoorders zouden kunnen gesteld worden. Rekenende op uwe tegenwoordigheid, bieden wij UEd. M. de verzekering onze ware hoogachting aan. NAMENS DEN BURGERKRING: De SchrijverDe Voorzitter, L.Van Cauwenbergh. Bon Leo Bethune. De Ondervoorzitter Frans Crick. Socialistische drukkerij in beslag genomen. Het drukmaterieel van het socialistisch weekblad De Volswil van Leuven werd maandag bij rechtsmacht verkocht, voor betaling der schaevergoe- ding, waartoe het blad veroordeeld is, jegens eerroof tegen katholieken. Thans, nu zij begreep en rekenschap kon geven van hetgeen er om haar heen voorviel, werd zij droevig getroffen door het ongelukkig voorkomen van Mevrouw Dorgeur. De arme vrouw was niet meer dan eene schim, Haar morgendkleed hing in wijde plooien om haar uitgeteerd lichaam. Hare handen waren doorschijnend van magerheid. Haar gelaat vooral was vreeselijk om aan te zien. De oogen lagen diep in hunne kassen teruggezonken, de wangen ingevallen, het voorhoofd gerimpeld, er lag een pijn leken trek om den mond. Zij was het levend beeld van wanhoop en vertwijfeling, het lang verkropte leed had haar geheel ondermijnd. Hare gestalte was gebogen, hare han den beefden aanhoudend, hare knieën knikten onder het gaan. Moeder, stamelde Gisêle met be klemd hart. O Gisêle, Gisêle riep de ongeluk kige vrouw in doodangst uit. inijn kind, wat hebt gij gedaan Gisêle sloeg echter de oogen niet neer, zij stond fier opgericht, drukte de hand tegen het hert, als wilde zij het snelle kloppen daarvan onderdrukken en ant woordde kalm Ik weet wel, dat hetgeen ik gedaan heb, in de wereld afkeuring verdient, Catholiek.o Burgerkring 44, Korte Zoutstraat, 44, Aalst. Geachte Medeburger, Even als gij weet heeft onze groote Staatsman M. Woeste van het Staatsbe stuur de inrichting eener Onderzoeks commissie over den bedenkelijken toe stand der kleine Burgerij bekomen. Deze Onderzoekscommissie zal te Aalst op Dijnsdag 23 Februari 1904, van 9 tot 12 uren en van 2 tot 4 uren zetelen. Ten einde beter te doen kennen wat dit onderzoek is, en eene volledige op somming dtr grieven en der wenschen van onze neringdoende burgerij te verze keren, heeft de a Burgerkring getrouw aan zijnen naam, besloten alle welden maar zij, die alles weten, zullen, geloof ik, den moed niet hebben mij te veroor- deelen trouwens, ik gevoel mij gerust en verantwoord tegenover mijzelve, mijn geweten verwijt mij niets. Mev. Dorgeur zag haar met groote oogen aan. Het verwondert u, mij zoo te hooren spreken, niet waar, moeder? ging zij voort. Deze taal is geheel verschillend van die, welke gij gisteren nog van mij hoordet. Ik heb het u zooeven reeds ge zegd er heeft een geheele ommekeer bij mij plaats gehad als door een tooverslag, in een ommezien, zijn mijne oogen geo pend, mijn verstand is ontwaakt, er is een ziel in mijn lichaam gevaren. Ja, moe der, er heeft met mij een wonder plaats gehad, een wonder van liefde. Liefde herhaalde Mevrouw Dor geur, terwijl zij de armen uitstrekte. Ja, hernam Gisêle vol geestdrift en met het hoofd thans trotsch omhoog ge richt, men wilde mij, eene onnoozele, zooals men het noemt, een wezen zonder verstand, zonder geestvermogen, overle veren aan een ellendeling, die slecht het oog geslagen had op mijne fortuin het schijnt dat ik rijk ben en voor wien ik nooit iets anders heb gevoeld dan haat en een instinctmatiger! afkeer. In mijne ver- twijte.ing, want allen schenen mij aan mijn lot overgelaten te hebben, heb ik mij in de armen geworpen van eenen man, met eep edel, ridderlijk hart, die Vergadering van 9 Februari 1904. De heer Voorzitter. De heer mi nister van spoorwegen heeft het woord om te antwoorden op de vragen van den heer Pieraert, over i° Het inrichten van een reizigerstrein, die in de week den zelfden dienst tusschen Gceraardsbergen en Denderleeuw zou doen als de zondag- trein die te 17 u. 45 Geeraardsbergen ver laat 20 Het oponthoud, te Denderleeuw, van den doorloopenden trein nr 2810, uit Brussel naar Kortrijk. De heer Liebaert, minister van spoor wegen, posterijen en telegrafen. Het gering verkeer met den trein D 293 ver oorlooft niet te hopen dat, reed hij dage lijks, hij geene hoogere uitgaven zou ver gen dan'de ontvangsten toch zal ik de zaak doen onderzoeken. Trein 2810 werd ingericht om snelle gemeenschap te hebben tusschen de hoofdstad en het Westen des lands en kan geene nieuwe vertraging dulden. De heer Voorzitter. De heer mi nister van spoorwegen heeft het woord om te antwoorden op de vraag van den he<r Bethune betreffende het stoppunt in te richten te Bambrugge. De heer Liebaert, minister van spoor wegen, posterijen en telegrafen. Dat punt doe ik onderzoeken. Het is tamelijk ingewikkeld uit hoofde van de noodzake lijkheid om de bestaande aansluitingen niet onmogelijk te maken. mij reeds eenmaal het leven gered had en die mij nu nogmaals heeft gered, die mij gemaakt heeft tot een denkend, ver standelijk wezen, die door zijne liefde mijnen geest heeft doen ontwaken en dien ik bemin, Mevr. Dorgeur stond met trillende lip pen voor haar en zweeg. Gisêle naderde haar. Begrijp mij goed, moeder, hernam zij met hare welluidende stem, op zach- ten, maar tegelijkertijd fleren toon, ik ben hier slechts teruggekeerd uit eerbied voor mijnen vader en voor u en omdat ik niet wilde vluchten als eene misdadige, maar het een of het anderOlivier zal hier bij mij blijven of ik zal aan zijnen arm dit huis verlaten. Mevr. Dorgeur voelde een electrische schok door al hare leden gaan zij sprong op en stond daar als eene spookgestalte in haar lang wit kleed, dat in wijde plooi en op den grond afhing. Zwijgriep zij met angstige snij dende stem uit, terwijl hare oogen fon kelden van angst, zwijg Gisêle bleef rechtop staan, met kram- achtig op elkaar geklemde lippen. Mev. Dorgeur greep hare hand en hernam Luister... Ziet gij dan niet dat ik het besterf, dat er geene lucht meer in mijne longen is, dat ik naar adem snak. Ik moet al mijne kracht bijeenzamelen om te kun nen spreken, Wordt voortgezet,

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1904 | | pagina 1