Zondag 17 September 1905 5 centiemen per nummer 368te Jaar 55% Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst. GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. Onze wet op de arbeidsongevallen. DE Zwarte Bedelaar. Vlaamsch Congres. Uit Lede. DE DENDERBODE. Pit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee- kening van den volgendon dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frankmet den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden fr. 1-75 voor dry maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont vangen zjjn ten laste van den schuldenasr. Men schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat. Nr 31, en in alle Postkantoren des Lands. CHIQUE SHinH. Per drukregel. Gewone 16 centiemenReklamen fr. 1-00 Vonnissen op 3*" bladzijde 60 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Nota rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele ven dit blad. AALST, 16 SEPTEMBER ipo5 Een dwaas en leugenachtig artikel van hetLaatste Nieuws noopt ons op de vraag terug te komen en het artikel Een nieuw voorrecht voor de kloosters te weêrleggen. Wij hebben reeds vastgesteld dat men in de bureelen van dit blad de ongevallenwet niet kent of dat men er zoo bekrompen is moedwillig de bepalingen en de draagwijdte der wet te verdraaien om het volk tegen het werk onzer Catho- lieke Regeering te kunnen ophitsen. Waarlijk dit artikel doet eer aan zyne voorgaande en is, lijk de andere, eene aaneenschakeling van dwaas heden en domme streken van 't begin tot het einde. De titel reeds is eene schelmerij,want de wet op de werkongevallen kent geene uitzondering. De wet is daar en van de tribunalen hangt het voor taan af te beslissen op wie zy toepas selijk is of niet. Zou men het in de bureelen van het Brusselsch blad zoover drijven onze Tribunalen te durven verdenken van partijdigheid tegenover de kloosters Als het zoo is, dat men toch vrij en stout spreke Nu ter zake. Er wordt in dat artikel gezegd dat de boeren gebeten zijn omdat zij ver plicht worden hun werkvolk te ver zekeren. Dat is niet juist. De wet verplicht niemand zich te verzekeren. Al de nyveraars op wie de wet toepasselijk is, mogen hun eigen verzekeraar blijven. Het is dus volkomen valsch vooruit te zetten dat de boeren verplicht zyn hen te ver zekeren. Dat is voorzichtig van hunnen 't we- ge.maar verplichting bestaat er niet. Velen, byna iedereen, zyn verzekerd tegen brand toch is er geen wet welke het oplegt. Men doet het omdat het voordeelig is. De manchesteriaansche geus legt in den mond der boeren woorden welke het princiep zelf der schadeherstelling aanvallen. Moeten wij daaruit be sluiten dat zij de wet zullen afschaffen als zij eens meester worden Ziet, dat zouden de werklieden wel mogen we ten. Wij zouden dit ter overweging geven aan de socialisten die, uit loutere godsdiensthaat, met die onverbeterlijke vijanden van alle wettelijke sociale hervorming willen samen loopen om het Ministerie, dat zoo vele goede din gen tot stand bracht, omver te krijgen. Onze geus spreekt van heirkracht. Waar heirkracht bestaat in niet te 4* vervolg. Mijnheer de Carral, hernam de markiezin, hem met haren ijskonden blik metende, ik wist niet dat gij zulk een ge voelig hart bezat... is dat alles wat gij gedaan hebt Hij is zoo jong mompelde de mu lat, en zoo goed Mevrouw de Rumbrye maakte een ge baar van vadsige verveling, daarna voeg de zij hem, half geeuwende, de volgende woorden toe Gij raaskalt, mijn jongen I Laat ons verstandig spreken, als het u belieft. Ik had u een bevel gegeven gij hebt het slechts ten halve uitgevoerd. Dat is zeer gevaarlijk, weet gij dat wel gelijk voor mij, gevaarlijk vooral voor u. Ik weet dat ik u toebehoor, meeste res mijn onwetendheid en mijn hoog moed hebben mij tot uw slaaf gemaakt en zelfs meer dan of wij ons niet in een land bevonden, waar geen slavernij be staat. Ik heb een nutteloos bedrog ge pleegd, ik heb mijne afkomst verloo chend, ik heb mij met een adellijken saam opgepronkt, om afgunst in te boe voorziene gevallen, moet verantwoor delijkheid uitgesloten blijven. Denkt die schrijver dan dat er heir kracht bestaat in ieder ongeval waar geen bepaalde schuld bestaat Wat ge dacht maakt die blauwe held zich dan toch van heirkracht Of kent hij de beteekenis van het woord De wet is op de kloosters niet toepas selijk, beweert het Laatste Nieuws», en nochtans zij zijn handelaars enz. enz. aanval in regel op de kloosters, ge- liefdkoosd vreetmaal voor de Jaco- bijnen Arme geus Als er in de kloosters werken ver richt worden welke in art. 2 opgesomd worden ol onder dezes bepalingen val len, wat dan Dat werk kan verricht worden uit sluitend door kloosterlingen, dan is de wet niet toepasselijk, omdat de kloos terlingen geen werklieden, maar onderlinge geassocieerden zyn. Dat werk is een associatie. Nu op die werksoorten is de wet niet toepasselyk, omdat de eene baas de andere niet verzekeren moet. Dat is de reden waarom de visschers van Oos- stende, bijv. niet onder de wet vallen, lijk wij het vroeger hadden geloofd, niet vermoedende dat zij een associatie vormden. De leden eener associatie vallen dus allen buiten de wet en er kan van voorrecht voor de kloosters hier geen spraak zijn. Zij volgen den algemeenen regel. Moest nu een kloosterling door een ongeval getroffen worden, dan blijft hij in het klooster, wordt er verzorgd en verpleegd en leeft ten laste van de ge meenschap. Men ziet dat de associatie der kloosterlingen de broederlijkheid en de onderlinge verzekering teene- maal op zich neemt. Wat wil men meer En moesten er leeken als werklieden gebruikt worden, dan is op die de ongevallenwet toepasselijk, lijk zij het voor iedereen is, in dezelfde voorwaar den, alhoewel de burgerlijke verper soonlijking aan kloostergemeenschap pen is ontzegd. Dat verandert er geen zier aan. Tus- schen den werkman en den overste van het klooster of zijnen zaakgelastigde welke den werkman aannam bestaat er een werkcontrakt. Dus heeft men een verantwoordelijk persoon. Het was onze geus niet te doen eene kwestie van recht op te lossen daaraan heeft hij niet gedacht. Hij heeft alleen lijk de zaak gebruikt om wat stof te heb ben om op de kloosterlingen te vallen, om de kloosters te lasteren en ze aan onze bevolking hatelijk temaken. Hij wilde gelegenheid hebben om van de rijkdommen der kloosters te spreken, hunne hebzucht te doen uitschijnen en al het kwaad en nadeel dat zij zooge- zemen na zoolang medelijden ingeboe zemd te hebben. Ik kende niets van Eu ropa. Ik gelooide niet dat hier, evenals ginds in de Antillen, de kleurling een door allen gevloekt wezen was, een ellen dige hansworst, een paria Ik bedroog mij gij wist het en toch liet gij mij be gaan. Ik herinner mij nog uw glimlach, toen gij mijne gedaanteverwisseling ont- dektet... Gij hadt gelijk te glimlachen, meesteres, want de dwaasheid gaf u een slaaf weder een slaaf, dien do men- schelijke wetten voortaan niet meer vrij konden maken. En dat alles voor niets merkte me vrouw de Rumbrye met een kwaadaardi- gen lach aan. Te Parijs zijn de halve ne gers in de mode. Het is honderdmaal beter een echte mulat dan een valsche burggraaf te zijn; gij hebt eene ongeluk kige speculatie gedaan, mijn arme Nar cissus Steeds dien naam 1 riep deze asch- grauw van toorn uit. Vergeet gij dan dat op den dag, waarop ik weder Narcissus zou worden, gij alle macht op mij zoudt verliezen Dat is waar, vriend Carral, en ik heb u te veel noodig om mij aan het ge vaar van dat verlies bloot te stellen maar gij zijt waarlijk welsprekend geworden, weet ge dat wel Ga met uw toespraak voort, als gij er plezier in hebt. De mulat rilde bij dien bijtenden toon. zegd ons volk aandoen. Dat alles is lasterlijk en overdreven. Het is dus weer wat slijk dat een verstokte geus, verblind door zijnen godsdienst haat, op de godsdienstige instellingen werpt, 't Is het gewoon geuzenthema, hun geliefkoosd middel dat zij gebruiken om hier ook den hoorn der kerkvervolging te kunnen blazen zonder onze vrijheidsgezinde en verdraagzame bevolking voor de ver drukte te zien opvliegen en in de bres springen. Dat zal niet gaan, heeren geuzen- Zoo is ons volk niet. Op Zaterdag 23 en Zondag 24 Sep tember zal te Aalst in het Stadhuis het Negende Vlaamsch, Natuur en Ge neeskundig Congres gehouden worden. De meest verschillende vraagstukken zullen daar behandeld worden, door liet puik onzer Vlaamsche geleerden. Natuur- en scheikunde, dier- en plan tenkunde, delfstof- en landbouwkunde, artsenijbereidkunde en geneeskunde zullen daar door de eerste mannen van het vak vertegenwoordigd zijn. Om een gedachte te geven van het belang dezer bijeenkomst, zij het ons genoeg de namen der geleerden op te noemen, die spreken zullen of hunne mededeelingen ingezonden hebben. Op het Voorloopig Programma lezen wij de namen der Hoouleeraren G. Ver riest, van LeuvenDe Bruyne, Wa- steels, De Stella en Verstraeten van GentPaque, van Namen Rotgans en Treuh van Amsterdam Wenkelbach van Grouingen der Doctors Vande- velde, Leperre, Van Haelst, Vernieuwe, Broeckaert en Remouchamps van Gent; Boonroy, Sano, De Keersmaecker, Allaeys, Van de Perre en Gunzburg van Antwerpen Lauwers, Van den Berghe en Depla van Kortrijk Van Erp, Taal man, Kip van Arnhem Mets van Lier; Peeters en Meeus van Gheel De Buk van Froidmond Ruyssen van Sley- dinge Van den Bulcke van Veurne De Keyser en Goppez van Brussel Vermeersch van Lichtervelde Bau- wens van Aalst; Rupprecht van Brugge; der Apothekers Schoepp van Maas tricht van Schoor en Hendrix van Antwerpen der Landbouwkundigen Miserez van Aalst en Scheirlinck van Ophasseltvan den kruidkundige De Galuwe en den ingenieur Fabri van Gent, enz. In de algemeene vergadering zal het belangrijk vraagstuk van het. drink water, ingeleid door Dr Vandevelde, verder besproken worden door Dr Is. Bauwens. Eene redewisseling zal over deze gewichtige zaak plaatsgrijpen on der de geleerde leden van het Congres. Zelden of nooit zag onze Stad zulk een vereeniging van wetenschappelijk Hij hernam op een meer afgemeten toon, waarin een zekere bedreiging opgesloten lag Ik ben op uwe plantage geboren, meesteres, de vrijheid is gekomen voor mij gelijk voor allen ik heb er afstand van gedaan ik heb mij opnieuw ver kocht voor een vooraf vastgestelde som... maar de slaven komen soms in opstand, wees voorzichtig De markiezin richtte haar hoofd half op ditmaal doorstond de mulat dapper haar blik. Verstout gij u tegen mij te willen strijden vroeg mevrouw de Rumbrye, zonder hare achtelooze onverschilligheid te laten varen. Carral antwoordde Vraag mij iets wat ik doen kan... Ik wil Xavier niet in het verderf storten. Gij wilt niet sprak de markiezin op elk woord drukkend, terwijl hare oogen een vuurstraal schoten. Carral was gewoon het onderspit te delvenReeds streed hij niet meer dan om den vorm. Meesteres, zeide hij, nog eenmaal, ik smeek het u, heb medelijden met hem 1 Hij is twee en twintig jaar, zijn hart is grootmoedig, hij kent geen kwaad... Genoeg I viel de markiezin hem scherp in de rede. Men zou zeggen, mijn heer Carral, dat gij mijn geduld op de proef wilt stellen gij hebt gezegd ik wil, en wat weet ik nog al meer Gij zijt gevormde mannen. Wie van geeste lijke ontwikkeling houdt, zal in hunne vergaderingen nuttige en aangename u?en doorbrengen. Uit ganscher harte wfenschen wij de heeren Congresleden welkom en geluk Schikkingen. Zaterdag, 23 Sept., in het Stadhuis 1) Te 17 uren Wel komstgroet en eerewijn aangeboden door door de Stadsoverheid. Eerste algemeene vergadering Voordracht van Prof. Dr G. VerriestDe Huma niora en de Medische Opleiding. 2) Te 20 uren Muziekfeest den Con gresleden aangeboden. Zondag, 24 Sept., in het Stadhuis 1) Te 9 en te 15 uren Afdeelingvergaderingen. Te 14 l/t uren Tweede algemeene ver gadering. 2) Te 17 iji uren Feest maal.— Maandag, 25 September Kos- telooze reis naar de waterleidingswer- ken van Spontin. Het dagbet in het Oosten I Deze kreet, opgeweld uit het gloed volle hert van eenen onzer vurigste en verdienstelijkste Vlaamsche dichters en waarmede hij de heropbeuring zijner geliefde moedertaal begroette, schijnt hier te Lede ook op het gebied der kunst weerklank gevonden te heb ben. Ja, er komt licht van den Leedschen kunst,hemel Lede heeft dezen zomer getoond wat taaie ijver en broederlijke eendracht vermogen. Vol moed en wilskracht heeft het den ouden, al te gemakkelij- ken slenter van het zoete nietsdoen en het vadsige laat maar gaan afgeschud. Het heeft begrepen dal rust roest, dat niet vooruitgaan noodzakelijk achter uitkruipen is, en het heeft zich .moedig opgewerkt uit het stof waarin het sinds jaren begraven lag. Dank aan de welwillende bescher ming en vaderlijke aanmoediging van zijn geacht Burgerhoofd, den heer Jozef Moens, dank aan den onverpoos den iever en zelfopoffering van twee Leedsche burgerszonen, de heeren Van Zandycke en De Craecker, wederzijds bestuurders der plaatselijke harmonie en der zangmaatschappij Hand in Hand dank ook aan de jeugdige wilskracht der leden van voornoemde maatschappijen, heeft onze gemeente dezen zomer op weerdige wijze de ver jaring onzer nationale onafhankelijk heid kunnen vieren. Eiken Zaterdag avond werd er ter marktplaats beurtelings door eene der maatschappijen een concert gegeven dat telkens door het aanheffen van het vaderlandsch lied werd gesloten. Dat deze concerten waarlijk in den smaak van het volk vielen zulks getui gen de aanwezegheid van velen onzer medeburgers en het daverend handge klap dat de uitgevoerde muziekstukken en koren begroette. in de hoogste mate onbeschaamd geweest vriend. Meesteres Zwijg Met drift schopte de markiezin het bankje ter zijde, en plaatste zich vlak voor Carral, die, haar gewonen en zegevieren den invloed ondergaande, begon te sid deren en achteruit deinsde. Gij ziet wel, dat gij bevreesd zijt, mulat voegde mevrouw de Rumbrye hem met verpletterende minachting toe, hazenhart, negergebroed gij gelijkt slechts op de mannen van Europa door een ellendige ijdelheid die hun trots na&apt. Gij behoort mij toe, gij hebt het gezegd de waarheid in alles Als ik op die slavernij reken, dan is het niet omdat gij tot dat zwarte vee behoort, hetwelk krachtens de vroegere wet mijn eigendom was, maar omdat gij een beschaafde Con- goneger zijt Het is omdat gij meer voor de bespotting dan voor de schande vreest. O ik waag niets met mijn hiel op uw hoofd te zetten. Het is voor u te laat om met de nieuwe gedachten uw voordeel te doen en u te hullen in den hoogmoed van uwen oorsprcnkelijken staatNeger, gij hebt u zeiven blank gemaakt 1 Be proef het op uwe schreden terug te kee- ren, ik tart er u toe, gij zijt veroordeeld Gij moet Juan de Carral blijven op straffe van door allen uitgelachen, bespot en beschimpt te worden.... En die bijval is meer dan verdiend. Immers, tusschen onze harmonie van over twee, driejaren en die van heden is er geene vergelijking mogelijk. Zoo sukkelachtig en vervallen zij dan was, zoo jong en frisch is zij nu. Dank aan de talentvolle leiding van haren be kwamen en werkzamen Bestuurder die van zijne muziekanten niet enkel muzieklezers maar ook muziekmin naars heeft weten te maken, staat zij thans op goeden voet en mag zij hoop vol de toekomst inblikken. Wat de zangvereeniging Hand in Hand betreft, de schoone stukken uit haar repertorium, met zóóveel gevoel en overtuiging uitgevoerd, leveren ons het treflendste bewisdat zij in bloei en ontwikkeling voor hare oudere zuster niet moet onderdoen. Hier was de te overwinnen moeielijkheid groot ver mits de leden, op eenige zeldzame uit zonderingen na, de muziek onmachtig zijn daarom ook is de verkregen uit slag zooveel te eervoller en die eer komt bijzonderlijk haren onvermoeibaren Bestuurder toe. Om nu op schitterende wijze de reeks concerten van het afgeloopen jaar te sluiten hebben beide maatschappijen besloten gezamentlijk. en dit ter gele genheid der aanstaande Kermis (23 en 24 September) eene gelegenheidscantate voor gemengd koor en orkest uit te voeren. Woorden en muziek er van zijn door eigen volk geleverd (1) en gansch oorspronkelijk. De herhalingen zijn reeds volop aan gang en alles doet voor zien dat de uivoering er van overheer lijk zal wezen. Ziedaar wat wilskracht en eendracht vermogen Ook verwachten de Lede naren, en dit met reden, eenen welver dienden bijval van wege hunne buren ter belooning van hunne moeite en ijver. LEVE LEDE a Edw. Van Zandycke, woorden Ditjes en datjes. Nog heeft Groene Pie de aarts- logenaar. de verheerlijker van het vuil zwijn Luther, de persoon of personen niet aangewezen die hem, in naam der Catholieken van 't Arrondissemt van Aalst, voorstellen deed of deden van verzoening en vrede en hem de tweede plaats op de lijst der Catholieke Candi- daten toezegde of toezegden. G'hebt dus gelogen Groene Pie tot zelfs ter Volkskamer g'hebt het uit uwen duim gezogen g'hebt uw lijntje eens uitgeworpen om tc ondervinden of men u over dc kloof niet zou willen halen die u van de Catholieken scheidt.. Maar niente da fare Judas willen wij u niet ALS een catholieke priester of kloosterling wordt gestraft en onweer- dig geoordeeld 't priesterkleed te dra- Carral liet een dof gekreun hooren. terwijl de welluidende stem van de mar kiezin, scherp geworden als het gekras eener vijl, aldus voortging Gij zijt niet bevreesd, dat ik u zal aanklagen van eene misdaad of een eer loosheid, o neen I Gij zijt niet bevreesd dat ik van u zal zeggen die man is ge schandvlekt, zijn leven is voorbijgegaan in eerlooze handelingen zijne kleederen waren eertijds doortrokken van den stank der ellendige speelholen, waar hij zijne dagen en nachten verbraste... Gij vreest slechts dat ik u den een of anderen dag Narcissus of mulat zal noemen... Luister, ik doorzie u volkomen. Het is niet uit medelijden met Xavier, dat gij zyne zaak bepleittet. Het was om eene poging tot verzet te wagen, om te zien of het juk moeilijk af te schudden zou zijn... Ik verbeef u voor ditmaal, maar, geloof mij, het zal de laatste keer zijn. Terwijl zij zoo sprak, was de markiezin zoodanig van houding veranderd, dat men haar bijna niet gekend zou hebben. Haar hoofd had zich recht en fier opge richt hare wenkbrauwen waren scherp en hoekig geteekend en hadden alle zacht heid verloren en een diepe voor door ploegde. haar anders zoo glad voorhoofd. Alles in haar ondersteunde de onver biddelijke en plotselinge uiting van baren ijzeren wil. Maar nauwelijks had zij de laatste gen, ofwel, vrijwillig de leap over de haag werpt dan wordt hij door de libe ralen en socialisten vereerd als een afgod. De ieverigste, de voorbeeldigste onder de R. C. Priesters wordt door de libe ralen en socialisten beleedigd, gehoond versmaad en gelasterd terwijl den apos taat geloofd, geprezen en geeord wordt. Een priester welken de liberalen en socialisten vervloeken en verwenschen, welken zij voor boerenlummel. Iiemel- dragonder, domhoofd enz., uitschelden, zullen zij in een toonbeeld van geleerd heid, verstand, deugd herschapen, zoo dra hij als apostaat datgene versmaadt wat hij vroeger aankleefde en aanbad, en tegen den Godsdienst en tegen de geestelijke Overheid oorlog voert.... Donderdag avond is een meisje behoorende tot eene der achtbaarste fa- milien van Roubaix, mej. Martha Scors- sery, te Fransch-Lourdes op wonderba re wijze genezen geworden. Het meisje, 24 jaar oud, leed sedert meer dan drie jaren aan bloedarmoede en een noodlottigen afloop scheen niet lang meer te zullen uitblijven, toen het meisje dat altijd eene groote genegen heid voor O. L. V. van Lourdes betoond had, de toelating vroeg om de bedevaart naar Lourdes mede te maken. Eerst verzetten hare ouders zich daar tegen, ingezien haren zwakken toestand doch op haar aandringen werd eindelijk besloten dat zij zou medereizen. Na eene reis van achten twintig uren kwam zij te Lourdes aan, als eene doo- de zij was bewusteloos en men had zelfs te Poitiers reeds de terugreis wil len aanvaarden. Den avond der aan komst, te Lourdes werd zij in een klein rijtuigje geplaatst en op den doortocht, der processie gebracht. Daarna werd zij in de badplaats gebracht, doch haar toe stand verslechtte zichtbaar en de moe der van het meisje wilde kost wat kost tei'ug naar Roubaix. Doch de zieke smeekte nog wat te blijven en haar nog eenmaal naar de processie te brengen daar, zeide zij, zij aan God wilde vragen hare ouders tegen het verlies van hun kind te sterken. Het meisje werd alsdan naar den doortocht der processie gebracht. De eerste maal dat het Allerheiligste voor bij haar gedragen werd, scheen zij het niette bemerken, doch de tweede maal sprong zij schielijk op, knielde neder voor het Allerheiligste en na de zege ning ontvangen te hebben, viel zij wee- nend in de armen harer ontroerde moe der. Daarna volgde zij uit eigen bewe ging de processie tot in de kerk van den Rozenkrans. Het meisje ging daarna te voet naar het hotel terug, en zij die nog in geen driejaar vleesch genuttigd had at er met eenen goeden eetlust. Toen mej. Scorssery bij den terug keer te Bijsel aankwam, sprong zij heel verheugd uit liet rijtuig, en wierp zich in de armen harer familieleden welke haar ter statie afwachtten. woorden gesproken, of hare geweldig ge spannen spieren verslapten weder air door een tooverslag. Zij liet zich op de» zetel neder vallen en hernam hare acht* looze houding. Een oogenblik blies de machtelooz» woede van Carral hem de gedachte va» geweld in. Zijne handen openden ziek instinktmatig als om het zwakke schepsel te vermorzelen, dat hem onder hare voe ten vertrad. Hij durfde niet, en verplet onder het gewicht van zijne eigene zwakte, erkende bij zich overwonnen. Het was op bevel van de markiezin, dat Carral kennis had gemaakt met Xa vier. Vriendschapsbetrekkingen ontstaan spoedig in de wijk der studenten. Het had Carral geene moeite gekost de vriend schap van den jonkman te winnen, en hem zoo vertrouwelijk en goedhartig ziende had hij hem lief gekregen. Niettemin had mevrouw de Rumbruye hem op den bodem van zijn hart gezien toen zij zeide Het is niet uit medelijden met Xa vier, maar uit eigenbelang, dat gij zijne zaak bepleit. De mulat gevoelde ten hoogste eene zekere begeerte om zijn vriend te redden, terwijl hij van verlangen brandde om het juk af te schudden, dat hem zeiven drukte. (Wordt voortgezet).;^

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1905 | | pagina 1