pi SM Zondag 26 Juni 4904 5 centiemen per nummer. 56s,e Jaar 3630. Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst GODSDIENST. HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. Een geleerde kritieker. IDE IMI-ALT met den Witten Baard. LANDBOUW. Kiesomkooperij. - Klop Klop Klop DE DENDERBODE. Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee- kening van den volgenden dag. De prys ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden fr. 1-75 voor dry maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont vangen zijn ten laste van den schuldenaar. Men schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, N' 31, en in alle Postkantoren des Lands. g'-v jij !-■• '(is CLIQUE Sl UM. Per drukregel. Gewone 15 centiemenReklamen fr. 1-00 Vonnissen op 3de bladzijde 50 centiemen. Dikwyls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Nota rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele vat dit blad. AALST. 25 JUNI 1904. De geleerde held van Dendergaln heeft zich verstout onze arDeidswetgeving te bespreken. Moeten wij zeggen dat hij als een blinde over kleuren spreekt en er totaal nevens slaat Het oog van dien man is zoodanig beneveld met liberale vooroordeelen dat hij bijster ziet. Hij meent dat, omdat de geuzen zich volkomen op maatschappelijk gebied onmachtig hebben getoond, er geen goed werk is te verrichten. Arme man Het was hem niet genoeg eene dwaas heid te hebben begaan met weleer de artikels der Revue de Belgique uit te leggen en er een zin aan te geven die er op verre na niet optrok, zonder dat hij de eerste lettar er van had gelezen, meer nog, zonder dat hij dit tijdschrift had gezien 1 En hij kon dat uitleggen Nu heeft hij zijne sterkte willen beproe ven op de ongevallenwet van onze catho- lieke Regeering. Hij heeft zich van hetzelfde gehalte getoond als rajed Ad. Daens die meent en aan zijne lezers wijs heeft gemaakt dat het in Duitschland de Staat was die de werklieden tegen arbeids ongevallen verzekerde Die ook heeft de Duitsche wet niet gezien noch gelezen. En nochtans hij heeft er met een pyramidale stoutheid over geschreven, maar er ook eene onvergeeflijke dwaasheid over uitge kraamd. Hoort thans de geleerde kritiiker van Dendergalm, onder den titel Facadi wetten. De wet op de werkongevallen is de gebrekkigste van gansch Europa: de boerenwerklieden en visschers zijn van dezelver voordeelen uitge- sloten. Men ziet onze held maakt vergelijkin gen, hij kent de ongevallenwetgeving van Europa en hij vindt de onze de gebrek kigste. Wij gaan dat niet als ernstig opnemen. Onze geleerde schrijver heeft die verschil- lige wetten niet gezien noch gelezen. Wij weten dat hij niet in staat is de landen van Europa op te noemen waar eene wet op de arbeidsongevallen bestaat. Dat hij beginne ons dat bewijs te leve ren, dat hij ons zegge waar de ongelukken op het werk door eene bijzondere wet worden geregeld en wanneer deze wc t is gestemd. Dat zal hij niet, dat kan hij niet, alhoe wel hij acht dagen tijd heeft om op onze uitdaging te antwoorden en dus er zich op voor te bereiden. Dat is een. 6e VERVOLG. Terwijl Gertruda deze woorden sprak bloosde zij en sloeg de oogen neer van schaamte. Maar lieve Gertruda, waarom hebt gij u dan nooit tot mij gewend riep de oude dame uit. Dat zou zoo goed als bedelen zijn geweest. Wanneer Cecil, mijn broeder, er nog was, dan zou ik aan hem geld gevraagd hebben. Geld kan wel niet altijd gelukkig maken, maar men kan er toch het ongeluk mede verzachten. Luister eens, Gertruda, zegde Mevr. Ford, ik heb meer geld dan ik ooit kan geven en mijn zoon stelt zijne fortuin te mijner beschikking. Voor mij zelve heb ik bovendien nog de rente van een legaat, dat mijn broeder mij heeft nagelaten. Mijn geheel leven heb ik van zijne edel moedigheid genoten, laat mij daarom, in naam van haren grootvader, ook iets voor Phillis en voor u doen. Gertruda schudde echter droevig het hoofd. Mevr. Ford vervolgde De landbouwwerklieden, zegt de ge leerde kriticus, zijn uit de voordeelen der wet gesloten. Heeft hij anikel 2 gelezen Wij vinden daar nochtans het volgende in (artikel 2 p. II;. Delandbou wondernemingen waar- •1 in gewoonlijk ten minste «li-ie ai-hciclcrs werkzaam zijn. .Dus is het totaal verkeerd te gelooven dats»! onze landbouwwerklieden zijn uitgesloten. Velen zijn verzekerd. Wij zullen ten andere doen opmerken dat in de kleinere boerderijen de gevaren bij den arbeid niet zeer groot zijn en bij gevolg dat er zich de behoefte voor eene bijzondere bescherming niet doet ge voelen. Meent onze schrandere tegenstrever dat daarom onze landbouwwerklieden van alle recht beroofd zijn Dan toont hij zich wezenlijk onwetend en is zijne domheid slechts geevenaard door de stoutheid zijner uitdrukkingen. De toestand der besprokene werklieden is een gansch bijzondere die door ons burgerlijk wetboek wordt geregeld. Het grootste deel der ongelukken in den landbouw komen uit van de dieren slagen van paarden, stooten van koeien, stieren enz.of door vallen, in geval van braak enz. Welnu dit alles is voorzien door ons burgerlijk wetboek artikelen 1385 en i386, waarinde eigenaar verantwoordelijk wordt verklaard. Men zou ongelijk hebben te gelooven dat Dendergalm de ontoereikendheid dei toepassingen van onze arbeidsongevallen wet beknibbelt uit bezorgdheid voor de landbouwwerklieden. Dat men zich dat niet inbeelde hij schreef alleen uit liefde voor afbrekerij hij kritikeert stelselmatig en daarom ook is zijne kritiek zonder eenige weerde. Ziet eens wat de geuzen ovir onze landbouwers hebben geschre ven hoe. zij ze hebben uitgescholden, hoe zij hen te Gent, te Brussel en elders hebben onthaald. Wat al scheldwoorden heeft de gcuzerij hun naar het hoofd ge worpen hoeveel stokslagen op hunnen rug niet doen regenen Zij zijn en blij ven voor de geuzenploegen die in God gelooven, barbaren, pijpekoppen, mastentoppen, enz. enz. Wat de visschers betreft, deze komen niet uitdrukkelijk in de wet. Er wordt in de wet, niet gesproken van visschers maar vallen zij er daarom buiten Wij denken het niet wij meenen zelfs stellig het tegenovergestelde. Wij steunen ons op de volgende woorden van artikel 2, par. II De nijverheidsondernemingen die niet zijn begrepen in de hierboven opge- n somde soorten en waarin gewoonlijk ten minste vijf arbeiders werkzaam zijn. Dat zal wel het geval zijn voor de visschers onzer zeekust. Daarbij hun toestand is gemakkelijk om regelen door par. Ill van art. 2 dat luidt De hieiboven niet opgesomde onder- nemingen waarvan de grvaarlijke aard bij koninklijk besluit wordt erkend, op advies van de commissie der arbcids- gevallen. Desnoods dus blijft er eenvoudig een koninklijk besluit te nemen en gewis dat zal onze catholieke Regeering doen die zich zoo arbeiderlievend heeft aangesteld. Wat blijft er van de dwaze kritiek van Dendergalm nog over - Ik had zoo gaarne gewild, dat gij mijnen broeder gekend hadt. Hij was zoo edel, zoo mild en zoo goed, hij zou u en Phillis zeker hebben lief gehad. En waren de andere zoons ook zoo als Reginald In het minst niet. Thorn, de oudste is een edel jongmensch met een schoon gelaat en een zacht karakter, maar hij was nooit thuis, hij hield niet van de jacht en de andere genoegens van het buitenleven, hij ging dikwijls op reis, maar toch hield iedereen hier evenveel van hem. En Donald, de tweede zoon Donald was het evenbeeld van zij nen vader, den besten schutter, den stout- moedigsten ruiter uit het geheele graaf schap. Hij stierf aan eene kwaadaardige koorts. Men telegrafeerde aan Thorn, die altijd zoo innig veel van zijnen broeder had gehouden. Thorn kwam dan ook terstond, maar helaas, dezelfde koorts tastte ook hem aan en hij stierf in dezelf de week. O mijne lieve, dat was een droevige tijd, dien ik nooit zal kunnen vergeten, want mijn eenige dochter was met Thorn verloofd en zijne dood heeft ook haar het leven gekost. Arme tante Edith Gij, die zelf de moedersmarten kent, zult u het beste in mijnen toestand kun- NI h Die plant wordt meer en meer als groen voeder in ons land geteeld. En inderdaad, op betrekkelijk korten tijd levert zij eene groote massa groenvoeder, die vooral goed van pas komt, wanneer de klaver min of meer mislukt is. Maïs is ir. den vollen zin des woords eene zomervrucht en vraagt vele warmte. Ook moet met de volle zon afwachten vooraleer te planten. De meestopbrengende soort is de peer- dentand (Maïs Caragua) aldus genoemd omdat de zaden afgeplat zijn en den vorm hebben van eenen peerdentand. Die voederplant kan heel goed komen na inkarnaatklaver, na snijrogge of nog na eene eerste snede gewone klaver, waar bij men van de tweede weinig te ver wachten is. Volgens M. Damseaux, leeraar aan het Landbouwgesticht te Gembloers, heeft men van i5otot 200 kil. zaad per hectaar noodig. Om smakelijk en malsch voeder te be komen en tevens eene groote opbrengst te hebben, moet men sterk bemesten. En daar de landbouwer op dit oogenblik over niet veel stalmest meer beschikt, zullen scheikundige meststoffen hier de hoofdrol spelen. Kan met echter eene halve dosis stalmest geven des te heter. Beir ook bewijst hier de grootste dien sten. Beschikt men echter over weinig stalmest en beir dan moet men rijkelijk bemesten met scheikundige meststoffen. 1000 kgr groene maïs bevat 840 kgr water, 3,2 kgr stikstof, 3 kgr fosfoorzuur en 4,3 kgr potasch. Eene opbrengst van 5o,ooo kgr per hectaar zou dus aan den grond ontne men 160 kgr stikstof, i5o kgr fosfoor zuur en 2i5 kgr potasch. 3oo tot 5oo kgr sodanitraat in twee keer gebruikt, 5oo kgr superfosfaat en 400 kgr chloorpotasch, mogen als eene doeltreffende bemesting aanzien worden Niet zelden worden potaschmesten,vooral in zware gronden, verwaarloosd. Nochtans bekwam Garsla, een Fransch landbouwkundige, in een tiental proe ven welke bij gedurende de jaren 1894 tot 1896 nam, eene gemiddelde verhoo ging van 9.870 kgr enkel door bijvoeging van potasch. De fosfoorzuur- en potaschmesten wor den best bij het omploegen ingeploegd. Het sodanitraat kan men de helft bij het zaaien of planten ineggen en de an dere helft eenigen tijd na het uitkomen. Voor.leeligst plant men maïs op rijen dan kan men iien grond eens duchtig ophakken en alzoo toegang geven aan luêht en warmte Alsmede liet uitschie tend onkruid verdelgen. Lowis. VELDWACHTERS. La E Revue Communale van i5 Juni 1904 herinnert een ministerieelen omzendbrief van 5 september 1887, waaraan wij het volgende ontlee- nen. De veldwachters mogen, zonder eenige toestemming van gelijk wie, zich bezighouden met allerhande handelszaken en assurantiën uit te oefenen naar beliefte, uitgezonderd herberg en likeurwinkel houden.(Art. 60 van't landelijk wetboek) Bedoelde vrijheid levert geen gevaar op, want moesten deze agenten om reden van hunne gepriveerde stielen hunnen dienst van veldwachter verwaarloozen, dan hebben de besturen het recht maatregelen te nemen tegenover zulke agenten, met opschorsing of afstelling. Er spruit nogtans uit dezen omzend brief dat geene overheid, onder voorwend sel van concurrencie, aan de veldwachters mag verbieden winkel te houden, voor zooveel deze geen herberg houdt. Het gemeentebestuur mag in dit geval niet 'VJschenkomen 't zij door opschorsing noch afstelling, alles volgens vermelden omzendbrief. De gemeenteraad van Montenaken (Limburg) heeft verleden jaar de twee veldwachters opgeschorst, omdat zij wei gerden hun ontslag te geven van verze keringsagenten tegen brand enz. De be- bestendige afvaarding en de gouverneur van Limburg bekrachtigden het besluit van den gemeenteraad, maar bij konink lijk besluit werd dit van deputatie en gouverneur verbroken, de veldwachters toelatende agent van assurantie te zijn, voor zooveel de dienst niet verwaarloosd wordt. getal stemmen dat zij bekwamen VER MEERDEREN. Hoe Vermeerderen De liberalen houden niet op te beweeren dat de catho- lieken geklopt werden, plat gelijk eene vijg den 20 Mei laatst. Toe toe antwoordt citoyen Bel trand daarop Dat zijn vodden! MEN KAN NIET ZEGGEN zoo schrijft M. Bertrand letterlijk, DAT DE CATHO- LIEKE REGEERING DEN 29 MEI EEN GEVOELIG VERLIES ON DERGING. Is dat klaar M. Bertrand cijfert uit dat de katholie ken nu in het land 40 DUIZEND STEM MEN MEER bekomen hebben dan in de laatste kiezing. De winst van de catho- lieken is grooter. Juist gerekend, is het 58 DUIZEND STEMMEN die zij bij- wonnen. Maar 't komt er niet op aan. Ziedaar hoe volgens een roode bond genoot der liberalen, de catholieken door de liberalen zijn geklopt geworden. In onbepaald verlof. Op 7 Juli zullen ongeveer 6000 milicianen der vier eerste linieregimenten, klassen van 1900 en 1901 en der carabiniers, klas van 1900, in onbepaald verlof naar huis gezonden worden. STAD AELST Men schrijft uit Gent aan La XXe Siè cle dat naar het schijnt het Parket geen gevolg zal geven aan de klacht wegens kiesomkooperij neêrgelrgd tegen de groene candidaten. Het Parket handele naar goeddunken, maar wat vast en zeker is, 't is dat er op tijd en stond eene vraag van verbreking der verkiezing van Pie Daens aan de Volkskamer zal gezonden worden.Gansch 't land moet kunnen oordeelrn over den ellendigen kiestruk, door den welken Groene Pie een overgroot gedeelte van 't kiezerskorps heeft verschalkt. Altijd spreekt men van de belofte van afstand van een deel der parlementaire vergoeding aan de W« De Backer en kin deren, maar men zwijgt over de zaak van 't pensioen van den Staat die haar zou verzekerd zijn in geval van verkiezing van Pie Daens. Waarom Dat zal aan de Volkskamer uitgelegd worden. Klokke Roeland mag nu uit goede bron al vernemen wat ze wil, ziedaar... nen plaatsen. Maria stierf op haar zeven tiende jaar, maar in mijn hart leeft zij nog altijd voort. Gertruda, begrijpt gij nu niet, dat ik eenig recht heb u te hel pen Mijne eigene moeder droeg den titel, dien gij thans draagt en die titel had op mijn kind moeten overgaan. Maar.... Toen Maria nog leefde, was ik niet zoo rijk, zooals thans en daarom kon ik haar jaarlijks i5oo fr. zakgeld toestaan. Ik zou u met vreugde meer aanbieden, maar ik geloof wel, dat gij met deze klei ne som genoeg zult hebben en voor mij zal het zijn alsof ik nog altijd het zakgeld aan Maria uitbetaalde. Twee uren later ging Gertruda met haar dochterke aan de hand door het park naar het kasteel terug- Dank zij de edelmoedigheid van mevr. Edith Ford bezat zij thans meer geld, dan waarover zij in jaren had kunnen beschikken, maar toch was zij buitenge woon ernstig en somber gestemd. Het was haar alsof zij een voorgevoel had, dat haar een nieuw verdriet dreigde, als zag zij een ongeluk dat haar met on verbiddelijke snelheid naderde. De avond begon reeds te vallen, toen zij op het kasteel terugkam. De oude opzichter Jordan stond in de voorzaal en toen zijne meesteres binnen- De liberale victorie M. Louis Bertrand is socialistische volksvertegenwoordiger van Brussel. Hij heeft een klein boekje uitgegeven over den uitslag der kiezingen van 29 Mei. Beltrand bekent, geheel openhertig, dat de socialisten hard geklopt werden in de kiezingen van 29 Mei. Inderdaad, zij heb ben eene geheele collectie van hunne mannen in den slag gelaten, met de groote schreeuwers Furnémont en Cavrot aan 't hoofd. De socialisten bekwamen in de kiezing van den 29 Mei bij de 12 duizend stem men MIN dan in de vorige stemming, 't Was de eenige partij, die, ondanks de vermeerdering van het kiezerskorps, stem men verloor. De catholieken, integendeel, zagen het kwam, naderde hij haar en zegde op eer biedigen toon Mevrouw, mijnheer de graaf heeft mij opgedragen u te zeggen dat hij naar Londen is vertrokken. Naar Londen herhaalde de gravin. Ja, mevrouw. Mijnheer de graaf is van hier naar de statie gereden, waar hij den trein van 5 ure nog wilde hebben. Ik geloof dat hij met den middagpost een brief ontvangen heeft, die met zijne plot selinge reis in verband staat, want vijf minuten nadat ik hem zijne brieven ge bracht had, belde hij en bevool dat men zijnen reiszak moest gereed maken. Het was een raadselachtig geval, maar niettemin gevoelde de gravin zich eenigs- zins verlicht door de afwezigheid van ha ren man. De arme Gertruda vermoedde niet hoe veel rampen en droelheid er voor haar uil de plotselinge reis naar Londen zou den voortspruiten. Het kasteel Chatterly lag tamelijk ver van de hoofdstad verwijderd en het moest omstreeks middernacht geweest zijn, toen de graaf daar aankwam. Kort voor het morgenmaal kreeg zij bezoek, een bezoek dat zeer zelden op het kasteel Chatterly ontvangen werd, want Jaak Ford vermeed zijnen neef zoo veel als mogelijk was. De jaarlijksche Markt en Tentoonstel ling der Paarden cn Veulens van het zwaar inlandsch trekras, der Cantons Aelst en Herzele, alsmede der Gemeenten Appels, Audegem, Denderbelle, Dender- monde, Lebbeke, Mespelaere, S1 Gillis, Wieze, Denderhautem Hillegem, welke zullen plaats hebben op Kermisavond, Zaterdag 2 Juli aanstaande, ten 8 uren 's voormiddags, op het Esplanadeplein (nabij de Statie) beloven dees jaar wel te gelukken. Menigvuldige inschrijvingen zijn reeds toegekomen en alles doet voorzien dat het getal ten toon en te koop gestelde Paarden en Veulens verdubbeld zal wezen tegen dit van verleden jaar. Gelukkige invoering.De liefhebbers kunnen hier benevens de Veulens, de voortteelers zien, en eene Commissie is ter hunner beschikking om de afstamming te waarborgen. Kostelooze inschrijving in het Belgisch Paardenstamboek. De buitengewone prijskamp voor de beste voortteelers vergezeld van 't schoon ste lot zuigelingen afstammelingen, ten minste zes, belooft prachtig te zijn, te meer daar wij reeds de bijtreding onzer hengstenhouders bekomen hebben. Mosselen. Wij lezen in een Hol- landsch blad Na een lang tijdperk van rust, begint wéér leven en bedrijvigheid te komen in den handel van mosselen uit den Braakman. 0 Er worden nu reeds tot 1200 balen per week verzonden. Dit getal neemt van nu af aan geregeld toe, tot dat in Augus tus en September het toppunt bereikt wordt. De hoedanigheid van de mosselen is reeds vrij goed, en de gunstige weerge steldheid zal, in een paar weken tijds, nog veel verbetering brengen. De prijzen zijn, even als verleden jaar, 5 frank en half per baal. Volgens een verschenen verslag over den toestand der visscherijen op de Schelde en de Zeeuwsche Stroomen, in 1903, werden in 't afgeloopen jaar 84.488 balen mosselen uit den 0 Braakman ver zonden. i> Hij moest den graaf evenwel over drin gende zaken spreken, en daarom wilde hij spoedig weten, wanneer deze terug verwacht werd, hij liet zich dus door de kleine Phillis onaangeduid naar de ont vangkamer van hare moeder geleiden. Het spijt mij dat Reginald niet thuis is, zegde Gertruda, die zich altijd eenigszins verlegen tegenover Jaak ge voelde. Hij is gisteren naar Londen ver trokken, terwijl Philis en ik op Lane- house waren. Men zegde mij, dat hij met de middagpost eenen prief ontvangen heeft, die hem waarschijnlijk tot die reis deed besluiten. En weet gij niet wanneer hij teruk- komt Ik weet er niets van, maar ik denk wel dat ik dezen middag eenen brief van hem zal ontvangen, en als hij daarin schrijft dat hij niet spoedig terugkomt, dan kan ik hem wellicht de zaak mededeelen waarover gij hem wenscht te spreken. Jaak aarzelde. Weet gij dat de predikantsplaats van Chatterly tot het patronaat van uwen echtgenoot behoort Waarlijk Neen, ik wist hel ook niet. Ik zou zoo gaarne wenschen, dat dokter Arthur terugkeerde en dezen on- aangenamen predikant wegzond. Ik hou niet van M. Jones. Leve de E. V. De roode Pbuple stelt het volgende vast voor de provinciale kiezingen in de Brusselsche omschrij ving De liberalen bekomen 21,450 stemmen en hebben daarvoor 16 zetels De catholieken bekomen 22,i5o stem men en hebben geen enkelen zetel De socialisten bekomen 17,685 stem men en hebben geen enkelen zetel. De Peuplb vindt dat natuurlijk on rechtvaardig. Maar de Peuple heelt er schuld aan, dat de partij die het meeste getal stemmen bekwam, geen enkelen zetel heeft 't ia hij, die de socialisten in de ballotteering voor de liberale volksvijanden deed stem men. Ik ook niet. Dokter Arthur betaalt hem het volle bedrag voor zijn ambt en toch klaagt hij gedurig dat het te weinig is. Wij zijn met de familie Arthur per soonlijk zeer bevriend en dezen morgen kreeg mijne moeder per telegraaf bericht dat de dominee overledan is. Nu zal ik u zeggen waarvoor ik hier kom. Wanneer Reginald de betrekking niet aan een zijner kennissen heeft be loofd, dan zou ik ze voor een ouden vriend willen verzoeken. Zoover ik weet heeft Reginald met niemand over deze betrekking gespro ken. Maar heeft hij wellicht het patro- naatrecht verkocht De gravin werd rood van schaamte. Zij wist zeer goed dat haar echtgenoot alles verkocht wat maar «enigzins te ver- koopen was. Ik hoop het niet, stamelde zij. Dat zou mij onaangenaam zijn, her nam Jaak Ford, want ik zou Reginald gaarne elk bedrag uitbetalen dat hij er voor eischt, wanneer hij die betrekking aan mijnen vriend wilde toevertrouwen. Gij behoeft mij zoo verschrikt niet aan te zien, het is gemeend wat ik zeg. Wie is uw vriend Wordt voortgezet.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1904 | | pagina 1