Donderdag 5 Mei 1910 5 centiemen per nummer 64ste Jaar 4254 Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst. Langs de renbanen. GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. Opvoeding van kinderen. EED/ EX ADÏDEH. DENDERBODE Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee- Kening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden fr. 1-75 voor dry maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont- vtingen zijn ten laste van den schuldenaar. Men Schrijft in bij C. Van de Putte-Goossens, Korte Zoutstraat, Nr 31 en in alle Postkantoren des Lands. CHIQUE SUUM. Per drukregel Gewone 15 centiemen Reklamen Ir. 1-00 Vonnissen op 3 bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen Lij accoord. Niet opgenomen handschriften worden met teruggestuurd. Heeren Nota rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dynsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van dit blad. Aelst, 4 Mei 1910. Kinderen opvoeden is reuzenwerk. Inderdaad als men zo tot goede man nen, deugdzame vrouwen wil opleiden is het't moeilijkste dat bestaat. Ouders en leermeesters voelen een gewichtige en hoogst lastige taak op hunne schouders loodzwaar drukken. Onvermoeid, zonder verpoozen moeten zij werken om het goede zaad, op vruchtbaren grond geworpen heerlijk te doen ontkiemen en vruchten voort brengen. Van dat oogenblik af dat het kleine wichtje de liefderijke moeder begrijpt, beievert deze zich haar in dit teedere hartje de zaden te storten voor zijn later geluk. Zij doet het wichtje de mollige handjes vouwen en in de dichterlijkheid van hare moederlijke ziel. giet zy het verhevene gevoel dat het zelve vervuil in het binnenste van haar lievelingsje... Zij geeft het zoo zoet en zoo gepast zeer wijze lessen en heilzamen raad, wanneer het wichtje wat ouder is ge worden, en haar nog beter kan begrij pen. Nu, de goede leermeesters, op hunne beurt, onderwijzen liet in goede leerin gen. Zy voltooien datgene wat de moe der heeft begonnen, wat vader ook ondernam en zij trachten van de ziel der jonge lieden een heiligdom van deugden te maken. Allerlei doelmatige middelen worden daartoe gebruikt, en gelukkig zyn zij, die de juiste middelen weten uit te kiezen en met bijzondere schranderheid de kinderen kunnen opvoeden. Ja, hun werk is reuzenwerk Want zy moeten betrachten dat aan de kinde ren niets dan goed worde aangeleerd en dat ze tevens ook geharnast zijn tegen het kwaad. Het is niet noodig, denk ik, er op aan te dringen dat de opvoeding van het kind moet gesteund zijn op den Gods dienst, want deze is niet alleen noodza kelijk voor het welzijn der gansche samenleving in 't algemeen en daarbij onontbeerlijk voor het behoud der goede orde maar wel bovenal beslaat zij tot het gelukkig maken van alle menschen in 't bijzonder. Het is dus de eerste en dringendste plicht voor de ouders en leermeesters HOOFDSTUK I. De rand van den afgrond. De wind gierde door de sombere straton, fijne witte stof opwerpend, de zwarte wol ken, die met sneeuw dreigden, door de donkere lucht jagend. Queen's Gate, zich te Londen van af hot Park uitstrekkend, zag er onherbergzaam, koud en verlaten uit. Slechts één eenzaam rytuig stak tegen den bevrozen grond af een rytuig met wapentjes op de portieren en een paar paarden, die hunne koppen achterover wierpen en ongeduldig op hunne bitten beten. Zij hielden voor een der grooto huizen by het Park stil, en toen de wielen over den harden weg knarsten, sprong de koet sier vlug van den bok, en werd de huis deur als door too verkracht open geworpen. Een overvloed van licht stroomde de witte stoep af en langs het plaveisel tot aan het portier van hot rytuig, on toon de lakei het portier opende, viel hot licht vol op het gelaat eener vrouw, die, uitstij gend, een oogenblik van het hoofd tot de voeten in haar bont gehuld stond te rillen voordat zy bet huis betrad. den kinderen liet goede gevoelen in de ziel te prenten en hun te leeren dat zij niet voor bet stoffelijke, het verganke lijke maar wel voor het heilzame ver hevene zijn geschapen. Maar by al die goede lessen welke de opvoeders aan iiuniio kweekeliugeu ge- ven,moeten zij hen nog geschikt maken om den strijd voor het bestaan voordee- lig door te worstelen en geharnast te zijn tegen de wisselvalligheden van het woelige leven. Een der middels daartoe is zoo zon derling als doelmatig. Het is ontegensprekelijk waar dat de boozen en ondeugenden, als ze iémand naar hunnen kant willen krijgen, stout moedig werken op zijne gebreken. Zij vleien dezelve en volgen ze in of buiten ze uit, zoo dat zij op hun slachtoffer dat zij verleiden, eene groote overmacht hebben verkregen. Welnu al wie met do opvoeding van kinderen is gelast, moet in zekere mate ook der wijze handelen om hen tot rechtschapene goede mannen, deugd zame vrouwen te vormen. Alzoo bij voorbeeld moet men de hard- hoofdigheid van een koppig kind in den goeden zin weten te gebruiken om het vastberaden en onwrikbaar van inborst te maken voor alles wat hem heilzaam is In lateren leeftijd. De nieuwsgierigheid van een ander moet aangewend worden, om er later eon fijn opmerker van te maken, die verstandig weet te ontleden wat hij rond hem ziet en het beste er kan van onderscheiden. Babbelzucht moet geleid worden op de rechte baan en aan de jongelingen er mede behept, moet de gelegenheid geschonken worden in een nuttig en winstbezorgend bedryf hunne praat zucht vrijen teugel te geven. Men zal hunnen geest met allerhande schoone en goede zaken versieren, om hen in staat te stollen met den vloed hunner woorden later ook goed te stichten. In een woord, de gebreken.welk men bij bet kind ontmoet, zal men ofwel ongenadig bestrijden, uitroeien, ofwel, deze waaruit men voordeel trekken kan, tot bet goede richten en her vormen. De mensch wordt wel by zijne ge breken genomen om kwaad te doen men kan ook menigeen zyne gebreken te baat nemen om van hem iets goeds te maken. Men beproeve dit maar eens. P. T. Ik heb het rytuig om kwart over ze venen weer noodig, zei ze scherp. Ja, Mevrouw. De lakei sloeg aan en keerde zich om, om het portier te sluiten, en Mevrouw Nethercoinbo lichtte hare japon een weinig liooger op en schreed langzaam over liet plaveisel. Terwijl zij zulks deed, werd haar gelaat, dat opvallend bleek en ernstig was, onder haar hoed met wapperende veren phanta- stiscli door het licht beschenen. Ze was eene knappe en bevallige vrouw. Zy was nog altijd een der schoonheden van haar kring hoewel hare volwassene dochter dien avond voor de eerste maal in de we reld verschijnen zou. Mevrouw Nethercombe zag er uit alsof ze ziek was, toen ze haar huis betrad. De huisknecht, die een snellen blik op haar strak gelaat wierp, scheen de uitdrukking er van to begrijpen, want er kwam een zonderlinge blik in zijne oogen en hy trok zijne schouders op toen hjj de deur sloot. Mevrouw Nethercombe bleef oen oogen blik in de hal staan, hare hand onvast op het hooge gebeeldhouwde eikenhouten ka binet leggend, dat tegen den oenen wand stond. Ze haalde vlug adem. Waar zijn de jonge dames, Sims vroeg ze. Boven, Mevrouw, in jufvrouw Mar- garetha's boudoir, Mevrouw Sherman is bij hen. Mevrouw Sherman. Mevrouw Nether combe sloeg met eene uitdrukking van Over de groote baan ryden twintig dertig ry wielen in dolle vlucht. Bebloede armen, gekneusde knieën, hijgende borsten... bloed en zweet. Eon wiel strompelt tegen een kassei... de man ligt op den grond te spartelen. Drie rijwielen vliegen hem over hoofd en lyf... In een stofwolk is de bende ver dwenen geen oen heeft er op gedacht, dat er daar een mensch in nood ligt, wie weet, te sterven Ja, zij moeten vooruit, naar hun doel... naar de overwinning. En de ga zetten schrijven 's anderendaags Hét was een prachtige koers... De wiolry- der, die gevallen is, beschikt over een ijzeren kop voorwaar, anders ware hy morsdood gereden geweest. Dit zyn sportmans... Dat is sport nieuws. Leven toij in het xoilde Congoland Neen, dit gebeurt in Vlaanderen, in on3 christene, gezonde, zedelijke Vlaan deren Schaamt u zulks te lezen, het deert mij zulko feiten te moeten beschrijven.. Doch, ik wil verder... en tegen wil en dank moot ik sport in zyn gansche schoonheid beschrijven. Christene huisvader... christene huis moeder, leest aandachtig voort, en zegt mij of gy ook van uw kind een sport man maken wilt Nu staan wij op een koerspleiu. Die magere beestjes daar, sprinkhanen ge lijk... waren paarden, edele fiere paar den eensdaagsZij zijn tot koerspaar- den verwrongen, misvormd nu Die ventjes, die ze berijden, in bonte en kleurige lijfrokken, wier geluwe, beenderachtige aangezichljes onder breede klipmuts als halfingesluimerde apenkopjes met uitgedoofde oogjes knar setanden, wie zijn die Jaren lang hebben zij gevast en ge wrocht, om tot gepast gewicht en vorm te vermageren. Zij ryden henen, de knobbelachtige knieën tegen de kin... het gevaar of de overwinning te gemoet. Die dwergen hebben eene ziel, het waren menschen... Thans zijn het sport lieden, het zijn jockeys Prachtig zijn zij er in gelukt, sport ter eere en ten diensto, het schoonste wezen uit Gods schepping te misvormen. Een der paarden komt eerst aan de verlichting den blik op. Vraag haar dan, of ze hier beneden bij my wil komen in do eetkamer. Ik ik voel my niet bij machte om naar boven te gaan. Zeg haar dat, Sims. De huisknecht verdween, en klom bij drie treden tegelijk de trap op, terwyl Me vrouw Nethercombe oen oogenblik dood stil bleef staan, mot eene vreemde uitdruk king op haar mooi gelaat in haar oigen fraaie hal om zich heen kijkend. Aan alle kanten vertoonden zich woelde en pracht. Op den grond lagen dikke tapijten, de deu ren werden door ry ke gordynen van grooto waarde aan het oog onttrokken. Aan den voet van de trap stonden twee bronzen figuren, die op duizendo franks geschat werden en twee lampen met rose ballons droogen. En tegen de wanden hingen overal olieverf schilderyen cn aquarellen van onschatbaro waarde. Mevrouw Nethercombe keek huiverend naar dat alles. Zy streek met de hand over - het gelaat en begaf zich met onvasten tred i naar de eetkamer. Daar koek ze op de- 8 zelfde weifelende manier om zich heen en schonk na een oogenblik in oen wynglas een weinig brandewijn. De drank scheen haar op te wekken, want oen zwak blosje verscheen op haar gelaat, en toen op den drempel het geritsel van zyden rokken weerklonk, keerde ze zich vlug, byna energiek om. Joanna riep zy uit. Oh, Joanna 1 Ik weet geen raad.... ik ben wanhopig. de staak... en de jockey word uit den zadel geheven, en de edelheeren dragen in triomf op hunne schouders... den overwinnaar, den Caesar van den dag... den koning van het sportplein... het verwrongen, geest- en gedachtloos monsterken, dat wy daar zagen En rond de baan, waarin de paarden loopen, wandelt de bloem van de sport wereld. Kent gy dien heer daar Neen Jammer 1 Hy draagt een wereldbe kende Daam. Zyn voorouders waren helden, stalen riddermannen die ons schoone vaderland eens vrij vochten. Twee, drie vrouwen uit... de halve we reld dwarrelen rond hem... Hy heeft reeds de twee derden van eene machtige fortuin verspeeld nu verkwist hy het overige en morgen vindt men hem dood misschien, met eenen kogel door de hersenpan. Dat heerken daar verder met zyn ver rekijker en zijn gekrulde panama-hoed? Kent gy dat niet Ja wel, hy is een bediende aan 100 frank per maand hij heeft een vrouw en drie kinderkens, en daar... in een oogwenk heeft hy zijn jaarwedde verspeeld Morgen breekt hij in do kas van zijnen patroon, en overmorgen, onteerd, slaapt hij in het gevang Groet die heeren I Groet ze met eer bied, daar hebt ge twee sportmannen t Ginder sluipt met zwaar beladen geldbeugel een bendeken «bookmakers» weg Die aangezichten Ik herken ze wel... Ik kwam die nog tegen op boet straffelijke Rechtbanken of verder! Wat doen zij hier Hun werk Zy pluimen Sportlieden. Zij zamelen geld op, dat bloed en tranen kosten zal Wat denkt de wet over hunne handelwijze Wat de wet erover deukt Wel, dat bookmakers er ook noodig zyn, dat er zonder hen geen sportplein bestaan kan dat die ook leven moeten Gy overdrijft den toestand O ver- dryven, neen, ik heb enkel een kant van den Sportkanker ontbloot Wie heeft daar schuld in, op wie valt de verantwoordelijkheid dier gebrui ken, die onzen volksaard verbasteren, ons chrtsten oerlyke familieleven ver ijdelen Wie Elkeen van ons, die te veel be lang stellen in zulk Sport Be gazetten, die zulk sport ophemelen De openbare besturen, die sportmannen als nieuwe helden in zegetocht binnen hunne steden begroeten. (Gazet van Kortrijk). Bij deze woorden trad ze snel op haar toe, handenwringend en wanhopig in het koude gelaat barer zuster kykend. Mevrouw Sherman was klein en sierlyk van gestalte. Toonaangevende bladen be schreven haar als de best gekleede me vrouw in Londen, Hare kennissen vrienden bezat ze niet zeiden dat ze de aardigste en gevaarlijkste vrouw was. Er was iots in tiaar gelaat, in hare heldere blauwe oogen en roode lippen, in de kuil tjes hare rose en blanke wangen, in de vederachtige zachtheid van baar gouden haar, waar de vrouwen een afkeer van hadden. Wellicht hadden ry niet kunnen zeggen, waarom, want er viel eigenlijk niets op mevrouw Sherman aan te merken, hoewel het geen geheim was, dat zo niet op goeden voet met haren man stond en sommige menschen de oorzaak hiervan ge vonden meenden te hebben. Mevrouw Sherman, zeido men, was hardvochtig en koud. Zy gaf nergens anders om, dan om zichzelf, on vernietigde en schoof hare vrienden, indien zo haar in den weg ston den, oven gemakkelijk ter zyde, alsof het vliegen geweest waren. Zy hield nu eene lorgnet voor hare koude blauwe oogen en keek kalm in het bleeke gelaat harer zuster. Werkelijk, Agnes, merkte ze op, ge ziet er vreeselyk uit.... net alsof men u zonder gas een tand getrokken heeft Zou- den de menschen hunne tanden wel eens zonder gas laten trekken Wat een af- Lof van tegenstrevers. Le Temps van Parijs, een blad dat verre is van katholiek te zijn, schreef in 1908 Het Belgisch Gouvernement be- hoort, sedert 25 jaren, aan de katho- liekeu en dat belet België niet een der meest werkzame, voorspoedige en vrijheidsminnende landen van Europa te zyn. Dit feit spreekt ongetwijfeld op de betreurlykste wyze zekere algemeene gedachten tegen,welke sommige half- geleerde bestweters gewoon zyn ons voor te disschen, doch de feiten, elk weet het, zijn onverbiddelijke tegen- sprekers, die om de beleefdheid niet bekreunen. Dat is in andere woorden gezegd België wordt goed bestuurd, en geen enkel Belgisch geuzenblad kan dat weerleggen. v Een belangrijk arrest voör ge meentebestuurders. In eene ge meente by Brussel viel een persoon over een kasseisteen, die niet vast zat in eenen trottoir, en brak zich den arm. Voorde rechtbank eischte hy schade vergoeding van den eigenaar van het huis voor hetwelk 't ongeluk gebeurde. Jie eigenaar pleitte dat hij daar niets in te zien had en de gemeente verantwoor delijk moest verklaard worden daar zy gelast is met het onderhoud der wegenis. Eerst de Rechtbank van Brussel, dan het Hof van Beroep en eindelijk hel Verbrekingshof hebben dat stelsel be krachtigd endegemeente verantwoorde lijk verklaard, niet alleen voorde onge lukken die gebeuren ten gevolge van 't slecht onderhoud der middenstraat maar ook voor die toe te schrijven aan 't slecht onderhoud der voetpaden. (Zoo schrijft de XXs Siècle van Brus- Het lachen. Een Grieksche ge neesheer heeft ons verklaard dat lachen noodzakelijk is voor de gezondheid, omdat hot de milt, die daaraan behoefte schijnt te hebben, doet schudden. Trouwens, ook de hedendaagsche doktoren zijn eenparig van oordeel dat lachen, uit gezondheidsoogpunt be schouwd, alle aanbeveling verdient. Ge ziet dus, dat er geen enkele reden bestaat om niet naar hartelust aan uwe vroolijkheld lucht te geven. Een ding zuu ik u echter willen aanraden: lacht nooit onder het eten. schuwelyk gedacht De menschen zyn tegenwoordig zoo dom om pijn te lyden, terwyl het zoo gemakkelijk is om die te ontduiken. Ik geloof dat, als ik een man was, ik me zelfs met gas zou laten scheren, Mevrouw Nethercombe liet een kreet van ongednld en wanhoop hooren, en weer hief mevrouw Sherman hare lorgnet op. --Oh, Agnes, waarom maakt ge ziilk een buitengewoon leven riep ze uit. En tracht ge er zoo uit te zien Mevrouw Nethercombe trad eene Bchre- de naderbij Doe dat niet, Joanna... doe 'tniet, riep ze met zonderling gebroken stem uit! Plaag my van avond niet. Ik... ik... weet niet wat te beginnen. Ik... ik ben geruï neerd. Mevrouw Sherman liet hare lorgnet zin kon, en een hoogere klos kleurde hare wangen. Zy hield den adem in en keek hare zuster scherp aan en indien Me vrouw Nethercombe niet te opgewonden geweest was om het op te merken, had zij zich kunnen verbeelden, dat de opgewekte harde uitdrukking in hare heldero blauwe oogen een innerlijk leedvermaak te kennen gaf. Doch zij was hulpeloos in een stoel ge zonken, en het electrische licht, dat op haar golaat scheen, deed het nog ontstel- der, bleeker en wanhopiger schynen, dan Mevrouw Sherman gedacht had. (Wordt voortgezet).

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1910 | | pagina 1