Zondag 7 April 1907 5 centiemen per nummer. .17'* Jaar 5957 Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst. GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. Congres der Rooden. DE GOUDKUIL Ouders Leest en overweegt Catholieke en Grond wettelijke Vereen iging DITJES en DATJES. DE DENDERBODE. Pit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee- kening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frank met den Post verionden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eii.digt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont- va ïgen zijn ten laste van den schuldenaar. Men schrijft in bij O. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, Nr 31, en in alle Postkantoren des Lands. CU1QUE MUIJJM Per drukregel. Gewone 16 centiemenReklamen fr. 1-00Vonnissen op 3** bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heereu Nota rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van dit blad. Aalst, 6 April 190T. Onze Belgische roodo socialisten heb ben, zooals gewoonlijk, op de twee Paaschdagen te Brussel Congres gehou den. Vooreerst werd beslist dat er een af zonderlijk Congres zal plaats hebben om de Congokwestie te bespreken. Eene discussie heeft plaats gehad tus- schen Vlaaraschc en Waalsche socialis tische volksvertegenwoordigers betrek kelijk de verdeeldheid onder lien in zake dor stemming over het amendement 't welk de kennis der Vlaamsche taal aan de mijningenieurs voorschrijft. Eindelijk kwam men tot akkoord het voorstel van gezel Camiel Huysmans werd aangenomen bepalende dat de so cialistische kamergroep gelast wordt, bij de tweede stemming over de mijn wet, een tekst voor te stellen, zeggende dat de mijningenieurs die in betrekking verkeeren met Vlaamsche arbeiders de taal dezer laatslen moeten kennen. Dit besluit werd met eenparigheid aangenomen min de stem van gezel Na poleon Smeets die oordeelt dat de voor gestelde maatregel niet radicaal genoeg Het geschil lusschen de gezellen Hu- bin en Picard kw am ook ter discussie. Men zal het zich herinneren Hubin zeg de openbaarlijk Ier Volkskamer dat gezel Picard een KWAKZALVER is. Gezel Bertrand was van oordeel dat het geraadzaam was hun vuil lijnwaad in familie te wasschen en bestreed dus de openbare bespreking der zaak hij stelde voor't geschil naar eene bijzondere Commissie te verzenden. Ondanks dit verzet werd de openbare discussie be sloten. In eene hevige bewoording heeft ge zel Hubin zijne houding verrechtvcer- digd. Hij haalde eene reeks artikels aan door gezel Picard in a Le People af gekondigd en die, volgons hem, gansch strydig zijn aan de lèering en de taktiek der socialistische partij. Het zijn eenvoudig ware uitdagingen, riep hij uit, tot de arbeidersstanden ge richt; 'tis in eene vlaag van gewettigde verontwaardiging dat ik gezel Picard als een kwakzalver heb voorgesteld en ik hoef er niets van in te trekken.... Gezel Dewinne trad, in naam van Le Peuple als de verdediger van gezel Picard op. Spreker wees op de groote diensten door gezel Picard aan do socialistische partij bewezen hij strijdt voor alge- VAN J. Kt. IIUTCIIINSON'. 8" Vervolg. Boven wbb hel een vreeselijk lawijd. Blijkbaar was de troep aan boord gekomen, en nu deden zij als landkrabben trouw hun best, de bevaren matroozen te hinderen in hunne werkzaamheden. Het schip was reeds gekeerd, zooals ik zag aan de veranderde richting der sterren; en Daddy Mullins maakte zich druk op het achterschip en schreeuwde met schorre stem bevelen toe aan een matroos die nog aan wal 6tond. Helpt dien kabel eens losmaken Jawel jawel klonk het brommende van den oever. Werp dien kabel los Daar is hij Plassend viel hij in 't water. Vooruit nu hoorde ik Mullins roe pen tegen de mannen in den sleepboot, toen zij hun kameraad van wal hadden op genomen. Daar liep iemand langs het luik ik zag naar boven, en kreeg een eind koord vlak in mijn gezicht. Dat waa juist waarop ik gewacht had, en ik verzeker u, dat ik de gelegenheid niet ongebruikt zou laten voorbij gaan. Ik greep de koord en begon ze zeer voorzichtig in te palmen, waal ik wist niet, wie er misschien meen stemrecht van af 1866 in 1886 deed hij onze vrienden vrijspreken in zake van het groot complot, 't Is uit dankbaarheid dal de blauwe en roode provinciale Raadsleden van Henegauw hem senateur hebben verkozen. Nu om- dal gezel Hubin die zienswijze niel deelt, daarom moeten wij hem niet volgen. Nog eonige sprekers werden gehoord en onder ander gezel Deslrée die de vrijheid van den schrijver verdedigde, waarna het Congres zich aansluit bijbel voorstel van gezel Lekeu. 'I welk aan den opstolraad van Le Peuple op legt de artikels naar de scheurmand le verwijzen die in strijd zouden zijn met de leerstelsels en de taktiek door de vroegere congressen vastgesteld... Onbetwistbaar is deze beslissing een triomf voor gezel Hubin, die zegde De algemeene raad heeft den afgod niet durven aanraken hel Congres zal het doen. Ik bewees eenen dienst aan do partij dit weze mij voldoende. (Luidruchtige toejuichingen, zegt Le Ptuple. Des maandags was de zitting woelig en zelfs op zekere oogcnblikken zeer woelig. De kwestie van het cartel of kiesver- bond met de liberalen voor de gemeente- kiezingen kwam te berde. Gezel Vandervclde stelde, als alge meene taktiek, een verbond met de libe ralen voor, met het doel overal tot de uitsluiting der calholieko minderheden te geraken en aldus het ministerie te dwingen het algemeen stemrecht toe le staan. Gezel De Brouckère deed bemerken dat het cartel met de liberalen lot nu toe alleen aan deze laatslen voordeelig is geweest, eu tot uitslag heeft gehad den invloed der liberalen ten nadeele der socialisten te versterken en uit te brei den. Die zienwijze werd door de meerder heid gedeeld en na eene tamelijk lang durige discussie besloot het Congres de dagorde van gezel Vandervelde te ver vangen door een voorstel der gezellen De Brouckère en Destréo luidende Do ontvoogding van het volk moet de vrucht zijn van zijne syndicale en po litieke werkzaamheid. Dus het Congres verklaarde zich vijan dig aan 't cartel met de liberalen. Melden wij ook dat het Congres in zyne zitting van Maandag voormiddag gezel Bonenfant van Ath uit de partij heeft verbannen ten gevolge van zijnen twist met gezel Royer, een Brusselaar en beschermeling van den grooten raad, die candidaat wil zijn te Doornijk in de eerstkomende kamerkiezingen. Weldra zullen de roode verworpelin gen zoo talrijk zijn dat ze een bond zul len kunnen stichten... op het dek was, en gij begrijpt, dat ik wei nig lust had, iemand's hulp in te roepen. Het touw scheen maar geen eind te wil len nemen golvend als een slang kwam het naar beneden, el voor el, vadem voor vadem, tot dat het mij voorkwam, dat een kwaadwillige hand alle koorden aan boord had aaneen geknoopt, om mijn geduld op de proef te stellen. Eindelijk hield het op ik trok nog eens goed hard om te zien of het 6terk genoeg was, bevochtigde mijne handen op zee mansmanier, pakte de koord aan en begon te klimmen. Ik hing aan het touw, toen ik mij ver beeldde een ruk te voelen, alsof iemand er tegen had geschopt, ik wachtte even om te luisteren. Ik hoorde niets verdachts en begon mij weer met handen en voeten naar boven te werken. Terwijl ik omhoog klom met het vaste besluit, mij uit het ruim te werken, was er dicht bij het luik een vreeselijk lawijd, ver gezeld van schreeuwen en tempeesten, zoo als ik gehoord had. De stem herkende ik het was die van Beau Billy. En ik vroeg mij af, welk onge luk of onrecht den neger nu weer zou over komen zijn, dat hij zoo te werk ging. Maar overigens sloeg ik weinig acht op zijn ge brul alsof er een hond aan den oever had staan janken. Het kwam mij niet in het hoofd, dat er verband kon bestaan tusschen de liederlijke taal van den zwarte en mijn pogingen om Deze laatste maanden heeft in Ant werpen liet Col lepe van Burgemeester en Schepenen eonige dozijnen ontucht huizen door de Policie doen sluiten. Te dezer gelegenheid schrijft een Ant- werpscli dajjblad de volgende zeer pe gronde bemerkingen, welke de ouders van den buiten moeten doen nadenken eer zij hunne dochters toelaten naar DE STAD TE GAAN DIENEN. 't Is droevig om zeggen, maar het meerendeel dier rampzalige schepsels zijn meisjes van den buiten uit Vlaan deren, Polder, Kempen- en Hageland. Zij kwamen meest als dienstmeid naar de stad, werden van den goeden weg gebracht in slechte posten of door on deftiger. omgang, geraakten op straat door berispeliiken dienst of wangedrag, en verzeilden ten slotte in verdachte koten waar ze meer en meer verkan kerden naar ziel en lichaam. Wat kan er van die soort nog voort komen Ze zi jn na eenigen tijd zoodanig geraffineerd in 't kwaad, dat zij alle besef van eerlijkheid of eigenweerde verliezen, ze leiden een ellendig leven komen gewoonlijk rampzalig aan hun einde. Welnu, vele van die verworpelingen zijn zoo niet groot gebracht. In luin kin derjaren, op hun dorp, waren zij mis schien toonbeelden van deugdzaamheid en vroomheid. Maar't ongeluk wilde dat zij in slechte handen vielen, dat zij zich lieten bepraten door bedorven gezellin nen, die haar meelokten naar danskoten en verdachte bijeenkomsten. Gevaarlijke posten en gezelschappen, dat zijn de slruikelstecnen waar zoovele meisjes over vallen, helaas maar al te dikwyls om niet meer op tc staan. Daarom kunnen wy de ouders niet genoeg op 't harte drukken, dat zy goed moeten inlichtingen nemen vooraleer hun dochters in eenen post te laten gaan. Van den eersten post hangt dikwerf de gansche toekomst af. Vooral, ze laten zich niet verblinden door zoogezegde hooge loonen want als deze moeten dienen om 'l ongeluk te bewerken hunner kinderen, dan is 't beter ze te versmaden dan ze te zoeken. De ouders moeten weten by welke soort menschen hun kinderen hunnen intrek nemen of deze geen gevaar loo- pen in betrekking te komen met perso nen op wier zedelykheid iets te zeggen valt, oi ze geen verderfelijke voorbeel den onder 't oog krijgen of ze wel vol doende vrijheid genieten 0111 de plichten te vervullen die een deftig calholiek opgebracht meisje te kwijten heeft. Vader en moeder moeten te allen tijde een strenge waakzaamheid uitoefe nen over hel doen en laten hunner meisjes in de stad. We bekennen het, 'tis niet altijd een gemakkelijke taak. vooral als de ouders verre van de stad wonen maar als ieder doe wat hij kan, zich geene moeite ontzie, dan komt er zeker veel terecht van hetgeen in het ander geval onvermijdelijk verloren gaat. uit her ruim te geraken. Wel is waar werd er voortdurend aan het touw gerukt en ge trokken, maar dit schreef ik toe, aan de voetstappen, die van alle kanten op het geschreeuw van Billy aankwamen, en in plaats van langzamer, klom ik zoo snel mijne krachten het toelieten, want ik over legde, dat zulk een drukte en verwarring mij de veiligste kans bood, om ongezien op het dek tc komen en over boord te springen. Ik klom dus Billy's verwenschingen tege moet, niet wetend en er ook niets om gevend, wie of wat er de aanleiding toe was. En toen mijn oogen boven het luik uit kwamen, zag ik, onder eene onbeschrijfe lijke mengeling van tegenstrijdige aandoe ningen, hoe de zaken stonden. Ik hield den neger bij het been vast 1 Onmiddellijk begreep ik, hoe het gebeurd was doch voor Billy zelf, die met den rug naar mij toe stond cn niets vermoedde van mijn tegenwoordigheid bleef de zaak een ondoorgrondelijk geheim. De zwarte was juist op het o:genblik dat ik het langste eind kabel inhaalde, over het slecht verlichte dek gekomen en had toe vallig den voet gezet in een ring van het touw, dat zich door mijn gewicht als een 6chroel"om zijn knoesel sloot en spotte met alle pogingen om zich ervan te bevrijden, terwijl de voortdurende spanning door mijn klimmen veroorzaakt, gevoegd bij zijn eigen razend springen en schoppen, het touw in hst vleesch deed dringen. van het Arrondissement Aalst. Het Midden-Comiteit der Catholieke en Grondwettelijdo Vereeniging van hel Arrondissement heeft verleden Dijnsdag, ten iokale van den Catholieken Kring l'Union te Aalst, eene zeer belang rijke vergadering gehouden. Al onze cath. Senatoren en Volksvertegenwoor digers waren aanwezig en namen aan de bespreking der verschillige punten van het dagorde deel. M. Van Vreckem, Voorzitter legt aan de vergadering den politieken toestand bloot van ons Arrondissement. Met ge noegen mochten wij vernemen dat den toestand voor ons thans bloeiender is dan ooit. Het verslag over de inrichting en de werkzaamheden van het Bestendig Bu reel gedurende liet jaar 1906, door den Heer De Vrieze, Schrijver, voorgedra gen, wordt geestdriftig toegejuicht en zonder opmerkingen goedgekeurd. Buiten de te nemene maatregelen voor de aanstaande Gemeente- en Wetgevende kiezingen werd de wet op het Vergun ningsrecht druk besproken. De H H. Leden drongen er op aan dat er aan die wel zoo spoedig mogelijk veranderingen zouden toegebracht worden. Verders werd er besloten, dat de jaarlijksche algemeene Vergadering der Afgevaardigden op 20 Mei a s. (25 Sin- xendag) le Herzele, zal gehouden worden. OP GOEDEN VRIJDAG. - Sedert verscheidene jaren werden te Parijs, door de vrijdenkers en vrijmetselaars, op Goeden Vrijdag, vleeschbanketten gehouden, ten einde den spot te dry ven met de voorschriften der H. Kerk. Vrijdag nu heeft er geen enkel derge lijk banket plaats gehad. De deelnemers van aanzien aan die smulpartyen der vrijdenkerij worden zeldzaam. Mailliade ging er niet meer heen Mirbeau had openlijk verklaard dat liet vleesclieten uit godsdiensthaat eene domme betooging was en Berthelot, de groote man der vrijdenkerij, is dezer dagen overleden. Ook is de vrijmetselarij ontroostbaar over dat verval van den iever der god deloosheid bij hare aanhangers. Hier te Aalst was het souper bij de De uiting van zijn schrik en pijn was buitengewoon grappig om te zien en ofschoon het onmenschelijk, en bovendien gevaarlijk was, lachte ik zoo hard, dat ik meende, te zullen vallen. Wonder dat niemand van degenen, die den neger ter hulp schoten het hoorde. Zij stonden tusschen hemen den scheepswamd, in twee ongelijke groepen verdeeld door het touw dat tusschen hen doorliep en ergens aan de verschansing was vastgemaakt. Bijna al de opvarenden waren daar bijeen, en als de een of ander op het denk beeld was gekomen, om het touw van de verschansing los te maken, dan was ik zeker met verbazende snelheid in het ruim geval len, en de eerste oorzak van Billy s krank zinnig gedrag, zou voor altijd een geheim zijn gebleven. Doch, gedeeltelijk door het onzekere licht op het dek, gedeeltelijk, wijl de aandacht van alle aanwezigen geheel op Billy geves tigd was, niemand dacht op dit eenvoudig hulpmiddel, en terwijl de toegesnelde hel pers van alles veronderstelden cn gisten, kwam Derrick er aan met een lantaarn. Ongelukkig voor mij, verrees juist op dat oogenblik mijn hoofd boven het luik en ofschoon het licht van den lantaarn mij in staat stelde den toestand in een oogwenk te overzien, belette het mij tevens, onge zien weer te verdwijnen langs denzelfden weg dien ik gekomen was. Derrick liet het licht op den neger vallen, tegelijk beschenen de stralen mijn gelaat. Wlf Kullen luier Kien. - Het geliefkoosd woord van burge meester Braun. heeft in Frankrijk eene nieuwe toepassing gevonden. Eene groote schets van den teekenaar Lemot verbeeldt eene zaal in een gast huis Op het voorplan ligt eene ongeluk kige gekwetste te zieltogen Eene zieken dienster, alhoewel wereldlijk, smeekt een dikken heer - bestuurder of ge neesheer van het gasthuis die haar met minachting beziet. Men moet eenen priester ontbieden, roept de ziekendienster uit. Die man ligt te sterven. Zeer goed, luidt het antwoord. Dat hij eerst eene vraag schrijve, op geze geld papier dat hy die onderteekene en zijn handteeken doe legaliseeren door den commissaris, daarna zullen wij zien De lezing is voldoende om het verstand bezig te houden, het te voeden, te verheffen, te zuiveren, en ik heb nim mer begrepen dat de rijke menschen zich konnen vervelen met de hulp eener bibliotheek, noch zelfs konnen bedorven worden. Het is de luiheid die de groote bron is van bederf, en de lezing alhoe wel weinig vermoeiend, is voldoende om de luiheid te verdrijven. E. P. Lacordaire. BLOEMPOTTEN De wanden der bloempotten moeten poreus zijn 'tis te zeggen, dat de buitenlucht door liet steen der potten tot aan de wortels dringen kan. Men weet immers dat de lucht eene groote rolt speelt, niel enkel in de ontwikkeling van takken en bla deren, maar ook in de vocdselopname van het wortel gestel. De wortelharen hechten zich gaarne aan de kleine onef fenheden der potwanden vast en zuigen daar de indringende lucht op. Daarom is het verkeerd do potten rood to verwen, of de bloemen in porseleinen of geglazuurde potten te zetten, in de welke de plant slecht gedijdt, bij ge brek aan den noodigen luchttoevoer. Laat de gewone steenen potten zooals ze zijn en schuur van tijd tot tijd den pot af, zoodat hij proper en open is de plant zal er goed in gedijen en er te lie ver om zijn. Tijd en toeval kunnen niets doen voor hen, die niets voor zichzelven wil len doen. Canning. Wal <I«» geuzerli /.ou wlllt-11. De liberale Chronique raagt dat de priesters, die over de hel durven preêken, zouden gestraft wor den, omdat zij vreest dat er menschen zouden zijn die daardoor voor de libe ralen niet meer zouden stemmen. Het Brusselsch vrijmetselaarsblad is dunkt ons nog gematigd het had wel in eens kunnen vragen dat er aan de priesters volstrekt zou verboden worden te preê ken. In Frankrijk komt men daar reeds toe, en de Belgische Combisten zijn daarvoor in geestdrift. Derrick ontdekte mij en nu werd het ernst. Hallo riep hij, met zijn vrije hand op mij wijzend, zoodat alle blikken naar mij gericht werden. Ik geloof dat de duivel zelf u in den strik gevangen heeft, Billy Billy wende het hoofd om en staarde mij angstig aan. Daar hij echter dichter bij mij was dan Derrick, herkende hij mij dadelijk. Ziet het is de jonge heer Tinker, mijnheer riep hij op heeschen toon. Och, kom riep Derrick. Hij naderde het luik en zag mij scherp en ongeloovig aan. Weldra zag ik, dat hij mij herkende, en dat die herkenning hem ge noegen deed. Hcaly, help eens een handje, vlug wat zegde hij tot den man, die naast hem stond, hij zette den lantaarn op den grond en schoot op mij af als een valk. De Ier kwam hem ter hulp. Derrick nam mij in mijnen kraag, Hcaly in den band van mijn broek en met een fiinken zet stond ik op het dek. Nauwelijks raakten mijne voeten de planken, of Derrick liet zijne onbeschaamd heid den vrijen loop. Billy, riep hij, de lantaarn zoo hou dend, dat het volle licht op mij viel, hier hebt gij uw evenbeeld De zwarte kwajon gen van Tinker, ho, ho, ho Hij berstte uit in een spotlach, waarna de andren instemden. Mijn bloed kookte. Niet omdat hij mij ▼oor zw3i:t uitschold. Ik had mij niet gc- wasBchen sinds den vroegen morgend en DE GROENE SOCIALISTEN van Chipka, Somergem enz., hebben meer maals verklaard dat er in Frankrijk geene godsdienstoorlog bestaat, maar wil men eens oordeelen op welke wijze onze catholieke geloofsgenooten in Frankrijk behandeld worden, men neme kennis van 't volgende dat M Barrés, onlangs tot lid der Fransche Academie verkozen, in eene vergadering dor Pa- trie ï'ran^.aise n verhaalde. Hy schetste de wijze af op de welke de Fransche onderwijzers, om de gunst hunner godsdiensthatende meesters te winnen er hunne catholieke leerlingen behandelen uit spotterny met de chris telijke leerling. Op zekeren dag kreeg een meisje van zever, jaren, dat de fout had begaan des Zondags naar de Mis te gaan, be- vel in volle klas op eene tafel te gaan n staan en vóór hare medeleerlingen liet Onze Vader op te zeggen. Onze Vader, die in de hemelen zyt.... d Weihoe. uw vader is in de he- melen Maar ik heb hem daar over de straat zien gaan I 11 Men kan denken hoe de schoolkin- deren lachten. Geef ons heden ons dagelijksch brood.... d Zoo, 't is uw vader niet die u brood geefthy is nochtans bakker f De kleine stikte van verlegenheid en vrees, doch zij moest het Onze Vader tot het einde opzeggen. Den volgenden Zondag ging zy nog naar de Mis. De onderwijzer deed haar den Maandag weèr op de tafel klim- i) men. Dezen keer moest liet meisje het Wees-gegroet opzeggen 1 Wees gegroet, Maria Zoo ge kent die vrouw, daar gy haar groet Men groet slechts de vrou wen welke mon kent. Toen stond een tienjarige knaap recht en zegde tot den onderwijzer dal hetgeen hy deed zeer slechts was en dat de moeder van het meisje zulks niet zou gedogen. Mijnheeren, zegde M. Barrés, dat toonecl verontwaardigt U het kan u niet verwonderen gy kent ontelbare feiten van dien aard. Dit alles is immers geene vervolging in de oogen van onze Belgische blauwe en roode vrijdenkers en vooral van de groene volksfoppers BAKKERS BAKKERS!! De liberalen zijn u toch zoo genegen, zoo willen ze het u toch wijsmaken na dat ze uwe rekening in den stedelijken Raad hebben gemaakt en de leveringen van brood aan '1 Armbestuur aan eene coöperatief wilden bestellen. Vraagt eens wat er tot hiertoe belet heelt eene liberale samenwerkende bak kerij in te richten Vraagt antwoord bij den bierleveran cier der roode socialisten het roet van de schouw, de kleverige suiker siroop uit het vat en het stof uit het ruim van de brik, zouden mijn gelaat zeker even grouw gekleurd hebben als dat van Billy zelf. Neen, dat woord kwajongen was mij te kras. Ik moet bekennen dat het dwaas was, maar in mijn oogenblikkelijke drift haalde ik mijn mes te voorschijn en deed een uitval naar hem. Gelukkig zag Healy mijn hand naar mijn gordel gaan en sloeg hij snel mijn arm in de hoogte, anders had ik zeker, tot mijn eigen verderf. Derrick aangevallen. Het meB werd door het luik naar beneden geworpen; ik ging een stap achteruit en bracht in mijne woede, dat Healy dus mijn plan ver ijdeld had, dezen een stoot toe, die hem op den grond wierp want behalve dat Billy mij goed onderricht had gegeven, was ik een sterke jongen, en als ik kwaad was, kon ik een vaatje van een halven duim dik, stuk slaan. Toch oefende ik mij liever op menschen- hoofdsn, en deze voorkeur werd ruim schoots ingewilligd, want allen stormden op mij los. Twee wierp ik er op den grond, en toen. met Derrick's ijzeren vingers om mijne keel en een dozijn handen, die mij aangrepen, bezweek ik nog stecdB in den blinde vechtend tegen de overmacht. Der- riek zette zijne knie op mijne borst, cn zoo staarde wij elkander uitdagend aan. Hij was bleek van woede. Wordt voortgezet.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1907 | | pagina 1