Donderdag 27 Mei 1909 5 centiemen per nummer 63sle Jaar 4158 Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 1 Arrondissement van Aalst. BELGIË. MOEDERHART! GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. De Wereld zogder Ijet Kruis. 'i\en Triestigen Plantrekker. Hooge onderscheiding. EEN ElX ANDER. DE DENDERBODE Dit Dlad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee- kening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont vingen zijn ten laste van den schuldenaar. Men Schrijft in bij C. Van de Pulte-Goossens, Korte Zoutstraat, Nr 31 en in alle Postkantoren des Lands. CUIQUU SUL-U. Per drukregel Gewone 15 centiemen Reklamen fr. i-00 Vonnissen op 3* bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Nota rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van dit blad. Aelst, 26 Mei 1909. Uit het boekdeel XXXIX van den Annuaire Statistique de la Belgique, trek ken wij het volgende Ons land, dat in 1831 slechts telde 3,785,814 inwoners, telde in 't jaar 1890 reeds 6.069,321 zielen en op 1 Januari 1908 bedroeg het 7,317,561 bewoners, zoodat sedert het ontstaan van het ko ninkrijk, de bevolking nagenoeg ver dubbeld is. Als dichtheid der bevolking in België 227 inwoners per vierk. kilom. —wordtons land enkel overtroffen door Saksen 300 per vierk. kilom. en gevolgd door Holland: 157 per vierk. kilom. Het klimmen der bevolking is in de laatste 50 jaren het grootst geweest in 't arrondissement Antwerpen 165 °/0 jj en te Brussel, waar de vermeerde- ring echter slechts 127 bedraagt, wat ij in alle geval nog meer dan verdubbeling is, terwijl men arrondissementen heeft gelijk Virton en Doornik, waar men wel met 2 en 3 °/0 vooruit gegaan is. In ons land behooren 2,419,799 hecta- ren, van dezen die België telt, aan par ticulieren. Terwijl er in 1845 slechts jj 5,720,976 cadastrale perceelen waren, is dit getal in 1907 geklommen tot 6,822,336, zoodat meer en meer de eigen dom verdeeld geraakt, wat tevens blijkt uit het klimmend cijfer der grondbelas- tingrollen. Telde ons land in 1840 slechts 31 ge meenten met meer dan 10000 inwoners, op 31 December 1907 was dit aantal reeds geklommen tot 104. In 't geheel telt men 1476 gemeenten met meer dan 1000 en 1153 gemeenten met minder dan 1000 inwoners. De gemeenten die den grootsten aan was van bevolking aanwjjzen, zijn St- Gilles en Schaarbeek, die van 5569 en 10638 zielen in 1846, geklommen zijn tot 61748 en 75153 op 1 Januari 1908. De gemeente met de grootste gebouw de oppervlakte is Gent (550 hectaren 21 aren), onmiddellijk gevolgd door Ant werpen (544 heet. 96 aren), doch het is Antwerpen dat, in verhouding zijner gebouwde oppervlakte, de dichtste be volking telt. In 1907 heeft het aantal geboorten dat deroverlijdens met 69,791 overtroffen, zoodat het overschot 60 0/o bodraagt, ter wijl het in 1888 slechts 38 °'0 bedroeg. Deze verhooging van overschot komt voort van eene vermindering van sterf gevallen en niet van eene verhooging van geboorten. Want wij hadden in 1907 een getal van 185,183 geboorten, zijnde 25,30 per 1000 inwoners, terwijl de verhouding tusschen het cijfer geboorten en dit der bevolking bedroeg 32,47 per duizend in de periode 1867-187631 21 per duizend 1877-1886; 29,04 per duizend 1887-1896; en 28,29 per duizend 1897-1906, zoodat de daling bestendig is, doch nu eene gevaarlijke wending neemt. Yan een anderen kant vermindert het aantal onwettige geboorten, want zoo men in de periode 1890-1900 telde 1 on wettig op 10,90 wettige geboorten, in 1907 was het cijfer gezakt van 1 op 14,42. Waren er in België, in 1906, 25,73 geboorten op 1000 inwoners, in Duilsch- land bedroeg dit getal 33, in Frankrijk 21, Engeland 27, Italië 32, Holland 30, Oostenrijk 35, Hongarië 36, Spanje 33, Noorwegen en Zwitserland 27. België is bijgevolg het land dat hot meest de Fransche zeden naaapt, wat niet te verwonderen is als men nagaat dat de Fransche litteratuur hier alle dagen met karrevrachten wordt inge voerd en men van hoog tot laag, langs alle kanten, ons volk inent met Fran sche gedachten. Natuurlijk volgen we ook dit Fran sche voorbeeld in zake echtscheidingen, en zoo in 1865 er op 739 hu vel ijken slechts 1 echtscheiding werd uitgespro ken, in 1907 zijn we al gekomen tot 1 echtscheiding op 70 huwelijken Zulke bestatigingen stemmen niet tot vreugde, veeleer tot weemoed. Gelukkig winnen wij het met de toe nemende maatregelen van gezondheid op den dood, zoodat van 23,59 sterfge vallen per 1000 inwoners over 40 jaar, w;j in 1907 vallen tot 15,76 sterfgeval len per 1000. Er mag in het somber tafereel wel een heldere toon voorkomen en op die vaststelling kunnen wjj vandaag wel sluiten. Wilt gij u een gedacht vormen over den invloed van den christenen gods dienst op de beschaving Veronderstel een oogenblik dat de godsdienst niet bestaan heeft. Cijfer in uw gedacht alles weg watervan bestaat op het gebied van het. Schoone, het Ware en het Goede. Begin met de Schoone Kunsten. Ruk in de musea de beeltenis Gods van de muren af, doe al de schilderijen ver dwijnen, die de H. Maagd en Christus voorstellen Neem doek en beeld weg, die heiligen, martelaars en apostel ver beelden. Na de schilder- en de beeldhouwkunst gaat ge over tot de bouwkunst ge werpt de hoofdkerken af. Na de bouwkunde is het de beurt aan de muziekschrap Hoendel, Palestrina, Bach en zooveel anderen weg van de lijst der toonkunstenaars; kuisch uit de werken van Beethoven, van Mosart.van Pergolese, van Rossini, alles weg wat door den christen godsdienst ingegeven is geweest. Treed daarna in den kring der ge dachte en poësie laat Bossuet, Pascal, Fenelon, Massilon varen ontneem aan Corneille zijn Polyeucte, aan Racine zijne Athalie. Vervolg Christus' naam in de verzen van Lamartine, Victor Hugo, ja zelfs van do Musset. Dat is niet allesdoe eenen stap meer; verniel de gasthuizen in den geest van het christen geloof opgericht. Schaf de instellingen van St-Vincentius k Paulo en St-Franciscus van Assisen af. Wisch al de merken uit, die het bloed der wonden nagelaten- heeft van Hem, dien ik soms den o gehangene hoor noemen. En dan, dat werk verricht, keer u om, werp lang uwe blikken op die reeks van negentien honderd jaren en aanzie zonder te schrikken, als ge kunt, het ledige dat door de eeuwen heen, het gemis van dit onkel Kruis in de wereld veroorzaakt. LEGOUVE, gewezen lid der Fransche Academie. Verleden zondag had te Eekloo, in den Werkmanskring, eene tweede ver gadering plaats voor de Staatswerklie den, voor de definitieve stichting eener vereeniging. Groene Pie moet zulks vernomen heb ben. In alle geval, toen de vergadering gedaan was stond Pie in de Kaaistraat op een stoel om van daar verdeeldheid te zaaien onder die werklieden, die zoo zeer de eensgezindheid noodig hebben. Als naar gewoonte viel hij uit tegen de katholieken, terwijl hij do socialis ten en liberalen volledig met rust liet. Zelfs was het eene vergadering geweest van liberalen of socialisten, nooit zou groene Pie zich daarvoor gederangeerd hebben. Maar nu gold het eene verga dering, gehouden in den Katholieken Werkmanskring, en dat was voldoende om den kwijnenden en stervenden Pie opeens springlevend te maken Triestigen plantrekker Het bovenstaande knippen wij uit Het Volk antisocialistisch dagblad van Gent, nr van Donderdag 20 en Vrij dag 21 Mei 11. Triestige plannentrekker Laat ons liever zeggen comediant Wij zeggen niet dat Groene Pie niet ongesteld kan zijn, maar wat niet te loochenen valt, 't is dat er veel comedie bij is om zich interessant te maken. Groene Pie heeft reeds om zoo te zeg gen, duizend maal op alle toonen her haald, dat hij, door de oübewaarders, plat geruïueerd, is geworden. Wij den ken dat hij die gedurende twee maanden in 't Gesticht te Sleidinge verblijft,waar het kostelijk is om zich te laten verple gen, toch zoo zeer niet moet geruïneerd zijn geworden. Groene Pie moet ze nog zitten hebben -.(o)— 26e Vervolg Wees gerust. Ik reken op u en zal in voorkomend geval uwe hulp inroepen. Maar luister... Ik hoor gerucht in de aan palende kamer.voetstappen. ongetwij feld is de graaf daar... Behouden wij het stilzwygen en help my om den stillenden drank te bereiden, welke onze lieve zieke zoo noodig heeft. De persoon, wiens voetstappen zij ge hoord hadden, was inderdaad do graaf. Hij kwam inlichtingen nemen over den toe stand van het kind. Dikwijls hernieuwde hy zyn bezoek tijdens de ziekte van den kleine, en was zoo getuige van de veran deringen welke men by liet kind waarnam. Eiken morgen dat de dokter zyn bezoek bracht, overlaadde do ziekenbewaarster hem met vragen. Hy antwoordde er enkel op met eene hoofdbuiging en weigerde zijn oordeel uit te spreken. Slechts den vijf en twinstigsten dag verklaarde hy dat er werkelijk hoop was op genezing. Eva had sedert meer dan drie weken geen rust meer gehad. Arme vrouw zegde de dokter tot den vader als deze laatste hem uitgeleide deed. Mijnheer de Merinville, gij hebt het behoud van uw kind waarlijk aan deze vrouw te danken. Hare toewijding, hare zorgen zyn bewonderenswaardig eene moeder hadde het niet beter gedaan. Go- lief nu aan te dringen opdat zij rust neme, zij schijnt afgemat, uitgeput ik vrees dat zij de kiem der ziekte zal opgedaan hebben. Do dokter had juist gezien. Eva bood krachtig weerstand tot den dag dat do zioko waarlijk aan de beterhand was. Dien dag verklaarde zij zich overwonnen en vroeg eenige weken verlof om zich te ver zorgen en te genezen Ik verleen u verlof uit ganscher harte, antwoordde de graaf, wiens houding jegens de onderwijzeres totaal veranderd was. doch kom gauw terug, voortaan maakt gij deel van de familie. Iloe zal ik u ooit mijne dankbaarheid kunnen uitdrukken Gy hebt mij, Hendrik, mijnen eenigen zoon, terug gegeven. En zij had hem inderdaad dien zoon terug geschonken Hij was haar zooveel ver schuldigd Edmond de Mérinville wist alles niet De keelontsteking der moeder was ge- lukkiglijk, zoo erg niet als die van den zoon. Mej. Brown hernam na Paschen hare bediening bij hare leerlingen terug, tot groot genoegen van Hendrik, die zich herinnerde de onderwijzeres aan zijne bed sponde gezien te hebben, maar die onder de raling van koorts, de veropenbaringen hem door Eva gedaan, vergeten had. Jeanne zelf onthaalde Eva op gunstige 't Is bekend dat volksvertegenwoor diger Pie Daens doodelyk ziek is. Zóó laat hij ten minste vertellen in zyne gazet. Hij raag niet lezen, niet schrijven, haast niet spreken 't is zelfs met moeite dat hij eten en slapen mag. Te Sleydinge, in 't Kneipgesticht, zoekt de afgesloofde zijne gezondheid weer. Hoe groene Pie de menschen met zijne zoogezegde overwerking voor den aap houdt, daarover volgt staaltje wijze. Zij begreep dat de onderwijzeres haar een gewichtigen dienst had bewezen, waaraan eene moeder zich anders moeilyk kon onttrekken. Onder het toezicht van Dolores, werden nu toebereidselen gemaakt om naar het kasteel te vertrekken. Daar, op dit gebied, gingen de droevig ste gebeurtenissen hunne ontknooping vin den, daar zou Eva opnieuw als de bewaar engel der familie verschijnen EINDE VAN HET EERSTE DEEL. TWEEDE DEEL. Op het kasteel. Twee mannen bevonden zich in eene prachtig verlichte plaats van het hotel der Louvre, Zij naderden tot het balcon en rookten eene sigarct: De eene, in den bloei der jaren, schepte vermaak in al wat hij rond hem zag, terwijl de andere, die bijna een ouderling scheen, het grootste stilzwijgen behield. Welaan, Mercutio, wat denkt gy er over, zegde een dor twee mannen die den meoster scheen te wezen. Welke bewegingWelke vroolykheid heerscht er in dit Parys Ik zou den gan- schen dag kunnen blyven op dit balcon, Zijne Eminencie Kardinaal Mercier, Aartsbisschop van Mechelen, is laureaat, uitgeroepen van den tienjaarlijkschen wedstrijd 1898-1907 van wijsgeerige we tenschappen. De jury heeft met eenparigheid den prijs van 10,000 fr. toegekend, door het Gouvernement uitgeloofd. Hij bostond uit de heeren Georges Dweïshauwers, Leon Leclèro, leeraars bij de Hoogeschool van Brussel Kanun nik Bossu en Maurits Du Wulf, leeraars bij de Hoogeschool van Leuven, en Re' macle, leeraar bij het Atheneum van De meerderheid van den jury was vijandig aan het wïjsgeerig stelsel, zoo schitterend verdedigd door Kardinaal Mercier. Tegenstrevers zoowel als vrienden brengen dus hulde aan zijne wetenschap en aan de waarde zijner werken, die in de bijzonderste talen van Europa overgezet zijn. De hoogste beroemdhe den der wetenschappelijke wereld heb ben er de verdiensten van erkend. Kardinaal Mercier wordt dus als de grootste geleerde van België in de wijs geerige wetenschappen uitgeroepen. Zou bet nu de gepaste oogenblik niet zyn om de katholieken voor domkop pen uit te schelden Van de volgende medecijnen uit de zielenapotheek kunt ge eiken dag eenen vollen lepel innemen of twee ook als ge bet zoo noodig hebt. Trek geen scheef gezicht en slik het herlelijk binnen Maagzwakte. De huishoudster der deugd is de ma tigheid. Waterzucht. Eerste recept God heeft niemand noodig. Tweede receptMen prijst de kinde ren en de zotten. Derde recept Mogen de menschen ons loven of laken, wij zjjn dienswe- geDS toch niets anders, dan wat wij voor God zijn. Zwartgalligheid. De treurigheid is schadelijk voor het lichaam en is voor niets goed. Verwondingen. De wereld bestaat om wille van de uitverkorenen en de boozen zijn de werktuigen Gods om dezen te beproe ven en te reinigen. Kortzichtigheid. In den laatsteD oogenblik van ons leven zullen wij alles zien wat wij ge daan, gezegd en gedacht hebben en ook wat wij hadden kunnen doen. zeggen of deuken indien wij de goddelijke genade haddon benuttigd. Wij zullen zien wat onze woorden en werken bij anderen voor uitwerksels gehad hebben, en zelfs bij onze goede werken zal het vonnis streng-gestreken worden. Ik wil Sion met fakkelen en Jerusalem metlantecr- nen doorzoeken. zonder mij te vervelen. Men mag zeggen dat Parys eene lange reis waard is. Ik verhoop dat deze reis voor mij de beste uitslagen opleveren zal, maar ik bid 4i, Pablo, verlies ons doel niet uit het oog. Wij zyn naar hier gekomen, niet om ons te vermaken, maar om goede zaakjes te maken. Vlucht het spel en de bekoringen die menigvuldig zullen zyn. Als gij mijnen raad wilt volgen, zullen wij hier niet lang vertoeven en onmiddelijk naar het kasteel vertrekken, waar gij met ongeduld ver wacht wordt. Vertrokken zonder de wellusten dezer aantrekkelijke stad te smaken, zonder ceno kaart op te nemen, zonder eene vertooning in het Opéra hij te wonen Men zou een zeer buitengewoon we zen moeten voorhanden hebben om dat te bekomen. Gy weet dat zulks voor mij het geval niet is. Ik heb nog tijd binnen eenige dagen zal ik op het kasteel mijnen toekomenden schoonvader en mijne ver loofde gaan groeten. Rechtuit gesproken, ik voel mij tot het huwelijk niet zeer aan getrokken. Gij beklaagt u Een huwelijk aan gaan, die u den eigendom van reeds inge palmde goederen verzekert, valt dit af te wijzen En dan nog een beeldschoon meisje huwen een zoo jong vrouwtje trouwen dat zeker van u zal ingenomen wezen Ik weet maar al te wel waar de schoen spant. Onnoodig den toestand te herhalen. Dit huwelyk moet kost wat kost doorgaan. Hopen wij nochtans dat de dochter aan de moeder niet gelijke, want dit zou my omstandigheden herinneren, die ik wil vergeten.... Welke zwakheid Als gij verleden jaar naar den onderaardschen kelder zijt gewoest, hebben do oude Pietro en zijne vrouw u niet gezworen dat de gevangene korten tijd voor uwe aankomst overleden was Ik geloof dat zy de waarheid gezegd hebben, want anders stonden wij aan eon groot gevaar bloot. Stel u gerust welk belang zouden mijne dienaars hebben met te liegen Wat u oenigzins moet verwonderen, is dat mijne nicht zoolang het ongezond regiem heeft onderstaan, waaraan zij was onderworpen. Zeg liever dat ik niet in mijn schik ben nauwelijks een uur aangekomen vertrek ken wij reeds naar het kasteel, hetgeen van mijnentwege verdienstelijk is. Zijt gy te vreden, mijne bravo en deugdzame mak- ner Ik denk dat gij wyselijk handelt ten opzichte uwer belangen, heer Pablo, ant woordde koudweg Mercutio. Inderdaad, 's anderendaags vertrokken dc twee achtbare personaadjes naar Nor- mandië, zonder zelfs een snelschrift te stu ren om hunne aankomst te berichten. Zoo te werk gaande, wilde Pablo op het on verwachts de familie aantreffen, welker verwantschap hij beoogde. (Wordt voortgezet

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1909 | | pagina 1