Donderdag H- Mei 1907 5 centiemen per nummer. 578te Jaar 5948 Vrij onafhanksiijk volksgezind orgaan van de Stad an 't Arrondissement van Aalst. GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. Hoe ze de vrijheid verstaan. Eert Vader en Moeder. Belgische Volksbond De Godsdienst en Eerlijkheid. Een «oninatigheidsbond. EEN EN AN DEK. DE DENDERBODE. Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee- keoing van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad B frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden fr. 1-76 voor dry maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont- va 3gen zijn ten laste van den schuldenaar. Men schrijft in bij O. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, Nr 31, en in alle Postkantoren des Lands. CZJIQUE SUUM. Per drukregel. Gewone 16 centiemenReklamen fr. 1-00Vonnissen «p 3** bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij acccord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Nota rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van dit blad. Aalst, 12» Mei l»OJ. De Journal de Charleroi een socialistisch orgaan, brengt ons het programma meê der vrijdenkers, of lie ver, godverloochenaars, van de Repu bliek van den Evenaar, een staatje van Zuid-America. In een onlangs gehouden vrijden kers congres werd dit programma met eenparigheid gestemd. Verder werd be sloten dat men de uitvoering ervan zal vragen aan de nationale vergadering der Republiek. Ziehier bedoeld programma 1° Inbeslagneming der goederen van doode hand (dat beteekent in vrijdenkerstaai kerken, kapellen en andere gebouwen van den eeredienst, kloosters, enz.) 2° Verwereldlijking der kerkhoven; 3° Afschaffing der noviciaten 4° Afschaffing van alle uitwendige godsdienstplechtigheden 5° Invoering eener wet van policie op do ecrediensten. Dit programma is, volgens het roode orgaan, hoogst bewonderenswaardig en zegt Daar het grootste deel der afgevaar digden tot de vrijdenkerij beliooren, mag men zeker zijn dat die besluiten tot wetten zullen gemaakt worden. En zeg- fen dat, weinige jaren geleden, de esuieten als meesters heerschten in die republiek (N. D. R. En datdecatho- lieke president Garcia Moreno er reeds lange jaren geleden den marteldood stierf, door de handen der Vrijmet selarij Eene zoo radikale verandering in zoo korten tijd strekt grootelijks tot eer aan het volk van den Evenaar. Wan neer zullen de Belgen in staat zijn dat voorbeeld te volgen Die vraag Wanneer zullen de Belgen in staat zijn dat voorbeeld te volgen P moet ons Belgen do oogen altijd beter doen openen immers klaar en duidelijk wordt ons aangetoond wat de vrijdenkers in 't schild voeren... Waren zij volkomen meester van 't bewind de dwingelandij, de vervol gingen van allen aard voor hen die niet denken gelijk zij, zouden woeden met uiterste hevigheid. Zoo verstaan de liberale vrijdenkers de vrijheid' voor allen. Gelukkiglijk is de overgroote meerderheid der Belgen van ooa 6e vervolg. VII. AAN DE UNIVERSITEIT. Gustaaf was dan eindelijk student. In den tijd waarvan wij spreken, ging alles nog niet zooals tegenwoordig. Thans gaat alles met stoom, maar de menschen leven ook met stoom. Het is een koortsachtige jacht op geld en genot, die nooit voldaan wordt. Daar is iets in onzen tijd, een ziekte, van niet verzadigd worden, die het grootste ongeluk, de ondergang is van hen, die door die krankheid aangetast worden. Ongeneesbaar is de kwaal en zij laat het arme slachtoffer niet los, vooraleer het in de volslagen on mogelijkheid verkeert niet meer te kunnen genieten. Daarin was Gustaaf zijn tijd verre voor, die dubbele koorts deed zijn hersenen en zyn bloed koken. Na de noodige dagen reizens deed de student zijn intocht in de academiestad. Hier ging het aanvankelijk tamelijk stil toe. Stil Dat wil zeggen, men hoorde niet veel van Gustaaf. Wel kostte hij veel geld. Elk oogenblik kwamen brieven om geld. Qeld, geld I was het einde van het lied en een ander gevoelen de Belg is van ouds wars van alle dwingelandij. In ons land van vrijheid zouden zij die hunne medeburgers in slavernij willen dompe len slecht gekomen zijn niet lang zou het duren of de dwingelanden zouden vallen onder de vermaledijding van 't verontweerdigde volk gelijk in 1884. Gelijk in 1884, wanneer de liberale dwingelanden der ongelukswet van het bewind werden weggevaagd. Daarom, landgenooten, laat ons op onze hoede zijn Men verzoekt ons de mededeeling van den volgende brief Heeren Voorzitter en Leden, Er is een nieuw Ministerie samenge steld geworden, en zooals M. de Trooz, zijn hoofdman, het verklaarde, is het rechtzinnig verlangen om al de calho- lieke krachten bijeen te trekken in het Parlement en in het Land, de groote bekommering geweest bij de vorming van het Cabinet. Het Bestuur van den Belgischen Volksbond zou zijnen plicht verwaar- loozen, indien het by deze gelegenheid zijne blijdschap niet beloonde, daar een dor reeds lang betrachte wenschen van den Bond wordt verwezenlijkt. Twee der uilstekendste leden van den Belgischen Volksbond, M. Helleputto, zijn voornaamste stichter en eerste Voor zitter, en M. Renkin, Bestuurlid,maken deel van het nieuw Ministerie. Hunne genegenheid, van ouds, voor de kleinen en de zwakken, hunne sterke overtui ging en hun talent zyn een waarborg voor ons dat de belangen der werk lieden, in den Ministerraad zeiven, krachtig zullen verdedigd worden. De leden uwer vereeniging, die Gy verzocht zijt, zoohaast mogelijk, in buitengewone zitting zelfs, bijeen te roepen, om hun dezen brief voor te lezen en uit te leggen zullen ongetwijfeld de levendige voldoening smaken die alle ieveraars voor de catholieke volkswer- ken in hun hart voelen opwellen. Wij verzoeken U aan de leden uwer vereeniging al het gewicht te doen be grijpen van het samentrekken van alle catholieke krachten des Lands, door M. de Trooz, hoofd des Cabinets, zoo zeer betracht. Het is meer dan noodig dat de catho lieke werklieden, die over eene groote kiosmacht beschikken, eene machtige propaganda doen ten voordeelo hunner van eiken brief. Maar welke brieven Nooit een goed woord, nooit iets wat een zweem van dankbaarheid kon heeten. Altijd ver wijten, ruwe en onverschillige uitdrukkin gen, en in het algemeen iets minachtends, in alles. Alsof de arme ouders gelukkig moesten zijn voor hun zoon alles te doen, alles op te offeren, zich zeiven te vergeten en niet dan voor hem te leven. Het was alsof zij zich gelukkig mochten achten, dat zij voor zulk een zoon mochten zorgen dat hij hun naam droeg. En helaas zoo was het, de gedachte aan hun zoon, die als een groote lui's kind aan de universiteit studeerde en niets uitvoerde, maakte de verblinde ouders doorgelukkig. Wie zich ongelukkig voelde, was Reta. Ook zij had tijdingen ontvangen en die klonken anders. Daarin heette het dat Gustaaf een verkwister, een godsdienst- en zedeloos student was. Onder heete tranen verdubbelde het arme kind hare gebeden en goede werken. Zij leefde in de hoop, het mocht nog eens goed worden. De goede God kon en zou helpen. Eensdaags betrad zij het bevriende huis. De beklagenswaardige moeder wi6t niet genoeg van haar zoon te vertellen, en men hoorde toch onwillekeurig uit hare woor den, dat zij meer wist dan zij zeide, zelfs dat er onder al die loftuigingen geen geringe ;.ngst over Gustaaf schuilde. Men voelde het klaar haar geweten deed haar bittere verwijtingen en de vloed van ijdele woorden moest die wroegingen doen vergeten. catholieke mandatarisen en der Regee ring die hun orgaan is. Buiten de catholieken hebben de werk lieden geen ernstige verdedigers hun ner belangen. Al de maatschappelijke wetten, sedert 1884 gestemd, zijn het werk van catholieken. M. de Trooz zal de kranige voortzetter zijn van die politiek. De samenstelling zelve van het Cabinet, dat hij voorzit, is daar het bewijs van. Ondersteunen waj dus het nieuw Ministerie, helpen' wy mede om zijn programma uit to werken en bereiden wij van nu af aan, de aanstaande wet gevende kiezingen voor, derwijze dat zij met eene glansrijke overwinning wor den bekroond. Aanvaardt, Mijnheeren, de verzeke ring onzer ware hoogachting. Namens het Bestuur De Voorzitter, De Schrijver, Arthur Verhaegen. Gustaaf Eylenbosch. Brussel, 8 Mei 1907. Een ryke bankier van Poitiers, werd in bankbreuk verklaard. Dry zijner schuldeischers ontmoetten elkander en vroegen hoeveel ieder hem had toever trouwd. De eerste zegde Ik verlies er 30,000 franken mede. De tweede Le kende dat hij 39,000 franken moest trek ken de derde verklaarde dat de ban kier liera slechts 7,50 franken schuldig was. ii Nochtans, hernam een der twee anderen, de bankier heeft mij laatst nog gezegd dat hij u 45,000 franken schuldig was. Hoe zijt gij in 't bezit daarvan ge komen Wel doodeenvoudig ik heb mijn geld geëischt en verkregen. Zonder twy fel had iemand u ver wittigd van de dreigende nabijheid van de betalingsonmacht Ziehier... Verleden jaar heeft onze bankier te Algiers op het graf van eenen vrijmetselaar eene redevoering uitge sproken die walgdo van materialisme en goddeloosheid... Dat is waar, deze redevoering is in de dagbladen verschenen, maar alhoewel materalisten goddeloos, zooals ge zegt, kan men toch een eerlijk en deftig mensch zijn Ik heb zoo niet geredeneerd. Ik zegde Deze monsch roemt er op noch Moeder, Bprak Reta, ook ik heb tijdingen van Gustaaf. Zij zijn allertreu rigst. Verder mocht zij niet 6preken. Als een getergde furie sprong vrouw Gebhard op en Reta mocht blij zijn, dat zij er nog zoo van af kw;im met een vloed van bitsigheden en nog al scheldwoorden. Zij was een schijn heilige, een kerkloopster. die de menschen door de tanden haalde, dat wist toch ieder een. Zulke menschen waren onverdraag lijk. Die moest men niet aanhooren, dat was verreweg het beste. Voor zulke adders moet men uit den weg gaan, en die zag men niet gaarne in een huis. Overigens,» zoo eindigde zij haar uitval, waren dat hare zaken, de zaken van Gustaats ouders en niet die van een schijnheilig wezen zoo als zij. i) v Arme vrouw Gebhard, riep Reta haar toe, geve God dat de tijd u niet leere, wie van ons beiden.gelijk heeft. Diep bedroefd, met tranen in de oogen, keerde Reta huiswaarts. Hoe zou dat eindigen Aan de universiteit voerde ondertusschen Gustaaf een leven van vroolijken Frans. Uitspattingen van den slimsten aard waren aan de orde van den dag. Het was een leven van schandelijke zonde en dwaze verkwis tingen, dat hem een treurige beruchtheid gaf. Men kende hem onder den naam van de baton. En de zwakke ouders sloten de oogen en betaalden maar verder. Weigeren konden aan God noch aan den duivel te geloo- ven, hij zou dus ook zekeren dag niet meer gelooven nocli aan de eer, noch aan het geweten. Het deed my pyn te hooren van een man, die mij 45,000 fr. schuldig was, dat God, de opperste Rechtveerdigheid, slechts eene schim was. Sedert 20 jaren heb ik bestatigd dat op honderd bankbreukverklaringen, ten minste tachtig verwekt worden door mannen zonder godsdienst. (Land van Oudenaarde.) Wij vernemen dat de gemeente Rongy (Henegouw) in volle onwenteling staat. De alcoolverkoopers, wien het niet bevalt dal de matigheidsbonden den verkoop van dat vergif tegenwerken, hebben daar eenen onmatigheidshond gesticht - - wij zeggen Onmatigheids- bond. Er werden plakbrieven uitgehangen, opgesteld als volgt 1 DE ONMATIGHES» De Roode Ster Afdeeling Rongy. Bericht aan het volk. Doet eene uiterste poging, opdat men u, werklieden, niet belette liet borreltje te drinken, dat u verwarmt en 's mor gens moed geeft. Schaart u niet onder het vaandel van liet Kruis (Matigheidsbond). Geenen eetlust zonder eetlustprik- kels. bij gevolg zonder alcool, geen vleesch meer noodig. Moed, en laat ons er niet hij bepalen water te drinken. De Vereeniode Vrienden van Rongy tegen de Matigheid. De u Bien du Peuple. het uitmun- tond alcoolbestrijdend blad van Doornik, na het voorgaande aangekondigd tè hebben, voegt er fijn spottend volgend naschrift by De Vereenigde Vrienden tegen de Matigheid ontwerpen een groot bewijs hunner grondbeginselen. Te beginnen van 1 April, aangezien de alcool verwarmt, verhinden zij zich geen vuur meer te stoken in hunne her bergen en huizen do alcool vervangt de kolen. Te beginnen met denzelfden datum, doen zij belofte geen brood,noch vleesch, noch groenten te eten, aangezien de alcool voedt. Waarom zijn geld geven aan beenhouwer, bakker, kruidenier, enz., als men, in den kelder, het voedsel op flesschen heeft 1-Iet Bureel van Weldadigheid zal deze week vergaderen. De briefjes voor kolen zullen vervangen worden door briefjes voor geneverde alcool ver warmt, De briefjes voor brood zullen ver vangen worden door briefjes voor bran dewijn de alcool voedt. (Het Volksgeluk.) zij hem niets. Dat stond vast en dat wist hij. Daartoe deugden zij nog. Dat was zijn schandelijk woord, daartoe waren zij nog goed en moesten er blij toe om wezen. Dat kon toch niet altijd blijven duren. Alles heeft en aan alles komt een einde. Zoo was het ook met de middelen van vader Gebhard. Zijn spaarpenningen, zoo zuur verdiend, waren reeds weg en steeds hield zich Gustaaf aan het geld vragen. Maar Gustaaf was het niet alleen. De 6chuldeischers bleven ook niet in gebreke teeken van leven te geven. Soms liet hij ze op betaling wachten, en dan regende het rekeningen en maanbrieven, van Christe nen en Joden, in het Gebhardsche huis, dat zulks nooit gezien had. Ook nu nog speelde de arme moeder den advocaat voor haren zoon, voor een ellen deling. Zij wist hem altijd te verontschul digen. Maar toen de rekeningen en geld vorderingen niet wilden ophouden, kwam het tot onaangename bittere woorden tus- schen vader en moeder, cn ergerlijke too- neelen grepen er dagelijks plaats tusschen de verblinde, ongelukkige ouders. Zij zagen en wilden niet zien. Niemand wilde de schuld dragen van het ongeluk van hun kind. Dat begrepen zij beiden, al zeg den zij het nooit. Zij, en zij alleen waren de oorzaak van hun eigen harteleed en van den «edelijken ondergang van hun eenig Tegen de »nt iclerlkule pers. De catholieke vrouwen van Toledo hebben een bond gesticht om de anticatholieke pers te bestrijden. Te dien einde hebben zijn de statuten van de nieuwe vereeniging aan Zyne Eminentie, kardinaal Sancha, ter hand gesteld en zyn goedkeuring gevraagd. Ziehier den inhoud van dit dokument De ondergeteekenden en hare on- derhoorigen en meer dan 200 dames verklaren doordrongen als ze zijn van de zeer ernstige plichten, die de godsdienst oplegt, zich te verbinden 1° Alleen goede nieuwsbladen te lezen en te koopen, en geen lectuur te dulden, vooral niet in haar eigen wo ning, van de anticlerikale pers 2° Leggen zich het verbod op. naar den schouwburg te gaan, zoo zij niet van te voren weten wat er gespeeld wordt en zoo zij gedurende de voorstel ling bemerken, dat een of ander tooneel strijdt met de christelijke zedeleer, zul len zij onmiddellijk de zaal verlaten 3° Leggen zich eindelijk het verbod op, te koopen in een winkel, waar on zedelijke platen worden ten toon e-e- steld. Kardinaal Sancha heeft de stichters dezer vereeniging geluk gewenscht en haar zyn steun zondereenig voorbehoud toegezegd. En met reden ook Ware 't maar overal zoo Zouden hier te Aalst de vrouwen ook de moed niet hebben om de slechte drukpers en de onzedelijke kaartjes wat krachtdadiger te bestrijden Men gelooft gewoonlijk geernc wat men lief heeft en zelden wat men niet lief heeft. Aan de zaak van het goddelyk geloof is eene zaak van goddelyke deugd en kracht verbonden en 't is voorzeker voor die deugd dat de ongeloovigen be nauwd zyn. Lacordaire. Men moet geen woorden gebruiken die grooter zijn dan de zaken die mon wil aanduiden. F. Sarcey. kind. En dat is hard, onbegrijpelijk hard. VIII. OUDERENTRANEN. Zoo gingen zij, gebukt onder een onzicht baar leed, door het huis ieder zijne bezig heden na. Maar vader Gebhard wa6 oud geworden in de laatste jaren, en de forsche krachtige gestalte was gebogen. Het kwam den menschen voor, dat hij moeite deed en tevergeefs, om het hoofd recht te houden. Niet meer zoo zelfbewust As weleer droeg hij het in rechtmatigen eerlijken trots. Het vroolijke woord, het pittige gezegde, de puntige scherts, welke hij vroeger altijd ter hand had, waarmede hij den arbeid kruidde en de Bmidse verlevendigde, was gestorven op zijn lippen Zijn wenkbrauwen waren bijna altijd gefronst, en zijn oog, dat weleer zoo lustig flikkerde, stond somber en sta rend. De gezellen kenden hun meester niet meer terug. Een vroolijk lied verdroot hem. In de smidse, eens zoo levendig, was het doodsch geworden, en aan tafel ging het zwijgend toe. Men bad en at en ging heen. Het huis was veranderd en geheel, het was niet meer te herkennen. Een zwaar zielsverdriet had er zijn intre de gehouden. Wordt voortgezet.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1907 | | pagina 1