Zondag II Augusti 1907 5 centiemen per nummer. 57"e Jaar 5972 Roode politiek. Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst. GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. DE GOUDKUIL Schijnheiligheid. Nationaal Congres DITJES en DATJES DE DENDERBODE Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee- kening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frank met den Post versonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont vangen zijn ten laste van den schuldenaar. Men schrijft in bij O. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, N* SI, en in alle Postkantoren des Lands. CHIQUE SUUM. Per drukregel. Gewone 15 centiemenReklamen fr. 1-00Vonnissen op 3d* bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij acccord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Nota rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dynsdag en vrijdag in dan voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde lauden zich te wenden ten bureele van dit blad. Aalst, ÏO Augusti 1ÖOT. Denkt toch niet, waarde lezers, dat wanneer de socialisten de werklieden in syndicaten, coöperatieven en vakbon den vereenigen zy dit doen uit loutere liefde en genegenheid en met het doel hunne zedelijke en stoffelijke belangen te verdedigen, i. a. \v. hunnen levens staat te verbeteren door deftige middels. Denkt dat niet, want 't is valsch... De socialistische leiders hebben geen ander doel dan de werkersstanden onder hunne heerschappij, onder hunne macht, onder hunnen invloed en gezag te krij gen ten einde ze, zelfs soms tegen hun nen dank, by 't leger van den hatelijken klassenstrijd in te lijven en aldus hunne eigene politieke verheffing te bewerken. Ja, hoevele roode leiders telt men niet die langs de schouders der gefopte werklieden naar eere en bezoldigde ambten zijn geklommen En hoevelen staan er ongeduldig te loeren om ook eens op zulke wyze naar hooger te klim men Hier tw Aalst treft men er ook aan... Het is onbetwistbaar dat de klassen strijd het middel is dat door de socialis tische leiders by voorkeur gebruikt wordt. De groene socialisten van Cbipka apen hun na zy ook voeren den klas senstryd. Wat leest men in hunne organen of gazetten, wat hoort men in hunne ver gaderingen, in hunne meetings De burgerij, de werkgevers, zij die iets bezitten worden als uitbuiters, als harteloozen, als volksvyanden voorge steld... De begeerlykheid der menigte wordt aangevuurd de bestaande mis bruiken en de rechtmatige grieven waarover de werklieden te klagen heb ben worden verzwaard en overdreven, en zoo stoken zij ontevredenheid, haat en afgunst. De betrekkingen worden aldus ver bitterd tusschen werkgevers en werk lieden, tusschen burgers en minderen, tusschen rijken en armen, 't gene reeds meer dan eens geweldadige botsingen heeft veroorzaakt die bloed stroomen deden. Gestadig worden er onder alle voor wendsels, soms nietige, werkstakingen uitgelokt om loonsverhooging, om beperking van den arbeidsduur, om ver mindering van voortbrengst, om de wet voor te schrijven aan de werkgevers. Altijd zit politieke berekening of het aanwerven van leden voor hunne coöpe ratieven, enz. er onder. En of de eischen die ze opperen ongegrond, zelfs onrechtveerdig zijn, daar bekommeren zij zich bitter weinig meê het is er hun enkel om te doen den haat en de tweedracht in leven te VAN J. R. HUTCHINSON. a6* Vervolg. Hij kende den tonnen-inhoud van de brik, en daar hij op zijne manier een ge leerde was, had hij uit het hoofd het juiste getal gaten berekend, die noodig waren om het vaartuig in vier uren te doen zinken, daarbij zooveel mogelijk alle omstandig heden in aanmerking nemend. Wat bij echter niet vooraf kon weten, zooals ik daar straks zegde, was de vergane toestand van de brik, waardoor wij natuur lijk ons werk veel gemakkelijker en sneller konden verrichten dan wij gedacht hadden. Dit gaf ook eene geheele verandering in de berekening van den kapitein, zoodat hij nu meende, de oude kas wel in twee, in plaats van in vier uren naar den dieperik te kun nen helpen. Hoe spoediger in den bepaal den nacht het werk was afgeloopen, des te geringer werd het gevaar van ontijdige ont dekking. Ik zal u niet vervelen met een uitvoerig verhaal van onze verdere reis. Toen wij in de Atlantische Zee kwamen en langs de kust van Nova Scotia zeilden, naar de straatjvan Canso, was de wind veranderlijk, *oodat onze reis tot het uiterst gerekt bewaren, de wonde open te houden, te doen bloeden, lijk Bobel zegde om aldus hun gezag op de werklieden dat soms wat verzwakt is te versterken. Dikwerf ziet men de werkstakingen door de roode leiders uitgelokt misluk ken of orbarmelyk uitbranden, en wie is het dan die de gebroken potten be taalt De misleide, of liever, gefopte werklieden... De leiders verliezen er niets bij, ze zorgen te goed dat de honingpot wel voorzien weze om te kunnen lekken. Zij die bij 't socialism zijn ingelijfd zijn ware slaven altijd en in alles moeten ze dansen lijk de leiders schuifelen. Wee hem die niet gedwee gehoor zaamt, zoodra hy het durft wagen van een ander gedacht te zyn of iets te doen dat niet vooraf is goedgekeurd gewor den, dan wordt hij uit de rangen ver dreven, vervolgd en gebroodroofd. En men loochene het niet te Gent zyn er levende voorbeelden Ziedaar, waarde lezers, de roode poli tiek die aan slavernij gelijkt Eu zeggen dat er zoo veel lieden zyn, verblind genoeg om zich door eenige leeperikken te laten bedodden Do gemeentekiezingen zijn aanstaande en weldra zal het weer eens mascarade worden by de liberalen. Ja weldra zullen zij hunne maskers van schynhei- ligheid uit den hoek halen -en er zich meè vermommen om de lichtgeloovige lieden te verschalken. Weldra zal men hen hooren zweren by hoog en by laag dat ze hoegenaamd niet vyandig zijn aan den Godsdienst,dat ze het godsdienstig onderwys genegen zyn, dat de uitoefening der ceremoniën van den Godsdienst door hunne mannen in niets zullen tegengewerkt worden dat ze geene geuzen zijn... en wie het anders zegt, liegt en bedriegt. Wie liegt en bedriegt dat zyn de liberalen. De ondervinding leert ons dat de liberalen aan 't bestuur van Staat, Provincie, Stad of Gemeente, zooveel het in hunne macht is den bloei, de ver spreiding der christene leerstelsels en de openbare ceremoniën van den Gods dienst tegenwerken en dwarsboomen. Feiten en daadzaken bewyzen het. De provinciale Raden van Henegauw en Luik zijn onder de heerschappij der verbondeno liberalen en socialisten. Welnu wat gebeurt er daar?... Zy wei geren zelfs de geringste toelagen toe te staan die gevraagd worden voor het bouwen van nieuwe kerken of kapellen of het herstellen van reeds bestaande. En wat is daar 't gevolg van Een sedert jaren aangenomen maat regel bepaalt dat de Staatstoelagen in evenredigheid zullen zyn van dezen door werd. Overdag sliepen wij en des nachts vergrootten wij het aantal gaten, zoodat bij het aanbreken van den tweeden dag onze taak voltooid was. De fortuin was ons gunstig geweest wij hadden geen ijzer geraakt, en niemand had ons gestoord. Al dien tijd had Healy trouw opgepast en ons het deuntje van denMiNSTRKEL doen hooren. Door zijne goede zorgen had ik weer laarzen aan en was ik, evenals de kapitein, voorzien van een paar geladen revolvers en een voorraad patronen. Boven dien hield hij ons op de hoogte, waar wij ons bevonden, en als er geen ongeluk ge beurde, zou deze dag de laatste zijn, dien wij in gevangenschap doorbrachten. Tegen den middag kwam er een stevige noord-westen wind opzetten daar wij nu ter hoogte van Kaap Canso waren en de Straat zouden inzeilen, hadden wij den wind vlak tegen ons en wij pruttelden er tegen elkander over, dat Daddy Mullins, als een echte landrat, zeker nooit tegemoet zou durven gaan, wat hij als een storm beschouwde. Gelukkig vergisten wij ons echter hierin. Waarschijnlijk was Derrick even ongeduldig als wij, want den heelen namiddag zeilde het oude vaartuig tegen den wind in, dat alles kraakte. Tegen den avond ging de wind liggen, en het horlogie van den kapitein wees 10 ure, eer wij het anker hoorden aflaten. Bijna tegelyk werd er een sjorhout in het ruim geworpen. Dit was het afgesproken tesken dat wij voor anker lagen in de nabij- de Provincie verleend en daaruit volgt dat de Staat geene toelagen kan verlee- ncn en dus in de Provinciën Henegauw en Luik geene nieuwe kerken of kapel len kunnen gebouwd noch behoorlijk hersteld worden. Dat schaadt natuurlyk grootelyks aan 't behoud en den bloei van den Gods dienst. Van den anderen kant werken de geuzen der beide provinciale Raden om den godsdienstzin totaal uit te roeiën. Groote sommen worden besteed om zoogezegde provinciale normaalscholen te stichten waar goddelooze socialisti sche leermeesters, oprechte duivels in menschenvel, worden gevormd. De liberalen en socialisten voeren dus openlijk oorlog tegen de R. G. Gods dienst. En dan zyn ze schaamteloos genoeg om te houden staan dat wie dit zegt, liegt en -bedriegt. Maar niemand met gezond verstand zullen zij hiermeê om den tuin leiden. 't Is genoeg gekend dat moesten de liberalen hier te Aalst meester worden wy ons weldra aan aanvallen tegen de openbare godsdienstige plechtigheden en aan een oorlog tegen den christene godsdienstzin zullen mogen verwachten. De aanvallen in 't orgaan der firma Vijf Ezels G° tegen het vrije catholiek onderwijs toonen het ons aan. Wie den godsdienstvrede behouden wil, bevechte dus onverpoosd het ma- conniek liberalism. De liberalen zyn overal dezelfde godsdiensthaters hier te Aalst zyn ze niet beter dan elders der Kleine Burgerij te Tongeren. Den Maandag handelde M. Pyfferoen in de eerste afdeeling over de nationale onderzoekscommissie en de besluiten, die door haar werden gestemd. De verslaggever vraagt maatregels met het oog op likwidaties het herzien der wet van 20 Mei 1846 op het publieke verkoopen van nieuwe waren. Ook tegen het leuren stelt de com missie maatregels voor toezichters zouden benoemd worden om de overtre dingen op te zoeken. De commissie wil ook streng de rol bepaald zien, welke beambten van open bare besturen vervullen mogen by 't uit oefenen van handel en 't besturen van handelsmaatschappijen. Worden nog voorgesteld de herzie ning der patentrechten, het instellen van crediet voor den kleinhandel, de herziening der wet op de coöperatieven, enz. Het beroepsonderwijs wordt tevens byzonder aanbevolen. Dit laatste wordt gesteund door M. Brassine van Luik. De credietbank, waarvan M. Pyfferoon sprak, zegt ver heid van den Goudkuil. Beau Billy had deze haven wel meer gezien, in den tijd toen hij voor onB kookte en onzen rhum uitdronk. Om elf ure was het eenige wat wij hoor den het bruischen der golven en het zachte fluiten van Healy, waaruit wij begrepen, dat allen naar kooi waren. Na terug ge floten te hebben, zagen wij de ladder naar beneden komen, cn begaven ons toen naar den boeg, om den tijd af te wachten. Hoe ongelooflijk het ook moge schijnen nu, terwijl wij op het punt waren van te gelukken, overkwam ons het eerste en eenige ongeluk dat ons trof, van het begin tot het eind van onze onderneming. Het was alsof de duivel er mee speelde, en als wij ons niet zoo goed gehouden hadden, was zeker alles verloren geweest. Ik leunde tegen het houtwerk, met de hand aan een der vele wiggen, die eruit gehaald moesten worden, en ik stond te dutten. Hoelang dit geduurd had, weet ik niet maar eensklaps voelde ik een schop tegen mijn been. In de meening, dat het oogenblik van handelen gekomen was, be gon ik de wig los te wringen doch een goedgemikte ribbestoot deed mij de hand terugtrekken. Wat bsteekent dat nu vroeg ik knorrig. Stil, ezel fluisterde vader op scher pen toon. Houd uw mond, en volg mij zachtjes naar achteren. Ists in zijn toon deed mij zwijgen over- der M. Brassine, moet gesteund zijn op de vakvereeniging. In de tweede afdeeling handelde M. Cooreman over dit laatste punt, name lijk over de organisatie van den mid denstand, onder de leiding van eonen byzonderen hoogeren raad. Maar de middenstand mag, voor zijne inrichting zich niet verlaten op do openbare macht. Hy moet eersten vooral zelf handelen en werken, mits mede werking, aanmoediging en steun van openbare besturen. M. Cooreman vraagt dan, dat de eensdenkende beslanddeelen van den middenstand beginnen met zich onder ling te vereenigen, zoodanig dat ze hunne economische belangen enkel uit een economisch standpunt beschouwen. Die vereenigingen, plaatselijk, op zichzelven bestaande, dienen echter bondgenootschap te sluiten onder elkaar. Dan, de inrichting van den middenstand moet practisch zyn en tevens op weten schappelijke grondslagen rusten. Een Brusselsch lid trekt te velde tegen de bazars, en raadt den gezamenlijken aankoop der voorwerpen, noodig voor den handel der leden van vakvereeni- gingen. M. Van der Cruyssen zegt dat de middenstand, om goed te handelen, goed ingericht moet zyn. Die organisatie moet zijn:stelselmatig en practisch, doeltreflend, breed van geest en van werking. Wil men prac tisch handelen, dan dient men nationale beroepsverbouden in te richtenplaatse lijke vakvereenigingen, aan hun zeiven overgelaten verkwijnen en verdwijnen. In de eorste afdeeling wees M. ridder de Gorswarem op het voorbeeld der werkende klassen, die zooveel door onderlingen bijstanden voorzienigheid hebben verkregen. De middenstaud kan, wanneer hy wil, over dezelfde middelen beschikken. M. W. Vereist, van Antwerpen is van hetzelfde gevoelen en zegt dat de bur gers te veel tegenover in plaats van naast elkaar staan. M. Schoonheydt handelt over de goe- demannenraden en derzelver samen stelling. In de namiddagzitting hebben MM. Vander Heydon en Vander Cruyssen de uitbreiding van de bevoegdheid der vrederechters besproken. De eerste vraagt tevens voor de handelsbedienden eenen afzonderlijken verzoeningsraad en de hervorming der goedomannen- raden. Wenscheu werden in dien zin ge stemd, alsook maatregels op het samen stellen en nazien der kiezerslijsten. De arme en geweldige goddelooze, die zeker is van niet gestraft te zyn, zal een zot zyn, indien hy u niet vermoordt om uw geld te stelen. Voltaire. won dus mijne jongensachtige lichtge raaktheid en gehoorzaamde hem, ofschoon niet van harte, en inwendig zeer verwon derd. Nauwelijks waren wij echter eenige meters verder, of ik bemerkte de reden van zijn zonderling gedrag. Daar kwam, met een lantaarn in de hand een man de ladder af, wiens slap niet de welbekende stap was van onzen trouwen Healy, maar een eigen aardig hinkend voortschuiven. Bij al wat ongelukkig is, het is Derrick fluisterde de kapitein, mij bij den arm grijpend en naar zich toe trekkend. Dat vermoedde ik wel. Wat, in duivels naam voert hem dezen nacht en op dit uur hierheen Niets goeds, daar kunt gij op rekenen. Gelukkig dat ik hem zag, anders was alles misschien verloren geweest. Misschien is het toch verloren, zegde ik. Hij komt recht op ons af. Nu, als hij bemerkt wat wij gedaan hebben, zullen wij hem tot zwijgen moeten brengen, zegde hij grimmig en vastberaden. Maar schieten is te gevaarlijk, jongen. Wij zullen hem een prop in den mond moeien stoppen. Hebt gij uwe pots Op mijn hoofd vader. Houd u dan gereed, hem die in den mond te stoppen, alB hij onschadelijk moet gemaakt worden. Wij waren nu bij den mast, en stonden vlak tegenover onzen onwelkomen bezoe ker. De ballast rond ons heen lag vol spaan ders, de afval van ons werk, en toen mijn blik viel op deze verraderlijke bewijzen van MEDEBURGERS - Met het oog op de aanst. gemeenteverkiezingen, hebben de schrij velaars van 't orgaan der firma o Vijf ezels eenen veld tocht geopend tegen de vrije calholieke scholen... De opvoeding en 't onderwys die men er aan de volkskinderen ver schaft is onder allo opzichten af te keu ren en de onderwijzers zijn onbekwa- men, zeggen de sch rij velaars. Maar het zijn vuige leugens die do liberale schrij velaars uitkramen. Het liberaal onderwijs alleen is te verkiezen, beweren zij. omdat het alleen deugt en door bekwame meesters gege ven wordt die aller vertrouwen weerdig zyn. 't Is gekend en geweten de liberalen hebben al 't verstand der wereld in pacht en 't kan dus niet missen dat al de libe rale onderwijzers nog grootere feniksen zijn dan Picco Mirandola. Verre van ons te beweren dat er onder de liberale leermeesters ook geene bekwame lieden zijn, maar wat toch waar is, 't is dat ze ook vuilbaards lever den en dat hebben talrijke gerechterlijke zaken in België en eiders genoegzaam bewezen... Dit is immers gemakkelijk te bewijzen. En waarom dien veldtocht tegen het vrije catholiek onderwijs Om zich te schikken naar T besluit van 't Congres op Mei (O.L.H. Hemel vaart 1907) door de liberale gemeente raadsleden gehouden, bepalende dat er alle middelen moeien ingespannen worg den om den hatelijken schoolstrijd der ongelukswet van 1879 te doen herwoe den die zoovele gemeentebesturen en huisgezinnen heeft geruïneerd, zooveel tranen heeft doen storten en bloed doen stroomen. Op de besluiten door hooger bedoeld liberaal congres genomen zullon wij terugkomenonze Medeburgers, onze Landgenooten moeten verwittigd wor den Het kind zonder God, zal een slechte zoon, een slechte vader en bur ger, eeu slechte echtgenoot zijn. Hel kind zonder God, zal een zedelooze jongeling, een man zonder geweten, een ouderling zonder knaging,een stervende zonder hoop zijn. Het kind zonder God, zal voor leer meester hebben den hoogmoed voor aanprikkeling de hegeerlijkheid voor foltering de nijdigheid voor gewoon te de zedeloosheid. Mgr Besson. f Ifioe Itillelhoorig. Groene Pie kwam op den 2" kermisdag te Ninove, wandelde door do straten en bevond zich eindelijk voor 't Oudman nenhuis. Groene Pie maakte er zijne parettcn, 't waren saluades op suluades, enfin de groene clown is gekend... Eenige personen waren aan de afspan ning De Keizer gezeten en loerden het af... Een derde persoon kwam te nagang, bemerkte de parelten van onzen groenen held en kon zich niet weèr- de manier, waarop wij onzen tijd gebruikt hadden, zonk mij het hart in de schoenen. Een blik op Derrick's gelaat stelde mij echter gerust. Wat ook de reden mocht zijn van zijn ontijdig bezoek, achterdocht was het niet. Integendeel, hij ging met den rug tegen den mast staan, hield de lantaarn met beide handen voor zich uit «n zag ons bijzonder vriendschappelijk aan. Goeden avond, kapitein goeden avond, Si 1 zegde hij op zijn gewonen toon. Het is hier beneden een weinig dof. Gij houdt zeker de ramen veel te dicht Op het dek zoudt gij het frisscher hebben, zegde de kapitein scherp. Daarmee bedoelt gij zeker, zegde Derrick, spottend lachend, dat gij niet bijzonder op mijn gezelschap gesteld zijt. Nu, dat vsrwondert mij niet; ik verwachtte ook niet, dat gij mij van blijdschap rond den hals zoudt vliegen, Ik dacht wel dat uw langdurig verblijf hier, u zoo schuw zou gemaakt hebben, dat gij liefst niemand zoudt willen zien. Gij hebt het hier bene den zeker volstrekt met eenzaam, en waar schijnlijk begint het u hier ook te vervelen. Wel neen! dpoalB ik zie, zijt ge een weinig aan het houtsnijden geweest, om den tijd te verdrijven. Nu, als gij liever hier blijft, zal ik u niet uit dit gezellige verblijf ver jagen. Maar ik moet u eerlijk zeggen, en daarvoor kom ik ook hier, dat ik u nog ééne kans wil geven. Kans Waarop vroeg de kapitein. Wel, op verzoening met mij en broer' houden lucht te geven aan zij'ne gevoe lens en zegde Ne zoööóöt Groene Pie bleef staan, keek den zegger met eeue tronie aan nog zuurder dan trippelen wijnazjjn en vol duivels gestampt stapte hij voort tot zich /elven zeggende Die kerel moet een bedorven brooiken in zyn binnenste hebben. Nu de man met het brooiken is er toch zoo verre niet van af... Maar hij, Groene Pie, was gehoond in zijne wcerdigheid van volksvertegenwoor diger die door afkeurlyke middelen langs 't achterpoortje 't Paleis der natie is binnengedrongen. Ook die verwaande stoutheid zou hy. Groene Pie, hem. eens duchtig betaald zetten en in Het Recht van Zondag 11. ging hy er dan ook op los Men moet niet fier zyn soldaat van Rome geweest te zijn zulke grove, schandalige handelwijze is waardig van een slecht opgevoeden straatloo- per, welke nooit het geluk gehad heeft eene opvoeding te ontvangen, en wat beier manieren te leeren dan de eerste dc beste ongelukkige. Zulke laagheden doen niets dan diegenen verheffen tegenover welke ze bedreven worden en het is ook wat wy wij met vreugde mogen vaststellen te Ninove. Ziedaar wat Groene Pie naar 't hoofd slingert van den persoon die hem. bjj 't zien zijner paretten of dwaze kuren, naar zijne daden betitelde. Ja, en dit slingert hy naar 't hoofd van dezen die hem, naar zijn inzien, be- leedigde. hij die eenige dagen te voren ter Volkskamer, onze achtbare Volks vertegenwoordiger, M. Woeste, voor OUDE JOOD - uitschold Wat be dorven iets had gij dan in uw bin nenste Groene Pie Maar wat wil men Men neme Het Land van Aelst n en De Werkman van 1893 tot heden 1907 en 't is eene aaneenschakeling van beleedigingen, vuige versmadingen en laffe lasteringen tegen onze calholieke Senateurs, Volks vertegenwoordigers, provinciale Raads leden, tegen onze achtbare Burgemoes- ter, Schepenen en Gemeenteraadsleden, legen onze Geestelijke Overheden en meer andere personen met openbare ambten cn bedieningen bekleed... Wij zeggen dus tot u, Groene Pie, gy opsteller van Het Land vsn Aelst en De Werkman Zulke grove schandalige han- delwijze is waardig van een slecht opgevoeden straatlooper, die nooit het geluk gehad heeft eeue opvoeding te outvangen, en wat beter manieren te leeren dan de eerste de beste onge- lukkige. Zulke laagheden doen niets dan die- genen verheffen tegen welke ze be- dreven worden en het is ook wat wij met vreugde mogen vaststellen in gansch ons Arrondissement van Aalst!,, Zyn we 't accoord, Groene Pie P... Abe. Ik heb het u nog eens aangeboden, en wat hebt gij toen geantwoord Gij hebt mij een revolver naar het hoofd gegooid, alsof wij doodsvijanden waren in plaats van medepelgrims hier beneden 1 Hij be doelde op aarde, niet in het ruim van de brik. Wat denkt gij er van De kapitein zegde niets, want wat zou hij op de verraderlijke onbeschaamdheid van den kerel antwoorden Dit stilzwijgen werd echter verkeerd begrepen. Goed zoo, denk er maar eens goed over, kapitein, zegde hij, een blik door het ruim werpend. Ik heb er geen haast mee. De brik is toch goed dicht voor zoo'n oud schip, nietwaar i Muil zegt, dat er gedu rende onzen tocht nauwelijks een druppel water is ingekomen. Nu, denk er eens over, kapitein, terwijl ik een weinig rondzie. Ik geloof dat ik wel in geen jaar beneden ben geweest. Hij hinkte weg naar achteren met zijne lantaarn overal lichtend en nog altijd deden de talrijke spaanders hem alleen den ken aan een tijdverdrijf. Toch waren wy nog altijd in angst, vooral toen hij nu ook den boeg ging onderzoeken. Ieder oogen blik kon hij de proppen ontdekken, begrij pen waartoe zij moesten dienen, en allen door zijn geschreeuw doen ontwaken. Ik nam mijne klak plot6 af en rolde haar tot eenen bal ineen. (Wordt voortfowtv}

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1907 | | pagina 1