Donderdag 23 Maart 1VM)3 3 centiemen [Wtr nummer 56ste Jaar 3726 Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst. GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. Hunne Waarheid HET GEHEIM Sint-Jozefsmaand. VET VEE DE DENDERBODE fit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee- kening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont vangen zyn ten laste van den schuldenaar. Men schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, Nr 31, en in alle Postkantoren des Lands. CU1QCE aUUM. Per drukregel. Gewone 15 centiemen; Reklamen fr. 1-00; Vonnisten op 3ae bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij aceoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Nota rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiëD uit vreemde landen zich te weudeu ten bureele va* dit blad. AALST, 22 MAART igo5 Wij lezen in het orgaan onzer waar- lieidminnende geuzen, nummer van 5 Maart 11. (i Wij hebben altijd gezegd Iedereen moet zich onderwerpen aan de wet zoo wel priesters en kloosterlingen als andere burgers wie zich niet aan de wet onder werpen wil moet de gevolgen zijner over treding dragen. n Indien de kloosterorden in Frankrijk ontbonden waren uit hoofde van het geloof, dan zouden ze allen ontbonden zijn, doch daar is geen schijn van ver mits al de kloosters die zich in regel heb ben gesteld met de wet zijn gebleven. Wij weten waarlijk niet hoe die taal moet bestempeld worden. Zij is gedeelte lijk eene pyramidale dwaasheid en gedeel telijk ook eene kolossale leugen. Wij beklagen de lezers welke, den toe stand en de zaken kennende, geen walg en afkeer gevoelen voor zulk een verre gaand fanatism. Wanneer Dendergalm beweert dat iedereen aan de wet gelijk welke gehoorzamen moet, dan is dat zeer on volledig en riekt dat sterk naar eene ezelarij van belang. Iedereen moet. Waarom Omdat hij gedwongen kan worden door de macht. Dat kan misschien voorzichtig zijn, maar als de wet onrechtveerdig is, is dat niet te min eene onver dragelijke dwingelandij, een tergend onrecht dat u wordt aangedaan. Iedereen moet in geweten aan de wet gehoorzamen? Ja, als de wet rechtveerdig is. Maar de wet moet rechtveerdig zijn in haar eigen. Als Dendergalm beweert dat men aan de wet moet gehoorzamen, omdat zij wet is, dan is dat eene stommiteit welke een geus alleen kan neèrschrijven en waarmede men alle dwingelandijen kan wettigen. Dus ook het verbannen van priesters lijk ons geuzenorgaan het vroeger wenschtte in 1891. Moest het morgen wet worden dat telkenmale Monsieur le Rédacteur de deur uitgaat, hij van een factionnair- bespieder vergezeld zij, zou hij niet schreeuwen op het onrecht dat hem wordt aangedaan En zouden wij mogen zeg gen Het Is de wet, hij moet gehoor zamen, opdat daarmede alles in orde zou wezen Wie de wet onvertreedt, moet de gevolgen dragen 1 zou men er 5oe Vervolg. Ik weet zoo goed als niets van haar I antwoordde de juffrouw. Zij woont eerst sedert eenige maanden bij mij. Toen zij voor het eerst hier kwam, scheen zij goed bij kas te zijn en huurde de twee kamers beneden en of zij goed leefde God weet, waar zij het geld vandaan haalde, zij had er altijd in overvloed, maar jawel, op eens was het mis, hoor Zij kwam iederen keer als zij uitging met een lang gezicht terug zonder een cent Zij kon de huur niet meer betalen, en het is waar achtig uit christelijke liefde, dat ik haar daarboven laat wonen, mijnheer, ik krijg er niets voor 1 Dat bloemenmaken dat zij nu doet, brengt haar nauwelijks zooveel op, dat zij er wat eten kan van koopen. Maar anders heeft zij mij nooit een woord gezegd en wat ik u vertel, is letterlijk ook alles, wat ik van het mensch weet Hm hervatte Brusel, die met aan dacht had geluisterd, 't Is toch wonder lijk, dat haar gezicht mij dadelijk zoo bekend voorkwam... Maar ik kan mij vergissen, gij moet er haar maar iets van bijvoegen kunnen, niet waar Dendergalm, als Monsieur, zich aan de wet onttrek kende in 't Salon Pierre zit te zuchten En zulke eiffeltorenachtige zottigheden slikken de arme geuzen, lezers van Den dergalm, als een brave Michel naar binnen I! Nu zijn beweringen over Frankrijk. Hier toont hij zijne onwetendheid of... zijne geusche eerlijkheid en oprecht ge moed het laatste, meenen wij, voorzeker. In Frankrijk heeft men eene wet ge maakt over het recht van vergaderen. Die wet was gericht tegen de kloosters, want terwijl voor de gewone burgers de vroe gere banden welke het recht van vereeni- ging kluisterden wegvielen, wierden de kloosterlingen aan eene strenge voorwaar de onderworpen namelijk, zij moeten door het Parlement erkend worden en door eene wet de toelating verkrij gen om te mogen bestaan. Geene voorwaarden wierden bepaald, alles hing af van de wil der Kanier I De kloosterlingen vroegen allen, op enkele uitzonderingen na, die toelating. Maar wat deden de geuzen Het parlement met Combes aan 't hoofd riep hun toe Geen recht voor u, gij wordt ontbonden Gij moogt u niet vergaderen En de kloosters wierden uiteengejaagd, met brutaal geweld verzegeld nadat de paters en nonnen uit hunnen eigendom waren gezet. Dendergalm, wat moesten zij toch doen om aan de wet te gehoorzamen? Zij zijn uiteen geworpen om niet gehoor zaamd te hebben, zegt gij. Gehoorzaamd aan de wet Welke wet Zij hebben gevraagd om te mogen leven. Was dit niet gehoor zamen Was dit niet zich aan de nieuwe wet onderwerpen Wat moesten zij meer doen Men heeft ze gewurgd, de ongelukki- gen men heeft ze behandeld als misda digers, om hunne gedachten, om hun geloof. Want, ziet de vrijmetselaars blij ven zij ook bezitten, zij ook vergaderen en wat de paters niet deden, zij, de vrij metselaars, houden zich met politiek bezig l Doch de vrijmetselaars blijven zij zijn de hoofden der geuzen, de bazen der partij. Al de nonnen zijn uit Frankrijk niet weg. Neen. Enkele ordens zijn gebleven, zij die vroeger door eene wet de erken ning van openbaar nut hadden verkregen om de lijdenden, de zieken te verzorgen, zeggen, Maar nu nog eens even over andere zaken vervolgde de detective, die zooveel had uitgevorst als hij met moge lijkheid verwachten kon en nu niets lie ver verlangde dan weg te komen. Ik heb mij bedacht over die kamer boven. Uwe huurster daar is zeer arm zij heeft u wel niet betaald, maar zij komt mij toch eer lijk voor en daar moet gij medelijden meê hebben. Ik zal aan de jongens schrijven, dat zij zich beurt om beurt met dat ach terkamertje moeten behelpen. Zij zullen het wel doen, als ik zeg waarom het is en gij zult dan zeker ook nog wat geduld hebben met het arme schepsel en ze niet zoo in eens op straat zetten, niet waar Het was den schijnheiligen huichelaar juist niet zoo zeer te doen, om juffrouw Kelly medelijden met hare ongelukkige huurster in te boezemen, ma.ir hij hechte er veel waarde aan, dat hij hare woon plaats kende en vreesde zeer, dat zij, een maal door deze inhalige heks op straat gezet, voor goed zou verdwijnen of al thans slechts met groote moeite zou terug te vinden zijn op een oogenblik, dat hij haar het meeste noodig had. Geduld hebben, mijnheer hernam de vinnige huisvrouw. Mij dunkt, dat ik dat nog al een beetje gehad heb. Dat heb ik straks al tegen dat mensch zelf gezegd, die sprak er ook al van. Maar waar moet ik dan van leven met mijn man eri kin deren Ik heb, Goddank 1 mijn brood, de ouderlingen te onderhouden, de ver latene kinderen op te passen. Combes had geen geld om hunne hui zen te sluiten en den last op zich te nemen en daarom heeft hij ze oogenblikkelijk geduld 1 En daaruit durft de waarheidminnende geus uit Dendergalm besluiten dat de kloosters niet voor hun geloof zijn ver volgd. Of dit valsch is Zeker, geus en waar heid zijn twee vijanden, twee onverzoen lijke vijanden Kleine burgerij. De nationale commissie haar werk van onderzoek over den toestand der kleine burgerij geëin digd hebbende, is nu begonnen met het regelen en opsommen der aan de regee ring te doene voorstellen. Binnen kort zal zij eene reeks alge- meene vergadeiingen houden, om de verslagen der af leelingen te bespreken. Uw loflied weérgalme door hemel en aard, Uw loflied weérgalme met beden gepaard 1 O Jozel, die tijdens uw sterfelijk leven, Zoo nederig waart en te zaam zoo verheven, Wie meldt van uw deugden de schittrcnde pracht 1 Wie schildert uw grootheid f Wie peilt uwe macht Hoe vlekloos zij weze, de lelie der dalen, Kan Jozef, uw v'ek'ooze ziele niet malen De duif is, zij weze ook eenvoudig en zoet Een schaduwbeeld slechts van uw edel gemoed. O Jozef, van u zei de Vader Ik deelde Mijn rechten hem toe op den Zoon, die ik teelde. Dat Jezus op aarde gehoorzamend zij Aan Jozef, zooal» in den hemel aan mij. Van u zei de Zoon Ik bemin hem als Vader, 't Gehoorzaam aan hem niet een mensch [die mij nader En vaster aan 't hart ligt, dan Jozef, op aard, Na haar, die mij heeft aan de wereld gebaard. Van u zei de GeestIk beveel zijner trouwe, Mijn zuivere bruid, de gezegende vrouwe. Hij zij de beschermer der Bruid van den Heer Zijn deugd, zoo verheven, is waardig deze eer.» Van u zei de Paus In de tallooze rampen, Die jaren de Kerk en den Godsdienst bekampen. Verheffen wij hoopvol den blik tot den troon Van JozelHij weze de» Kerke Patroon O Jozef, Patroon van de Kerk u ontbreken Noch goedheid, noch machtO, aanhoor ons, [wij smeeken, Aanhoor ons,breng redding aan Pausdom en Kerk, En weze hun zegepraal, Jozef, uw werk. S. maar gij ziet toch zelf wel, dat ik niet in een positie ben om kamers voor niets te verhuren Brusel begreep, dat hij een verkeerde snaar had aangeroerd hij betuigde dan ook alles voimaakt goed in te zien en deed zijn best de schraapzuchtige huisvrouw tot bedaren te brengen. Ik zou alleen maar willen, dat gij haar nog een weinig tijd gaaft, vervolgde hij. Ik wil er wat onder verwedden, dat zij u alles zal betalen, zoodra zij weêr wat geld krijgt. Gij moet mij niet kwalijk nemen, dat ik mij met uwe zaken bemoei, maar ik zou zeggen dat komt terecht Zij schijnt familie te hebben, die haar helpt. Maar ik zeg nog eens, dat moet gij zelf weten, laten wij liever onze zaken afdoen. Wat zoudt gij vragen voor die kamers, met dat boven achter-kamertje, de voor kamer laten wij voorloopig rusten. Zooals men ziet, hield Brusel de rol, die hij eenmaal op zich ha.l genomen, tot het laatst toe vol en juist hierin toonde hij zijne groote kracht. Hij had te dik wijls opgemerkt, dat minder ervarenen dan hij, de een of andere vermomming in den aanvang uitstekend wisten vol te houden, maar op het laatste oogenblik alles bedierven, door zich te verraden of op zijn minst genomen een achterdocht te doen ontstaan, die hun al het gewon nen terrein per slot van rekening weder deed verliezen. Tom Brusel was een te Het Jeneverglaasje. Al ben ik broos en klein Mijn nat zit vol venijn Ik jaag den vrede uit 't huis En breng er menig kruis Hij die mij mint, Wordt totaal blind En zot En bot. Venijn Klok Klok Klok Venijn Slok op slok Brengt geen eiers op het hok Het brengt hier pot en pan aan scherven; Ik help het lichaam aan 't bederven Ik doe mijn klant vroegtijdig sterven. Land- en Tuinbouw. Tegen botervervalsching. Een gemakkelijk middel om te onderzoeken of boter vervalscht is, is het volgende Men doet een stuk boter in een flesch, welke men te voren weegt, en giet er water op, en laat dit nu op een warme plaats staan, totdat de boter is gesmolten. Hierop sluit men de flesch met een kurk, zet ze omgekeerd in een bekken met in water en laat alles zoolang koud worden, totdat de boter weer geheel stijf is. Hierna ontkurkt men de flesch en weegt de overgebleven boter, welke slechts i/5 of 1/6 gedeelte mag hebben verloren om goed te zijn. Om te weten, of de boter met aardappelen of meel, de gewone vervalschingsstoffen, vermengd is, laat men de afgeloopen vloeistof kokend heet worden en na koud gewor den te zijn, giet men er een jodium-oplos- sing bij. Neemt het water een blauwe of violetkleur aan,dan is de boter vervalscht. Om eindelijk te onderzoeken of boter kunstmatig geel geverfd is, kan men daaraan zien,dat het water een gele kleur aanneemt, en bij echte boter niet. Bestrijding van ratten en muizen. De Fransche regeering heeft in over leg met de Kamers besloten 295,000 fr. beschikbaar te stellen voor de bestrijding der ratten en muizen die geacht worden aan den landbouw in Frankrijk eene schade van 200 millioen jaarlijks te be rokkenen. oude vos, om zich op die manier te laten vangen. Juffrouw Kelly had intusschen een oogenblik bij zichzelve nagerekend. Ja, ziet gij begon zij, de beneden kamer met de slaapkamer komt op tien gulden per week met inbegrip van ontbijt en bediening, de kamer boven, reken ik op de helft. Ik bedoel de achterkamer, die van juffrouw Stanley is zeven gulden vijftig. Voor dezen stand is dat volstrekt niet te duur geloof ik Volstrekt niet 1 antwoordde Brusel, raet een onverstoorbaar gelaat, hoewel hij zich inwendig over de onbeschaamdheid, waarmcè zij zulk een ongehoorden prijs durfde vragen, verbaasde. Het is zoo on geveer hetgeen de jongens dachten te be steden. Ik ben er wel toe genegen, juf frouw, om de kamers te huren, maar on der voorwaarde, dat jufvrouw Stanley daardoor geen overlast zal worden aan gedaan. Als dat gebeurde, zou het voor mijn geweten zijn alsof ik er de oorzaak van was geweest en dan zie ik er nog lie ver geheel en al van af Zoudt gij er iets tegen hebben, mij de voorkeur te geven voor twee dagen, den tijd dien ik noodig heb om te schrijven en antwoord te krij gen De juffrouw had er volstrekt niets te- gea. Heel goed 1 Ik houd van goede af spraken in zulke soort van zaken dat is Men zal daartoe gebruik maken van het preparaat van dr Denysz, van het instituut Pasteur, waarmeé stukjes brood en graankorrels worden gedrenkt. De ratten zorgen dan zelf voor ver spreiding van de smetstof. Het virus van Denysz wordt ongevaar lijk geacht voor de huisdieren en voor het wild. Deze methode werd in 190s ook te Odessa toegepast tijdens het heerschen van de pest aldaar, onder leiding van geneeskundigen en volgens meêdeeling van dr Deatropkof, overste van het bacte riologisch instituut te Odessa, met uit stekend gevolg. STAD AALST. De groote Prijskamp voor (Paaschmarkt,) zal plaats hebben op Zaterdag i5 April igo5. Talrijke premiën zullen als gewoonlijk uitgeloofd worden. Een ernstig woord van Roosevelt. Den i5n dezer had te New-York het Con gres der Moeders plaats de President der Vereenigde-Staten was daar, en hij sprak eene merkweerdige redevoering uit. Onder andere zegde hij a De man of de vrouw die met opzet het opperste geluk verstooten dat kinde ren aanbrengen die dit doen uit eigen baatzucht, of uit vrijwillige miskenning van wat in de maatschappij prijs heeft die man of die vrouw zijn zooveel misprijzen en verachting waard als een soldaat die van het slagveld vlucht, of als een mensch die weigert te werken tot het behoud der zijnen. 't Is aan het bestaan van zulke vrouw dat men de vermindering der families op sommige plaatsen, en de vermenigvuldi ging der echtbreuken te danken heeft, 't Is een ongeluk voor de maatschappij, eene hedreiging tegen den huiselijken haard, eene aanhitsing tot zedeloosheid, een ongeluk voor het mansvolk, en een nog akeliger ongeluk voor de vrouw. Die man zou waarlijk niet welkom zijn bij sommige liberale voorstanders der volksbeperking. Nochtans zij weten wat <'e ongelukkige theorie Niet te veel volk in huist van het ellendige ontvolkte Frankrijk gemaakt heeft... dus laat eens zien... tot Vrijdag, om a uren juist. Maar ik geloof u te kunnen verzekeren, dat gij wel eerder van mij hooren zult 1 Niet weinig tevreden met de inlichtin gen, die hij had weten te verkrijgen, ver liet de detectieve de Georgestraat zoo snel hij kon. Het was evenwel niet naar zijn vriend Power, die hem zooals wij weten, op zijne kamer zou blijven wachten, dat hij zich zoo haastig voortspoedde. Inte gendeel, hij ging een geheel anderen kant uit, sprong in een omnibus, die achter hem kwam en liet zich naar het hem zoo welbekende Scotland-Yard terugvoeren. Niet ver van dit gebouw liet hij stil houden, stapte uit en liep de reeds door ons beschreven poort door en het daar achter gelegen reusachtig gebouw binnen. Een doolhof van gangen en trappen, waarin een vreemdeling ongetwijfeld ver dwaald zou zijn, maar hetwelk hij met de zekerheid van een oud bediende met vlug gen stap doorliep, bracht hem weldra aan het hoofdbureel van de afdeeling, die hij zocht. Zonder aan den overste of de andere beambten, die er werkzaam waren, iets te vragen, stormde hij na een korten, haas tigen groet op eene kas aan, die in ver scheidene vakken was afgedeeld, schier alle met papieren gevuld en begon de leste haastig, hoewel zorgvuldig te door zoeken. (Wordt voortgezet).

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1905 | | pagina 1