1RKA Zondag 16 October iOf0 5 centiemen per nummer 64sle Jaar 4302 Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van do Stad on 'I Arrondissement van Aalst. GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. Belgische Handel en Nijverheid, Overvloed van goud. Zondagrust. Onze Boomkweekerijen. DITJES en DATJES Spaansche Oproerlingen van 1576 te Aalst Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee- «.ening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frank met den Post verzonden e frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden fr. 1-75 voor dry maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont vangen zijn ten laste van den schuldenaar. Men Schryft in bij C- Van de Putte-GooMena, Korte Zoutstraat, N* 31 en in alle Postkantoren des Lands. Per drukregel Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1-00 Vonnissen op 3"8 bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Nota rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dynsiag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van dit blad. CUIQUB 8UU1 A»U(I 2» Oct ober I SI 1 O. In algemeen cijfer opgenomen, be kleedt België den 5den rang van alle landen der wereld voor zijne handels verrichtingen. Het staat verre aan de spits der vol keren in verhouding zijner bevolking, want, in 1909, beliep de handel aan in- en uitvoer, tot 881 fr. per hoofd, terwijl Engeland,die machtige handeldrijvende mogendheid op België volgt met 511 fr. per hoofd Het is Diet noodig diegroote cyfersta- tistiek in handen te nemen om de nijve- rigo bedrijvigheid van ons volk te bemerken men ziet overal 't gewoel en 't gewemel van bedrijvige menschen die te lande, in kleine en belangrijke steden, vol drukke bezigheid van den morgend tot den avond, gedurig weg en wederspoeden, arbeiden steeds, on ledig en onrustig, hunno zware dagtaak vervullen. De nijverheden van allen aard groeien en gedijen on leveren hunnen weelderi- gen oogst aan deD dagelijkschen handel die er 't zijne van maakt, de markten, magazijnen en winkelhuizen volstapelt eu weer laat leegloopen in de handen van begeerige koopers. 't Is een drukte van bedrijvige men schen langs straten en wegen die elkan der stooten, voorbij loopen en weêr in gehaald worden, die werken om te zeerst en om te meest om elkander weêr telkens boven te steken in driftige wed y vering. 't Is een lust om aanschouwen hoe ons volk zijne gezonde leden, zijne sterke geestkracht rept en roest in duizend voudige bedrijvigheden, Een gezond volk, een krachtig volk woont op den Belgischen grond, in 't platlelandsche Vlaanderen en 't heuvelig Walenland, in dorpen cn steden hier woont een volk dat met zijne struische leden onvermoeid aan den arbeid staat de heelen langen dag van alle dagen te herbeginnen aan hetzelfde noestig werk hier woont een volk dat met zyn hel deren geest die ingewikkelde nijverhe den schept en voortdrijft en zijn veel- voudigen handel opvoert tot eene ver bazende hoogte hier woont een volk dat met sterke wilskracht bezield is, dat lust vindt in den gestadigen arbeid hier woont een volk dat, in vrede, een welstand heeft doen geboren wordeD door zijne taaie werkkracht, dat een welstand geniet, welke andere landen ons benijden, en dat er fier opgaat, met recht dien welstand verwekt te hebben door zyue eigene gezonde, kloeke leden en geest. Die zucht naar arbeid is ons volk eigen, en spruit hij voort uit zijne levenskracht, hij wekt ook van don anderen kant gedurig klimmende le- vensdadigheid. Vooruit, mijn België, houd u kloek. Blijft volharden in de levensopvatting welke gij u zelf hebt voorgesteld; be waar uw gezonden geest eu een gezon den leest Sedert 27 jaren leeft België onder een katholiek Staatsbestuur dat, uit het volk gesproten, ook doordrongen is van dezelfde werkdadigheid als 't Belgische volk, mcè arbeidt onverpoosd en onver moeid aan de algemeen» bedrijvigheid dor menschen die het bestuurt, om dezer nijverheid cd haDdel ten top te voeren. Mijn België, houdt u kloek (G. v. L.) Overal hoort men klagen dat alles peperduur is en vooral de levensmidde len men zoekt naar de oorzaak, maar men vindt ze niet. Die duurto schijnt niet begrijpelijk daar nu beden alles op de goedkoopste wijze mogelijk wordt voortgebracht. Een Fransche Staatshuishoud k uudige, den heer J. Arren, heeft do zaak door grond en er eene studie over geschreven in welke hij de heerschendo duurte toe- sclirijtt aan de groote voortbreugst van goud in deze laatste jaren. Hoe, zal men zeggen, kan het leven duurder worden omdat er te veel goud in omloop is Het schijnt dat hel tegen deel zou moeten waar zijn Het is omdat men vergeet dat het goud maar eene waar is gelijk eene andere het goud is de koopwaar-standaard ge worden onder den vorm van munt deze aan welke men al de andere verge lijkt en welke den prijs vaststelt, zoodat wij gewoon geworden zijn zijne waarde als onveranderlijk te beschouwen. Daar is de dwaling. Als men zegt dat liet graan duurder geworden is, beteekent dAt, dat men meer goud moet geven voor hetzelfde gewicht graan. Men zou in andere woorden kunnen zeggen dat, het goud in waarde is ge daald, en het zou meer nauwkeurig zijn. Wij zijn sedert eenige jaren getuigen van eene waarde-vermindering van dat metaal. Die waarde-vermindering was onver mijdelijk. Iedereen weet dat door de werking van vraag en aanbod, de prijs van eene koopwaar stijgt als ze zeld zaam is, en daalt als ze overvloedig is. Nude goudvoortbrengst vermeerdert op eene wonderbare wijze. In 1848 bracht men 55,000 kilos goud voortin 1S90 was het 200,000 kilos 350,000 kilos in 1897 573,000 kilos in 1905 608,000 kilos in 1906, dus voor meer dan 2 miljards. Daar de sleet in goud zeer klein is, vermeerdert de voorraad alle jaren merkelijk. Gedurende de lien laatste jaren is er meer goud voortgebracht dau van 1492, toen Amerika ontdekt werd, tot 1850. Er is nu 5 maal zooveel goud in de wereld als er was in 1850 er is nu dub bel zooveel als in 1890. Het is tengevolge van eene verbeter de behandeling der goudertsen dat men nu veel meer goud voortbrengt, niet omdat het getal goudmijnen is vermeer derd. Die groote goudopbrengst ver mindert de waarde van het goud. Een stuk van 20 franks is nu minder waard dan over 20 jaren, het is te zeggen men kan er zoovtel niet meer voor koopen, omdat de omloop der stukken van 20 fr. verdubbeld is en dat de opbreDgst van graan, groeusels, vleescli, niet in dezelf de mate is aangegroeid. Men moet dus meer goud of geld geven voor dezelfde hoeveelheid andere waren wij noemen dat duurte. Voor zekere gefabrikeerde warén zijn de prijzen niet opgeslagen, omdat de fabrikanten nieuwe uitvindingen en verbeteringen hebben benuttigd en zoo hunne voortbrengst hebben vermeerderd evenals die van het goud. Maar de meeste jaarwedden, loonen en inkomsten, zijn vertegenwoordigd door het zelfde getal goudstukken als over 20 jaarvan daar de huidige krisis. Veel waarheid kan er zijn in hetgeen de heer Arren zegt. Hoogst opmerkelijk bemerkt Het Fondsenblad i>; zijn echter de laatste regels, uit dewelke hel blijkt dat het niet juist do overloed van goul is, welke de krisis veroorzaakt, maar de ongelijke verdeeling van dien overvloed. De eigenaars van goudmijnen, de trustmannen van Amerika,de overvoort- brengst der fabrieken houden het goud of bet geld te veel in handen van enke len terug. Van 'smiddags tot middernacht, eenige dienstdoende Apotheker, op Zondao 16 October 1910, M. Bonner, Bisschop straat. De fruitboomen brengen veel op, wanneer zij wel verzorgd eu goed ge voed worden maar om hierin te ge lukken en gezond en overvloedig fruit te winnen, is het volstrekt noodzakelijk slechts gezonde en kloeke hoornen te planten. Daarom is het ook Doodig dat de landbouwer diensaangaande grondige kennissen bezitte, 't is te zeggen, dat hij de onmisbare begrippen hebbeopgedaan, om fruitboomen op eene doelmatige wijze te kweeken, en deze met kennis van zaken te bemesten. Het zal dus van geeu belaDg ontbloot zijn aan onze lezers eenige inlichtingen te geven nopens fruitboomteelt in de kweekerij, want zooals wij het hier vo ren zeggen, van de hoedanigheid der jonge hoornen hangt de goede uitslag af. Men geve deu voorkeur aan een wel- vcrluchten grond, rijk aan humus, tot op eene diepte van 0.70 m. omgewerkt, met doordringbaren ondergrond. Bij het doorbreken van den bodem zal men er voor zorgen de bebouwbare laag aan de oppervlakte te laten. Bij deze bewerking zal men eene goede dosis stalmest, compost of stal mest (30000 kgr. per hectare) toedienen en tijdens den groei komen, begietingen met beir, aangelengd met water, wel te pas. Ten einde de boomen spoedig te doen doorschieten, is het noodzakelijk per are 10 tot 12 kgr. ijzerslakken le ge- bruikeu 5 tot 6 kgr. kaïniet en 3 tot 4 kgr. zwavelzuren ammoniak. IJzerslakken en kaïniet en 1/3 vao don zwavelzuren ammoniak zullen in den Herfst aangewend worden de eerste moeten met de ploeg of met de spade ingewerkt worden, terwijl do siikstof- meststof op het omgewerkt land wordt uitgestrooid cn met deeg onderwerkt. Het overige deel vao den zwavelzuren ammoniak zal men slechts, op dezelfde wyze, in de daarop volgende Lente ge bruiken. In de kweekerijen, waar boompjes groeien van ten minste ljaar oud, zal men met goed gevolg in de Lente 2 tot 3 kgr. zwavelzuren ammoniak per are aanwenden. Deze meststof kan men bij middel van de hak of de rijf in deu grond werken. Aan kernen en steonon moet men ook zijne aandacht besteden; men zal slechts volkomen volwassen en rijp fruit nemen voortkomende van goede, veelopbreu- gende variëteiten die vrij zijn van ziek ten en men zal den voorkeur geven aan de zwaarste, dikste en gezondste kernen uit volledige rijpe vruchten. Later mag men niet verwaarloozen zorgvuldig te wieden en den grond op to hakken. Veritas. Voor de duivenlief hebbers. Uil Laur- rence-Mass. (Ver.Sf.).ge- dagteekend 4 September 1910, meldde meri aan M. Gigot, een onzer gekendste duiven- liefhebbers Ik meen u nuttig to wezen door u een feit aan te wijzen dat hier niet ongewoon is. Zekeren dag kwam een mijner vrienden mij vinden, zeggende dat hij lust had eenige duiven te koopen, maar dat hij nooit duiven had gehouden hij verlaugde dat ik hem zou vergezellen, om uit den hoop enkele duiven voor hem le koopen. Door een Canadees hebbende hooren zeggen dat er op zekere plaats duiven te koop waren, ging ik er heen op zijne aanvraag. Wij gingen tot bij Boston, maar daar stelde ik vast dat er, onder een opgehoopt, duizenden duiven waren, zoo wat aller rassen reisduiven, pauw staarten, enz. Ik ondervroeg een werk man en vernam dat al die duiven uit Belgen land kwamen. Hy antwoordde mij een tiendui zendtal Hy zei mij dat er soms twin tig duizend waren. Die duiven werden verkocht tegen eon dollar zeventig eens het koppel, wat bij ons 8,50 fr. zou wezen. Ziedaar waar dn duiven heeogaau. Wij kozen de volgende duiven, zegt de briefwisselaar eone geschelpte (ring Sport. Herve, 623, 1907), zeer schoone duif geschelpte (Antwerpen, 5175, 1908j, zeer schoone duifgeschelpte witte pen (Club, Cliêtelet, 4768, 1907) geschelpte (Antwerpen, 20387, 1908) bleeke (Antwerpen, 21001, 1902); ge schelpte (A'f, Laken, 3665, 1909 ge schelpte (Antwerpen, 125128, 1909yge schelpte (Bond, -11170, 1909). Tydens eene maand kwamen er daar eens 5500 Belgische duiven toe. Eene proefneming. Eugeen Fourniére, socialist en leeraar bij de Polytechnische school vau Parys, schrijft Voor onze eigene rekening en voor rekening van al de Europoesche natiën die verlangen naar de politieke vrijheid en de maatscliappelyke rechtvaardig heid, doen wij, in Frankrijk, eene onge hoorde proefneming Wij willen de politieke, maatschappe lijke en zedelijke orde vestigen op de rede, de wetenschap en de beraadsla ging- Wij hebben al de overleveringen verbrijzeld, we zijn meer ontlast en ontbloot van alles dan de eerste bescha- vers van Amerika, die ten minste hun nen bijbel medegenomen hadden. OF DE DOOR PlïTHlls VAIN! NUFFEL. 28c vervolg. Van oudsher behoorde hel kasteel aan het g™'»®'1' denzelfden naam, tot dat liet, door do trZZ£ Alicé aan het stamhuis van Gavere verviel; m 1303 tronwdo AUoe van Gavere, dochter van Philip van Gavere, heer van en Breda, met Geeraard, heer van Rassengen en Leuzera Henegouw, die do heerlijkheid als bruidschat kreeg. (1) van Gestel schrijft dat de sterkte alreeds m zijne J |0„ hare schoonheid verloren had, daar zij dikwyls, j (lajj en onlusten, bezet was geworden, en nu doo - door de ónderen bestormd. (2) „„«„WpiH Men Liedekerke had zich tot zelfverdediging caauten waakte dag en nacht. Uit de schietgaten ,vaj-ers de geladen vuurmonden, van de transen loerd in schuren en stallen zaten verkenners. OTondeebied Niet zoohaast had de vijand den voet op het grondg^ der gemeente gezet, of een hagel van musk g eeVolg rond de ooren. Deze onverwachte tegeustóndhad voog c, dat de Spanjaards eene wijl bedremmeld bleven staan, maar aangewakkerd door hunne oversten ljjk m00rdend tiental voortrukkende rabauten, vielen alk g J verwoede schroot trotseerend, in het dorp. Hier eCIn de in kamp. De landslieden verdedigden ^ich als leeuw de wapens geoefende krijgsbende van Philip o (1) Sanderus, idem, III® boek, II® deel, bl. 77. Van Gestel, (2) Hist, sacra et profana Arob. Mechl., Decanatus Alostanus. - an Gestel, II® deel, bl. 165. vlegels, braken en zeisens duchtig op los, staken met rieken, gaffels en pieken overal waar het maar treffen kon. De komst des graven van Rceux, vergezeld der lot den tand uitgeruste wachten des burchts, deed de rebellen rechtsomkeer maken en in de velden vluchten, waar de dorpelingen lien nog ver achtervolgden. 't Was een roemrijke dag voor Liedekerke. VI. Tuk op eene bloedige wederwraak, was de aftocht van Liedekerke door de muitors aangevangen. De smadelijke afros sing, hun door graaf van Roeux toegediend, lag zoo zwaar op hunne lever, dat ze bij hoog en laag zwoeren, hunne woede te zullen koelen op alles wat binnen Aalst nog gaaf en gespaard was gebleven. In het begin der maand Augusti overrompelde de bezetting een destijds wereldberucht klooster, ten huidigen dage slechts bij naam gekend. Wij bedoelen het gesticht der Williolmieten of Sterheeren. Alhoewel het geenszins in ous bestek valt, hier van eene omstandige monograpliie te geven, toch zal het mogelijk niet teeneinaal overbodig wezen, ten minste eencn blik te slaan in het verleden van die roemvolle instelling, lieden met zoovele andere in den kolk der tijden verzwonden en waar van de geschiedenis voor den oningewijden der oude oorkonden immer met een ondoordringbaren sluier blijft omhuld. De Wilhelmijnen hadden hunnen oorsprong te danken aan Margarcta van Vlaanderen, dochter van Boudewijn van Constantinopel. (i) Het convent werd opgericht ten jare 1268, op cenen grond, dicht tegen de Kaltestraatpoort, alwaar de kloosterlingen leefden volgens den regel van den H. Benedictus. De vrome paters smaakten er evenwel die kalme, ongestoorde toewijding aan God niet, zooals zij ze wenschtcn meermaals hadden zij met (1) Ziehier de akie der stichting, gelijk zij voorkomt in Descriptio A los tan a van den Aalstenaar Romaan De Visscbor (1732) Marguerite Conitesse de Flandre el de Haynau aux Uailliy et Echevins d'Alost salut. Nous vous faisons a scavoir que nous motton» nostre octroy A ce que Les Fréres de L'ordre de S.' Guillaume vienneul manoir a 3.' Ursmar ès Le dit Alost pour sorvir a nostre Seigneur, par le temonaige de ces Lettres qui feurent domuien L'au de L'incarnation mil deux cent et soixante buict Le vendredi aprè» La magdelaine. vele moeilijkheden en tegenslag te kampen, moesten zij met taai geduld, edele zelfopoffering, ellende en tegenspoed het hoofd bieden. Deswege bleven zij er niet lang. De Gentenaars, die hun alrec in 1348 veel last hadden berokkend, kwamen in 1380 terug en staken het prachtig gebouw aan <le vier hoeken in vlam en vuur. Gedwongen eene andere schuilplaats te zoeken, hielden de monikken zich geruimen tijd schuil in den omtrek, en waarschijnlijk onder de bescherming, van het beruchte kasteel van Aalst, gelegen op den zoom des Donders en in 1128 den eigendom van graaf Iwein. Omstreeks het jaar 1428 bouwden de paters, met bijzondere vergunning des Pauzen, een nieuw klooster in de Pontstraat, datgene wat wij, in de dagen waarin ons verhaal zich beweegt, ontmoeten. Van daar af noemde men hen Religieux de l'éloile, dit naar den naam hunner kapel, toegewijd aan O.-L.-Vr.-ter-Sterreu. (1) Een tijdperk van roem en luister was geopend. De instelling nam van jaar lot jaar in voorspoed en ontwikkeling toe zij verbaasde de ganscho geleerde wereld door het vormen der uitmuntendste geleerden, het opleiden van groote geniën, waaronder, stellig op den voor rang, België's eerste letterprinter, een Silvius eu Grapheus, dienen worden opgesomd een benijdenswaardige welstand, welke weldra tot aanzienlijken rijkdom overging, viel de Ster heeren ten deel. Kunststukken, geschenken van vorsten en graven, in hun bezit, kende men eene onschatbare waarde toe de schabben der boekerij bogen onder het gewicht der lijvige folianten, pennevruchlen der grootste schrijvers, of de onver kochte werken vail Diederik Martens, die er, drie en dertig jaren vroeger, was overleden. (2) (1) Het eerste convent stond nabij de stadsvestingen, ongeveer Ier plaatse waar heden ik- standplaats van den ijzeren spoorweg oprijst. Het tweede besloeg het beluik van 't huidige begijnhof en oen deel gronds, nu bebouwd met huizen, toebe- hoorende aan bijzonderen. - Inlichtingen ontleend aan A.-F. Van Iskohem's Biographic de Thierry Marlens Il«hoofds bi. 9, 10 en 11. (2) Het klooster dor Sterheerm werd voor goed afgeschaft onder jloaef fl, den tweeden Zondag van Paschen in 't jaar 1784 Over eenige jarep ojntgraafde men, bij aardewerken in do Sterrestraat, verscheidene geraaiqtnn, die naar bet kerkhof zijn overgebracht. Verboden nadru^. (Wordt voortgezet). Onze school is zonder God, en onze dorpen zijn zonder priester. Wij liebb»o voor eenigen regel hel per soonlijk geweten, open voor alle be knibbeling en voor eenigen regelaar het strafwetboek. Dat is te zoggen wij hebben alles gedaan wat mogelijk is om God uit het maatschappelijk loven te bannen. Dat is inderdaad de waarheid. Maar de gevolgen Die zyn dat de apachen in Parijs heerschen, dat men in die stad eiken dag twee menschen vermoordtdat kinderon van 16 en 17 jaar sluipmoordenaars et dieven worden. I>a Ktizern. Te Ant werpen, waar men best van al weet wat de kazern is en wat er kan verbe terd worden, daar is er een grieven- komiteit tot stand gekomen, en 'tis de kring De Kleine Burgerijdie dit komit«it heef! ingericht. De inrichting van dit komiteit, wordt aangekondigd door een vertoog waarin wij het volgen de lezen Voor de eerste maal, zijn ook onze burgerszonen naar de kazern. Onder d'oude wet, zouden de burgers het brood uit bunnen mond gespaard hebben om hunne zonen vry te koopen. «Nu moeten ook de burgerszoon soldaat word on. De bestaande militaire kringen zijn eeno allerbeste inrichting, om de mannen treffelijk verzet eu goede ge- zeischap te verschaffen. Doch er out- brak iets. Do soldaat moet weten tot wien bij zich kan richten, als hij te klagen heefthij moet weten by wien hij de misbruiken der kazern kan aanklagen. Daar heeft De Kleine Burgerij voor gezorgd, en een bestendig grieven- komitet is ingericht, waar men in volle vertrouwen, zijue klachton kan a meêdeelen. Het geheim is beelemaal verzekerd. Er moet in het leger regeltucht zyn, zeker maar rechtveerdigheid mag er ook niet ontbreken. Soldaten en ook d'huisvaders, kunnen zich tot het grieven-komiteit wenden. Het komiteit zeteld eiken Vrijdag, van 8 1/2 tot 10 ure 's avonds, in hot a lokaal DE ZWAAN, Korte Gasthuis- straat, nummer 18, Autwerpen.» Ter overweging aan de nijdigaards en kwaadsprekers. Vertel niet voort Al wat gy hoort Want onbedachte praat Doet al te dikwijls kwaad. Willem Bilderdyk. Gepast te spreken is oen zware taak Gepast te zwygen nog een zwaarder zaak. Jan Ferguut. Gy toont u zelden goed, beleefd on wel- [gezind Men hoort u niets dan zure en bitse woor- [den sproken Gij ziet zoo diep cn scherp in andermans [gebreken, En gij verwondert u, dat niemand u be- [mint. S. M. Coninckx. Gij hebt twee ooren maar één mond. Dat, vriend zij u een toeken, Om veel te hooren en niet veel te spreken Gij hebt twee ongen maar één mond. Bedenk dat, u ten zegen Vel moet gij zien, en zeer veel dient gezwegen I P. A. de Genestet. De nijdigaard blikt op naar 't zonnelicht: Dit straalt hem blijde in het gezicht Zyn oog kan zooveel schoonheid met [verdragen Hij keert met norsch gegrom Zich om. Daar vindt hij stof tot klagen Wijl hij zijn schaduw op den grond go- [worpen ziet. Schreeuwt hij om wraak voor 't ongelijk (dat hem geschiedt 1 Jan Ferguut,

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1910 | | pagina 1