Zondag 24 September 41H>3 mi" Jaar 3598 Zwarte Bedelaar. 5 centiemen per nummer Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst. GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. Het recht van eigendom. D E Aanvallen op den Boerenbond. Zondagrust. De vacantieleergangen van den Boerenbond. Ditjes en datjes. DE DENDERBODE Pit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee- keoing van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont vangen zyn ten laste van den schuldenaar. Men schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat. Nr 31, en in alle Postkantoren des Lands. CUIQUE SUl'M. Per drukregel. Gewone 15 centiemenReklamen fr. 1-00 Vonnissen op 3d* bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bü acccord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Nota rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele v; n dit blad. AALST, 23 SEPTEMBER i?o5 Het recht van eigendom, ziedaar wat de socialisten zouden willen afschaffen. Alles moet den Staat behooren, leeren zij. Het is de Staat die den eigenaar worden moet van de koolmijnen, der ijzermijnen, van de nijverheidgestich- ten, der landbouwnijverheid, van de ijzeren wegen, der vaarten, in een woord van alles wat er bestaat. Niemand andere dan de Staat mag iets bezitten, i. a. w., de persoonlijke eigendom dient afgeschaft te worden. Wanneer eene instelling zoo gewel dig wordt bevochten, wanneer de vijan den onzer samenleving, zich geene moeite sparen om aan 't volk wijs te maken dat het recht van eigendom een recht is dat zijn tijd heeft gehad, dat verouderd is en nimmer aan de eischen van den huidigen tijd beantwoord, dat het moet verdwijnen en plaats maken voor het collectivism, dan wordt het plicht eenige grondregels te herinneren die, alhoewel zij hoofdzakelijk zijn, op onze dagen le zeer op het achterplan worden geschoven. De voornaamste opwerping der socia listen luidt dus Hel recht van eigendom beant- woordt niet meer aan de eischen van den huidigen lijd. Waarlijk spijtig is 't voor hen dat zij niets ernstiger kunnen inroepen. Belachelijk is het zelfs wanneer de ge schiedenis der volkeren van de eerste tijden af, ons leert dat het recht van eigendom overal en altijd heeft bestaan. Overal heeft men den man ontmoet eigenaar van zijne woonstede, in de welke hij met vrouw en kinderen eene kleine maatschappij vormt, huisgezin geheeten die kleine samenlevingen vormen op hare beurt volkstammen welke zich gezamenlijk verdedigen lijk ze gezamenlijk leven. Het recht van eigendom wordt niet bestatigd bij een enkel volk, maar het beslaat bij alle volkeren der"- aarde, zoowel bij de onbeschaafdsten als bij dezen die sedert eeuwen de weldaden der beschaving genieten. Dit recht is zoowel aan onze Congoleesche broeders als aan do verfijnde Europeanen be kend. Wanneer dus een recht de eeuwen door werd geëerbiedigd en door alle volkeren erkend dan kan men onmoge lijk betwisten dat het op vasten grond vesten is gebouwd en het noodzakelijk een grondbeginsel der samenleving moet zijn. Maar, hooren wij de socialisten roe pen, de eigendom is eene onrechtmatige toeëigening, eigendom is diefstal, lijk 5* vervolg. De lezer vergisse er zich niet in dat juk drukte hem inderdaad verpletterend. Carral had namelijk tegen Xavier gelo gen toen hij hem zeide, dat hij arm was. Hetzij de markiezin de Rumbrye hem betaalde, hetzij hij goede vruchten over- gegaard had van zijne vroegere specula- tiën, hij voerde in de wereld een fatsoen lijken staat overeenkomstig zijn voorge wende afkomst. Hij had zich zeiven een weg gebaand. Hij was geen onbekende meer, die wei felt tusschen een geruste vergetelheid en gevaarlijke aanneming van een valschen naam, hij was een edelman of ging daar voor door, hetgeen op hetzelfde neêr- komt, als men geen a vooroordeelen heeft. Echte edellieden zijn voor het alge meen sterk aan hunnen adeldom gehecht, hoe groot moet dan niet de vasthouden- heid der verdichte edellieden zijn Hierbij komt nog, dat ontmaskerde jferdiebte edellieden weder burger wor de socialisten het met Prondhon bewe ren. Onderzoeken wij eens deze bewering. Vooreerst zullen wij doen opmerken dat het voorzeker van een zeker eigen dom niet kan gezegd worden en dit wel van den eigendom onzer natuur lijke krachten en begaafdheden. Immers mijn verstand, mijne oogen, mijn spreekvorm ogen, mijne handen, mijne voeten zijn wel mijn eigendom. Tezelfdertijd zalmen ook moeten be kennen dat die natuurlijke krachten en begaafdheden niet alleman in de zelfde maat worden geschonken. Deze inder daad is sterk begaafd, geene is hek rom pen van geest; de eene heeft gezondheid te koop, de andere verkwijnt door ziekelijkheid. De natuurlijke krachten stellen dus een eersten eigendom daar, die onver deelbaar is uit zijne natuur. Welk gebruik zal de mensch maken van deze krachten. Werken moet hij, 't is de wil Gods. 't Is door den arbeid dat de mensch voorzien moet in 'tgene hij noodig heeft om te leven en 't is door den arbeid dat hij den overvloed heeft bekomen dien hij bezit. Dus de arbeid is de tweede bron des eigendoms. Nu, zooals wij liooger deden uitschijnen, bezit de mensch een eerste eigendom in zich zeiven, hij bezit een tweeden die niet min geheiligd is dan de eerste, de geheele voortbrengst zijns arbeids. De samenleving heeft het grootste belang dezen eigendom te waarborgen, want zonder deze waar borg kon er geen arbeid bestaan. Zonder arbeid zal er noch vooruit gang, noch beschaving, noch hetnoodige zijn, en zal men naar de armoede, de bandieterij, de barbaarscheid der eerste tijden terugkeeren. De eigendom berust dus op den arbeid 't is door den arbeid dat de eigendom een geheiligd recht wordt. Men onderzoeke den oorsprong der groote fortuinen en men zal bestaligen dat zij in overgroote meerderheid dooi den arbeid zijn verkregen geweest en door den arbeid behouden worden. Moesten de bezitters dezer rijkdommen verzuimen te werken, weldra zal men hunnen ondergang kunnen vaststellen en nogmaals ondervinden dat de arbeid de bron is van den eigendom Al onze Vlaamsche provinciën houden er aan, naar het voorbeeld van Limburg, krachtdadig en openbaar verzet aan te teekenen tegen de aanvallen gericht tegen onze hoofdmannen en de aandeel houders der Vennootschap. Het zijn bewyzen te meer dat al dat gesclireeuw en geschrijf voor gevolg beeft de banden van verkleefdheid en toegenegenheid tusschen de Boerenbon den men drijft eenige dagen den spot met hen, daarna worden zij vergeten. Maar weder de zoon van een neger te worden, dien schoonklinkenden naam Narcissus dat was een onmogelijk iets vooral als men daarbij met de verbazende en kinderachtige ijdelheid der kleurlingen rekening houdt. Er ontstond tusschen de beide sprekers eene langdurige stilte, welke Carral, zijn wrok onder een gehuichelde onderdanig heid verbergende, ten laatste verbrak met de woorden Meesteres, ik heb ongelijk gehad en ik heb berouw. In het vervolg zal ik u zonder tegenstreven gehoorzamen. Laat ons er niet meer over spreken, antwoordde mevrouw de Rumbrye kort af. Vertel mij de geschiedenis van onzen jonkman. Carral liet het zich geen tweemaal zeg gen en verhaalde alles wat hij van Xavier wist. De markiezin hoorde hem met de grootste oplettendheid aan. Een gevonden of een verloren kind mompelde zij, toen hij gedaan had ik twijfelde er aan, maar dat alles had ik niet durven hopen.... Eenige Louis elke maand, hem als eene aalmoes toi gewor pen Eenige Louis waarvan hij de her komst niet kan opgeven wij hebben hem 1 Zij bleef een oogenblik voor zich sta ren. Eindelijk ontwaakte zij uit hare ders en het Bestuur nauwer toe te halen. Ditmaal is het de beurt van Antwer pen en Brabant. Hier zijn het niet meer alleen de leden van den Hoofd raad, maar eene heele reeks vertegenwoordigers der Boeren- gilden, die eenen omzendbrief gestuurd hebben aan de gilden hunner weder- zijdsclie provincie. Een hunner had een zeer goed ge dacht opgevat. Hij heeft gevraagd, zoo er onder degenen die den omzend brief wenschten te teekenen, mochten zijn die nog eene of andere inlichting verlangden, dat men hun de gelegen heid zoude geven die te bekomen. Dit is dan ook geschied. Er is eene vergadering belegd waarop de volledig ste uitleg over al wat de Naamlooze Vennootschap en den Boerenbond aan gaat nog eens aan de aanwezigen gege ven is. De brandkas is voor hen open gezet al de bewijsstukken zijn hun in handen gegeven.'Zij hebben de boeken der comptabiliteit nagezien, terwijl hun de uitleg van alles gegeven werd zoodat zij in der waarheid kunnen be vestigen, niet alleen dat zij weten wat cr van de zaken is, maar dat zij het met eigen oogen gezien hebben. Aan vreem den, aan tegenstrevers hebben wij het recht te zeggen Het gaat u niet aan hoe wij, Boerenbond en Boerengilden, ondereen ons huishouden regelen wij vragen u ook niet naar het uwe maar onze leden mogen alles weten, tot het laatste toe, wij hebben het reeds her haaldelijk gezegd. Hier volgt het betoog der provincie Brabant Aan den Heet' Deken dar Boercngilde, Beste Gildebroeder Uil politiek- of eigenbelang trachten onze tegenstrevers door alle middelen te doen gelooven, dat de Belgische Boe renbond zijne Boerengilden uitbuit. En z(j beschuldigen de aandeelhouders der Aan- enVerkoopvennootschap en vooral onze zoo verdienstelijke hoofdmannen, de achtbare heeren Helleputte en Schol- laert, van ongehoorde woekerij ten nadeele van den Boerenstand. Elkeen van u weet dat de landbouw, vóór de inrichting van den Boerenbond, eene groote crisis doorstond. God zij gedankt, die crisis is voorbij, de land bouw heeft een nieuw tijdstip van bloei en welstand bekomen. En 't zijn de verecnigde werkingen in den schoot van den Boerenbond die er de eerste oorzaak van zijn. En nu dat de boeren door hun wijs beleg, door hunne ver- eenigde pogingen in hunne christene gilden dien bloeienden toestand te weeg gebracht hebben, beschuldigt men ze van zich te laten uitbuiten Hoe kunnen die beschuldigers aan onze eerbare stichters winstbejag ten laste leggen Zij weten noch van verre noch van nabij wat enkel het hoofd bestuur van den Belgischen Boerenbond aangaat. Wij, ondergeteekenden, zou- overpeinzing, en hare oogen naar Carral opslaande, vroeg zij hem scherp Weet gij, waarom ik dien jonkman ter zijde wil schuiven Ik veroorloof mij niet de geheimen mij ner goede meesteres uit te vorschen, ant woordde Carral huichelachtig. Ik had u scherpzinniger geacht. Die Xavier durft aan de hand van freule de Rumbrye denken. Ik had vergeten het u te zeggen. En raadt gij het overige niet Carral poogde aan zijn gelaat eene uit drukking van onwetendheid en nieuws gierigheid te geven. Helena de Rumbrye, hernam de mar kiezin, is de eenige erfgename van mijn echtgenoot en mijn echtgenoot bezit vijf maal honderd duizend franks rente. Een kolossaal vermogen riep de mulat uit, wiens oogen van begeerlijk heid schitterden. De markieiin vervolgde Alfred de zoon uit mijn eerste hu. welijk, zou een veel grooter bezeten heb ben indien Sint Domingo... Maar dat alles is voorbij. Alfred bezit nu, ternau wernood, een burgerlijk inkomen... Ik begrijp u... een huwelijk Juist, maar ik geloof werkelijk, dat die preutsche Helena, dien Xavier meer op gemerkt heeft dan noodig is. Daarbij komt nog, dat mijnheer de Rumbrye, die beweert door tusschenkomst van dien der echter aandeelhouder te zijn. weten wat er met de gelden en winsten ge daan wordt Diensvolgens aanzien wij het als eene gewetensplicht verzet aan te teekenen tegen de laffe en valsche aanvallen, waarvan onze zelfopoffe rende geleiders, de redders van den Boerenstand, liet voorwerp zijn. Wij verklaren dus en bevestigen voor hoog en laag, dat geen enkel aan deelhouder, dus ook niet onze gevierde hoofdmannen Helleputte en Schollaert. meer dan 3 i/t ten honderd van zijn gestort geld heeft opgetrokken, sedert dat de Boerenbond ontstaan is. De aan deelhouders van de vennootschap al te samen hebben nooit meer dan 294 frank 's jaars onder malkander te verdeelen gekregen en nooit kunnen zij meer ontvangen zoo lang de Boerenhodd be staat. En wat meer is, bij de ontbinding der maatschappij kan niet een enkel aandeelhouder eenen cent meer trekken dan het bedrag der sommen die hij op zijne aandeelen gestort heeft. Al de overige winsten dienen voor de inrich tingen en volstrekte noodwendigheden van Boerenbond en Boerengilden. Dus komen zij in den zak van de boeren te recht. En neemt ook wel in aandacht dat onze aandeelhouders en vooral onze hoofdmannen verantwoordelijk zijn, in geval zicli een verlies voordoet. Wij zijn van meening, geachte Heer Deken, dat het hoogst wenschelijk, ja noodzakelijk is, dit ons verzet en onzen omzendbrief in uwe eerstkomende ver gadering aan uwe geachte Gildebroe- ders voor te lezen, opdat zij ingelicht zouden wezen over den waren toestand onzer inrichting, zoo dierbaar aan ons christen boerenvolk. Wij sluiten met den innigen wensch dat al onze Brabantsche Gildebroeders, even als die van al onze andere provin ciën, uit oprechte dankbaarheid aan gezet, zich meer dan ooit in onderling vertrouwen scharen rond hunne hoofd mannen, die altijd, spijts alle aanvallen en tegenstreving, inde bres slaan om met zooveel dapperheid en bekwaam heid als onbaatzuchtigheid, met zooveel christene naastenliefde en zelfopoffe ring,de ware belangen van ons christen hoerenvolk te verdedigen. In afwachting van den genoeglijken dag onzer toekomende jaarlijksche al- gemeene vergadering, waarop wij in een algemeen huldebetoog de erkente lijkheid onzer herten zullen kunnen lucht geven, bieden wij u, geachte Heer Deken, onzen toegenegensten broeder- groet, een waren christen boeregroet. Volgen de handteekoningen. Van 's middags tot middernacht eenige dienstdoende Apotheker, op Zondag 24 September igo5, M. Callebaut, Boter markt. zelfden Xavier, tijdens de Honderd Da gen aan een groot gevaar ontsnapt te zijn, een onverklaarbare genegenheid voor hem opgevat heeft. Dat is een ongelukkig toeval Het zou dan ook eene dwaasheid zijn de gewone middelen te willen aan wenden om dien gehaten man te verwij deren. De markies zou er zich tegen ver zetten en mejuffrouw de Rumbrye zelve zou het mij nooit vergeven... Men moet de groote middelen te baat nemen... Ik wacht uwe bevelen, zeide Carral. Toen ik u hierheen zond, hernam de markiezin, had ik mijn plan en ik deelde het u in grove trekken mede. Ver geet het, ik zie er van af. Des te beter riep de mulat uit, een armen jonkman langzamerhand losbandig doen worden, hem voet voor voet volgen om hem in het verderf te storten Zwijg snauwde de markiezin hem toe, gij zijt uiterst bespottelijk als gij de zcdelessen wilt geven, arme Narcissus I Mijn nieuw plan is oneindig beter en zal slechts één avond noodig zijn oin het te volvoeren en r.w deugdzaam gemoed de markiezin drukte op dat woord zal er, naar ik mij durf vleien, nit;stegen weten in te brengen Let goed op, ik begin... Hier liet mevrouw de Rumbrye baar sleepende Creoolsche uitspraak varen, om den korten en stelligen toon aan te Meer dan een heeft ongetwijfeld in zijn zeiven gedacht, toen hij onze vacan tieleergangen aangekondigd zag Ze zijn nogal stout te Leuven zal dat wel gelukken?De menschen moeten daar vier, vijf dagen gaan verblijven en het brengt eenige onkosten meè Te Mun- chen-Gladbach worden zulke leergan gen gegeven maar we zijn hier in Duitschland niet. Welnu, ja, de leergangen zijn gelukt. Er waren tachtig inschrijvers is dat niet wel voor den eersten keer En is dat geen bewijs ten voordeele onzer sociale werkers Er waren onder de toehoorders pas toors, onderpastoors, professors, eenige seminaristen, een paar filosoven, een paar studenten van de Hoogeschool, kassiers van Raiffeisenkassen, mei kerk bestuurders, secretarissen van vakver- eenigingen, enz. Al de Vlaamsche provinciën waren vertegenwoordigd. Een pluimken \oor Oost-Vlaanderen en West-Vlaanderen. 't Is klaar dat niet allen op al de les sen aanwezig geweest zijn. Na zulken uitslag mogen wij, dunkt het ons, een ander jaar gerust herbe ginnen, hetgeen wij dan ook, als 'tGod belieft, hopen te doen. 't Is onze vaste overtuiging dat zulke leergangen over de maatschappelijke werken veel goed kunnen stichten. Wij hebben natuurlijk niet in één maal over al de inrichtingen kunnen spreken 't heeft nu voornamelijk ge gaan, buiten eenige algemeene sociale begrippen, over de wetsbepalingen be trekkelijk de voornaamste inrichtingen, het boekhouden in 't algemeen, het boekhouden in de Raittëisenkassen en de melkerijen. Wij hopen dat de inschrijvers ook tevreden zullen geweest zijn. Zelfs zij die niet in 't bijzonder met eene maat schappij op den buiten bezig zijn, zullen ook wel hun paart gevonden hebben in den uitleg. Dan, de onkosten hébben niet al te hoog geloopen. Het aange name is ook met het nuttige gepaard geweest. Heel de vrije tijd is gezellig en nultig gebruiktsociale weekers uit verschei dene provinciën, die voor hetgeen hun ne werken aangaat bijeenkomen zijn aldra goede vrienden en hebben aan elkaar veel te zeggen en van elkaar veel te leeren. Ook de uitstappen naar Ter Banck en naar de melkerijschool van lieverlee zijn zoo leerrijk als aan genaam geweest. Dan hebben wij twee gezellige avonden, of liederavonden gehad. Twee andere avonden zijn inge nomen geweest door de voordrachten met lichtbeelden van prof. Leplae die ons eene heele reeks schadelijke insec ten heeft getoond, alsook beelden be trekkelijk bijzondere teelten in vreemde landen en van prof. Frateur, die over de vee- en paardenrassen in Enge land heeft gehandeld. Deze hoeren, alsook prof. Wagemans, zijn wij dankbaar voor hunne dienst willigheid: en wij bedanken al degenen die tot het welgelukken dezer sociale dagen bijgedragen hebben. Onze dank ook aan al degenen die naar onze lessen gekomon zijn en inzon derheid aan E. E. H. Kannunik Nu ten, algemeene bestuurder der maatschap pelijke werken van het Aartsbisdom E. H. Van Seynhaeve, algemeen be stuurder der land bouwwerken van het bisdom Brugge M. Moussel, bestuur der van liet secretariaat der maatsch. werken te Brussel. Wij herhalen aan onze toehoorders wat verscheidene ons toeriepen bij hun vertrek Tot den naasten keer. De Boer. nemen, welke veel gepaster is als men over zaken spreekt. Zij verklaarde hem met de grootste helderheid en op ver wonderlijk bevattelijke wijze een volledig l>lan, dat de lezer wel zeer schandelijk zal vinden als hij er mede bekend wordt, maar hetwelk schitterend van de verdor ven vindingrijkheid der markiezin ge tuigde. Carral hoorde zijne goede meesteres aanvankelijk met eerbiedige aandacht aan. Naarmate zij voortging, kreeg de mu lat, bevreesd over zulk een schranderheid, sympathie voor een zoo voortreffelijk samengesteld programma. Hij slaakte van tijd tot tijd uitroepen van bewondering. Maar toen mevr. de Rumbrye zweeg, raadpleegde Carral wel met zich zeiven, overwoog de uitkomst en deinsde terug voor de uitvoering. Er waren in dien man nog eenige spranken van goede gevoelens, die zijne verdorvenheid niet geheel verstikt had. Wat denkt gij daarvan vroeg de markiezin na eene korte pauze. Carral aarzelde. Meesteres, sprak hij schroomvallig, gij kunt niet van mij vorderen dat ik u in zulk een schandelijk verraad behulpzaam zij. Wie heeft er u van gesproken om mij te helpen riep mevrouw de Rum- HET ROOKEN VAN KINDE REN. Ter Engelscho stad Glasgow hebben het gemeentebestuur en de schoolraad een onderzoek ingesteld naar den invloed van het rooken door kin deren op hunne geestelijk ontwikke ling. Zij namen daarvoor eene der grootste openbare scholen, en daarbij bleek dat de kinderen, die als sterke rookers be kend stonden, ook allen achter waren in geestelijke ontwikkeling. Naar aanleiding hiervan, hebben zij door middel van de gezanten en con suls, oen onderzoek ingesteld naar de wetgeving in verschillende landen, tegen het rooken door kinderen. I11 de Vereenigde Staten is, in de meeste Staten, het rooken aan kinderen beneden zekeren leeftijd verboden. In de Engelsche coloniën Tasmanië en Prins Eduardeiland, is het verboden aan kinderen beneden de 13 jaarin Nieuw-Brunswijk, Nieuw Westelijk Canada, Britscli Colombië en Kaapland beneden de 16jaar; kortelings op de Kanaal eilanden eu op het eiland Man, onder de 14 jaar. I11 Noorwegen kan het bij plaatselijke verordening verboden worden aan kinderen heneden de 15 jaar, doch de gemeenten hebben van deze bevoegd heid tot nu toe geen gebruik gemaakt. In Oostenrijk is het rooken verboden aan de leerlingen der lagere klassen van de burgerlijke en militaire scholen, doch meer als een maatregel van orde dan van gezondheid. In Duitschland wordt in de militaire school het rooken aan de onder-ofllcie- ren beperkt toegelaten, aan de cadetten is het verboden. In Spanje wordt ook zonder verbod beneden den leeftijd van 15 jaar niet gerookt. In Portugal is het rooken aan boord der schepen bij oefeningen strafbaar, brye uit, wier lip zich minachtend krulde... Ik meende... Gij vergist u. Ik bemoei mij met niets gij moet geheel alleen handelen. Bij die onverwachte mededeeling kon de mulat zich niet inhouden. Mijne rol was nog niet wreed ge noeg I sprak hij met bitterheid gij acht het noodig die door ongepaste scherts te verzwaren. Welnu, mevrouw, al zoudt gij mij al het kwaad aandoen, waartoe gij in staat zijt, ik weiger En ditmaal, voor goed De markiezin stond met een zeer on verschillig voorkomen op. Vaarwel dan, mijn arme vriend, sprak zij ik zal mij van een anderen agent voorzien. Zij ging voor den spiegel staan en schikte met veel aandacht de plooien van haar cachemiren sjaal. Komt gij van avond niet ia het hotel, Carral vroeg zij wij hebben een soirée van goede vrienden. Carral boog met een norsch gelaat het hoofd en gaf geen antwoord. Als gij komt, vervolgde de markie zin, zal liet u niet berouwen. Ik ben van plan mijn gasten op de geschiedenis van den mulat Narcissus te onthalen. Dat zult gij niet doen riep Carral uit. t (Wordt voortgezet).

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1905 | | pagina 1