Zondag 24 September 41H>3
mi" Jaar 3598
Zwarte Bedelaar.
5 centiemen per nummer
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst.
GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM
VADERLAND, TAAL, VRIJHEID.
Het recht
van eigendom.
D E
Aanvallen op
den Boerenbond.
Zondagrust.
De vacantieleergangen
van den Boerenbond.
Ditjes en datjes.
DE DENDERBODE
Pit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee-
keoing van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor
de Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
maanden fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving
eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont
vangen zyn ten laste van den schuldenaar.
Men schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat. Nr 31,
en in alle Postkantoren des Lands.
CUIQUE SUl'M.
Per drukregel. Gewone 15 centiemenReklamen fr. 1-00 Vonnissen op
3d* bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bü acccord.
Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Nota
rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag
in den voormiddag.
Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele v; n
dit blad.
AALST, 23 SEPTEMBER i?o5
Het recht van eigendom, ziedaar wat
de socialisten zouden willen afschaffen.
Alles moet den Staat behooren, leeren
zij. Het is de Staat die den eigenaar
worden moet van de koolmijnen, der
ijzermijnen, van de nijverheidgestich-
ten, der landbouwnijverheid, van de
ijzeren wegen, der vaarten, in een
woord van alles wat er bestaat.
Niemand andere dan de Staat mag
iets bezitten, i. a. w., de persoonlijke
eigendom dient afgeschaft te worden.
Wanneer eene instelling zoo gewel
dig wordt bevochten, wanneer de vijan
den onzer samenleving, zich geene
moeite sparen om aan 't volk wijs te
maken dat het recht van eigendom een
recht is dat zijn tijd heeft gehad, dat
verouderd is en nimmer aan de eischen
van den huidigen tijd beantwoord, dat
het moet verdwijnen en plaats maken
voor het collectivism, dan wordt het
plicht eenige grondregels te herinneren
die, alhoewel zij hoofdzakelijk zijn, op
onze dagen le zeer op het achterplan
worden geschoven.
De voornaamste opwerping der socia
listen luidt dus
Hel recht van eigendom beant-
woordt niet meer aan de eischen van
den huidigen lijd.
Waarlijk spijtig is 't voor hen dat
zij niets ernstiger kunnen inroepen.
Belachelijk is het zelfs wanneer de ge
schiedenis der volkeren van de eerste
tijden af, ons leert dat het recht van
eigendom overal en altijd heeft bestaan.
Overal heeft men den man ontmoet
eigenaar van zijne woonstede, in de
welke hij met vrouw en kinderen eene
kleine maatschappij vormt, huisgezin
geheeten die kleine samenlevingen
vormen op hare beurt volkstammen
welke zich gezamenlijk verdedigen lijk
ze gezamenlijk leven.
Het recht van eigendom wordt niet
bestatigd bij een enkel volk, maar het
beslaat bij alle volkeren der"- aarde,
zoowel bij de onbeschaafdsten als bij
dezen die sedert eeuwen de weldaden
der beschaving genieten. Dit recht is
zoowel aan onze Congoleesche broeders
als aan do verfijnde Europeanen be
kend.
Wanneer dus een recht de eeuwen
door werd geëerbiedigd en door alle
volkeren erkend dan kan men onmoge
lijk betwisten dat het op vasten grond
vesten is gebouwd en het noodzakelijk
een grondbeginsel der samenleving
moet zijn.
Maar, hooren wij de socialisten roe
pen, de eigendom is eene onrechtmatige
toeëigening, eigendom is diefstal, lijk
5* vervolg.
De lezer vergisse er zich niet in dat
juk drukte hem inderdaad verpletterend.
Carral had namelijk tegen Xavier gelo
gen toen hij hem zeide, dat hij arm was.
Hetzij de markiezin de Rumbrye hem
betaalde, hetzij hij goede vruchten over-
gegaard had van zijne vroegere specula-
tiën, hij voerde in de wereld een fatsoen
lijken staat overeenkomstig zijn voorge
wende afkomst. Hij had zich zeiven een
weg gebaand.
Hij was geen onbekende meer, die wei
felt tusschen een geruste vergetelheid en
gevaarlijke aanneming van een valschen
naam, hij was een edelman of ging daar
voor door, hetgeen op hetzelfde neêr-
komt, als men geen a vooroordeelen
heeft.
Echte edellieden zijn voor het alge
meen sterk aan hunnen adeldom gehecht,
hoe groot moet dan niet de vasthouden-
heid der verdichte edellieden zijn
Hierbij komt nog, dat ontmaskerde
jferdiebte edellieden weder burger wor
de socialisten het met Prondhon bewe
ren.
Onderzoeken wij eens deze bewering.
Vooreerst zullen wij doen opmerken
dat het voorzeker van een zeker eigen
dom niet kan gezegd worden en dit
wel van den eigendom onzer natuur
lijke krachten en begaafdheden.
Immers mijn verstand, mijne oogen,
mijn spreekvorm ogen, mijne handen,
mijne voeten zijn wel mijn eigendom.
Tezelfdertijd zalmen ook moeten be
kennen dat die natuurlijke krachten en
begaafdheden niet alleman in de zelfde
maat worden geschonken. Deze inder
daad is sterk begaafd, geene is hek rom
pen van geest; de eene heeft gezondheid
te koop, de andere verkwijnt door
ziekelijkheid.
De natuurlijke krachten stellen dus
een eersten eigendom daar, die onver
deelbaar is uit zijne natuur.
Welk gebruik zal de mensch maken
van deze krachten. Werken moet hij,
't is de wil Gods. 't Is door den arbeid
dat de mensch voorzien moet in 'tgene
hij noodig heeft om te leven en 't is
door den arbeid dat hij den overvloed
heeft bekomen dien hij bezit.
Dus de arbeid is de tweede bron des
eigendoms. Nu, zooals wij liooger deden
uitschijnen, bezit de mensch een eerste
eigendom in zich zeiven, hij bezit een
tweeden die niet min geheiligd is dan
de eerste, de geheele voortbrengst zijns
arbeids. De samenleving heeft het
grootste belang dezen eigendom te
waarborgen, want zonder deze waar
borg kon er geen arbeid bestaan.
Zonder arbeid zal er noch vooruit
gang, noch beschaving, noch hetnoodige
zijn, en zal men naar de armoede, de
bandieterij, de barbaarscheid der eerste
tijden terugkeeren.
De eigendom berust dus op den
arbeid 't is door den arbeid dat de
eigendom een geheiligd recht wordt.
Men onderzoeke den oorsprong der
groote fortuinen en men zal bestaligen
dat zij in overgroote meerderheid dooi
den arbeid zijn verkregen geweest en
door den arbeid behouden worden.
Moesten de bezitters dezer rijkdommen
verzuimen te werken, weldra zal men
hunnen ondergang kunnen vaststellen
en nogmaals ondervinden dat de arbeid
de bron is van den eigendom
Al onze Vlaamsche provinciën houden
er aan, naar het voorbeeld van Limburg,
krachtdadig en openbaar verzet aan te
teekenen tegen de aanvallen gericht
tegen onze hoofdmannen en de aandeel
houders der Vennootschap.
Het zijn bewyzen te meer dat al dat
gesclireeuw en geschrijf voor gevolg
beeft de banden van verkleefdheid en
toegenegenheid tusschen de Boerenbon
den men drijft eenige dagen den spot
met hen, daarna worden zij vergeten.
Maar weder de zoon van een neger te
worden, dien schoonklinkenden naam
Narcissus dat was een onmogelijk iets
vooral als men daarbij met de verbazende
en kinderachtige ijdelheid der kleurlingen
rekening houdt.
Er ontstond tusschen de beide sprekers
eene langdurige stilte, welke Carral, zijn
wrok onder een gehuichelde onderdanig
heid verbergende, ten laatste verbrak met
de woorden
Meesteres, ik heb ongelijk gehad
en ik heb berouw. In het vervolg zal ik
u zonder tegenstreven gehoorzamen.
Laat ons er niet meer over spreken,
antwoordde mevrouw de Rumbrye kort
af. Vertel mij de geschiedenis van onzen
jonkman.
Carral liet het zich geen tweemaal zeg
gen en verhaalde alles wat hij van Xavier
wist. De markiezin hoorde hem met de
grootste oplettendheid aan.
Een gevonden of een verloren kind
mompelde zij, toen hij gedaan had ik
twijfelde er aan, maar dat alles had ik
niet durven hopen.... Eenige Louis elke
maand, hem als eene aalmoes toi gewor
pen Eenige Louis waarvan hij de her
komst niet kan opgeven wij hebben
hem 1
Zij bleef een oogenblik voor zich sta
ren. Eindelijk ontwaakte zij uit hare
ders en het Bestuur nauwer toe te halen.
Ditmaal is het de beurt van Antwer
pen en Brabant.
Hier zijn het niet meer alleen de leden
van den Hoofd raad, maar eene heele
reeks vertegenwoordigers der Boeren-
gilden, die eenen omzendbrief gestuurd
hebben aan de gilden hunner weder-
zijdsclie provincie.
Een hunner had een zeer goed ge
dacht opgevat. Hij heeft gevraagd,
zoo er onder degenen die den omzend
brief wenschten te teekenen, mochten
zijn die nog eene of andere inlichting
verlangden, dat men hun de gelegen
heid zoude geven die te bekomen.
Dit is dan ook geschied. Er is eene
vergadering belegd waarop de volledig
ste uitleg over al wat de Naamlooze
Vennootschap en den Boerenbond aan
gaat nog eens aan de aanwezigen gege
ven is. De brandkas is voor hen open
gezet al de bewijsstukken zijn hun in
handen gegeven.'Zij hebben de boeken
der comptabiliteit nagezien, terwijl
hun de uitleg van alles gegeven werd
zoodat zij in der waarheid kunnen be
vestigen, niet alleen dat zij weten wat
cr van de zaken is, maar dat zij het met
eigen oogen gezien hebben. Aan vreem
den, aan tegenstrevers hebben wij het
recht te zeggen Het gaat u niet aan
hoe wij, Boerenbond en Boerengilden,
ondereen ons huishouden regelen wij
vragen u ook niet naar het uwe maar
onze leden mogen alles weten, tot het
laatste toe, wij hebben het reeds her
haaldelijk gezegd.
Hier volgt het betoog der provincie
Brabant
Aan den Heet' Deken dar Boercngilde,
Beste Gildebroeder
Uil politiek- of eigenbelang trachten
onze tegenstrevers door alle middelen
te doen gelooven, dat de Belgische Boe
renbond zijne Boerengilden uitbuit. En
z(j beschuldigen de aandeelhouders der
Aan- enVerkoopvennootschap en vooral
onze zoo verdienstelijke hoofdmannen,
de achtbare heeren Helleputte en Schol-
laert, van ongehoorde woekerij ten
nadeele van den Boerenstand.
Elkeen van u weet dat de landbouw,
vóór de inrichting van den Boerenbond,
eene groote crisis doorstond. God zij
gedankt, die crisis is voorbij, de land
bouw heeft een nieuw tijdstip van bloei
en welstand bekomen. En 't zijn de
verecnigde werkingen in den schoot
van den Boerenbond die er de eerste
oorzaak van zijn. En nu dat de boeren
door hun wijs beleg, door hunne ver-
eenigde pogingen in hunne christene
gilden dien bloeienden toestand te weeg
gebracht hebben, beschuldigt men ze
van zich te laten uitbuiten
Hoe kunnen die beschuldigers aan
onze eerbare stichters winstbejag ten
laste leggen Zij weten noch van verre
noch van nabij wat enkel het hoofd
bestuur van den Belgischen Boerenbond
aangaat. Wij, ondergeteekenden, zou-
overpeinzing, en hare oogen naar Carral
opslaande, vroeg zij hem scherp
Weet gij, waarom ik dien jonkman
ter zijde wil schuiven
Ik veroorloof mij niet de geheimen mij
ner goede meesteres uit te vorschen, ant
woordde Carral huichelachtig.
Ik had u scherpzinniger geacht. Die
Xavier durft aan de hand van freule de
Rumbrye denken.
Ik had vergeten het u te zeggen.
En raadt gij het overige niet
Carral poogde aan zijn gelaat eene uit
drukking van onwetendheid en nieuws
gierigheid te geven.
Helena de Rumbrye, hernam de mar
kiezin, is de eenige erfgename van mijn
echtgenoot en mijn echtgenoot bezit vijf
maal honderd duizend franks rente.
Een kolossaal vermogen riep de
mulat uit, wiens oogen van begeerlijk
heid schitterden.
De markieiin vervolgde
Alfred de zoon uit mijn eerste hu.
welijk, zou een veel grooter bezeten heb
ben indien Sint Domingo... Maar dat
alles is voorbij. Alfred bezit nu, ternau
wernood, een burgerlijk inkomen...
Ik begrijp u... een huwelijk
Juist, maar ik geloof werkelijk, dat die
preutsche Helena, dien Xavier meer op
gemerkt heeft dan noodig is. Daarbij
komt nog, dat mijnheer de Rumbrye, die
beweert door tusschenkomst van dien
der echter aandeelhouder te zijn. weten
wat er met de gelden en winsten ge
daan wordt Diensvolgens aanzien wij
het als eene gewetensplicht verzet aan
te teekenen tegen de laffe en valsche
aanvallen, waarvan onze zelfopoffe
rende geleiders, de redders van den
Boerenstand, liet voorwerp zijn.
Wij verklaren dus en bevestigen
voor hoog en laag, dat geen enkel aan
deelhouder, dus ook niet onze gevierde
hoofdmannen Helleputte en Schollaert.
meer dan 3 i/t ten honderd van zijn
gestort geld heeft opgetrokken, sedert
dat de Boerenbond ontstaan is. De aan
deelhouders van de vennootschap al te
samen hebben nooit meer dan 294 frank
's jaars onder malkander te verdeelen
gekregen en nooit kunnen zij meer
ontvangen zoo lang de Boerenhodd be
staat. En wat meer is, bij de ontbinding
der maatschappij kan niet een enkel
aandeelhouder eenen cent meer trekken
dan het bedrag der sommen die hij op
zijne aandeelen gestort heeft. Al de
overige winsten dienen voor de inrich
tingen en volstrekte noodwendigheden
van Boerenbond en Boerengilden. Dus
komen zij in den zak van de boeren te
recht.
En neemt ook wel in aandacht dat
onze aandeelhouders en vooral onze
hoofdmannen verantwoordelijk zijn, in
geval zicli een verlies voordoet.
Wij zijn van meening, geachte Heer
Deken, dat het hoogst wenschelijk, ja
noodzakelijk is, dit ons verzet en onzen
omzendbrief in uwe eerstkomende ver
gadering aan uwe geachte Gildebroe-
ders voor te lezen, opdat zij ingelicht
zouden wezen over den waren toestand
onzer inrichting, zoo dierbaar aan ons
christen boerenvolk.
Wij sluiten met den innigen wensch
dat al onze Brabantsche Gildebroeders,
even als die van al onze andere provin
ciën, uit oprechte dankbaarheid aan
gezet, zich meer dan ooit in onderling
vertrouwen scharen rond hunne hoofd
mannen, die altijd, spijts alle aanvallen
en tegenstreving, inde bres slaan om
met zooveel dapperheid en bekwaam
heid als onbaatzuchtigheid, met zooveel
christene naastenliefde en zelfopoffe
ring,de ware belangen van ons christen
hoerenvolk te verdedigen.
In afwachting van den genoeglijken
dag onzer toekomende jaarlijksche al-
gemeene vergadering, waarop wij in
een algemeen huldebetoog de erkente
lijkheid onzer herten zullen kunnen
lucht geven, bieden wij u, geachte Heer
Deken, onzen toegenegensten broeder-
groet, een waren christen boeregroet.
Volgen de handteekoningen.
Van 's middags tot middernacht eenige
dienstdoende Apotheker, op Zondag 24
September igo5, M. Callebaut, Boter
markt.
zelfden Xavier, tijdens de Honderd Da
gen aan een groot gevaar ontsnapt te zijn,
een onverklaarbare genegenheid voor hem
opgevat heeft.
Dat is een ongelukkig toeval
Het zou dan ook eene dwaasheid
zijn de gewone middelen te willen aan
wenden om dien gehaten man te verwij
deren. De markies zou er zich tegen ver
zetten en mejuffrouw de Rumbrye zelve
zou het mij nooit vergeven... Men moet
de groote middelen te baat nemen...
Ik wacht uwe bevelen, zeide Carral.
Toen ik u hierheen zond, hernam
de markiezin, had ik mijn plan en ik
deelde het u in grove trekken mede. Ver
geet het, ik zie er van af.
Des te beter riep de mulat uit, een
armen jonkman langzamerhand losbandig
doen worden, hem voet voor voet volgen
om hem in het verderf te storten
Zwijg snauwde de markiezin hem
toe, gij zijt uiterst bespottelijk als gij de
zcdelessen wilt geven, arme Narcissus I
Mijn nieuw plan is oneindig beter en
zal slechts één avond noodig zijn oin het
te volvoeren en r.w deugdzaam gemoed
de markiezin drukte op dat woord
zal er, naar ik mij durf vleien, nit;stegen
weten in te brengen Let goed op, ik
begin...
Hier liet mevrouw de Rumbrye baar
sleepende Creoolsche uitspraak varen,
om den korten en stelligen toon aan te
Meer dan een heeft ongetwijfeld in
zijn zeiven gedacht, toen hij onze vacan
tieleergangen aangekondigd zag Ze
zijn nogal stout te Leuven zal dat wel
gelukken?De menschen moeten daar
vier, vijf dagen gaan verblijven en het
brengt eenige onkosten meè Te Mun-
chen-Gladbach worden zulke leergan
gen gegeven maar we zijn hier in
Duitschland niet.
Welnu, ja, de leergangen zijn gelukt.
Er waren tachtig inschrijvers is dat
niet wel voor den eersten keer En is
dat geen bewijs ten voordeele onzer
sociale werkers
Er waren onder de toehoorders pas
toors, onderpastoors, professors, eenige
seminaristen, een paar filosoven, een
paar studenten van de Hoogeschool,
kassiers van Raiffeisenkassen, mei kerk
bestuurders, secretarissen van vakver-
eenigingen, enz.
Al de Vlaamsche provinciën waren
vertegenwoordigd. Een pluimken \oor
Oost-Vlaanderen en West-Vlaanderen.
't Is klaar dat niet allen op al de les
sen aanwezig geweest zijn.
Na zulken uitslag mogen wij, dunkt
het ons, een ander jaar gerust herbe
ginnen, hetgeen wij dan ook, als 'tGod
belieft, hopen te doen.
't Is onze vaste overtuiging dat zulke
leergangen over de maatschappelijke
werken veel goed kunnen stichten.
Wij hebben natuurlijk niet in één
maal over al de inrichtingen kunnen
spreken 't heeft nu voornamelijk ge
gaan, buiten eenige algemeene sociale
begrippen, over de wetsbepalingen be
trekkelijk de voornaamste inrichtingen,
het boekhouden in 't algemeen, het
boekhouden in de Raittëisenkassen en
de melkerijen.
Wij hopen dat de inschrijvers ook
tevreden zullen geweest zijn. Zelfs zij
die niet in 't bijzonder met eene maat
schappij op den buiten bezig zijn, zullen
ook wel hun paart gevonden hebben in
den uitleg. Dan, de onkosten hébben
niet al te hoog geloopen. Het aange
name is ook met het nuttige gepaard
geweest.
Heel de vrije tijd is gezellig en nultig
gebruiktsociale weekers uit verschei
dene provinciën, die voor hetgeen hun
ne werken aangaat bijeenkomen zijn
aldra goede vrienden en hebben aan
elkaar veel te zeggen en van elkaar
veel te leeren. Ook de uitstappen naar
Ter Banck en naar de melkerijschool
van lieverlee zijn zoo leerrijk als aan
genaam geweest. Dan hebben wij twee
gezellige avonden, of liederavonden
gehad. Twee andere avonden zijn inge
nomen geweest door de voordrachten
met lichtbeelden van prof. Leplae die
ons eene heele reeks schadelijke insec
ten heeft getoond, alsook beelden be
trekkelijk bijzondere teelten in vreemde
landen en van prof. Frateur, die
over de vee- en paardenrassen in Enge
land heeft gehandeld.
Deze hoeren, alsook prof. Wagemans,
zijn wij dankbaar voor hunne dienst
willigheid: en wij bedanken al degenen
die tot het welgelukken dezer sociale
dagen bijgedragen hebben.
Onze dank ook aan al degenen die
naar onze lessen gekomon zijn en inzon
derheid aan E. E. H. Kannunik Nu ten,
algemeene bestuurder der maatschap
pelijke werken van het Aartsbisdom
E. H. Van Seynhaeve, algemeen be
stuurder der land bouwwerken van het
bisdom Brugge M. Moussel, bestuur
der van liet secretariaat der maatsch.
werken te Brussel.
Wij herhalen aan onze toehoorders
wat verscheidene ons toeriepen bij hun
vertrek Tot den naasten keer.
De Boer.
nemen, welke veel gepaster is als men
over zaken spreekt. Zij verklaarde hem
met de grootste helderheid en op ver
wonderlijk bevattelijke wijze een volledig
l>lan, dat de lezer wel zeer schandelijk
zal vinden als hij er mede bekend wordt,
maar hetwelk schitterend van de verdor
ven vindingrijkheid der markiezin ge
tuigde.
Carral hoorde zijne goede meesteres
aanvankelijk met eerbiedige aandacht
aan.
Naarmate zij voortging, kreeg de mu
lat, bevreesd over zulk een schranderheid,
sympathie voor een zoo voortreffelijk
samengesteld programma.
Hij slaakte van tijd tot tijd uitroepen
van bewondering.
Maar toen mevr. de Rumbrye zweeg,
raadpleegde Carral wel met zich zeiven,
overwoog de uitkomst en deinsde terug
voor de uitvoering.
Er waren in dien man nog eenige
spranken van goede gevoelens, die zijne
verdorvenheid niet geheel verstikt had.
Wat denkt gij daarvan vroeg de
markiezin na eene korte pauze.
Carral aarzelde.
Meesteres, sprak hij schroomvallig,
gij kunt niet van mij vorderen dat ik u in
zulk een schandelijk verraad behulpzaam
zij.
Wie heeft er u van gesproken om
mij te helpen riep mevrouw de Rum-
HET ROOKEN VAN KINDE
REN. Ter Engelscho stad Glasgow
hebben het gemeentebestuur en de
schoolraad een onderzoek ingesteld naar
den invloed van het rooken door kin
deren op hunne geestelijk ontwikke
ling.
Zij namen daarvoor eene der grootste
openbare scholen, en daarbij bleek dat
de kinderen, die als sterke rookers be
kend stonden, ook allen achter waren
in geestelijke ontwikkeling.
Naar aanleiding hiervan, hebben zij
door middel van de gezanten en con
suls, oen onderzoek ingesteld naar de
wetgeving in verschillende landen,
tegen het rooken door kinderen.
I11 de Vereenigde Staten is, in de
meeste Staten, het rooken aan kinderen
beneden zekeren leeftijd verboden.
In de Engelsche coloniën Tasmanië
en Prins Eduardeiland, is het verboden
aan kinderen beneden de 13 jaarin
Nieuw-Brunswijk, Nieuw Westelijk
Canada, Britscli Colombië en Kaapland
beneden de 16jaar; kortelings op de
Kanaal eilanden eu op het eiland Man,
onder de 14 jaar.
I11 Noorwegen kan het bij plaatselijke
verordening verboden worden aan
kinderen heneden de 15 jaar, doch de
gemeenten hebben van deze bevoegd
heid tot nu toe geen gebruik gemaakt.
In Oostenrijk is het rooken verboden
aan de leerlingen der lagere klassen
van de burgerlijke en militaire scholen,
doch meer als een maatregel van orde
dan van gezondheid.
In Duitschland wordt in de militaire
school het rooken aan de onder-ofllcie-
ren beperkt toegelaten, aan de cadetten
is het verboden.
In Spanje wordt ook zonder verbod
beneden den leeftijd van 15 jaar niet
gerookt.
In Portugal is het rooken aan boord
der schepen bij oefeningen strafbaar,
brye uit, wier lip zich minachtend
krulde...
Ik meende...
Gij vergist u. Ik bemoei mij met
niets gij moet geheel alleen handelen.
Bij die onverwachte mededeeling kon
de mulat zich niet inhouden.
Mijne rol was nog niet wreed ge
noeg I sprak hij met bitterheid gij acht
het noodig die door ongepaste scherts te
verzwaren. Welnu, mevrouw, al zoudt gij
mij al het kwaad aandoen, waartoe gij in
staat zijt, ik weiger En ditmaal, voor
goed
De markiezin stond met een zeer on
verschillig voorkomen op.
Vaarwel dan, mijn arme vriend,
sprak zij ik zal mij van een anderen
agent voorzien.
Zij ging voor den spiegel staan en
schikte met veel aandacht de plooien van
haar cachemiren sjaal.
Komt gij van avond niet ia het
hotel, Carral vroeg zij wij hebben een
soirée van goede vrienden.
Carral boog met een norsch gelaat het
hoofd en gaf geen antwoord.
Als gij komt, vervolgde de markie
zin, zal liet u niet berouwen. Ik ben van
plan mijn gasten op de geschiedenis van
den mulat Narcissus te onthalen.
Dat zult gij niet doen riep Carral
uit.
t (Wordt voortgezet).