Zondag 23 December 1906
5 centiemen per nummer.
57* Jaar 5907
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst.
GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM.
VADERLAND, TAAL, VRIJHEID.
KERSTLIED
Godsdienstoorlog
in Frankrijk.
zonderlinge verdwijning
Bond der comp-
tante betaling.
op rcTep
DE DENDERBODE.
rit Wad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere Treek onder dagtee-
emng van den volgendon dag. - De prijs ervan is tweemaal ter week voor
e ad 5 frankmet den Post verronden 6 frank 's jaare, fr. 3-26 voor res
maandenfr. t-76 voor dry maanden, voorop Jte betalen. De inschrijvtng
611. ïgt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont
eigen r(jn ten laste van den schuldenaar.
Men schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutetraat, N' 31,
en in alle Postkantoren des Lands.
CHIQUE aUUM.
Per drukregel. Gewone 16 centiemenReklamen fr. i-00Vonnissen op
3° bladzijde 60 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen by acccord.
Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heereu Nota
rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dynsdag en vrydag
in den voormiddag.
Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van
dit blad.
AALST, 22 DECEMBER 1906.
1.
't Heelal
Weerkaatst 't triomfgeschal
Dat Davrend dreunt in Sions dal
TriomfTriomfHij is geboren
Daar kiemt de dag, liet uclitendgloren
Uit 't neevlig duister van den stal
't Weerklinkt van luid geschal,
't Heelal
De nacht
Onthult zijn gloriepracht,
Zijn Ster, door de eeuwen lang ver-
fwaclit.
Zijn Zon, die neerstraalt uit den hoogen,
Weleer door 't nevelwerk omtogen,
Blinkt heerlijk in zijn stralenpracht,
Verdrijft des onweers macht,
Dien nacht
3.
De Zoon
Van Davids koningstroon
Praaltheerlykmctder Godheid kroon;
De Telg van Sions koningsstede
Verschijnt op de eeuwenlange bede
0 Heemlen, zendt van uit uw troon,
0 Dauwt van uit uw woon
Den Zoon
4
De dood
Des levens Licht ontvlood
Nu daagt weer 's levens Morgendrood!
Triom Triomf De dood zinkt neder
Nu troont de God des Levens weder
Nu daagt des Levens Zonnerood,
Voor wien het duister vlood
Der dood
Meermaals hebben de groene volksfop-
pers beweerd dat er in Frankrijk, geen
godsdienstoorlog hoegenaamd woedt, dat
het een uitvindsel is der catholieken en
dit wel uit politieke berekeningen.
Die bewering is eene volksfopperij te
meer aan't actief der groenen. E11 in
derdaad Le Gaulois deelde de vol
gende nota meê die door een zyner lezers
40* Vervolg.
werd ingezonden en die aantoont hoe de
vervolging werd aangevangen en traps
gewijze vooruitging. Bedoelde nota her
innert het volgende
Het is belangwekkend, op het oogen-
bliK dat het concordaat van 1801 ver
valt, na te gaan welken weg de vervol
ging heeft afgelegd cn hoe zij trapsge
wijze tot den tegenwoordigen toestand
is gekomen.
Zij begon in 1879 met dc stemming
der wet die aan de catholieke liooge-
scholen do toekenning der academische
graden on neemt en mot de stemming
van het berucht artikel 7 van gemelde
wet Daarna hebben wij
1880. Uitdrijving der Jesuïten.
Jules Ferry treft 261 mannenkloosters.
Verwereldlijking der gasthuizen.
1882. Invoering van hel wereld
lijk onderwijs. Afschaffing der krygsaal-
moezeniers en der processiën.
1884. Verwereldlijking der kerk
hoven. Herstelling van do echtscheiding
1885. Verandering eenor catho
lieke kerk van Parijs in Pantheon.
1886. Redevoering van M. Go-
biet tegen het catholiek geloof. Sluiting
der kapel van Chatcauvillain.
1889. Wet die de seminaristen
tot den krijgsdienst verplicht.
1891. Veroordeeliug van Mgr
Gouthe-Soulard.
1892. Belastingen op de kloos
ters.
1895. Wet op het aangrociings
recht.
1897. - - Aanplakking der redevoe
ring van Br. Brisson tegen pater Oli
vier.
1899. Plundering van Sint-Jo-
zefskerk, te Parijs.
1900. Afschaffing der mis ter eere
van den H. Geest by de opening der Ka
mers.
1901. Wet tegen de kloosters.
1902. Aankomst van het Com-
bcs-Ministerie. Sluiting der klooster
scholen.
1903. Uitdrijving der klooster
lingen.
1904. Wegneming der kruisbeel
den uit de rechtbanken en uil de scho
len. President Loubet te Rome. Te
rugroeping van den gezant by den Paus.
Vertrek van den Pauzelijken Nuncius.
1905. Wel op de scheiding van
Kerk en Staat. Inventarissen in de ker
ken en onlusten.
1906. Encykliekcn van den Paus.
Sluiting der laatste kloosterscholen.
Laatste inventarissen.
Wat gebeurde er dezer laatste dagen
en wat gebeurt nog dagelijks?..
D, godsdienstoorlog woedt er heviger
dan ooit. De kerkvervolgers, de gods
diensthaters gaan in hunne helsche
woede altijd verder om verder.
Ik was nog steeds in mijne vermom
ming, het gelaal van hem afgewend, en
stond op om te doen wat hij gezegd had.
Maar toen hij een oogenblik later flink
gebonden was en eene prop in den mond
had, nam ik bet stuk rood krijt, dal ik
nog in mijnen zak had, en teckcnde het
kruis weer op de deur, waarna ik weer
als te voren mijne piaais innam op den
lagen stoel aan het venster.
Ons doel was den tweeden booswicht
op dezelfde wijze te vangen en daarom
gelastte Grijce nu, den reus in het naaste
kamertje te sleepen, waar ook hij en zijne
mannen post vatten, terwijl zij aan mij
overlieten hoe mij bij het binnentreden
van den jongen Schoenmaker te gedragen.
Ik deinsde er niet voor terug. Het was
of ik met de kleeren van die moedige
vrouw ook iets van bartn cnversaagjen
geest had overgenomen, en hoewel ik
verwachtte doch ik zal mijn verhaai
niet vooruitloopen.
Er ging een half uur voorbij bij was
vroeger nooit zuolang uitgebleven, dat
meende ik ten midste, en reeds begon ik
mijzelven af te vragen of deze toestanu
vau •panning uren lang zou moeten
duren, toen ik zijn zwaren tred in den
gang boorde met een luk, die toorn of
drift verried, stiet hij de deur open en trad
binnen. Ik zag niet om.
Waar is vader snauwde bij, en
bleef op korten afstand van de deur staan.
Ik schudde even het boofd en bleef uit
het raam zien.
Hij stampte met zijnen stok op den
vloer.
Waarom blijft gij daar als een ware
gekkin uit het venster staren en antwoordt
pij mij niet als ik u beleefd iets vraag
Nog gaf ik geen antwoord.
Dit was bijna meer dan bij verdragen
kon. Toch werd hy in toom gehouden
door een onbestemd gevoel, dat er gev.iar
in de luci.t zat, Hetgeen dikwijls voldoen
de is om zelts den meest stoutmuedige
terug te houden. Hij bleef staan en ver
roerde zich met, doch het was of ik ge
voelde, welke woeste blikken hij op mij
wierp. Nu stond ik op, bleef uit net
venster zien en deed alsof ik met de hand
een teeken gaf aan iemand, die aan de
overzijde van de straat stond. Deze list
miste hare uitwerking niet.
Met een vloek,die mij nog in de ooren
klinkt, hief nij zijn zwaren stok op, en
sprong op mij toe, om het zelfde lot te
gimoei te gaan ais zijn vader en 111 de
i.andcn dei waakzame detectives to vallen;
echter was zijn dikke rotung reeds op
mijn hoofd neergekomen, en was ik aan
zijne voeten ineengezakt, hetgeen den'
grondslag gelegd heeft van die vreeselijke
Mgr. Montagnini, zaakgelastigde van
Z. H. Pius X, Paus. werd uit liet paleis
der Nuncialuur le Parijs verdreven en
brutaal weg uit 't land verjaagd De
papieren en schriften der Nunciatuur
werden aangeslagen.
Al de cathedralcn, kerken, bidplaat
sen. bisschoppelijke paleizen, scmina-
riën en pastorijen zijn in beslag geno
men.
De Aartsbisschoppen, de Bisschoppen
zijn uit lmnue vorblyfplaatsen ver
dreven
De Seminaristen zijn uit hunne semi
nariön verjaagd
De Pastoors zijn uit de pastoryen op
straat gozet
Op vele plaatsen zijn do kerken reeds
gesloten in afwachting dat zij het allen
zullen wezen om dan te dienen tot pak
huizen, theaters, danszalen, enz. enz.
De Priesters mogen geene Mis lezen
of zingen, geene Vespers en Lof zingen
of ze moeten er op voorhand inken van
doen hij de politie. Wie er nalatig aan
blijft wordt rechterlijk vervolgd Die
schandalige maatregoi is tegenstrijdig
aan wet en recht en verscheidene recht
banken spraken de Priesters, hierom
vervolgd, vrij.
Zoo verre is liet reeds gekomen dat
daar waar de kerken en bidplaatsen zijn
gesloten de Priesters de goddelijke
Diensten in bijzondere lokalen en huizen
moeten uitoefenen en de geloovigen zich
van eene kaart moeten voorzien om
hunne godsdienstige plichten te kunnen
volbrengen, 't Is de beloken tijd gelijk
in de jaren 1790 onder de heerschappij
der Fransche sansculotten, de roovers
die België uitplunderden en 't volk ver
drukten.
Het mager pensioen dat aan tal van
oude priesters voor 4 en 8 jaren werd
toegestaan, is afgeschaft. Dc arme oude
dompelaars zyn dus tot den hedelstof
veroordeeld. Ziedaar, Landgenooten, en
dan durven de groene volksfoppers uit
roepen dat er in Frankrijk geen gods
dienstvervolging bestaat.
Landgenooten Catholieken
Onthoudt het wel Indien de liberalen
cn socialisten, geholpen door de groene
volksfoppers in ons land, meester wor-
den dan mogen wy ons aan den zelfden
godsdienstoorlog verwachten
Men betwiste het niet. l'Indéuen-
dance t van Brussel, een liberaal orgaan
dat als zeer gematigd doorgaat, voor
zegde het ons op 9 Februari 1904
0 Ja, wij willen de politiek van Com
bes. En den dag dat er mogelijkheid
zal bestaan den zelfden anticathoiieken
strijd te voeren, zullen we daar zijn
om de strijders te ondersteunen, gelijk
wij c e anticatholieke. strijders van
Frankryk hebben ondersteund.
Landgenooten herinnert u steeds de
spreuk
Wie zich aan anderen spiegelt,
spiegelt zich zacht.
hoofdpijn, die mij thans nog van tijd tot
tijd zoo kwellen kan. Maar deze afloop
van de zaak was niet erger dan ik mij
van af het begin reeds had voorgesteld.
Ik liet er mij daarom niet al te zeer
door uit tiet veld slaan zoo spoedig ik
kon stond ik op, trok mijn zonderling
kostuum uit en wijdde mij aan de voort
zetting van mijn werk. dat ik met zulk
goed gevolg begonnen was.
LIEFDE EN PLICHT.
Wij lieten nu de mannen, die ons ge-
liolp- n hadden, uit de kamer gaan en
gingen met onze gevangenen spreken.
Nu, zegde mijnheer Grijce, is het
met rumoermaken en vloeken uit gij zit
de val en zult er u zoo goed gij kunt
moeten schikken.
Als ik die meid nog eens één oogen
blik in mijne macht had, dat is al wat ik
verlang, zegde de vader. Waar is zij
Laat mij tiaar zien, iedere vader heeft
recht zijn eigen dochter te zien.
Gij zult haar zien, antwoordde mijn
overste, maar niet voor dat haar echtge
noot tiier is om haar te beschermen.
Haar echtgenoot Ah, kent gij die
geschiedenis, schreeuwde de zoon. Zij
zeggeu dat hij rijk is en trotsch. Laat
hem komen, dan kan hij ons hier als
bonden zien liggen, en zeggen hoe aan-'
genaam bij bet wel vinden zal, als de
De jaarlij ksclie algemeeue vergade
ring van den Nationalen Bond der comp-
tante betaling werd Zondag gehouden in
het Hotel Ravenstein te Brussel
lil de zaal bemerken wij MM. staats
minister Beernaort, markies de Beau
fort, Stevens, algemeen bestuurder van
net ministerie van arbeid en nijverheid,
Carton de Wiart, volksvertegenwoor
diger. Vele afgevaardigden van vereeni-
giDgon uit liet binnenland, onder andere
van den bond De Kleine Burger van
Antwerpen.
M.Georges Lejeune, de ieverige secre
taris geeft verslag over het afgedane
werk waarvan wy terloops aanstippen,
dat duizenden brochuren werden rond
gezonden Het ledental groeit van dag
tot dag aan nochtans is liet wonder, de
leden verkoopers in minderheid te zien
zij zouden dc eersten moeten zijn. elke
poging te steunen welke tot hun voor
deel zou kunnen strekken.
Te Antwerpen, Gent, Brugge, Luik
en Bergen zullen kortelings comiteiten
worden ingericht, wolke geheel onaf
hankelijk zullen werken.
M. de secretaris brengt nog eene war
me hulde aan de hoogoro en gegoede
standen, welke den Bond der comptante
betaling slichten en steunen.
Dit schoone verslag verwierf eenen
warmen by val.
Als voordrachtgever treedt op, M. J.
Jacobs, advoc at te Antwerpen, welke
spreekt over slechte betalers.
Deze voordracht legt in al hare waar
heid, in al hare naaktheid de droevige
ellende uit, welke de gevolgen zijn der
slechte betaling, en waarvan de gegoede
standeu onbedachtzaam, maar ook soms
vrijwillig oorzaak zijn.
Nevens de oorzaken geeft zy ook de
redmiddelen, en eindigt, wel terdege,
met den uitroep zoo het lang crediet
werd afgeschaft, het vraagstuk der klei
11e burgerij zou dicht by zijne oplossing
zyn
Luide toejuichingen vielen den be
kwamen voordrachtgever te beurt.
M. Dalle, bestuurder van het alge
meen Syndicaat, doet daarna eene aan
spraak tot de verkoopers, om lnin liet
nut van den Bond der comptante beta
lingen te doen inzien. De bijdrage welke
slechts tot één frank beloopt, is toch
wel gering.
M. Beernaert, staatsminister, gelooft
dat er van wege de leden verkoopers
eene verkeerde opvatting bestaat. De
hond wil niet comptant. dit is te zeggen
onmiddelijk verplichten te betalen, doch
trekt te velde tegen de achterstalligcn,
tegen de betalingen op lang termijn.
Men verbindt zich enkel aan hen, welke
comptant betalen, 2 korting te ver-
leenon. Langdurige toejuichingen)
M. Moreau bremgt 'nogmaals hulde
aan do oprichters van dezen schoonen
hond. Hij huldigt bijzonder den onvor-
moeibaren en bekwamen secretaris, M.
Georges Le Jeune, want het is vooral
dank aan zijne werking, dat de bond op
korten lijd zulke groote uitbreiding heeft
genomen. Dat was een echt reuzenwerk
[Levendige toejuichingen
M. Canon de Wiart, volksvertegen
woordiger, zegt ook dat lang krediet
eene der oorzaken is van het verval der
burgerij. Wil men nu dat kwaad nog
niet langer lat 11 woekeren met het
wetsvoorstel dat M Henderickx met
zyne Antwerpsche collegas in do Kamer
heeft neergelegd Zal dat wetsvoorstel,
welk de korte verjaring van één op vijf
jaren brengt, den winkelier, den kleer
maker, den schoenmaker, enz. niet min
der krachtdadig doen optreden tegen
zijnen schuldenaar, welken hij nu ver
plicht is, binnen het jaar te vervolgen 1
Versta wel, dat ik enkel ocne opmer
king in het midden breng, en geenszins
dc degelijkheid van het wetsvoorstel
bestrijd. Brengt het de menschen van
nu af aan 't verstand dat voor burger
lijke zaken de leverancier zich binnen
het jaar moet doen betalen, zoo hij niet
het slachtoffer wil zijn der korte verja
ring.
Spreker spoort ieder aan in do mate
an het mogelyke de comptante beta
ling in te'voeren. (Langdurige toejui
chingen).
De lieer markies de Beaufort, voorzit
ter, dankt de sprekers en de aanwezi
gen, hoopt dat de vergadering goede
vruchten zal dragen.
vader en broeder van zijne vrouw hun
leven in de gevangenis moeten slijten.
M. Blake zal komen, antwoordde
Grijce, die naar het venster liep en een
vooraf bepaald teeken gaf, waarop M.
Blake zijn huis verliet en de straat over
liep om het mijne binnen te treden. Hij
zelf zal u zeggen dat hij de gevangenis
de beste plaats voor u acht.
Vervloekt I maar hij
Maar hij, wat vroeg ik, doch tege
lijk werd de deur geopend en trad M.
Blake, gejaagd en opgewonden de kamer
binnen.
De ellendeling gaf mij geen antwoord.
Vader en zoon slaagden er niet zonder
eenige moeite in, op de beenen te komen
en sloegen een min of meer vragenden en
onderzoekenden blik op het gelaat van
den lieer, die voor hen stond, alsof zij
gevoelden dat hun lot op dat gelaat te
lezen stond. De zoon was de eerste, die
sprak.
Hoe vaart gij, schoonbroeder
klonk het onbeschaamd en op beleedi-
genden toon.
M. Blake huiverde en zag rond.
Mijne vrouw stamelde hij.
Die is volmaakt wel, zegde M. Grijce
geruststellend, en vertoeft in eene andere
kamer. Als gij het verlangt, zal ik om
haar zenden.
Neen, nog niet, klonk het gejaagd
laat mij eerst deze ellendelingen eens
aanzien, om te leer.n begiijpen wat mijne-
vrouw moet geleden hebben.
Stad Aalst. Sint Martensgilde.
Geachte Medeburgers
Evenals wij, zijt Gij reeds met innig
genoegen en christene fierheid getroffen
geweest door de wonderbare wijze waar
op onze Sint Martenskerk in de laatste
jaren is verfraaid.
Wij bezitten ongetwijfeld een der
schoonste kerken van het land wio
nochtans kende (tot voor eenigejaren
nogj hare echte waarde
Het opknappen van vouten en pilaren
was een eerste uitmuntend middel om
haren edelen bouwtrant in hel licht tc
stellen maar liet aanbrengen der ge
schilderde vensters is er voorzeker de
bekroning van.
Zooals elk weet hebben wij de reeds
bestaande vensters te danken aan de
mildheid van eenige weldoeners.
Doch, ware bet niet edel en schoon,
zoo redeneerden over weinige weken,
eenige werklieden en burgers, dat liet
volk zelve, do Aalslenaars in 't algemeen
van den minsten arbeider tot den besten
burger, eens hun penriingsken samen
brachten om bij middel van volksin-
schrijving het groote venster langs den
kant der Brusselsche straat, van een
geschilderd raam te voorzien.
Uwe vrouw, viel hem de vader in
de reden. Wat komt dat er op aan. De
vraag is hoe u dit alles beval, en wat wij
te doen hebben om ons hieruit te helpen
Daar zal ik niets aan doen, ant
woordde M. Blake. Gij verdient uwe
straf ten volle, eri zult die ook, wat mij
betreft, tot het einde toe ondergaan.
Dat alles zal in de dagbladen met
groot genoegen gelezen worden, riep de
zoen uit.
De dagbladen zullen er niets van
hooien, kwam ik tusschenbeide. Alles,
wat uwe verhouding tot den heer of
mevrouw Blake betreft, zal in dit huis
btgrazen worden vóór gij het verlaat.
Geen woord over hetgeen hem of haar
betreft zal van af dit uur over uwe lippen
komen. Dit is mijn eerste eisch en die
moet gehoorzaamd worden.
Zoo, waarlijk, zoudt gij iets willen
bevelen riepen vader en zoon, als in
koor. En wie zijt gij wel, dat gij meent
iets te kunnen bevelen En wat denkt gij
van ons dat wij ons aan uwe eischen zou
den storen Kunt gij iets meer doen dan
ons brengen naar de plaats, die wij ont
vlucht zijn
Als antwoord baalde ik den ring uit
mijnen zak, dien ik in hunne keuken uit
de asch had opgevischt, bij dat gedenk-
weeruig bezotk aan hun huis ik hield
hun dezen voor, en zag hen daarbij strak
in de oogen.
Een plotselinge schrik gevolgd dooi1
eene bleekheid, die bun alia sporen van
Dit gedacht viel buitengewoon goed
in den smaak van eiken rechtgeaarden
Aalstenaar.
Gesteund door dien bijval heeft dit
kleine groepje zich uitgebreidhet beeft
zich ingericht als maatschappij, en de
laak op zich genomen te werken en te
ijveren tol als het schoone doel is be
reikt.
Als begin onzer werking hebben wij
de oer onze stadsgenooten aan te kondi-
gon, dat wij eerlang eene Inschrijvings-
lijst zullen laten rondgaan, welke wij
ten zeerste in de gunst van eenieder
aanbevelen.
Ons werk zal een echt volkswerk zijn,
de kleinste gillen zoowel als de grootste
zullen mot dank aanvaard worden.
Wij M-illen later kunnen zeggen
Aan dit prachtig venster, getuige van
ons geloof on van onzo onwankelbare
getrouwheid aan den godsdienst onzer
vaderen, hebben alle Aalstonaars der
jaren 1900 zonderonderscheid van stand
medegewerkt, opdat onzo nazaten op
hunne beurt, ons voorbeeld zouden in
roepen om oven als wij hunne plichten
te vervullen.
Al de Aalslenaars van den ouden eed
zullen 0113 steunen. Niemand zal zijne
gift weigeren aan dit edel werk.
HET COMITEIT
De Eerevoorzitter,
E. H. Van Laere.
De Ondervoorzitter, De Voorzitter,
Henri Aercke. Leo Geeroma.
Dc Schrijver, De Schatbewaarder,
P.VSchuylonbergh. A. Meganck.
II- besprak men
in liet Senaat do milicielichting van
1907. In zyne redevoering zegdo Mgr.
Keesen ondor ander
Eene partij, die met bare anti-gods-
dienstige strekking hoog oplooptdie
in aanbidding staart op dc kerkver-
i' volging in een naburig land die
«jammert en weeklaagt, omdat hier
geen Combes of dergelijke aan het
11 roer zit om ook ons te vervolgen
die vooraan in haar programma per
il soonlyken dienst schreef naast ver-
plicht onderwijs voor zulke partij
hooit men de hulp der X-Stralen niet
in te roepen, om to weten, wat staat-
kundigen zin achter haar programma
ligt verscholen. [Gelach). De liberale
drukpers laat het genoeg blyken iih-
mers zij toch vond do wachtspreuk
de priester met den ransel op
den rug - met vertolking van ieder-
een soldaat. Onverholen poogt zij het
3 aanwerven te stremmen van priesters
en kloosterlingen. Wie onzer wezo
dwaas genoeg om in die val te loopen.«
(Rechts zeer wel.) Ja, zeer wel en wij
raden al onze geachte lezers aan die
beschuldigirigsakto van Mgr. Keesen,
tegen de liberalen en hunne roodo bond-
genooteu, grondig te overwegen.
driestheid of wraakzucht van het gelaat
joeg, was voor my een antwoord, Dog
duidelijker en beslister dan ik had durven
hopen.
Dezen ring heb ik uit de kachel ge-
haaid, waarin gij uwe gevangeniskleediug
hebt verbrand, zegde ik. Het is een goed
koop ding, maar het zal u aan de galg
brengen, ais ik er gebruik wil van maken.
De marskramer...
Sst, riep de vader, zacht en geheel
ontsteld, iets wat zeer in contrast was met
zijne geheele houding tot op dit oogen
blik. Gooi dien ring het venster uit en ik
beloof 11, dat ik mijn mond zal houden
over alles wat gij wenscht. Ik ben niet
zoo gek...
En ik ook niet, luidde mijn ant
woord terwijl ik den ring weer in mijnen
zak siak. Zoolang ik dezen in mijn bezit
heb, benevens nog eenige andere zaken
die met uwe levenswijze in dat huis in
betrekking staan, waaromtrent ik den
laatsten tijd zeer veel ben te weten geko
men, hangt uw leven aan een zijden
draad, dien ik elk oogenblik kan door
knippen. M. Blake heeft een gedeelte van
ztkeren nacht in uw Luis doorgebracht
en weet hoe dicht het gelegen is bij eenen
afgrond, op welks bodem...
Mijn God, vader, waarom zegt gij
niels I riep de zoon vol angst. Als zij
willen dat wij zwijgen, dat zij het dan
zeggen, en niet gaan spreken over dingen
die. 0
Wordt voortgezet.