Donderdag 24 Maart 1910 5 centiemen per nummer 64ste Jaar 4242 van de Stad an 't Arrondissement van Aalst. Booze Geest. Rotte boel. GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. STAD AALST. Opvoeringen der PASSIESPELEN gedurende den aanstaanden Vasten, op Zondag 27 Maart en Maandag 28 Maart 1910. Om den wille van het smeer Likt de kat den kandeleer. DE De Tuinmelde. EEN EN ANDER. Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee- ening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor e Stad 5 frank met don Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes laanden fr. i-75 voor dry maanden, voorop te betalen. De inschrijving indigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont- itngen zijn ten laste van den schuldenaar. Men Schrijft in by C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, Nr 31 in in alle Postkantoren des Lands. CHIQUE 8UIIM. Per drukregel Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1-00 Vonnissen op 34e bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Nota rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van dit blad. Aclet, 23 Hluart Ï&IO. Onder dezen titel deelt De Mutua- listliet volgende meê Ilebt ge al op do 4° blz. van dag- en weekbladen de aankondiging gezien van hetpoeder, 't fameuze genees middel tegen do dronkenschap Nu, zoo iets zien en lezen heeft niets ergs in zich, maar aau dien kwakzal- vers-lulpraat geloof hechten en zicli liet heelmiddel, dat drie of vier centiemen handelswaarde heeft, tegen zooveel fran ken aanschaffen, dat loopt over zijn hout. 't Is sinds lang wetenschappelijk be wezen dat lietpoeder hoegenaamd geen de minste kracht hoeft om drank zuchtigen te genezen zelfs is de aan kondiging van dit zoo gezegde genees middel in zekere landen van Europa verboden. Wij stellen dan ook met voldoening vast, dat het poeder al wordt de reclame vet betaald aan de drukkers uitgevers, geen plaatsje meer gegund wordt in deftige dag- en weekbladen. Maar iets waar we verzet moeten tegen aanteekenen, zijn de reclameu voor de eene of andere soort van jene ver, die onze dag- eu weekbladen van alle politieke kleur thans tegen klin kende munt tot zelfs op hun eerste of tweede blz., tussclien staatkundige, po litieke, geloofsverdedigende en verzede- lijkende artikels in, aan hun betrouw- volle lozers gestadig opdisschen. Eu ja, de Vlaamsche weekbladen spannen hier zeker do kroon. Zie, we hebben hier voor ons liggen Vlaamsche weekbladen,die hun politieke tegenstrevers met maëslria te lijf gaan, die do rechten van taal en nog heiliger rechten met moed en ridderlijkheid ver dedigen en dan eensklaps hun met afge ronde perioden en bewijsvoeringen of besluit afbreken met Gy die lijdt aan maag of hart, Ik heb meelijn met uw smart, En ik geef u dit ten rade Drinkt Elixir do Prullenspade (i) (i) Wij vervangen den eigenlijken handelsnaam door een anderen, zonder ir.breuk ie doen op het rijm dier heerlijke (?j verzen zoo maken we gee- ne reclame voor een handelartikel, dat niets be zorgen kan dan stoffelijke en zedelijke ellende voor den verbruiker. Dat do verkooper van 't fameuze Elixir mcêlijn met uw smart heeft, zie dat is zoo min waar als dat zijn drankje maag- of hartkwalen geneest. De dokters verklaren dat niets zoo hin derlijk is voor onze organen dan wel j<never, al worde dio ook onder den naam van bitter, elixir, cau-de-vie of parfait amour verkocht. Een weinig verder, tussclien 't ver haal van eenen diefstal en dat van een stroopersdrama, staan deze karamellen- verzen In deze guure Wintertij, Wilt gij blijven kloek en blij, En met jeudig bloed in d'aren, Drinkt dan Ding ens ouden klaren. Och gazotschrijver, gij vult uwe rubriek nieuwstijdingen met misdrijven en euveldaden, aan jongen en ouden klaren toe te schrijven, om uwe lezers tegen den jenever te waarschu wen, en gij beveelt dienzelfden drank onmiddelijk daarna aan. Kijk, zou dit gebeuren omdat zulk een aanuoncokeo, midden in uw krantje, u vette renten op 'i einde van Ik t jaar bezorgt Als er dan ook onder uwe lezers zijn, die met Klaren en Prullenspade te drinken, vrouw en kinderen ongelukkig maken, tot schandaal dienen hunner gemeente, vóór den tijd naar 't pierenland trekken en God weet welken reesel van licha melijke en zedelijke kwalen als eenig erfdeel aan hun kroost nalaten, zeg, laat u dat alles onverschillig Of wilt ge al liet jammeren weê, door den jenever- duivel veroorzaakt, noch zien noch hoo- ren, omdat men uw geziclits en gehoor organen met zilveren óf gouden munt stukkon toestopt Verstaat ge zóó de verhoveno zending der drukpers Dan is op u het spreekwoord toepasselijk Wiens brood met eet, diens woord men spreekt. Iets wat drukkers-uitgevers van som mige weekbladen maar niet over hun hart en geweten kunnen krijgen, is dat het Water des levens de nooit vol prezen Elixirs. Bitters en klaren nog door gewetenlooze anabaptisten en hau- delaars in peper en vitriool vervalscht worden. Zie dat gaat toch buiten de schreef, niet waar En daarom zetten ze, weer tegen item zooveel den druk regel, deze waarschuwing tusschen eenen dynamietaanslag, eene moordpo ging of eene vergiftiging Schandalig bedrog Pas toch op dat men U den echten Elixir van Pieter-Jacobus geve, want er worden oneidig veel ver- valschiugen verkocht. 10e vervolg. Dat gaat nu al dertien jaren zoo, zeide Horst von Henuing met een zucht. En, go kunt mij gelooven het is een zuur verdiend stuk brood. Elk.cn nacht tot bij het krieken van den dag aan do groene tafel. Eiken nacht de uiterste zenuwspan ning om kalm te blijven on daarbij de eeuwige zorg, dat toch op een keer eens een zware tegenslag al de moeite van zoo vele jaren tot niets zal kunnen vermin deren. Want zoodra mijne zenuwen ver slappen, loopt het mis. En ik begin liet moede te worden. Ik verlang naar rust- Voor mijne moeder en myno zuster heb ik gezorgd. Dio hebben voor den duur van haar leven genoeg. Nu zou ik dus ook wel eens aan mijzelf w illen gaan denken Want ik ben dit leven meer dan beu Zoo 'l zegde Anne-Marie, bits en schamper. En welk voor een soort van leven zou u dan w ol gelijken Och, zegde hij, ik ben een heel be scheiden menscli lit wenscli niet meer, dan hetgeen nnj eigenlijk door hot lot be stemd is een weinig eigen grond onder de voeten een eigen dak boven mijn hoofd vrouw cn kinderen en dan in vrede Terwijl de drukkersgasten uit de voor hen geplaatste letterkasten de noodige letter-, rust- en scheidingsteekens halen om do reclamen te composeeren -, zeggen of denken ze Wat ellendige comedio toch In ons werkhuis is do invoer en het verbruik van jenever stellig vorboden en dreigt men ons met wegzending, en anderzijds verplicht men ons dienzelfden drank, hier op den index, aan de goedzakkige lezers van ons zondagsblad driftig aan te bevelen. Al wie zich op het dorp met maatschap pelijke werken bezig houdt, spreekt den ban uit tegen Jenever en Gie, en die zelfde werkers van het goede dulden in hun huis, in de herbergen hunner ge meente, in hun maatschappelijke loka len zulke weekbladen, die, om wille van het smeer, den alcool aaubeveleü, dien vijand van alle goed, den ruststoorder van het vreedzame huisgezin, den ver delger aller christelijke en maatschap pelijke inrichtingen, den bevoorradiger van gevangenissen, hospitalen en ziu- neloozengestich ten Ja, dat denken de letterzetters, of zij zeggen het ouder elkaar, zoodat de meester het niet hoore, want Maar wij schrijven het hier neer. op dat het iedereen verneme, drukkers uit gevers en hoofdopstellers incluis, en we roepen deze laatsten vriendelijk het Caveant consules toe: Bewaakt, a. u. b., de aaukoudigingen van uw blad. Zorgt dat in hetzelfde nummer niet wit en zwart, kwaad en goed, heet en koud vermeld worden, dat ge met u zeiven eens blyvet in uwe hoofdartikels, uwe nieuwstijdingenen uwe annoncen. Ver geet het nooit aankondigingen, zoo geplaatst op do eerste, tweede of derde bladzijde, hebben een zadelijken invloed op dé lezers, want zij gelijken echte aanbevelingen. J.M. De heer Picard, gewezen socialisti sche senateur, schrijft in a La Chroniquen over delikwidatie-schandalen als volgt: Welke rotte zeden verraadt dat alles nietWelke bedorvene wereld ploddert daar onder de werkzaraen, de moedigen, de eerlijken, van welke Vandervelde sprak. Welke bende Welke zwende laars Welke deugnieten En van den anderen kant, om ze te laten doen en te laten konkelfoezen, welke oogluikers Dat schuim is het zichtbare en gerucht makende deel der Natie dat volgens hetwelk men de Natie ongelukkiglijk beoordeelt. mijne kooien en rapen te mogen planten. Ik ben immers een geboren landjonker. Ik pas oven weinig in Berlyn als gij. Hebt ge dat nog niet gemerkt En om dat doel te bereiken is ieder een, die u ;n den weg komt, u goede buit als ge maar geld van hem winnen kunt Ja, niemand speelt om te verliezen, gaf Horst von Henning ten antwoord. En knaagt er niets, hoegenaamd niets aan uw geweten, wanneer ge met die ver foeilijke kaarten andere menschen tot be delaren maakt Neen, zegde hij koelbloedig. Met die verfoeilijke kaarten heeft men mij mijn erfgoed afgenomen en nu neem ik met diezelfde kaarten aan anderen weer hun erfgoed af. Dat is enkel goedmakende ge rechtigheid. En daar ik een goede zoon ben, zoo heb ik natuurlijk liever, dat vreemde menschen moeten gaan bedelen, dan mijne moeder cn zuster. Zij draaide haar hoofd op zyde en ant woordde niets. Middelerwijl hadden zij reeds de Frio- drickstrasse bereikt. Om hun heen was het schitterend verlichtte avondgcwoel der grootc stad Vroeger,hernam plotseling haar gelei der. heb ik wel eens gewetenswroeging ge had. De braafheid zat my toch in het bloed. Wat alle menschen verfoeien, zoo dacht ik, moest toch wel verfoeilyk zijn. Maar ik kwam tot hot besef, dat oen ding eene verschillende waarde krijgt, naar gelang De apachen woekeren daar in de straat. Woekeren zij ook in de kabinet ten der mannen van zaken en der onder zoeksrechters, ia de politieke clubs en der andore, in de salons Op zeven honderd vereffeningen die ondernomen werden, in 86 departemen ten, blijft eene onbeduidendo minderheid vrij van verwijt of verdenking do drie vierden zijn, volgens het zeggen der onderzoekskommissarisson, onbetwist baar verdacht. Men moet doorleerd rechtskundige zijn om to verstaan dat volgens de zui vere rechtsleer de goederen der doode hand, onder de hedendaagsche wetge ving, goederen zonder meester zijn, op welke de Staat, zonder knaging of zonder vergoeding de hand kon leggen. Volgens de gewone moening, is het een slecht voorbeeld van berooving, eeno diefte, die in de gewetens zonder vastheid, het gedacht aan andere dieften doet oprijzen. Het is volgens eene gelijksoortige leer dat men zegt dat den Staat bestelen mot smokkelen geene diefte is. Men moet vrees hebben voor de daden van dwingelandij die de heerschendo zienswijze nopens de heerlijkheid ge weld aandoen, zelfs als dezo in theorie val sell zyn. Het is goed het woord der H. Schrift to gedenken Als men wind zaait zal men storm oogsten. En wij die zoo dicht bij deze verpes tende moerassen, deze stinkende gemak ken wonen, hebben wij geene besmet ting te vreezen De groote geldzaken zijn gevaarlijk. De besten struikelen er. Opgepast En onze liberalen herhalen gedurig dat Frankrijk aan ons, Belgen, voor heelden geeft die hier dienen nageleefd te worden. Ze zouden zeker ook eens willen likwideoren op zijn Fransch de een het doet of de ander. Doet een snul het, dan is het slecht. Doet een edelman het, dan is het goed. In het eerste geval verdubbelt iemand het fortuin van eeno oude moeder in het tweede wint hij het voor haar terug. Dat is juist het verschil. Gy ziet bij my nu enkel naar de zwarte zijde. Zou ik u misschien ook nog moeten bewonderen vroeg Anne-Marie, verbitterd en radeloos over hare machteloosheid tegen dezen onverstoorbaar glimlachenden boo- zen geest. Dat ontbrak cr nog maar aan Neon, neen lachte hij, zooveel ver lang ik van u niet Maar mag ik eens zeggen wie ik bewonder Nu Wordt niet kwaad op mij, jonkvrouw von Wackerode, maar u bewonder ik terwijl u broeder, och lieve hemel... Anne-Marie's aangezicht was even rood geworden. Die verwensebte deugnietzegde zij nog eens, in eerlijke gramschap. En toen staarde zij met een plotseling besluit haren geleider smeekend aan. Ocli, mijn waarde heer von Henning, er zyn toch zoovele domme jongens op de wereld mijn broer Benno is toch niet de eenigc, en er zal voor u weer een ander schaap'op den weg loopen, dat gij scheeren kun'. Daarom bid ik u van harte, zoo drin gend als ik maar kan - laat hem gerust en laat ons in hot levon blijven... Speel niet meer met hem 1 De tuinmelde is een groensel dat onge lukkiglijk op onze dagen te veel ver onachtzaamd wordt. Wanneer zij jeugdig verbruikt wordt, wanneer haar over vloedige begietingen toegepast worden, wanneer zij op eene eenigzins bescha duwde plaats van den hof gezaaid wordt,geeft zij immer eene overvloedige opbrengst, dan, wanneer de spinagie reeds lang zal opgeschoten zijn, en de tetragone zich nog laog zal laten wach ten. De hofmelde is een eigenlijk blad groente, dat bijgevolg een zeer vrucht baren grond, veel stikstof en potasch, doch weinig fosfoorzuur vergt. Versch stalmest en beer passen haar opperbest. De stikstof en de potasch begunstigen in hoogc maat, niet alleen den groei en de opbrengst, doch eveneens de hoeda nigheid van het groente onder hunnen invloed groeit de plant snel, geeft weli ge, zeer malsche bladeren, die onder geen enkel opzicht voor de beste spinagie zal moeten onderdoen. De stikstof wordt zeer voordeelig aan gewend onder vorm van ammoniaksul- faat, dat gedurende de zomermaanden spoedig salpeterzuurgist zonder daarom den grond uit te pullen de potasch wordt voorzeker onder een zeer werk- zamen vorm toegediend, aangezien het hier een wezenlijk lentegroente geldt, dat daarenboven zeer jeugdig verbruikt wordt en dus maar korten tijd leeft, zoodal het zich op oen minimum van tijd een maximum voedende bestanddee- len moetkunnon aaneigenen. Voor wat het fosfoorzuur betreft, dit moet, even als de potasch, rechtstreek oplosbaar zijn. De potasch word t bijgevolg onder vorm van chloorpotasch, en het fosfoor zuur onder vorm van superfosfaat toe gediend. Eene hulpbemesting van 3 tot 4 kgr. amrnoniaksulfaat, 5 kgr. superfosfaat en 3 kgr. chloor- of zwavelzure potasch zal bijgevolg uitmuntende uitslagen geveD. Evenwel .zullen de planten ter zaadteelt bestemd eene sterkere fosfoor- zuur-potaschbemesting ontvangen, en zullen deze planten, het zij hier terloops gezegd, voorzekerniet mogen ontbladerd worden, zoo als dit nog te dikwijls gedaan wordt. JAN. Een waar woord. De welge kende Pater Coubé heeft eon goed woord gezegd aan eenen opsteller der Fraosche Presse, die hem zijn gedacht vroeg over het dusgenaamd schandaal-Duez Ik begrijp al dat lawyd niet 't Is niet redelijk zooveel beslag te maken voor tien millioontjes door Duez gesto len Do groote, de bijzonderste dief is de Staatdie heeft hondorden millioenen gestolen aan menschen die dat geld rechtvaardig bezaten. Die zou achter de grendels moeten gezet worden. En als dat zal gebeuren, dan zal er nog gedacht van eerlijkheid in Frank- ryk bestaan. Ja, als dat maar hielp Hij schudde het hoofd. Maar hij is zoo een van diegenen die hun geld kwijt moeten geraken, tot eiken prijs Hij speelt toch voort, juist zoo lang by niets meer heeft. Geen pfennig, zegde jonkvrouw von Wackerode, byna weenend van woede en met gebalde vuisten geen centiem ver dient de deugniet En dan moeten wij het zoo maar aanzien, zonder er iets tegen te kunnen doen Wc weten niet eens hoe ver het ongeluk al is gegaan Of zoudt gij my dat ten minste kunnen zeggen. Zoo ongeveer ja. Toen uw broer verleden jaar naar Berlyn werd verplaatst en in de club kwam, had hy naar het scheen, eenig vermogen in de bank liggen. Ja. Nu, dat heeft hy verspeeld. Zoo in den loop van den zomer te Oostende, te Baden-Baden en waar al niet meer. In het najaar, toen hier de campagne weer in volle ernst geopend werd, nam hy eene groote hypotheek op het lanngoed Wacke rode. Juist. En toen wij mot schrik daar van hoorden, maakte hij ons wijs dat het was om er verbeteringen aan te brengen, dat dit geld wel tienvoudig uit den grond komen zou, en zoo al meer. Nu, dat heeft hij in den loop van den winter zoo goed als verspeeld, zegde Horst von Henning. Aan wien Grootendeels aan mij. Hij kan na de laatste nachten hoogstens nog een paar duizend mark over hebben. En dan 1 Horst von Henning haalde de schouders °P' Bij slot van rekeding zal hy bij de geldschieters en woekeraars moeten aan kloppen, bons uitgeven, en zoo al verder, zoolang do kruik te water gaat. Met eene handbeweging verduikelijkte hij het zinken van de kruik. Anne-Marie bleef staan, met hare groote oogen wijd open over haar gansche lichaam bevend. O God 1 prevelde zjj. Ja. Het is niet anders. En ge wilt hem niet helpen Geef mij uwen arm eens, zegde hy. En laat ons verder gaan. Wij kunnen in dit gedrang niet blijven staan Zoo En toen zij zich aan hem had aange haakt, en met neergeslagen blik en heel verbijsterd den weg voortzette, hernam hy: Waarom zou ik uwen broeder helpen? Zou luj mij daarvoor danken En verdient hij het Ik geloof het niet. Maar u wil ik helpen, jonkvrouw von Wackerode Zij schrikte een weinig en maakte zich van hem los. Middelerwijl waren zij aan het hotel ge komen. Iloe zoo dan mij I vroeg zy angstig. (Wordt voortgeze).

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1910 | | pagina 1