Zondag 23 December 1904 3 centiemen per nummer. 56sle Jaar 3701 Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst. GODSDIENST. HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. In het Stalleken van Bethlehem. IDE IMI-ATST met den Witten Baard. Onze wet op de arbeids-onge vallen. Landbouw-werklieden La Gazette db Cologne een Duitsch orgaan, deelt een schrijven meê dat van bijzonder belang is voor de land bouw-werklieden van de Vlaamsche pro- vincifin. DE DENDERBODE fit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee- kening van den volgenden dag. De prys ervan is tweemaal ter week voor 'e Stad 5 frankmet den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes naanden fr. i-75 voor dry maanden, voorop te betalen. De inschryving eindigt met 3i December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont vangen zyn ten laste van den schuldenaar. Men schrijft in by C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, N' 31, en in alle Postkantoren des Lands. CUIQUB SUl'M. Per drukregel. Gewone 15 centiemenReklamen fr. i-00 Vonnissen op 3d# bladzijde 50 centiemen, Dikwyls te herhalen bekendmakingen by accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Nota rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele var dit blad. AALST, 24 DECEMBER 1904. KOOR VAN ENGELEN, t Wonderbaar kind, dat een Maagdeken baarde, Menschen, komt zien, mint en dient bet in 't stil Glorie aan God in den hoogen, op aarde Vreê aan de menschen van goeden vil EEN KINDJE. 'k Moet, al heb ik dons noch doeken, Toch uw stalleken bezoeken, Kindje met uw lief gezicht, Dat daar in de kribbe ligt God mijn hert begint te branden I 't Reikt zoo vriendelijk mij zijn handen, 't Kindje met zijn lief gezicht, Dat daar in de kribbe ligt Koor. 't Wonderbaar kind, enz. Mocht ik eens wat nader treden, Raken aan die teere leden 1 Waarom lacht het kindje zoo In zijr. kribbeken op 't stroo Jezuken 1 kom in mijn armen 'k Zal u aan mijn hert verwarmen. Kindje, waarom lacht ge zoo In uw kribbeken op 't stroo Koor. 't Wonderbaar kind, enz. Maar maar 1 ziet dat borstje jager. Hoort die zuchtjes troosting vragen I Ach en mijn geperst gemoed Doen zijn zuchtjes zoo een goed 1 Kindje, ziet gij dan die smerten Daar in 't binnenste mijns herten Ach 1 en mijn geperst gemoed Doen uw zuchtjes toch zoo'n goed Koor. 't Wonderbaar kind, enz. Kindje, komt gij al die lijden En die zuchten, zoo verblijden I Voel mijn hert, hoe 't licnter wordt, Kindje, als gij ook tranen stort 1 Laat die rollen op mijn wangen, Die daar aan uw oogskens hangen Voel mijn hert hoe licht het wordt, Kindje, als gij ook tranen stort 1 Koor. 't Wonderbaar kind, enz. 'k Ga die lieve Vrouw het vragen, Kindje, die u heeft gedragen, Of 'k mag blijven tot der dood Aan uw zij op heuren schoot Jezuken, wees gij mijn broeder, En die lieve Maagd mijn moeder. Aan uw zij op heuren schoot Wil ik blijven tot der dood. Koor. 't Wonderbaar kind, enz. P. F. de Vogt. 3le VERVOLG. Goed ik ga met u mede antwoordde Jaak, maar ik zeg u vooraf, dat ik in gee- ne vroolijke stemming ben, integendeel, ik voel mij dezen avond juist zeer zwaar moedig. Gij hebt zoo even mevr. Chatterly naar huis gebracht ja> Ik zag u voorbijgaan en ik heb ge wacht tot dat gij terug kwaamt. De gravin heeft er zich van avond over verwonderd, dat zij u nog in het ge heel niet gezien heeft. Ik geloof niet dat zij daar verlangend naar is. Waarom niet. Zij is eene aanzienlijke dame welK belang zou zij in den eenzamen vreemde ling stellen Menschen, die op het platteland wonen stellen onwillekeurig belang in eikaar, melkte Jaak op. Zij stonden reeds voor het hek March opende het met den sleutel en nam zijnen gast mede naar zijne kamer, een groot gezellig vertrek dat goed ver warmd was. Noemen wij thans eenige nijveiaars die onder de toepassing der wet niet vallen de meubelmakers, de bakkers, de kleermakers, de Kloefkappers, de schoenmakers, de te huis werkende schrijnwerkers, de tabakbewerkers, sigarenmakers, enz. Er zijn twee voorwaarden i° Zij mogen geene 5 werklieden heb ben in hunne onderneming. 2° Zij mogen ook geene machienen gebruiken bewogen door stoom of andere natuurkrachten. Zij mogen machienen hebben, maar zij moeten bewogen wor den door de werking van menschen en dieren. Eene parenthesis. Wij herinneren ons dat Dendergalm eens beweerd heeft dat de visschers van Oostende geen voordeel zouden trekken uit de wet op de arbeids ongevallen. Dit blad zal voorzeker thans zijne dwaling erkennen en ook den uit val betreuren die het, te dier gelegenheid, deed. Het donderde, in naam van de vis schers, tegen het catholiek geknoei. Welnu de visschersbazen gebruiken voorzeker meer dan 5 arbeiders of zee lieden en, bijgevolg,vallen zij klaarblijke lijk onder de toepassing van de wet van 24 December 1903. ■A Men ziet de kleine patroons van niet gevaarlijke ondernemingen blijven bui ten de wet. Men heeft hen geene groote lasten willen opleggen. Nochtans ind en wij hen een goeden raad moeten geven, dan zouden wij hen aanraden zich vrij willig aan de wet te onderwerpen. Mogen zij dat Ja, artikel 3 laat het hun toe. Zij be hoeven daartoe bij den Griffier van het Vredegerecht de schriftelijke verklaring af te leggen. Bij voorbeeld De ondergeteekende bakker, schrijn- werker enz. te.... verklaart bij deze gebruik te willen maken van art. 3 van de wet van 24 December igo3 op de arbeids-ongevallen, en zich te onder- j) werpen aan hare schikkingen. Is de nijverheid onderworpen aan de wet van 16 Juni 1896 op de werkhuisre glementen, dan moet hij zorgen dat die vrijwillige onderwerping in zijn regle ment worde geschreven, opdat de werklieden er kennis kunnen van nemen. Op de griffie van het Vredegerecht zal heai een bewijs van die verklaring wor den gegeven. In dat geval staat hij niet meer bloot aan een proces voor schadevergoeding, als een ongeluk voorvalt wel te verstaan; hij betaalt volgens de nieuwe wet, de helft van het loon? Het water stond op een spiritusvuurtje te koken en weldra dampte de punck in de glazen en hadden March en Jaak hun ne pijp aangestoken. Het kon den scherpen blik van Ford niet ontgaan, dat zijn gastheer tamelijk opgewonden was. March kon niet stilzitten onrustig schoof hij op zijnen stoel heen en weer en eindelijk sprong hij op om in de kamer op en neer te loopen. Ik moet met iemand spreken anders zal ik nog krankzinnig worden 1 riep hij uit. M. Ford, kunt gij een geheim bewa ren en mij raad geven Het eerste beloof ik u plechtig, zeg de Jaak, cn wat het tweede betreft, ik wil er mijn best toe doen, hoewel ik niet kan begrijpen, in welk opzicht gij mijnen raad zoudt noodig hebben... Ja zeker, ik heb raad noodig en nie mand kan mij dien raad beter geven dan gij. Zeg mij eens, is mevrouw Chatterly gelukkig Ford schrikte. Hij richtte zich trotsch op en zegde op stroeven toon. Het is mijne gewoonte niet, met vrienden over dames uit mijne familie te spreken, M. March. Wees niet zoo bits tegen mij, M. Ford er is een tijd geweest, dat ik geen vreemde voor Gertruda Monkton was. Zij heeft hier wellicht nooit over mij gespro ken maar toch beeft zij mij eenmaal bo- De processen voor schadevergoeding kunnen hem in eens ruineeren. Wij ken nen gevallen waarin het tribunaal tot 22,000 fr. schadevergoeding heeft toege staan aan één slachtoffer, zegge, een enkel slachtoffer Onderwerpt hij zich aan de nieuwe wet, hij kenl op voorhand zijne verplich tingen. Is hij heel voorzichtig, dan neemt hij eene verzekering en op eens is hij van de vrees verlost uitgespannen te worden, als een ongeluk voorvalt. Geen lange processen meer, geen geld aan advocaten, geen angst meer de rechter lijke uitspraken onder dat betrek, volko- mene gerustheid. Wij drukken hier artikel 3 over Art. 3. Aan hoofden van onderne- d mingen of van gedeelten van onder nemingen, die niet zijn bedoeld in artikel 2, staat het vrij, zich aan de bepalingen van deze wet te onder- wepen Te dien einde leggen zij, bij voorko- mend geval, ter Griffie van het Vrede- gerecht, binnen welks gebied de onder- neming is gevestigd,eene uitdrukkelijke verklaring af, waarvan hun een ont- vangstbewijs wordt gegeven. Omvat de onderneming onderscheidene zaken, in verschillende kantons gedreven, dan wordt de verklaring gedaan ter Griffie van het Vredegerecht, binnen welks gebied elke dier zaken gedreven wordt. n Wat betreft de ondernemingen,onder worpen aan de wet van i5Juni 1896 op de werkplaatsreglementen, wordt i) van de verklaring melding gemaakt in een volgens genoemde wet opgesteld en aangeplakt werkplaatsreglement. Buiten dit geval, heeft de verklaring alleen kracht indien zij den werkman vóór zijne verbintenis bekend was. Het feit dezer bekendheid kan door alle middelen van recht worden be- wezen. De gevolgen van een arbeidsongeval. Een arbeidsongeval kan de volgende gevolgen hebben 1) Tijdelijke onbekwaamheid tot Wirken, hetzij volkomen of gedeeltelijk, 2) Voortdurende onbekwaamheid tot werken, hetzij volkomen of gedeel telijk. 3. De dood. Wat moet in ieder geval de baas be talen Eerst en vooral, de tijdelijke onbe kwaamheid tot werken moet 8 dagen duren. Duurt zij min, dan heeft de werkman geen recht op schadevergoeding. De werkman heeft er dus belang bij lid te v/orden van eene mutualiteit, een onderlingen bijstand, eene ziekekas of ven alles ter wereld lief gehad. Ik wist het toen niet, maar later heb ik het be speurd. Zij had mij zoo lief, dat zij zich om mijnentwille aan den graaf van Chat terly verkocht. Gij zijt toch niet... gij kunt toch niet haren broeder zijn Ja, ik ben Cecil Monkton. Ik ben in Northshire gekomen om te onderzoeken of mijne zuster eene gelukkige vrouw is bij den rijkdom die haar ten deel is geval len en bij den rang die zij thans bekleedt. Ik wilde zoo gaarne weten of er in haar hart nog een plaatsje voor haren broeder was overgebleven. Maar mevrouw Chatterly gelooft dat gij dood zijt I riep Ford verbaasd uit. Zij heeft mij zelf verteld, dat zij drie jaar na haar huwelijk, in een koloniaal dagblad het bericht van haren dood la3. Cecil schrikte. Dat moet een valsch bericht geweest zij, riep hij uit. Hoe is dat mogelijk O 1 ik begrijp er alles van. Gertruda maakte zich ongerust, omdat zij niets van mij hoorde, en haur echtgenoot, die het klagen moede werd, zond dat berichtje aan een der dagbladen, ten einde zoo doende alle hoop van zijne vrouw op mij nen terugkeer te vernieiigen. Wacht een oogenblik voordat gij hem veroordeelt, zegde Jaak Ford. Ik ben volstrekt geen vriend van den graaf, maar hoe kan ïemaid, die in Engeland woont, lijk men het ook heeten wil. Ieder dorp moet zijne wettig erkende ziekebeurs hebben en ieder werkman moet het zich tot plicht rekenen zich te laten in schrijven. De ziekenkassen betalen den doktcor, leveren de genees- of heelkundige mid delen en geven daarbij nog eene schade vergoeding gedurende den tijd dat men niet werken kan. Alle kassen betalen hetzelfde niet. I. De tijdelijke onbekwaamheid. Heeft het werkongeval eene onbe kwaamheid tot werken veroorzaakt die langer duurt dan eene week dan heeft, te rekenen van den dag na het onge val, het slachtoffer recht op eene schade vergoeding. Twee dingen zijn mogelijk 1) Of de onbekwaamheid is volkomen alsdan bedraagt de vergoeding den helft van het loon. Bij voorbeeld, de werkman won 4 fr. daags, dan heeft hij 2 franken. 2) Of de onbekwaamheid is of wordt gedeeltelijk; dat wil zeggen het slacht offer, alhoewel ziek, kan nog door licht werk, door boodschappen doen, enz. wat verdienen. Als dan wordt de schade vergoeding, die de baas betalen moet. veiminderd met de helft van hetgeen gewonnen wordt, of lijk de wet het zegt de schadevergoeding moet gelijk staan met 5o t. h. van het verschil tusschen het loon van het slachtoffer vóór het ongeval en het loon dat het slachtoffer kan verdienen alvorens geheel hersteld te zijn. Een voorbeeld. Een werkman won 4 fr. Hij krijgt als schadevergoeding 2 fr. Doch hij betert en kan nog één frank verdienen. Dus zijne schadevergoeding is 5o p. h. of de helft van 41 =3 2—i5o fr. De baas is hem i.5o fr. verschuldigd cn het slachtoffer, met hetgeen hij nog verdienen kan, heeft in het geheel 2,5o fr. Men ziet, de baas ook trekt profijt uit het werk dat het slachtoffer, alhoewel ziek. nog verricht. Hij heeft zelfs zooveel als het slacht offer zelf. Waarom is dat zoo geschikt Is dat redelijk Is die bepaling van belang Ziedaar drij vragen die wij aan onze lezers stellen. Wij zullen Zondag aan staande ons gedacht er over zeggen. Ze zijn tegen den godsdienst niet Vooruit schrijft dat de menschen zich niet moeten bekommeren om God en zijn gebod, maar alleen met de kwestie of hun lot op aarde zal verbeteren, of zij minder zullen mogen werken en nogtans meer loon trekken, en hij besluit met uit te roepen Oorlog aan den godsdienst en oorlog aan God een bericht in een koloniaal dagblad plaatsen O I dat is volstrekt niet moeilijk Men zendt eenvoudig het bericht met een bedrag in geld over, dan wordt het opge nomen en doet zijn werk. En denkt gij werkelijk, vroeg Ford met nadruk, dat de graaf, die weet hoe lief zijne vrouw u heeft, willens en wetens een valsch bericht in de wereld zou gezon den hebben, waarmeê hij haar bedroefd zou maken Hij heeft misschien gedacht dat ze kerheid beter is dan onzekerheid en dat, daar men niets meer van mij hoorde, ik wel dood zou zijn, zooals hij het zoo vurig wenschte. Maar ik kan niet begrijpen, waarom gij nooit aan uwe zuster geschreven hebt. Ook dat was het werk van den graaf. Hij zegde mij dat zijne vrouw niet met bedelvrieven mocht worden lastiggevallen en dat, wanneer ik geene fortuin maakte hij liever had dat hij en zijne vrouw nooit meer iets van mij hoorden. Die ellendiling I Ik ben even fier als hij, al draag ik geen graventitel, en ik antwoordde hem met eenen eed, dat zij beiden nooit meer iets van mij zouden hooren, zoolang ik geen rijk man was geworden. Op den dag dat ik in Augustus laatsleden, te Londen aankwam, ontbeet ik in een restaurant en hoorde daar toevallig door M. Hurst met eenen vriend over M. Chatterly spreken. 't Is Alzoo dat de socialisten en libera len elks godsdienstige overtuiging eerbie digen 1 VOOR ONZE In het westelijk gedeelte van Pruisen, zegt het Duitsche blad, bezigt men, bij gebrek aan Duitsche arbeiders, vele Pool- sche werklieden. Zij die den toestand kennen weten dat het bezigen dier Pool- sche werklieden niet zonder inconvenient is noch onder nationaal, noch onder sociaal opzicht. Het is des te belangwek kender, zegt het Duitsche blad, de aan dacht in te roepen op een gedacht dat de Landbouwkamer van Westfalen in zijn orgaan vooruitzet. Het raadt de Westfaal- sche landbouwers aan hunne Poolsche werklieden door Vlamingen te vervangen die hedendaags jaarlijks België verlaten om in Frankrijk te gaan arbeiden. Men doet namelijk bemerken dat de Vlamingen eene taal spreken die niets anders is dan het plat Duitsch 't gene hun toelaat zonder moeielijkheid de Duit sche volksspraak tc verstaan en dat hunne werkkrachten buitengewoon zijn. I11 't noorden van Frankrijk werken de Vla mingen tot 18 uren daags. Twee Vlamin gen verrichten den arbeid van drij goede Duitsche arbeiders. Zelfs bij gebrek aan toezicht laten noch werk, noch tucht iets bij hen te wenschen. Hun loon verschilt niet gevoelig met dit aan de Russische en Duitsche werklieden betaald. Zij hechten belang aan een goed logement voor 't overige zijn de voorwaarden die ze eischen dezelfde van de Russische Polakken. Men mag verhopen dat het loon zal verminde ren wanneer die mannen er zich zullen kunnen rekenschap over geven dat ze in Duitschland gansch den zomer werk zul len vinden 't gene in Frankrijk 't geval niet is. De Landbouwkamer doet nog bemer ken dat de kosten van vervoer van België naar Westfalen min hoog zijn voor de Belgen dan voor alle andere vreemde werklieden. Voor 't overige de Belgen zijn niet onderworpen aan den maatregel die aan dc Russische Polakken verbiedt langer tijd in Duitschland te werken dan de oogst duurt. De Landbouwkamer biedt aan zich zelve te gelasten om Vlaamsche werk lieden aan te werven voor de aanstaande lente. Onder nationaal opzicht, zegt het Duitsche orgaan, kan men slechts aan die initiatief den besten uitslag wenschen. Het zou zeer gelukkig zijn indien het aldus zoo verre kwam den Poolschen invloed in Westfalen te kortwieken en het zou voordeelig zijn voor de Vlamingen zeiven van aan den Fransche invloed ont rukt te zijn. Hurst zegde dat de gravin de schoonste vrouw uit het graafschap was, maar te vens de ongelukkigste. Daarop nam ik mijn besluit. Ik wilde onbekend hier ko men om te zien hoe de zaken stonden. En mevrouw Chatterly heeft u nog niet gezien Neen. Indien zij zich de dagen van vroeger herinnert, dan moet zij mij, on danksde verandering die mijn uiterlijk in die jaren heeft ondergaan, terstond her kennen en ik wilde haar niet eerder ont moeten, vooraleer ik de waarheid had vernomen. Jaak zag Cecil angstig aan. Ter wille van Gertruda, verheugde het hem, dat de lang vermiste terug gekomen was, maar wanneer Monkton vernam hoe de zaken op het kasteel stonden, dan kon dat een vreeselijk schandaal ten gevolge hebben. Ik kan u vertrouwen, ging Cecil voort, geef mij raad, moet ik mij aan mij ne zuster bekend maken of haar naar het vasteland laten laten reizen, zonder dat zij vermoedt dat haar broeder nog leeft Gij moet het haar zeggen, antwoord de Jaak Ford driftig, het zal het beste be richt zijn, dat men haar brengen kan, maar wanneer het mogelijk is, moet gij het aandeel, dat haar echtgenoot in het valsche bericht van uw overlijden had, voor haar verbergen. Gelooft gij dan, dat zij hem zoo lief heeft, dat zij er zich ongelukkig zal door gevoelen Het pijpke van den werkman. Onze lezers weten dat het in Frankrijk duur leven is voor den werkman. Brood en vleesch kosten ongeveer het dubbel van hetgeen zij hier kosten een doosje fosfoorstekjes is er een veibruikingsartikel voor rijke menschen en de tabak is er zoo duur, dat een gematigde rooker er bijna zooveel voor uitgeeft als hier een man om zich behoorlijk te voeden. De reden daarvan is dat de Fransche regeering, samengesteld uit radikale en socialistische 0 werkmansvrienden om geld te slaan, zich het monopool voorbe houdt van de fabriekatie en den verkoop van fosfoorstekjes en tabak. Zoo doende slaan zij twee vliegen met éénen slag. Zij winnen miljoenen, waar mede zij hunne kas vullen en onder andere het geheime fonds spijzen, dat dient om de mouchards te betalen, anderzijds dienen de tabakwinkels of tabakbureelen der regeering om de politieke diensten hunner kieswerkers te beloonen. Alzoo slaan die volksvrienden geld bij middel eener hatelijke belasting op het pijpke van den werkman. Welnu, weet ge wie dat schoon regiem ook in ons land zou willen invoeren Niemand anders dan de liberale M. Braun, burgemeester van Gent, daarin ondersteund door gezel Vandervelde, den hoofdman der socialisten. In de Kamerzitting van Vrijdag heeft M. Braun de regeering openlijk aange raden, indien zij geld noodig heeft, zich, evenals in Frankrijk, het monopool van de tabak toe te eigenen. Gezel Vander velde riep daarop uit zeer wel I aldus het voorstel van M. Braun goedkeurende. Het spreekt van zelfs dat de catholieke regeering geene goesting heeft om, door dat middel om geld te slaan, den werkman te berooven van hel onschuldig genot, tot verpoozing van zijnen lastigen arbeid een smakelijk pijpke te rooken. Daaraan ziet men eens te meer hoe goed die zoogezegde volksvrienden het met den werkman meenen en welke soort van voordeelen zij hem zouden bezorgen, indien zij ooit het bewind moesten in handen krijgen. Geen kleine oorlog. De minister van oorlog heeft beslist dat er 't naastö jaar, te gelegenheid der nationale feest dagen, geen groote oefeningen voor het leger zullen worden gehouden. Liefdadigheid.Voor het verzenden uwer visieikaarten gebruikt enkel de band jes met den liefdadigheidszegel ten voor- deele der armen ondersteund door het St-Vincentius-genootschap. Alzoo verzendt gij uwe visietkaarten met een postzegel van 1 centiem in plaats van 5 centiemen en geeft 4 centiemen aan St-Vincentius. Jaak antwoordde niet. Ik ben thans een rijk man, ging Cecil Monkton voort met zachte stem. Ik ben niet zoo rijk als de graaf, maar ik heb een jaarlijksch inkomen van ruim een kwart miljoen en dat zal wel voldoende zijn om Gertruda en de kleine onbekom merd te doen leven, indien zij haren echt genoot verlaten en bij mij bescherming zoeken wilde. Dat zou zij nooit doen. Ik kon van hier vertrekken en haar naar eene plaats brengen, waar niemand haar ooit gekend had. Het kind houdt veel van mij, ik geloof wel, dat ik beiden nog gelukkig kan maken. ij kan Chat terly niet beminnen, want algemeen zegt men, dat zij de ongelukkigste vrouw van geheel Northshire is en dat haar echtge noot zijn eenig kind haat. Jaak Ford legde met bijna broederlijke genegenheid de hand op den schouder van Cecil Monkton. Beste vriend, begrijpt gij niet dat juist het kind het eenige beletsel is, sprak hij ernstig. De gravin kan haren echtge noot niet verlaten, omdat de wet hem het recht toekent, haar dochtertje bij zich te houden. Ik geloof ook dat mijn neef de arme Phillis haat, maar reken er op, dat hij als zijn recht zou eischen dat zij bij hem blijft, alleen omdat hij weet, dat, waar zij is, hare moeder ook zal blijven. (Wordt voortgezet).

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1904 | | pagina 1