Donderdag 29 December 1904 5 centiemen per nummer. 369te Jaar .>702 Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst. GODSDIENST, HUISGEZIN. EIGENDOM VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. Droeve maar leerrijke feiten. HET GEHEIM Klimmende Belasting. Aan 't adres der Aalster- sche liberale controleurs. DE DENDERBODE Pit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee- kening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor 'e Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes naanden fr. 1-75 voor dry maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont vangen zyn ten laste van den schuldenaar. Men schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, N' 31, en in alle Postkantoren des Lands. CUIQUE »DUM. Per drukregel. Gewone 15 centiemenReklamen fr. 1-00 Vonnissen op 3" bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Nota rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele vac dit blad. AALST, 28 DECEMBER 1904. Wij Hebben reeds meermalen doen uit schijnen welk droef werk de zoogezegde christens democraten verrichten. Toen die ongelukkige teleurgestelde heersch- zuchtigen 't is de oorsprong van het Daensism de vane van den oproer ont rolden, toen zij in het begin in 't strijd perk traden tegen de catholieke Regeering en Partij, alsdan hebben zich de geuzen, zij nog het rreest die noch van God noch van zijn gebod wilden hooren, aan hunnen wagen gespannen. Overal zag men gekende godhaters de glorie zingen van eenen pastoor 1 Overal zag men de goddeloozen zich afbeulen ten voordeele van die christenen wier godsdienstige gevoelens zij verwenschten De toestanden veranderen. Het zijn thans die goede christenen die het met hun geweten en de voorschriften hunner christelijke leering in overeenstemming kunnen brengen, goddeloozen te steunen in hunnen strijd tegen de catholieke Re geering. Zij steunen godhatende geuzen, welke ovei al verkondigen dat zij Gods dienst en Kerk te lijve zullen gaan tegen over die partij welke de godsdienstige vrijheid verdedigt In de gemeentekiezingen te Aalst in 1903 verkoopt de heer Judas zijne ziel en levert zijne partij aan de schreeuwers die 't ongediert der papen brallen. Te Dendermonde helpen de Daensisten eenen geus van 't zuiverste water kiezen en doen een voorstaander der godsdien stige vrijheid vallen. Welk was de prijs van dit verraad? Wij weten het niet, want hetgeen Klokke Roeland daarover aan zijne lezers wijs heeft gemaakt, is eene kolossale leugen. De bewering van dit blad wordt in de Kamers gelogenstraft en het democratenorgaan zwijgt. Dus had het gelogen. Thans doet zich een feit voor dat nog eene grootere beteekenis heeft, maar het is het begin van den oorlog tegen het Catholieke Geloof. De cbristene school mag als een bol werk van verdédiging aanzien worden voor onzen Godsdienst. Onze lezers ken nen er het belang van en wij behoeven dus op dat gewichtig punt niet aan te dringen. Welnu wat is te Ninove gebeurd Er bestaan daar nog catholieke scholen welke door het catholieke bestuur waren aange komen. Met 3i December was het termijn uit en moest de aanneming vernieuwd worden. Er zetelen in den gemeenteraad 5 catholieken, 2 daensisten, 4 geuzen. De geuzen natuurlijk vragen het ver werpen der vroegere overeenkomst. Wat doen de Daensisten Gaan zij in die kwestie van godsdienstigen aard met de catholieken meêdoen Zullen zij helpen om in de maat van het mogelijke aan de catholieke ouders de voldoening van een godsdienstig onderwijs voor hunne kin deren te geven Als men denkt dat zij christenen zijn, dat zij de godsdienstige vrijheid verdedi gen, wie zal daar aan twijfelen Begoocheling. Zij onthouden zich niet, want dan ging de kwestie opgelost wor den volgens het verlangen van het christene, geloovige volk. Neen zij helpen het kwaad bedrijven zij stemmen met de geuzen Zij stemmen met de geuzen om het recht der catholieke ouders met de voeten te treden I Zij roepen hun met de geuzen toe Geen recht voor u op een godsdienstig onderwijs. Zij helpen om die kinderen naar de onzijdige scholen te sleuren En die kerels heeten zich christen Hunnen naam moet veranderen zij doen meè met de geuzen en handelen juist alsof zij aan de god haters waren verkocht I En als zij in vraagstukken van gods dienstige vrijheid met de geuzen meêdoen om de catholieken te helpen verdrukken, dan gewis zullen zij in de andere van minder belang in het geuzengareel loopen! Zij hebben dus volkomen gelijk, de liberalen en de socialisten als zij de Daensisten tot de oppositie rekenen en wij kennen tusschen hen geen verschil meer. Moeten eens dc tijden van het Fransche walgend Combism voor ons aankomen, moesten wij eens vervolgd worden om onze godsdienstige gevoelens, ah 1 gewis zullen wij onder onze dwingelanden de Daensisten moeten rekenen. En gelooft ons, zij zullen de matigsten niet zijn voorzeker de walgendste, vermits zij huichel met slechtheid paren. Droeve, droeve mannen, wat doet gij met uw geweten Knaagt het u niet als gij geloovige, christene menschen helpt ver drukken Wat zullen ze nu op Chipka zeggen In het credo van de democraten komt de klimmende belasting, zegt M. Daens. Dat is maar een woord om de eenvou dige menschen bij het vuur te zetten of om den tuin te leiden. M. A. Daens is nu reeds zoolang ter Volkskamer. Heeft hij al den tijd gevonden om een wetsont werp nopens dat punt neer te leggen? In geval van neen, dan hebben wij het recht hem te zeggen dat hij bitter weinig doet om zijn programma te verwezenlij ken. Hij belooft en belooft nog en belooft immer en er komt niets van. Een geloof zonder werken is een dood geloof. Moeten wij dat van het programma der Daensisten gaan denken Dat pleit voor hen niet neen, integendeel. Wij richten hetzelfde verwijt tot gazet schrijver Daens, wier schaapkens, dank aan gekend bedrog, thans in 't droge staan, Heeft hij de klimmende belasting wel eens aan zijne lezers doen kennen Welke inkomsten zullen vrij van lasten zijn In welke verhouding zullen deze klimmen Die vragen zijn uiterst belangrijk en toch zwijgt onze klapzieke man er zorg- v.v - c v Hij spreekt van de klimmende belasting in Duitschland Zou hij de Duitsche wet goed kennen, wat beter dan zijn 33pqoniioopbroeder.de ongevallen wet van dat land Als hij ze kent en aanneemt dan is het geen lastig werk ze hier ook voor testellen. Dan ten minste zouden wij niet moeten twisten over woorden, want klimmende belasting zonder verdere bepaling is maar een woord. In Frankrijk waar het tekort haast niet meer aan te vullen is, wordt thans de klimmende belasting besproken. Het ont werp ontmoet hevigen tegenstand en zal misschien schipbreuk lijden. Evenzoo is het met hetgeen hij heet een deftig werkerspensioen. Wat is een deftig pensioen Moet daar iets voor ge stort worden of moet de Staat het al geven Op welken ouderdom en aan wie Van waar zal de Staat het geld halen Ziedaar een aantal vragen waarop die 0 paling niet antwoorden durft en om reden. De menschen zouden zien dat hij ze onbermhertig op stoopen trekt en dat hij ondertusschen heel goed voor moeders zoontje zorgt. Zijn bedrog zal echter niet eeuwig duren en eens gaan de oogen open. Eene derde maal zal eene bedrieglijke krijgslist o 38e Vervolg. Ik ben John Hunter, begon mijnheer tot den inspecteur Saunders, den politie beambte, welke ter vervanging van den commissaris Grand met de gevangene uit Dover was gekomen cn aan wien de be handeling der zaak verder was opgedra- 8en- Het jonge meisje, dat gij als gevan gene hier hebt gebracht, was sedert eenige jaren bij ons in betrekking als gouver nante van mijn dochlerke, dat ik zooals gij ziet, heb meêgebracht. Mijne vrouw zoowel als ik zijn zeer verlangend, iets omtrent haar te vernemen. Wij zijn zeer bezorgd voor haar en hebben ons daarom gehaast over te komen, zoodra wij het nieuws hoorden. Wij zijn zeker, dat er hier eene vergissing heeft plaats gehad. I De inspecteur Saunders maakte eene I beleefde buiging voor den edelman en zijne vrouw en wachtte be iaard tot de eerste zou hebben uitgesproken. 1 Ik kan u maar zeer weinig much- niet meer lukken. Eerlijk vooral I tingen neven, sprak hij daarop. De gevan- gene werd eerst dezen middag, toen zij met de boot van Dieppe te Dover aan kwam, in mijne bewaring gesteld. Zij heeft mij alleen gezegd, dat zij bij u in betrekking was als gouvernante en zich op reis naar hare familie in Frankrijk be vond, waartoe zij van u verlof had beko- mEn dat is ook zoo Het is volkomen waar! viel M. Hunther hem levendig 111 de rede. Er heeft een sterfgeval in mijn familie plaats gehad, dat mij eerder naar huis riep, dan ik van plan was. De drukte en het heen en weêrreizen, dat daarvan het gevolg was, bood ons van zelf eene gelegenheid aan om jufvrouw Duvivier eenige weken vacantie te gunnen, het geen haar reeds lang beloofd was. daar |ii er zeer naar verlangde hare familie in Frankrijk te bezoeken. Mijne vrouw was de eerste, die er van sprak en zij ging met ons beider volle toestemming. De inspecteur maakte nogmaals eene beleefde buiging. Het verheugt mij zeer, hernam hij, te hooren dat zij daarin de waarheid heeft gesproken. Maar, ik herhaal het nog eens, ik kan u verder geen inlichtingen geven. Gij zult natuurlijk gehoord hebben, waar van zij wordt beschuldigd Zeker viel de edelman driftig in, maar dal is onzin het is monsterachtig I Ik kan niets anders zeggen, dan dat- Aan de onzijdigheid van het onderwijs hebben wij nooit veel geloofd, maar wij wantrouwden zelfs de rechtzinnigheid van onze tegenstrevers, wanneer zij, na mens de vrijheid van geweten, de onzij digheid voorstonden. Gedurende lange jaren hebben de libe ralen geloochend dat de onzijdigheid van het onderwijs tegen het catholiek geloof gericht was. Tegenwoordig wijken zij van hunne voorzichtigheid af en bekennen soms dat de onzijdigheid onmogelijk is en dat zij eene schijnheiligheid is. Over eenigen tijd nog werd dit door ^n bekend Fransch anticatholiek, M. Maret, op de volgende wijze verklaard. Ziedaar een man, zeide hij, die ge looft noch aan God, noch aan de mira kelen, noch aan de Maagd van Oilcans. Hij zegt het vlak af. Wilt gij dat hij zegge hetgeen hij niet gelooft Hij zou kunnen, beweert gij, hij zou niets moeten zeggen. Hoe zal hij dit doen, daar gij hem gelast te onderwijzen Hij leert aan zijne leerlingen hetgeen hij denkt te weten. Het is hier dat het belachelijke der merkwaardige onzijdigheid van het onderwijs goed voor den dag komt. Nooit heeft men iets bespottelijker itgevonden. Duizendmaal heb ik het gezegd, en ik herhaal het, hoe wilt gij dat een meester onzijdig blijve. Sedert dat de wereld Hestaat, heeft nooit een onzijdig onderwijs bestaan De onzijdigheid is de stilzwijgendheid en de stilzwijgendheid is de spraak niet. Zulke meesters, zulk onderwijs. b Wat gij ook doet, indien gij meesters hebt die God loochenen, deze zullen onderwijzen dat God niet bestaat, en hebt gij christene meesters, deze zullen de leer van Christus verspreiden. Om het anders te leeren, zouden zij dommerikken of onbekwamen moeten zijn. Men heeft deze onzijdigheid uitge vonden om de vrijheid niet te moeten geven. Men zegt tot de ouders t Weest gerust en vertrouwt ons uwe kinderen toe men zal hun niets leeren dal u mis haagt. Dat is niets anders dan loutere schijnheiligheid. b Het is even onmogelijk den gods dienst niet te onderwijzen in eene gods dienstige school, als den godsdienst niet te bestrijden in eene vrijdenkende school, a Zulke bekentenis die door een anti catholiek gedaan wordt, is wel van aard om ons te overtuigen nopens de inzichten onzer tegenstrevers in zake van onder wijs. Wanneer wij weten waarom deze da onzijdigheid van het onderwijs verlangen, hoe zouden wij die onzijdigheid dan niat uit al onze krachten bestrijden Fumez le» c!|?«re» QUO V ADIH Raadgevingen aan de jonkheid. Onder dezen titel heeft onlangs een Amerikaan een vlugschrift laten verschij nen, waarin hij zeer practische wenken geeft aan hen, die zich een goeden stand in de maatschappij willen verzekeren t 1. Heb geene andere bekommernis dan om u eene loopbaan te kiezen en vraag u daarom af Waartoe ben ik goed 2. Verlies nooit eene minuut van uwen tijd. 3. Gebruik al uwe krachten tot een enkel doel. Blijf niet in nuttelooze aarze lingen dralen. 4. Toon u altoos goed gezind, en ge wen u om de kleine wederwaardigheden des levens te verdragen. 5. Heb goede manieren. Een lieftallig mensch kan de rijkdommen ontberen alle deuren staan voor hem open. 6. Heb achting voor uw eigen zeiven en regel da-irnaar uw gedrag. Heb ook vertrouwen in u zei ven om ook vertrou wen bij anderen op te wekken. 7. Werken of sterven I b dit is de leuze der natuur. Hij die niet werkt zal verstandelijk, zedelijk en lichamelijk ster ven. 8. Wees nauwgezet in alles. Beloof niets, vooraleer goed nagedacht en de om standigheden goed gewogen te hebben maar houd onverbrekelijk uw woord. 9. Twintig zaken half verricht, zijn zooveel niet weerd als eene enkele goed gedaan. 10. U w leven zal zijn wat gij het zult gemaakt hebben. De wereld geeft ons te rug, wat wij haar geven. 11Leer nut trekken uit het mislukken uwer ondernemingen. 12. Zorg voor uwe gezondheid, het kostbaarste wat gij beziten daarom wees matig in alles. ik dit volkomen met mijnen echtgenoot eens ben I sprak de baronnes, die tot nu toe stilzwijgend geluisterd had. Het was voor den inspecteur Saunders een moeilijk geval. Hij had niet veel keus: hij moest op zijne hoede zijn en aan de andere zijde de beleefdheid niet uit het oog verliezen. M. Hunther was niet alleen rijk, maar een zeer geacht grondbezitter, een man van grooten invloed in het graaf schap en in elk geval niet iemand, dien men eenvoudig de deur kon wijzen met de boodschap, dat hij zich met zijn eigen zaken moest bemoeién. Wat zal ik u zeggen, mijnheer ant woordde de inspecteur dan ook voorzich tig. Ik hoop van harte, dat gij en me vrouw gelijk moogt hebben en dat de ge vangene onschuldig is. maar dat is eene zaak, waarover ik niet te beslissen heb Ik heb mijn orders en die moet ik blindelings volgen I Natuurlijk antwoordde M. Hun- ter. Het is niet met het plan om het u lastig te maken, dat wij hier zijn geko men. Onze bedo ling was alleen om door onze verklaring zoo spoedig mogelijk een einde te maken aan den onaangenamen toestand waarin het meisje zich bevindt. Wij zijn overtuigd, dat het arme kind er vreesclijk onder lijdt Als ik wel begrijp, hernam de in specteur, zoudt gij dus eene verklaring in het voordeel van den beschuldigde willen leggen In dat geval kan ik u helpen, wij wenschen niets liever dar. uw getui genis en ook die van mevrouw te ver nemen, alleen ben ik verplicht u te waar schuwen, dat ieder woord zal worden op geschreven en dus bij de terechtzitting gebruikt worden. Dat is juist wat ik wensch, ant woordde de edelman. Alles wat wij te zeggen hebben, kan slechts dienen om juffrouw Duvivier's onschuld aan het licht te brengen. Onze verklaringen kun nen haar niets anders dan goed doen. De inspecteur Saunders plaatste zich aan eene schrijftafel en maakte zich ge reed de verschillende bijzonderheden op te teekenen, die Hunter hem omtrent de beschuldigde zou wenschen meé te dee- len. Deze begon zijne verklaring onmidde- lijk. Charlotte Duvivier is sedert eenige jaren bij mij als gouvernante in betrek king geweest. Hoe lang denkt gij wel, lieve vervolgde hij tot zijne vrouw. Zeker wel drie jaren, verklaarde deze, na zich een oogenblik bedacht te hebben. Annie was nog zoo jong. weet gij wel, toen zij voor het eerst bij ons kwam. Schrijf maar gerust drie jaar, ver volgde Hunter. Zij kwam bij mij met de besie aanbevelingen. Haar ouders zijn dood, maar zij heeft een oom, die in Rouaan wooot, met wien ik re«ds Vroeger in kennis was gekomen. Als bewijs dat de achtensweerdigheid van dien man niet in twijfel kan worden getrokken, hoef ik u alleen te zeggen, dat hij langen tijd bur gemeester van die stad is geweest gij zult zeker weten wat dit vooral in Frank rijk zeggen wil. Het was door hem, dat ik juffrouw Duvivier het eerst leerde ken nen. Hij was er zeer op gesteld, dat zij het engelsch grondig Zou leeren en ver trouwde haar aan onze zorgen toe. Het was igenlijk slechts in naam, dat zij bij ons in betrekking kwam> want haar oom, M. Duvivier, 'S een man Van groot ver mogen, die als weduwnaar zonder kinde ren zijn nichtje als zijne dochter en toe komstige erfgename heeft beschouwd. Zij werd dan ookbij ons meer als vriendin, dan wel als gouvernante behandeld. Mijne vrouw en mijne dochter vatten reeds bin nen weinige dagen de oprechtste en in nigste genegenheid voor haar op en dit was de reden, dat zij in plaats van een jaar, zooals de oorspronkelijke afspraak luidde, zooveel langer bij ons is gebleven. Wij konden haar geen van allen missen en drongen er telkens op aan, dat zij haar verblijf nog eenigen tijd zou verlengen ja, ik kan tr zelis bijvoegen, dat wij haar niet naar Frankrijk wilden laten vertrek ken, voor wij van haar de bepaalde belofte ontvingen, dat zij na het bezoek aan ha ren oom wéér tot ons zou terugkceren. (Wordt voortgezet)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1904 | | pagina 1