Zondag Maart 1909 5 centiemen per nummer &58'e Jaar 4159 Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en t Arrondissement van Aalst. XXVe Jubelfeest CLAUDE MICHON GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID Zondagrust. Belasting op het inkomeD klimmende belasting. De militaire Kommissie. DITJES en DATJES. DE DENDERBODE Dit Glad verschynt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee- k ining van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden fr. 1-75 voor drjj maanden, voorop te betalen. De inschrijving •indigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont vangen zijn ten laste van den schuldenaar. Men Schrijft in bij O. Wan de Putte-Gooweni, Korte Zoutstraat, Nr 31 en in alle Postkantoren des Lands. CLIIQUE aUUM. Per drukregel Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1-00 Vonnissen op 3* bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Nota rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van dit blad. Aelet, SOMaart 1900. VAN BIT KATHOLIEK BESTUUR o— De volgende omzendbrief komt in gansch onze Provincie rond gestuurd te worden. Gent, den 10 Maart 1009. Mijnheer, Wij hebben de eer te uwer kennis te brengen dat liet zilveren jubelfeest van het Katholiek Gouvernement, te Gent zal gevierd worden op 18 April eerst komende. De heer Schollaert, Kabinetsoverste en Minister van Binnenlandsche Zaken en van Landbouw, heeft welwillend de uitnoodiging aanvaard van de Katho lieke Vereeuiging tot het bijwonen van het feestmaal, dat zal plaats hebben in de groote zaal van het Casino, om 1 ure namiddag. Geen enkel Gouvernement, in geen enkel parlementair land heeft den lan gen levensduur van ons Ministerie be reikt; die laoglevenheid is een bewijs van de levenskracht der Katholieke Partij eu toont aan weiKe diepe en kloeke wortelen deze heeft geschoten in hat hart van België. Vlaanderen dat zoo vurig Katholiek is zal, wij zijn er volkomen van over tuigd, het zich ten plicht rekenen op grootsche wijze dit 25jarig en roemrijk jubelfeest te vieren, dat tezelfdertijd aan dagen van lijden en van algemeene ontlasting herinnert. Gelief, Mynheer, de uitdrukking to aanvaarden van onze bijzondere hoog achting. DE COMMISSIE De Voorzitter, Th. Lbger, Advokaat en Senator. De Schryver, Marc Rooman d'Ertbukr. LedenArrondissement Aalst Th. De Naeyer; R. Eeman, bestendig Raadslid O. Van der Haegen, provin ciaal Raadslid. P. S. Vooralle inlichtingen betrek kelijk het parlementaire jubelfeest zich te bevragen aan den beer LEO VONCK, Poel, i, Gent. Van's middags tot middernacht, eenige dienstdoende Apotheker, op Zondag 21 Maart 1909, M. DE WAELE, Kerk straat. eis De organen der groene socialisten van Aalat en andere plaatsen zyn groote voorstaanders eener belasting op het inkomen en klimmend volgens do be langrijkheid van 't inkomen dat men geniet. 't Orgaan van Chipka zweeg or se dert eenige weken over maar Set Recht van Leeuwke Plancquaert ge waagde er over in zyn nr van 7 Maart 11. en wees op Frankrijk waar men die hooger bedoelde belasting gaat invoeren. En Leeuwke vindt, gelijk de blauwen en rooden, dat onze zuiderburen ons hierin een voorbeeld geven dat hier te lande zou dienen nageleefd te worden. Maar Leeuwke wacht zich wel te zeggen hoe dit belasting zal geheven worden, hoe de grondslagen zullen be paald worden. Ja, daar zwijgt hy over en om rede. En waarom Wel omdat hij vreest dat, niemand noch klein, noch groot in al de standen onzer Belgische Samen leving met die belasting op zijn Fransch zou ingenomen zijn. Immers die belasting op zyn Fransen is klimmend, i. a. w. elkeen betaalt geen gelijk per cent op het inkomen, maar hoe belangrijker het inkomen is hoe grootere percent men betaalt. Niemand die min of meer een bestaan heeft, is aan de belasting onderworpen, of ge fabriekwerker, ambachter, koop man, nijveraar, landbouwer en rente nier zyt. En dus verschilt de taks of per cent der belasting naar mate het inkomen voortspruit uit dagloon, jaarwedden, winst door handel, nijverheid en land bouw, of renten. En zelfs de Belgisehe werklieden die in Frankrijk gaan werken, de Franschmans, zouden belasting betalen volgens hunne winst. De tafel der belasting wyst het overi gens aan en waaruit wij hier een uittrek sel laten volgen Een inkomen van 625 fr. 's jaars be taalt 0,90 per honderd als het voor komt van loon, jaarwedden en land bouw 2,88 per honderd als het voort komt van handel of nijverheid 11,90 fr. per cont als het voorkomt van inte resten van papierwaarden. Een inkomen van 1250 fr. betaalt 1,08 fr. p. h. loon en jaarwedden 3,25 fr. p. h. handel en nijverheid 11,90 fr. p. h. papierwaarden en grond eigendom Inkomen van 2500 fr. 1,10 fr. p. h. loon en jaarwedden 3,30 fr. p. h. handel en nijverheid 11,90 fr. p. h. papierwaarden en grond- inkomsten. inkomen van 5000 fr. 1,10 fr. p. h. loon en jaarwedden 4,87 Ir. p. h handelen ny verheid 11,00 fr. p. h. papierwaarden 13,45 fr. p. h. grondinkomsten. Inkomen van 10,000 fr. 2,73 fr. p. h. loon en jaarwedden 6,62 fr. p. h. handel en nijverheid 12,80 fr. p. h. papier waarden 15,72 fr. p. h. grondinkomsten. Inkomen van 25,000 fr. De per centen zyn wederzijds 5,25 8,25 13,90 en 19,44 fr. Voor een inkomen van 50,000 fr. zyn ze 7,08 10,00 15,40 en 21,89 fr. Voor een inkomen van 100,000 fr. zijn ze 8,00 10,75 16,15 en 23,70 fr. Maar laat ons eens om de zaak beter te doen begrijpen die belasting op zijn Fransch toepassen. De werkman die fr. 2,25 daags wint by voorbeeld en dus meer dan 625 fr. 's jaars zal 6 a 7 fr. moeten betalen. Een bediende of ambtenaar die eene jaarwedde geniet van 1000 fr. zal 9 fr. moeten afduimen. wint zal >28,80 fr. moeten afdokkeD. Een bediende of ambtenaar die 2500 fr. 's jaars wint zal 1,10 fr. per cent be talen, 'tzij 25,50 fr. Een ambachter, winkelier, koopman, nijveraar, landbouwer, enz. die 2500 fr. 's jaars wint zal 3,30 per cent betalen, 't zy 82,50 fr. Een rentenier die 2500 fr. inkomen heeft zal 11,90 fr, per cent moeten be talen 't zij 297,50 fr. Een bediende of ambtenaar die 5000 fr. wint zal 1,10 per cent betalen, 't zij 56 fr. Een koopman, nijveraar of landbou wer die eene winst doet vau 5000 fr. moet 4,87 fr. per cent betalen, 't zy 243,50 fr. Een rentenier die 5000 fr. ontvaDgt van zijne renten moet 11,90 fr. per cent betaleu of 595 fr. Een grondeigenaar die 5000 fr. pach ten ontvangt moet 13,45 fr. per cent betalen, of 672,50 fr. En zoo voorts en zoo voorts. Ed men bemerke het wel dat het jaarlijks te betalen valt. Onze geachte lezers die hunne inkom sten kennen zullen kunnen berekenen hoeveel zy zouden jaarlijks te betalen hebben. Maar hoe zal de ontvanger der belas tingen weten hoe groot uwe winst, uw inkomsten zijn om te bepalen wat ge betalen moet f Elkeen zal de verklaring moeten doen van wat hij 't voorgaande jaar getrok ken, ontvangen of gewonnen heeft en de agenten van den fiscus zullen mogen ondorzoeken of ze juist is, of ge niet bedrogen hebt. Elkeen zal regelmatig boek moeten houden indien men de winst duidelijk bepalen wil. De toestand van allen zal dus door de agenten van den ficus gekend zyn en op straat rijden. Ziedaar wat de groene socialisten van Somergem en Chipka zouden willen invoeren. Wat denkt ge, Landgenooten, van die belasting op zijn Fransch f... Eene op rechte afstroopery, niet waar Dinsdag namiddag ten 1 uur hield de militaire Kommissie hare eerste verga dering in het Paleis der Natie te Brussel. De vijftien leden waren tegenwoordig. M. De Sadeleer werd tot Voorzitter ge kozen. Hij hield eene korte aanspraak om zijne kollegas te bedanken voor het nieuw bewys van genegenheid dat zij moeien aiauimen. nieuw bewys van genegenheid dat zij Episode uit de Fransche (Revolutie Het was een zeer scchoone lentedag, ■oo&ls men die alleen in het Zuiden van Frankryk kent. De amandelboomen stonden in vollen bloei teer witte en sachtroode bloezems hingen als sluiers in de dalen. Een warme welriekende wind streek over de met olijven beplante hoogten de zee toonde sich met wit schuim en luid klotsend rolden hare golven tegen de rot sen op den oever. Nieuwsgierig en schuchter alsof zy ge bruik maakte van eene vrijheid, die zij l&ngen tyd had moeten ontberen, stapte eene jonge dame door den stillen hof van het kasteel. Heur haar was kunstig gefriseerd en gepoederd, haar gesicht liefdeiijk frisch en vol jeugdige schoonheid, de oogen levendig en schitterend. Twee groote jachthonden vergezelden haar luid blaffend en sprongen by wijze van lief koosing soms tegen haar op Stil Turk, riep zy. Wat zyt gy van daag wild.. Tegelijk sloeg zy lachend naar den hond ■a U*y il •pi.nd. Met hem ioord» slot- poort in de richting van Tour des Meaux, een puinhoop in de buurt. Niemand scheen haar heengaan te be merken. Zij verwijderde zich steeds verder van bet kasteel en scheen geen hinder te hebben van de brandende zon. De ongewone beweging was haar zeer welkom van tijd tot tijd bleef zij staan om uitte rusten. Vol bewondering zag zy in het rond men had hier een veel ruimer gezicht dan op het kasteel. Onbelemmerd kon men de zee zien, wel ker blauwe golven duidelyk hoorbaar aan rolden in het westen rustte de blik op het Moorengebergte en in het noorden en het oosten op de irotsche Alpen, welker spit sen sich scherp aan den gezichteinder af- teekenden. O, hoe schoon, hoe heerlijk, sprak de jonge dame in sich zelve. Nu nog eenige haastige sprongen en zij stond boven op den ouden toren, waar het uitzicht geheel onbelemmerd was en niet meer werd onderscheept door olyfbosschen, die rondom stonden. Diep ademend rustte zy hier uit. Nu eerst zag zy in wat zy zoovele jaren had moeten ontberen, gedurende welke men haar streng bewaakt had, opdat ze niet buiten de muren van 't kasteel zou komen. Eerst nu zag zy in hoe heerlyk do lente, hoe schoon do werold, hoe liefelyk haar geboortegrond was. En deze streek behoorde haar toe, in de engste beteekenis van het woord zy was haar eigendom door erfenis. voor te zitten, niet betracht. De zending die ons toevertrouwd is, wordt duidelijk afgeteekend door de dagorde van de Ka mer, doch, alhoewel het werkveld van de Onderzoekskommissie beperkt zal zijn, zal niemand onzer vergeten dat de opzoekingen die er moeten gedaan wor den een onzer grootste nationale instel lingen betreffen. Zulks herinneren is het belang onzer werkzaamheden doen uit schijnen. Ik reken op de onpartijdige medewerking van al de leden ora onze taak lot een goed einde te brengen. Wat ook onze persoonlijke denkwijze moge wezen, wij zullen ons weten te ontma ken van alle vooringenomenheid, om op nuttige wijze het mandaat te vervullen dat de Kamer ons toevertrouwd heeft. Wij zullen ons uiterste best doen zoo spoedig mogelijk onze werkzaamheden teeiDdigen, daar de Kamer wenscht het verslag der Kommissie voor den 30 April te ontvangen M. Puullet werd als sekretaris en voorloopige verslaggever benoemd. Deze twee benoemingen gebeurden bij alge meene stemmen. M. Berta, overste van den dienst der griffie der Kamer, werd aangeduid als overste van de bestuurlijke diensten dar Kommissie. De brieven en de meedee lingen voor de Kommissie bestemd, de vragen om als getuige gehoord te wor den, moeten gezonden worden aan M. den Voorzitter der Kommissie, Paleis der Natie. Aan den Minister van spoor wegen zal gevraagd worden deze brie- von en aanvragen vrachtvry te mogen zenden De mondelingsche onderzoeken zullen, in grondbegin, openbaar zijn. De druk pers zal toegelaten worden. Evenwel, telkens er spraak zal zijn van persoon- lyke kwestie, de gezondheid of den physiologischen toestand aanbelangend, zal de zitting met gesloten deuren ge schieden. Er werden vervolgens eene reeks vra gen aan M. den Minister van oorlog gesteld. Deeerste.doorMM. Segersen Hymans luidt als volgt De Kommissie vraagt al de stukken die nuttig zijn voor de volbrenging harer taak. en een algemeen overzicht van den toestand der effektieven van het leger en de grondslagen waarop de bereke ningen gesteund zijn om dezen toestand vast te stellen, zoowel tegenwoordig als voor de in voege brenging der wet van 1902, en beantwoordend, namelijk aan de volgende punten, die door MM. Melot en Segers bepaald zyn i° Meedeeling van de onderrichtingen volgens dewelke de korpsoversten alle maanden de gemiddelde toestanden be rekenen (ouderrichtingeu van voorden 10 Sep1 ember 1902 en deze van Septem ber 1902). De cijfers die blyken uit de jaarlijksche revues, door welke het eneciter in?r itï—Terroi gezouaen Kiass^m van 1895-1896 tot 1907-1908 nagezien wordt.' 2° Welk was het gemiddeld cijfer van de vredeseffectiven en van de oorlogs- eöektieven voor 1902 Welk was dit cijfer voor 1899, 1900 en 1901 Bij mid del van welke berekening werden deze cijfers vastgesteld 3° Hoe heeft de regeering do cijfers van de vrede- en oorlogseftekten vast gesteld, tijdens de bespreking dor wet van 1902 Heeft zij in hare berekening de officiers begrepen Heeft zij in hare berekeningen rekening gehouden van de verlofgangers en van de kloine ver loven en de toelatingen 5° Hoeveel effektieven zyn er op dit oogeublik ingeschreven in de matricul- registers f Zoodra de antwoorden op deze vragen toegekomen zijn, zal de Kommissie op nieuw vergaderen. Als eenige dochter vau graaf Roland de la Tour des Maux behoorde alles wat haar omgaf, naast haren vader, haar toe. Verdiept in aangename droomen, stond gravin Aimée de la Tour langen tyd daar, zonder te bemerken, dat achter haar uit, den vervallen toren, een man te voorscliyn kwam, die wel een onmiddelyke afstamme ling scheen van de oude holbewoners. Hy had trotsche, sombere trekken, bor stelig haar, bloote voeten en had onver schillig eene vacht over zyne schouders geworpen. Vol verbazing beschouwde hy de jonge dame, die hem nog niet had opgemerkt. Hy kon zoo wat drie-en-twintig jaar zyn en ofschoon zyn gezicht Bomber was eu volstrekt geen vertrouwen wekte, kon men het toch niet bepaald leelyk noemen. Zyne oogen verraadden eene ongewone dapper heid en eene vermetelheid, die aan doods verachting grensden. Zoo, burgeres, zegde hij na eene poos met een scherpe snydende stem vol spot ternij ziet men u ook weer eens Gravin Aimée wende zich verschrikt tot den spreker en werd doodsbleek. Er was ook geen grootere tegenstelling denkbaar dan die men, welke blykbaar door de men seden werd afgeschuwd en in ellende leef de, en deze sierlyke gravin, in weelde grootgebracht en met zorg opgevoed. Het is ook al verscheidene jaren ge leden, dat ik u voor het laatst gezien heb, burgeres, vervolgde de man grijnzend, en gy zyt in dien tijd eene zeer deftige dame geworden. Verduiveld, de tyden zullen ze- r Dagorde Prijskamp. - we loden. Stad van Aalst. Katholieke Jonge Wacht. - Al gemeen f Vergauo. luuuudag aanst. 22 Maart, om V, uren 's avonds, ten lokale Zwitsersch Bierhuis bij M. Frans Bomon, Kerkstraat, 11. Mededeelingen. 2° Aanvaarden van nieu- Het Bestuur. Het Nationaal Verbond der Bel gische handelaars heeft aan de Fran sche Volksvertegenwoordigers een ver toogschrift gezonden, waarin het opkomt tegen de voorstellen, welke door de Fransche wetgevende Kommissie der toltarieven zijn gedaan, met het oog op de verhoogiDg der inkomrechten in Frankrijk. In dat vertoogschrift wordt onder an dere gezegd Het is ontegensprekelijk dat de voor gestelde wijzigingen van aard zyn groot nadeel te berokkenen aan de handels betrekkingen welke Frankrijk en Bel gië met elkaar onderhouden. Daar bevoegde en gezaghebbende personen iu België het inzicht te kennen geven, verweermaatregelen te nemen, namelijk voor wat den invoer van wij nen in België betreft, gelooven wij dat het verkiesbaar, ja zelfs noodzakelijk is, een beroep te doen op uw helder door zicht en uw gezond verstand. België koopt jaarlijk aan Frankrijk voor meer dan 420 millioen fr., en, buiten Engeland,is België de beste klant van Frankrijk denkt gy niet geachte Heer Kamerlid, dat, gelijk alle mannen van zaken, men zijne goede klanten in eere moet houden da^'lH^i3 'zij'ï^èrvan ^vertuigc^ indruk zal maken op de Fransche wetgevers. De Dagbladpers. Mgr. Mer- cier, welke zich op dit oogonblik te Rome bevindt, is door eencn Roomschen dagbladschrijver ondervraagd gewor den over de inrichting der Katholieke Partij in België. Zijno Eminencie heeft den dagblad schrijver daaroverinlichtingen gegeven. Sprekende over de dagbladpers, zegde Mgr Morcier, dat hij het bouwen eener kerk zou verdagen om een katholiek dagblad te stichten. Die woorden bewijzen, hoe noodza kelijk Zijne Eminencie de katholieke drukpers acht on hoe zeer hij zo op prijs stelt. Jammer is het, dat zyn gedacht onder dat opzicht verre is van algemeen ge deeld te worden en dat velen, de pers maar noodig achten om hunnen eigenen persoon in de hoogte te heffen. Nu dat is nietj waarheid in't ka tholieke nv ook. in 't liberale kamp. Potjes die stinken. - Evenals te Schaerbeek-Brussel en te Sint-Jans- Molenbeek, heelt men te Antwerpen een potje ontdekt dat stinkt... Bedienden of agenten van den dienst der Bouwkunde hebben aan 't langvin- geren geweest ze hebben zich plichtig gemaakt aan diefstal, wijnpotterij, geldafperserijen, enz., enz. ker op het kasteel niet zoo slecht zyn, als men ons wil wijs maken. Wie... wie zijt gy stotterde Aimée. De man lachte Ha, ba Ik begryp wel dat gij my niet meer kent. Men verandert, evengoed als alles. En wat is in die vier jaar niet veranderd? Wy leven nu in eene nieuwe wereld, burgeres. Er zijn nu geen heeren en knechts meer, geene graven en boeren, geene vorsten en onderdanen, er zijn nu alleen burgers én burgeressen. Vrijheiden gelijkheid klinkt van het eene eind van liet land tot het andere en de gravin de la Tour des Meaux is nu ook eeno gewone burge res. Ik ben Claude Michon, die vroeger herder was van Zijne Hoogheid den graaf Roland, nu burger Roland .Maux. Claude Michon antwoordde Aimée nog immer bevreesd dien ken ik niet. Nu, des te beter zal mij burger Ro land Maux kennen, of zijn hofmeester, Martin Lorrain, als hij nog leeft. Ik draag zijn wapen op mijnen rug. Wilt ge de lit- teekens zien, die zijne gceeelslagen hebben achtergelaten Gravin Aimée trad ontsteld eenige stap pen terug, maar bleef weer staan, toen Claude Michon snel naderbij kwam en haar met geweld dreigde terug te houden. Ontwijk mij niet, burgeres, en roep ook uwe honden terug, als zjj u lief zijn, ver volgde hij dreigend. Ik zal u niets doen, gy behoeft voor ray niet bang te zyn, maar aanhooren zult gij my, nu het toeval u in mijne handen heeft gevoerd, Blyf staan, burgeres, of... Maar Claude Michon, wat wilt ge van my riep het jonge meisje bevend. Hare krachteloosheid maakte een roeren den indruk. Uit hare oogen vloeiden tranen van vrees en ontsteltenis en do ruwe man voelde, dat hare kleine band beefde. Ietwat verlegen lachend liet hij haar los. Roep uwe honden terug, burgeres zij schyncn wat al te veel last in mijn bee- nen te hebben en laat ons dan met ge lijke rechten onderhandelen, zooals het tegenwoordig mode is Verstaat ge mij Turk.. Hektor, hier riep de jonge dame. En nu Claude Michon, wat hebt ge mij te zeggen Ik moest eigenlijk ecnigszings belee- digd zijn, omdat gij my niet meer kent, want om uwentwil, burgeres, heb ik mijn eerste pak slaag van meester Lorrain ge kregen. Dat is nu zoo wat tien jaar geleden. Gij waart toen nauwelijks zeven of acht jaar. Dat ik het niet vergeten heb, daar voor zorgde Martin Lorrain. Die man paste voor zijne betrekking. Niemand in heel Frankrijk kon beter met do karwats om gaan, dan hij. Wat kon ik het helpen, dat ik u toen reeds geernc zag, dat ik u met mijne fluit het kasteel uit en naar de bergen lokte, waar mijns kudde graasde Opmerkzaam en verwonderd zag de gra vin hem nu in do verwilderde trekken. Het was, alsof eene herinnering in haar opwelde en alsof de oogen van den jongen boer on der haren blik minder somber en wild ge worden waren. Waart gij dat, Claude Michon vroeg zy haperend. Ja, zegde hij milder gestemd, dat was ik. Het klonk bijna weemoedig. Voelde hy de verandering die sinds had plaats gegre pen Zij was toch de dame, gravin de la Tour des Meaux gebleven, al noemde hy haar duizendmaal burgeres. Hy oven wel was van een goeden, bruikbaren knecht in een ruwen, verwilderden gast veranderd, voor wien men vreesde, voor wien de gra vin. die hem als kind om een fluitje was nageloopen, nu wegliep. Toch vervolgde hij weer somber. Ge weet natuurlyk niet, burgeres, wat slaan is. Lorrain wist het en ik ben het door hem tc weten gekomen. Eerst sloeg hij zonder reden, vervolgens toen ik stouter en weerspanniger werd, ook met reden. Wat ik geworden ben, werd ik door Lorrain en toen ik hem ten slotte met deze handen verworgde, deed ik het alleen, opdat hij mij niet zou doodslaan. O God zuchtte de gravin Aimée en zag den man bevreesd aan. Go hoeft niet te schrikken. Ik ben daarom geen roover en moordenaar. Het gebeurde in een eerlijk gevecht. Zyn of myn loven gold het toen, en daar ik de sterkste was, moest hy uit de voeten. Gy evenwel, burgeres, gij hoeft niet voor mij te vreezen integendeel, gy moest mij dankbaar zyn. Op dit oogenblik hoorde men in de rich ting van liet kasteel peerdengctrappel, dat snel naderbij kwam. Claude Michon lachte verachtelijk. (Wordt voortgezet).

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1909 | | pagina 1