Zondag 50 October 1004 56s,e Jaar 5085. 5 centiemen per nummer. Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 'I Arrondissement van Aalst. GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. Allerheiligen - Allerzielen Vrijheid van denken. DEMATST met den Witten Baard. ZondagTust. Zondagrust. Het hoesten der paarden. DE DENDERBODE Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee- kening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frank met den Post verzouden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden fr. 1-75 voor dry maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont vangen zijn ten laste van den schuldenaar. Men schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, Nr 31, en in alle Postkantoren des Lands. CDIQDE 8UIM. Per drukregel. Gewone 15 centiemenReklamen fr. 1-00 Vonnissen op 3de bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Nota rissen moeten hunne inzendingen doen. uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele var dit blad. AALST, 29 OCTOBER 1904. Door de trotsche kerkgewelven, Mengt de plechtige orgeltoon Zich bij 't büjde Gaudeamus Hemel lief, wat klinkt dat schoon 't Is het feest der zegepralen Dat nu juichend wordt gevierd, En het hert van eiken Christen Met de reinste vreugden siert. Voor de helden die hier streden In den lang vervlogen tijd, En nu eeuwig zegevieren Voor den overwonnen strijd. Liefde-, dank- en zegetonen Galmen nu uit ieders mond, 't Is al vrede, 't is al vreugde, Dat de blijde dag verkondt. Doch... nauw is de gloriezonnc Langs de westc-rkim voorbij, Of de sombre klokketonen Wekken ons tot medelij Uit hun kille stalen monden Klaagt een toch zoo treurig lied 11 Liefste vrienden dezer aarde, Ach 1 vergeet uw' broedren niet, Die hier op den doodenakker U alreeds zijn voorgegaan Hoort, hoe ze uit hun kille grafsteê Smeeken hen toch bij te staan Ach wij lijden toch zoo bitter, Brengt ons toch uw medelij Denkt, dat de aarde is onbestendig Heden ik, en morgen... gij Wij hebben gewezen op de gevolgen van het stelsel dat de moderne vrijheden, namelijk de vrijheid van denken, als natuurlijke vrijheden beschouwd, nazich slepen. Die gevolgen zijn een goede toets steen om de waarheid van het princiep vast testellen en te proeven. Wat waarheid is in zich, kan slechts goede en ware gevolgtrekkingen bevatten; uit de waarheid, wordt slechts de waar heid afgeleid. En valsch grondbeginsel bevat een mengelmoes van goede dingen en van valschheden. Zoohaast men dus in de afleidingen op onjuiste begrippen komt, moet men, op logieke wijze, besluiten dat het princiep in zich niet waar is, hoe zeer het ook den schijn van de waarheid aanneme. Als wij nu die begrippen toepassen op het leerstelsel der geuzen volgens hetwelk de vrijheid van denken een natuurlijk recht is, dan vinden wij aanstonds het valsche gevolg waarheid en leugen hebben gelijk recht, staan op dezelfde lijn. a3e VERVOLG. Doch Gertruda bleef opmerkelijk kalm, alleen erd zij nog iets bleeker dan te voren en haar gelaat nam eene uitdruk king van ontsteltenis aan, terwijl hare bedaardheid en tegenwoordigheid van geest haar niet verlieten. Zij zag Jaak Ford smeckend aan en zegde Wij moeten terstond den dokter la ter. roepen. Wilt gij zoo goed zijn er den knecht heen te zenden Ford snelde naar de belkoord en trok hevig. Jordan, de opzichter, trad binnen. Mijnheer de graaf is plotseling onge steld geworden, zegde Jaak. Zend onmid- delijk den knecht naar dokter Bardon en laat hem in het terugkomen ever, op La- ne-House aanrijden om aan mijne moe der, Mevrouw Ford, te zeggen dat ik niet 't huis kom eten. Gertruda zag hem dankbaar aan. Ik durfde er u niet om verzoi ken te blijven, uit vrees uwe moeder ongerust te makenzegde zij. Zij zal wel begrijpen, dat ik u met En nochtans dat kan niet, want tegen over de waarheid is het menschelijke ver stand niet meer vrijhet moet de waarheid betrachten. Niemand zal nu toch het tegenoverge stelde durven beweren. Dendergalm, wiens vermetelheid zoo groot is, durft het niet uitdrukkelijk. Wij voegen erbij, uitdrukkelijk, want in den grond gaal hij voor de ongerijmdheid niet terug. Hij schrijft 16—10—04 ii De vrijheid van denken is geen na- luurlijk recht, verklaart Denderbode. Dat is wel de klerikale leering... En 11 met de klerikale partij houdt Dender bode staan, dat wie de vrijheid van denken aanneemt waarheid en leugen op dezelfde lijn stelt. Ziedaar de kleri- n kale geest in al zijne naaktheid. t Wat is waarheid, wat is leugen Voor zooveel uit zulk een antwoord is op te maken, schijnt Dendergalm te wil len beweren dat de vrijheid van denken een natuurlijk recht is, dat is een recht dat wij hebben als verstandelijk wezen, voortvloeiende uit onze natuur. In ander woorden, op zich zelve is de vrijheid van denken eene waarheid Iedereen heeft dus het recht te denken wat hij wil. Begrijpt wel het woordeken RECHT het is geene toegevendheid, geen verdraagzaamheid, neen het is een recht. Kan dat een recht zijn als er, objectief gesproken, in de wezenlijkheid dingen zijn die waar zijn en die valsch wezen Wie zal tegenover het ware nog spre ken mogen van denken lijk men wil als een recht Men moet het ware aannemen en aan het menschelijk ver sland het recht ontkennen anders te denken. Men kan aan de in kwestie zijnde personen DE TOELATING geven men kan zich toegevend toonen en bij zich zclven zeggenals hij studeert zal hij zien dat hij dwaalten dan verders Gods water over Gods akker laten vallen. Maar alsdan is er geen spraak meer VAN RECHT, maar enkel en alleen van wederzijdsche verdraagzaamheid. En dat verandert de zaak heel en ganscb. Wie zoo oordeelt, denkt lijk de Catho- lieken. Wanneer heeft men het recht iets aan te nemen? Als het waarheid is, natuurlijk. Neemt gij de leugen aan, gij maakt geen gebruik van uw recht, maar misbruik van uwe macht. Het objectief verschil tusschen waarheid en leugen maakt dat men het recht niet heeft de leugen aan te kleven. Het voor werp van hetverstand is de waarheid. Niettegenstaande dit, neemt gij, Den dergalm. toch de waarheid aan het prin ciep de vrijheid van denken is een natuurlijk recht dan is er in wezenlijk heid geen objectief verschil tusschen waarheid en leugen- Gij stelt beiden op dezelfde lijn, gij geeft aan beiden het zelfde recht. Dat leert de gezonde rede en het is dwaas te wawelen van klerikale Wij hebben hier de kwestie in gansch hare wijsgerige naaktheid behandeld. Laat ons tharis tot de werkelijkheid af dalen. Er zijn in de wereld zoovele gedach ten, zooveel dingen en opvattingen,zaken en bepalingen die eikander tegenspreken. De brutale macht kan de geestelijke wereld niet beheerschen. Niemand mag er dus aan denken macht en kracht te 'gebruiken 0111 gedachten 0111 te keeren en denkbeelden op te dringen. Het gevolg daaruit is dat wij moeten verdraagzaam zijn, elkander lijden, dat wij andersdenkenden niet moeten keeren maar bekeeren. Tegen deze stelling van verduld- en lijd zaamheid kocit een geus op, een hoog leeraar van Brussel, in zijn artikel van de Revue de Belgique van i5 October 1875 en dat artikel valt bijzonder in den smaak van ons geuzenorgaan... doch laat ons er over heenstappen. De Catholieke Kerk, zooveel aangeval len, leert ons dat we verdraagzaam moe ten zijn, dat het Geloof niet MAG opge drongen worden en dat leerde reeds de H. Augustinus als hij zegde C.etera - POTEST HOMO FACERE NOLENS, CREDERE I) NONNISX VOLENS. Al het andere kan de mensch i) tegen zijnen dank; gelooven echter i) slechts met zijnen wil. Feitelijk is dus de vrijheid van denken voor onze samenleving eene noodzake lijkheid voortvloeiende uit de menigvul digheid der zienswijzen. Toch da trom is dat GEEN RECHT van ons verstand, maar eene lijdzaamheid der menschelijke inrichting het is het middel om in vrede te leven. Wij, Catholieken, die de vrijheid van denken slechts als een gevolg aanzien en nie t als een princiep, die ze aanveerden als eene daadzaak en niet als een recht, wij hebben die vrijheden lief. Wij heb ben onze Grondwet lief die ze ons afkon digt en die ze ons waarborgt. Wij zullen die Grondwet immer liefhebben en die moderne vrijheden beoefenen en in 01 is hart dragen. Mochten onze vijanden die ons altijd als geestdrijvers uitmaken, wat min op- loopen met de vrijheid van denken als een recht en in hun gedrag wat meer ver draagzaamheid toonen, het en zou, in België de Godsdienst niet zijn, die de kleur aan de politieke partijen geeft. Doch zoo gaat het immer beroemen zich de geuzen op de vrijheid van denken en toch trachten zij op alle mogelijke wijzen hun ne tegenstrevers er van te berooven. Als ge een geus hoort over de vrijheid, gedenke de spreuk de vos preekt de passie want zijne woorden vloeken met zijne daden Van 's middags tot middernacht dienst doende Apotheker, Zondag 3o October 1904, M. Renneboog, Nieuwstraat. kan alleen laten, ik ben een weinig bekend met ziekenzorg en kan u mogelijk van dienst zijn. Het is niet geraadzaam hem nu den trap op te dragen kunt gij met in eene kamer op deze verdieping een bed laten opmaken Er staat een bed op de studeerkamer van Reginald, zegde Gertruda. Hij wil dat daar altijd een bed gereed zij, voor het geval hij laat opblijft om te werken, dan behceft hij in den nacht niet door de gangen van het kasteel naar zijne slaap kamer te gaan. Soms in maanden gebruikt hij het niet, maar toch is het altijd opge sp'hetzelfde oogenblik trad Mevr. Tordan binnen om hare diensten aan te bieden de gravin ging naar de stu deerkamer van haren echtgenoot om te zien of daar alles in orde was en Mevr. Tordan, die Jaak Ford van zijne kinds heid af kende, veroorloofde zich open hartig met hem over het gebeurde te S1'ükIk"heb zoo iets reeds lang voorzien. M. Ford, zegde zij, mijnheer de grant heelt zich eenvoudig overwerkt. Sedert hij uit Londen is teruggekeerd, gaat hij eiken avond, lang na twaalf uren, naar bed en ten vijf ure is het altijd weèr op dat kan geen mensch uithouden. Hij zal het nog zoo druk niet heb ben met de toebereidselen voor zijne reis. WAT WERELD. Wanneer er op eene buitenkermis, onder den invloed van bier en jenever, messen getrokken en ge sneden en gekeifd wordt, schrijven de lib'.r-l.: Iladen dat gewoonlijk op de rekening van de clericale buitenzeden.» Maar, ziehier nu, ter gelegenheid der talrijke moorden, in de laatste dagen ge pleegd, eenige staaltjes van liberale stadsche zeden. 1. Te Brussel. Zelfmoord van den portier der Hoogeschool. 2. Drama der onafhankelijke zedeleer eene vrouw de keel afgesneden en poging tot zelfmoord van den moordenaar. 3. Eene ontuchtige vrouw de keel afge sneden. 4. Te Oostende. Op eenige dagen tijd, vier moordpogingen in het Leopolds- park. 5. Te Charleroi werden twee personen aangehouden die te Barbaise, Fransche Ardennen, eenen man vermoorden, welke te Montignies, bij Charleroi trouwde met eene gescheiden vrouw van 40 jaar en verliefd raakte op de i8jarigc i.ochter zijner vrouw, waarom de vrouw hem deed vermoorden, mits den prijs van i3,ooo fr. door de twee aangehoudenen. 6. Te Gent. Werpt een kereltje vitriool naar een meisje. 7. Op de rol van het assisenhof van Oost-Vlaanderen staan vijf ziken (een moord en vier moordpogingen). Drie dezer moordpogingen werden in Gent gepleegd. 8. Een kerel uit de Zakkebrandstraat bracht een hevigen messteek toe aan eene vrouw, met welke hij huist. 9. Te Leuven. Een man de keel afgesneden door den vriend zijner vrouw. 10. Te Marchienne. Twee personen vermoord. 11. Te Lessen. Moordaanslag en zelfmoord. 12. Te Kortrijk. Een man doodge schoten in een herberg. 13. TeVerviers.Een persoon schiet zijn 5jarig kind dood en pleegt vervolgens zelfmoord. 14. Te Oostende. Zekere Roose wordt op straat vermoord. 15. Te Sint-Joost-ten-Noode. Een spoorwegbediende werpt vitriool naar het meisje dat hem zijn afscheid g<eft en treft mede de moeder, de broer en de zuster van het slachtoffer. Wij zouden er nog kunnen bijvoegen De hoogeren Handels- en Nijverheids- raad heeft woensdag zitting gehouden on der het voorzitterschap van M. Strauss. M< n moest geen profeet zijn, om den truc der ondercommissie te voorzien, die gelast werd met het onderzoek der nijve- raars in het land. Het is nu duidelijker dan ooit, dat de liberale en Manchesteriaansche meerder heid van den Nijverheidsraad geen ande ren droom heeft, dan de kwestie op de Ik geloof niet dat hem daar de schoen wringt. M. Jaak. Hij ziet er veel te opgewonden uit om te kunnen slapen. Ik hoop dat de dokter er in zal gelukken hem te genezen, want het gaat in den laatsten tijd niet goed met hem. Mevrouw de gravin vertelde mij dat er op zijne studeerkamer altijd een bed gereed s aat. Ja, dat is ook zoo, M. Ford, be halve de graaf komt daar niemand ooit over den dorpel. Ik weet niet of hij er iets tegen heeft, maar het is voor het eerst dat er iemand, behalve hij, op die kamer komt. Jaak herinnerde zich nu ook dat de graaf altijd zijne bezoeken in de biblio theek ontving en nooit iemand in zijne kamer liet komen. Ik geloof dat ik hem met behulp van uwen man wel kan dragen, hernam hij. Wij zullen hem te bed brengen voor dat de dokter komt. Dat is zooveel gewonnen. Toen dokt r Bardon een uur later op liet kasteel kwam, bracht Ford hem t( r- stoml na-r de studeerkamer, waar de giaaf te bed lag. De dokter onderzocht zijnen patient zorgvuldig, maar hij wende geene pogin gen aan om hem tot het bewustzijn terug te doen keeren. Hij fluisterde Ford toe, hem naar de lange baan te schuiven, stokken' in de wielen van het wetgevend werk ie steken, waarvan de regeoring cn de rechterzijde de verwczenlijKing besloten hebben voor de kiezing van 1906. De Hoogtre Raad oordeelt dat men in Februari aan de Kamers het verslag der onderzoekers en bijzondere commissie zal kunnen overhandigen. Dat ziet er goed uit. Indien nu de catholieke nijveraars een weinig goedig wil toonen en antwoorden op de vragenlijst van de bijzond- re com missie, zal liet zeker niet het zelfde zijn met de liberale nijveraars. En, wanneer m il van Februari spreekt is het heel wel mogelijk dat het Februari 1906 wordt... Het hoesten is een meer of minder ziekelijk verschijnsel waaraan niet al tijd die opmerk zaamheid wordt geschonken,wel ke noodïg is om slechte gevolgen te voorkomen. Ofschoon niet elke hoest een dreigend gevaar aan biedt, is toch de aanleiding aanwezig en bij het eerste optreden ervan, is het noo- dig het paard nauwk- urig te onderzoeken, ten einde zoo mogelijk, de ziekte in dc kiem tegen te gaan. Plotseling hoesten kan veroorzaakt worden door voeder of water, dat in de luchtpijp gekomen is en duurt zoo lang, tot de op de verkeerde plaats ingedrongen stof weer uitgestooten is, wat in de ge wone toestanden zeer spoedig plaats heeft, als door uitwendigen druk geene vererge ring ontstaat. Eene andcie oorzaak van het hoesten is stoffig voeder. Als een paard met goeden eetlust zijn voeder gebruikt e/i daaibij diep adem haalt, wat gewoonlijk het geval is, dan komt met de lucht ook de fijne slof in de ademhaHngswerktuigen. Daar prikkelt het de slijmklieren wat hoesten veroorzaken moet. En heeft dat wat te lang plaats, dan blijven de gevolgen niet uit. Het over matig voederen van hooi, verootzaakl den zoogenaamden hooihoest die als het begin der dempigheid beschouwd moet worden. Wanneer een paard licht hoest, en er geen neusvloed bij heeft, mag men aan nemen dat de hoest zal ophouden als de aanleiding er toe opgeheven is het ge bruik van geneesmiddelen is alsdan on- noodig. Te weinig aandacht in 't algemeen schenkt men aan den warmtegraad van het drinkwater. Toch is juist het geven van te koud drinken bij vele paarden de- oorzaak van een kvradon hoest en andere onaangename gevallen, vooral van koliek. Als het paard bij lage luchtgesteldheid ergens lang moet blijven staan wachten, bibliotheek te volgen, terwijl de huis houdster bij den zieke bleef. Bij de bibliotheek ontmoetten zij de gravin. Ik ben dadelijk weêr tot uwen dienst, mevrouw, zegde de dokter beleefd, maar ik wenschte eerst een paar vragen onder vier oogen aan M. Ford te doen. Gertruda verwijderde zich cn de beide heeren traden de bibliotheek binnen en sloten de deur achter hen toe. De dokter aarzelde evenwel zoolang met zijne vragen, dat Jaak ongerust weid. Wat is er gebeurd, dokter vroeg hij. Wees zoo goed en kom er maar rond voor uit. Chatterly en ik zijn niet zulke vrienden, dat gij hoeft te vreezen mij ver driet te doen. Neen, dat weet ik, maar gij hebt toch eerbied voor den naam dien gij draagt, zegde de dokter ernstig. Zeg mij eens openhartig, M. Ford, vermoedt gij niet wat den graaf deert Ik geloof dat het de voorbode is van eene zenuwziekte, die zijne hersens heeft aangetast. Hij snelde als een waan zinnige het salon binnen, waar ik met zijne vrouw zat te praten en viel aan nare voeten neder, terwijl hij schreeuwde dat hij den geest van haren broeder in het bosch had gezien. Dat doet toch niet iemand, die goed bij het hoofd is. En de gravin, heeft zij in den laat sten tijd niets zonderlings aan den graaf bemerkt Ja, zij vroeg mij dezen middag nog of er ooit gevallen van waanzin in de fa milie waren voorgekomen. D>; handel wijze van haren man kwam haar zonder ling voor. Waanzin, ja, dat is een gewone dekmantel, maar het is niets anders dan dronkenschap. Ford sprong veischrikt van zijnen stoel op. Wat riep hij uit. Dronkenschap, herhaalde de dokter, kort en goed dronkenschap. Maar, dokter, dat moet eene ver gissing van u zijn, de graaf is dc matigste man der wereld. Over het algemeen, ja. Gij zijt tien jaren jonger dan uw neef, M. Ford, uwe herinneringen, strekken niet zoover als de mijne. Maar om 's hemels wil, spreek toch duidelijker. Ik kan u slechts zooveel zeggen, dat de neiging tot dronkenschap, uwen neef zoo goed als aangeboren moet zijn. Hoe ingetogen hij tot op zekt re hoogte ook zijn mag, heeft hij toch tijden dat hij sterker drinkt dan dc ergste dronkaard. Hij geeft zich niet dikwijls aan zulke uit spattingen over soms verloopen er jaren dat hij zich geene enkele maal te buiten zoodat het begint te rillen, mag de eige naar van geluk spreken, als h-:t dier er met een eenvoudig hoesten van afkomt, Een te warme stal is even gevaarlijk als een die te koud is, omdat de ademha lingsorganen van 't dier, bij 't komen uit den stal in de koude buitenlucht, te sterk aangedaan worden waardoor niet alleen hoesten ontstaat, maar ook longziekte volgen kan. Staatsmelkerijschool voor jongelin gen te Borsbeke bij Aalst. Wij v r- neraen dat de m- Ik rijschool v -r jo ge lingen te Borsbeke den 4rtt November, dus toekomende weck begint. Er zijn nog eenige plaatsen beschikbaa De boerenzoons kunnen in den winte gemakkelijk te huis gemist worden. Het is dus eene allerbeste gelegenheid om op voordeelige wijze (de lessen zijn kosteloos) hunne geleerdneid te onderhouden en nieuwe kennissen voor hun bedrijf op te doèn. Anderen ook kennen met In t di ploma dat na 4 maanden goede studiën afgeleverd wordt, eene winstgevende plaats verwerven. Voor inschrijvingen en inlichtingen, zich te wenden tot juffer D :!cu im sterks, der melkerijschool, te Borsbeke (Burst). Gelijk in Frankrijk. In de Fran sche Kamer heeft M. Paul D -schanel, alhoewel republikein en liberaal, eene redevoering uitgesproken tegen d-- afbreuk der diplomatische betrekkingen niet den Paus. Te dier gelegenheid heeft hij den ver volgingsgeest doen uitschijnen, die de regeering en hare handlangers bezielt, zeggende Om in goede gunst te staan is een amb tenaar thans verplicht zich van het ver vullen zijner godsdienstplichten te onthouden. Dat wil zeggen dat een ambtenaar die des Zondags naar de kerk gaat, dien men van tijd tot tijd eens aan den biechtstoel of aan dc communiebank ziet, daardoor in ongenade valt, op geene bevordering meer moet rekenen en aangeduid is om, onder het eerste voorwendsel dat men kan te baat nemen, van zijn ambt afgezet te worden. Dat regiem, door de Combisten in Frankrijk tot stand gebracht, zoeken hunne liberale en socialistische bewonde raars ook in België in te voeren. Daartoe rekenen zij en niet ten onrechte op den steun der zoogenaamde christene democraten de grootc kampioenen der gewetensvrijheid De Belgische ambtenaars, onderwijzers en gemeentebeambten die willen vrij zijn hunnen godsdienst uit te oefenen zooals de vrijdenkers vrij zijn dat niet te doen, weten nu wat hun zou te wachten staan moesten de blauwen en rooden gehol pen door de groenen eens in België zegepralen. gaat, en de omstandigheid dat hij veel sterken drank kan verdragen, zonder dat men iets aan hem kan bespeuren, maakt het hem gemakkelijk* zijne kwaal te ver- b- rgen. Zijn vader was ook aan o- noo 1- lottige drankzucht onderhevig hij n- It mij dikwijls over zijn- n jongsteu zoon geraadpleegd, de laatste maal nog, toen hij door den plotselingen dood van zijnen ouderen broeder, erfgenaam was g-,wor den. Hij had toen zelfs eenen aanval van DELIRIUM TREMENS, cn wel zoo erg dat ik voor zijn leven vreesde. En sedert zijn huwelijk Heeft hij slechts twee aanvallen ge had, zoover ik weet. De eerste na den dood van zijn zoomje. de tweede nu. Maar wat doen riep Ford uit. De gravin zou zich eindeloos ongelukkig ge voelen, wanneer zij er iets van vernemen moest. De oude Jordan en zijne vrouw we ten het ook. Jaak beet zich op de lippen hij voelde zich diep gekrenkt in zijnen trois dat de bedienden, al waren h l zulke oude, be proefde bedienden als het echtpaar Jor dan, van die schande wisten. Gij denkt <ius dat zij wi-1 ir. «t zullen zijn hem te verplegen vioeg Ford. (Wordt voortgezet).

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1904 | | pagina 1