DIRKA
Zondag 12 Februari 1911
5 centiemen per nummer
65<e Jaar 4336
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan
van de Stad en 't Arrondissement van Aalst.
Eene getuigenis.
GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM.
VADERLAND, TAAL, VRIJHEID.
Materialisme.
Tegen het Onderwijs.
Zuid-^frika en Katanga.
Spaansche Oproerlingen van 1576 te Aalst
Hub. Hein?
Onder de vleugelen der logie
Stad Aalst.-Werkbeurs
NDERBODE
Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee-
aoning van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor
Je Stad 5 frank met den Post verzonden C frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
maanden fr. 1-75 voor dry maanden, voorop te betalen. De inschrijving
eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont
vangen syn ten laste van den schuldenaar.
Men Schrijft in bij O. Vau de Puite-Gooaseni, Korte Zoutstraat, N* 31
»n in alle Postkantoren des Lands.
Per drukregel Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1-00 Vonnissen op
34" bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herbalen bekendmakingen bij accoord
Niet opgenomen handschriften worden met teruggestuurd. Heerea ota
rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dtjnsiag e i vrijdag
in den voormiddag.
Voor de advertentien uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van
dit blad.
cljiquk euun
AeUl1 1 Februari lï>l 1.
Materialisme is voor velen een aanlig,
een vreemdsoortig woord. Materialisme
beteekent niets anders dan Stofleer.
a Stofleer wil in andere woorden
zeggen, dat men niets beschouwt, aan
neemt of schijnt aan te nemen als stof en
stoffelijke zaken, maar zich geenszins
bekommert over de ziel of geestelijke
zaken.
En men denke niet dat zulke dommig
heden allen door krankzinnigen uitge
meten worden. Neen Ze worden zelfs
verdedigd en nageleefd door lieden die
voor verlichte geesten willen doorgaan.
Het ia de leering van 't grootste ge-
deelte der liberalen zij beschouwen in
de wereld nietsdan het stofbdnke buna
allen zijn zo ongeloovig Den tegenzin
in alles wat geestelijk en godsdienstig
is, maakt zich meer en meer van hen
meester en dit vooral van dezen die
bezitten van de ongeloovige rijken.
Doch het ztfn de liberalen alleen niet
die het Materialisme aankleven de
socialisten, de afstammelingen der libe
ralen, zijn daarin nog veel slech er
vaders en zoons komen in dat punt goed
overeen...
Hierin bestaat bet gevaar der huidige
samenleving. Met wetten en groote
woorden woideu de socialisten en libe
ralen niet overwonnen. Weiten kunnen
ten hoogste dienen als lydelijkeu maat
regel en als zoodanig nu'tig en zelfs
noodzakelijk zijn. Doch wetten veran
deren den geest of de gedachte niet.
Wat vroegen de socialisten vroeger
Hooger loou, meer welstand, betere
verdeeling der lasten, enz.
Ehwel, door den gang der zaken, er
kwam hooger loon er kwam oneindig
meir welstand er kwam regeling en
zelfs vermindering van lasten.
Roepen de socialisten daarom min
geweldig, zyn hunne bedreigingen min
gevaarlyk Zyn ze nu meer tevreden,
gelukkiger in hunnen toestand Neen
ze blyven maar altijd tieren en razen.
Liberalen en socialisten zijn aangetast
door den kankei- van 't materialisme.
Geen geest van opoffering kennen zij.
Ikzucht en genot is alles wat ze kennen.
De tyd des levens is eeue voorbijgaande
schaduwe, volgens hen en zeggen zij
laat ons dus maar van de tegenwoordige
goederen en vermaken genieten. Eu
niets anders dan dat kennen zij.
Vergelijkt eens df liberalen van de
jaren 1840 met dezen van onzen tijd I
Welk verschil
Vroeger eerbiedigden zij den Gods
dienst, en velen brachten zijne voor-
schrifien en zijne leering in beoefening.
En nu heden niets meer van dat alles
zij zien naar geen Godsdienst meer om
ja. het meeste deel breekt er openlijk
m» af.
Hun gedrag wordt aanstootelijk en
walgelijk. Sommigen bij eene begrafe
nis volgen den lijkstoet slechts tot aan
't. portaal der kerk en zij die er binnen
tred. n toonen hunne ongeloovigheid
door eene aarstootelijke houdirg.
Dit is een waar en wezenlijk gevaar,
want 't is een slecht voorbeeld voor
zwakke katholieken.
Men moet woderkeeren tot een -vaar
christen leven men moet zijn geloof
toonen in en door zijne werken de
li'-fde moet alles doordringen en door
schijnen gelyk de zon het kristaal. Zoo
wij geloof eu liefde onderhouden, zal als
van zelf de hoop op een hooger, om in
nig goed wederom in ous ontwaken, en
daardoor vrede brengen in de samen
leving.
H-1 materialisme ontneemt den mensch
üeloof, l oep en liefde, en dan, zoohaast
den tn nsch zuue voldoening in de stof
zoekt, dan verdrijft llij den vrede uit
zijn hert. Want daar de mensch niet
alleenlijk stof is, kan de stof alleen hem
niet b'-vredigeu.
Laat ons, Kalholi-keo, het gevaar van
'i Materialisme uit het oog niet verlie
zen, want de toekomst hangt er vau af!
G. V. T.
Volgens de laatst--staiisti«k, door het
ministerie van wetenschappen en kun
sten afgekondigd, beiiep in 19U9 het
getal lagere scholen in ons land 7,135
legen 6.844 in 1900. In dit getal zyn
alleen de gemeei le, de aangenomen en
de vrije ondersteunde scholen begrepen,
eu niet de talrijke vrije scholen, die nog
geen de miuste toelage van de opeubare
besturen outvangen. Het getal bewaar
scholen beliep 3.060 tegen 2,310 in 190U
en het getal schulen voor volwassenen
462S tegen 2845.
Het getal leerlingen in de lagere scho
len nog (-ens, de niet ondersteunde
vrije scholen niet meegerekend beliep
923,386 in 1909 tegen 793,915 in 1900
In «ie bewaarscholen waren er 268.803
kindereu tegen 218,702 in 1900.
De fflcieele uitgaven van het lager
ondei-wys beliepen in 1908 «te kolossale
sum van 51,713,876 fr. legen 40,475,512
in 1900.
Zoo kan men in cyfers uitgedrukt
vinden, hoe dat de Katholieke regeet ing
teg.-n het onderwijs is, zooals de libe
rale gazetten durven drukken.
Katanga is een gezegende oord,
zegden men reeds, eu inderdaad het
vereeriigd al de gu- sten der natuur
alle deukbare delfs offen worden er
gevonden, deze zijn van rijk gehalte.
Het Amn-ikaansche kopererts bevat
slechts 3 tot 5 zuiver koper het
kop -r in Katanga gevonden bevat 15
zuiver koper de kop<-rlaag ligt aan de
opp-rvlakte van den grond, en van
kostelijke en gevaarvolle m jnwerken is
er derhalve gi-ene spraak.
Professor Cornet, van Gent, heeft er
destijds op g'-Wrzen dat Katanga ook
diamant verbergt in haren schoot, en
inderdaad in oen rivierbed werden reeds
enkele stukjes aangetroffen.
Thans is er ook eene rijke laag
petrool houdende sc'iilfersteen gev jnden.
Doch alvorens doelmatig de mijnmi-
verheden aan t-' vatoren, moet er voedsel
zijn en dat ontbreekt totaal.
Niet dat de grond ni-t geschikt is
overvloedig vo.-dsel voort te brengen,
integendeel schijnt Katanga een uitste
kend landbouwstreek te worden, doch
er onlbr.-ken mannen om dien grond
tot vruchtbaarheid tedwingeu.
Water is de eerste vereischte voor
vruchtbaren gr.md een net van rivie
ren vol water doorkruist Kantaga.
In Zuid Afrika zijn er ook wel rivie
ren, doch zonder water, en gebeurt het
al eens dat liet regeDt, hetgeen elke 3-4
jaar soms het geval is, dan is er ginder
water in overvloed voor een tijdje.
In de Kaapkolonie moet men eerst
een specialist-waterzoekerin 'twerk
stellen om eene fontein op te sporen,
alvorens men zich ergens nederzetten
kan.
De man gaat dau met een bijzonder
stokje, voorzien van eene mik, de wyd
uitgestrekte vlakte over, soms dagen
aam-en, de stok in de hoogte houdend
komt üij in de nabijheid et-ner fontein
dan plooit zich de rechtstaande mik
langzaam om naar den grond eu hangt
ten slotte gausch omlaag; op het oogen-
blik dat hel slokje totaal naar den
grond wijst, blijft de waterzoeker
staan daar zal water gevonden wor
den Zoo werd by voorbeeld de AUe-
morgeud fontei tl gevonden, 20 met.
diep, eu daar vestigden zich den scha-
peuhoer hij rich'tedaar eene hofstede
in vau 15 tot 20 kilometers vierkant.
De gevondene Allemorgeiuifouteiu
wordt aldus genaamd, omdat zy 's mor-
gends alleen water geeft, eu verder cp
den dag droog is.
De Zuid-Afrikaansche Staten zijn eene
onafzienbare vlakte, zonder bergen en
ook zonder boomeu of houtgewas.
Timmerhout moeten de Boeren invoeren
uit Zweden, Noorwegen, Australië enz.
Zoo is het niet in Katanga, waar eene
onuitputteli jke voorraad van beste hout
soorten gevonden worden alleeu
ontbreken handeu om die te bewerken.
Met Rhodesia b.-gint de grond reeds
bergachtiger te worden, Noordwaarts
toe, en Katanga is bezaaid met heuvels
zooals by ous in de provinciën Namen
er. Lux- mburg, doch zij is geene berg
streek, zooals de Alpen in Zwitserland.
Do valleien langs de rievieren zijn
met struikgewas bezet, en de vlakten
zijn begroeid met 3 4 met hoog gras.
In die weeldrige streek heerscht
goene slaapziekte de voornaamste
plaag is er de tséstévlieg, welke aan den
mensch geen kwaad doet, doch zij aast
op vee en paarden, en hare angelsteken
zijn voor de dieren doodelijk
De Katangasche grond beloofd uitste
kend voorden landbouw g.-schikt te zijn
doch. dewijl hij nooit bewerkt werd,
zal h.-t boeren in hel begin niet zoo ge
makkelijk gaan men zal moeten be
ginnen md d i wilde planten, het gras,
eu liet struikgewas goed om te werken
en 'e weren.
Thans heeft de minister van koloniën
een bevoegd landbouwkundig.-, met 28
bekwam.- mannen, naar ginder gezon
den, om d»*n landbouwgrond voor het
boeren voor te bereiden.
Die mannen zijn nu reeds bezig de
bovenkorst te breken met stoomploegen;
gras eu planten worden onder gereden
en dienen tot meststoffen. Proeven van
maïs en andere granen worden aange
legd en vóór een jaar verloopen is, zal
men reeds regelmatig kunnen be_iunen
te boeren.
Er zullen 12 proefstations aangelegd
worden, en vee, zal in Rhodesia aange
kocht en naar de gereedgemaakte hof
steden overgebracht worden.
Hoe kan nu een Belgische landbou
wer ginder beginnen te boeren.
De regeeriug zal aan den landbouwer
die zich ginder vestigen wil, eene hof
stede vei-pachteu of verknopen voor
enkele frauken per hektare)de eerste
grondwerken zullen uitgevoerd zijn als
de Vlaamsehe landbouwer ginder aan
komt. De regeering zal hem bijvoorbeeld
6 koeien en een stier leeneu of verkoo-
pen.
De boer zal zich op het berte plekje
een but optimmeren het vee zal in den
omtrek eten vinden naar hartelust, en
rond de hofstede zal men de boer bana
nas, papains, ananas, maïs, fruit, enz.
winnen, en verder zijne kuituur uit
breiden, waarvoor hem door de regee
ring allerlei zaad en planten zullen ver
schaft worden.
Na oen paar jaar zal die boer in bezit
zijn van een 20 tal stuk rund, en van
eene schooue planterij. Dau zal de regee
ring hem de teruggave vragen van het
geleend vee, van zaden en granen, en
die aan een nieuwen inwijkeling geven.
De oude landbouwer zal dus na een paar
jaar zijne inrichtingschulden betaald
hebben, en volop op zijn eigen voet
kunnen boeren.
Komt zoo een boer tekort, wegens
ziekte onder het vee of anderzinds, dan
zal de regeering zijn eigen volk niet in
den sleek laten, en deze voort helpen,
of de middelen verschaffen om naar het
moederland terug te keeren,
Zoo gaat het ook in Rhodesia.
In Congo vindt men in hot wilde
parelhoenders (piutanden), en allerlei
vogelen, wier eieren en vleesch zeer
lekker zijn. Ook worden er kleine
hennetjes in 't wilde aangetroffen, welke
niet grooter zijn dan onze bekende
dwerghoenderrassen.
De Congoleesche hennetjes zyn hoog
geel van pooten, bek en vel, en bruin
van pluimage. Zij gelijken goed aan
bruine Italiaansche kiekens, en leggen
veel kleine eieren.
De Araben hebben sinds lange jaren
ook de muskus-eend ingevoerd in Congo
en die eendsoort is er door klimaat en
grond wel veranderd 'locb is toch een
goed geacclimateerde bijhoorigheid aan
de boerderij.
Natuurlijk is alles ginder nog nieuw
en moeten er nog veel beproefd worden,
dat wellicht ook mislukkingen eu ont
moedigingen zal na zich slepen, doch
wat de Boeren van Zuid-Afrika, zonder
hulp, alleen steunende op eigen krach
ten, gedaan kregen en rijk werden, dat
zal de Belgische taaie boer, ouder de
bescherming der regeering, nog gemak
kelijker ten uitvoer brengen.
zegt onze confrater, «De Duinengalm».
Leest eens wat de sosialistische
citnyen Hubin te Brussel in 't Maison
du Peuple overlaats gozeid heeft. Ik
laat het hier volgen, 't is vertaald uit
de a Courrier de Huy
Gij zult er voorzeker stom van staan.
Hier is 't stuk
De ontwikkeling der Christene
beschaving deed meer eerbied voor
den werkm in en dun arme oustaan.
De moniken de paters) waren in
hunne kloosters de bewerkers van den
vooruitgang, door het onderwijs te ver
n spreiden, 't Is van dien tyd dat het
gedacht van vereeniging ontstaan is
OF DE
DOOR
Pethus VAN ffcUFFIiL.
45* vervolg.
Glom in hun hart de vonk der afgunst de begeerte om
voorts te tuischeu of floot hun Satan's gesis in het oor, de
hand te leggen op de glinster» tide hoopjes gouden munt, voor
de begunstigde wapenmakkers uitgespreid
In eens ontstond eene woeling onuer de tuischers, gezeten
naast de tafel der signors. De zware vuist eens speerdragers
viel verpletterend op het hoold van eenen bazuinblazer, en wel
zóo geweldig, dat dezen het bloed uit neus en mond spatte. Op
éenen piuk botsten kannen, bolden leerlingen en geld te gronde.
Dit was bet sein tot een gevecht in regel. Elk koos partij voor
zyne twistende gezellen; bij het vervaarlijk geloei, heescli ge
brul» werden dolken en niessi-n getrokken en de officieren, die
het geschil door hunne tusaclienkoinst wilden slissen, onder de
omgestooten tafel geworpen en vurlrappeld. Daar lagen nu al
de feestvierders, scharrelend, bonkend en stekend, jankend,
schetterend cn tarreeslend op den vloerReygerman sloeg het
licht van den zolderbalk en struikelde over den bevelhebber...
Ondoordringbaar duister omfloerste den strijd.
Ten laatste geraakte het pleit geslecht. Weder flikkerde de
hanglamp. Banken, muren, deuren, vensters, alles was een bloed.
Tussohen verkreukte hoeden, gebroken potten, verwrongen rapie
ren weruen de gekwetsten opgetild en door hunne vrienden
buüöiigebrachi. Net al>ot er niets by/.ouders kwam voor te val
len, herbegon het leppen en zeuren.
Dos höoiduians uitrusting was in de worsteling erg bescha
digd, buitendien bekwam hij eeuige kndhztngen. Dan, uii kwelde
hVm bat minst. In bat barrawarren bad by zyn eerlyk
gewonnen geld vast in beide handen geprangd en het behouden.
Weshalve speelde hij voort.
Eensklaps scheen de keurling iets te zoeken verbleekend
steeg hij op, en, de hand aan zijn pantser slaande, slaakte hij
een dof gegrol woedend de gelagkamer overziende, brulde hij,
van toorn trillende
Mijne sleutels
Elkeen aanstaarde hem hoog verbaasd. Bartel's wezen werd
lijk een haankam zóo rood.
Ik ben bestolen - brieschte Jan. - Waar, waar vind ik
den ellendigen dief
Nogmaals zag hij rond, als vertrouwde hij geen enkelen der
aauwezenden, greep daarna liet staal eens raadmaus en onder
het herhalen van - Mijne sleutels 1 Mijne sleutels - stormde
hij met verscheidene hoplieden de gelagkamer uit.
Bartel had niet zoo gauw van Navarese zien vertrekken, of
hij maakte zich de wanorde ten nutie om, geladen tact solde
nieiskieoderen, naar huiten te sluipen. In eenen hoek van bet
stadhuis verwisselde hij van kleedy. Zijn gelaat blakerde van
geluk, en koortsig murmelde hij
Heer, uw naam zij gebenedijd Allen moeten op dit
oogénblik in veiligheid zijn spoeden wij ons naar de Pont
straatpoort de wakers zitten in de kroeg hunne laatste dunen
te verspelen en denken aau geen onraad -
Daarop snelde hij ten vlugste weg, geraakte zonder ongemak
ken den Denuer over en verschool zich in de aldaar liggende
ineerschen.
En Jéroom
De dappere had den Spanjaard van zijne sleutels beroofd en
kon zich, vóór dat het licht brandde en de vechtpartij eindigde,
uit de voeten maken. Ter straat gekomen, moest hij eene poos
stilblyveu om adem te kunnen scheppen hoorbaar klopte hem
het hart in den boezem. Zegepralend klampte hy den sleutelbos
tusschen de vingers, kuste cn drukte dien gelijk eenen talisman
aan de borst, als vreesde hy iemand te zien opdagen, die ze
hem zou ontnemen eu de volvoering van liet einddoel zijns levens
vergruizen... Op de Groote Markt drong do sergeant bij den
opperbevelhebber in. De vlam eener veile roelkaars verlichtte
den gang. Fluks nam hij deze van haren blaker, trad met
vasten stap door de raadszaal» waarlangs hij den trap der onder-
aardsche kerkers vond. Twee, drie deuren waren bereids geopend
en dan hield hij stil voor deze, die den torenwachter en zijne
dochter aan den dag verborg...
De Vlaming kon geenen vreugdekreet wederhouden.
Jeroom Jeroom smeekte men van binnen.
Dirka Gilbert riep Reygerman, wijl hij beurtelings
verschillige sleutels in het slot beproefde... God zou hij den
sleutel niet vinden Nog eens gepast... Vruchteloos Die
mislukte pogingen maakten hein bijna radeloos... Nutteloos
draaide, duwde en beukte hij op de logge deur. Het sraartwater
lekte hem van voorhoofd en wangen en mengde zich met de
tranen van wanhoop, die zijne oogen ontsprongen. Weihoe
nu dat de verlossing zóo nabij was, thans dat de redding hun
zóo zeker toelachte, zouden zij nog mislukken Ging de eletto
niet dra de verdwijning zijner sleutels gewaar worden en naar
zijne kerkers vlieden m alle poging tot schaking le verijdelen?...
Ah daar speelt de knertsende veer in hot slot en de deur geeft
aan den duw des sergeants toe.
Met kracht weerde Jeroom de omhelzingen der naar hem
toegesnelde gevangenen af en sprak
Niet langer getalmd wikkelt u in deze mantels Naar
de Brusselschepoort, Gilbert, Dirka Vlug, vlug, ik volg u
Waar blijft Bartel - vroeg de oude klappertandend.
Hij wacht u op de haan van Assche Vooruit
Vooruit, op Gods genade 1
Onze Vader, die in de hemelen zijt... bad Dirka, haar
vader bij den arm meerukkende naar den uitgang en met
bewonderenswaardige snelheid de trappen opklimmende.
Jeroom zag de geliefden vóór hem wegstuiven en de verma
ledijde woning ontvluchten. Zij waren gered Een oogénblik
bleef hij in den gang stil en zuchtte
Ik had, bij duren eed, gezworen den eletto te dooden
O mijne wraak,... mijn eed...
Schielijk hoorde hij gerucht vóór de deur hij stond als
van het hemellicht getroffen en tegelijkertijd voelde hij zich
door forsige handen vastgegrepen en te neer gerukt.
DiefVuige verrader - brulde van Navarese.
vWordt voortgezet.)
Verboden nadruk.
Er ontstonden confrérieën van arbmi-
i) ders, die alzoo den eersten weg baanden
roor de vakvei eenigingen. Die veree-
nigingen bloeiden tot aan de fransche
n revolutie, die ze afschafte
En dat is Hubin die dat zegt, als'tu
belieft Natuurlijk niet voor 't groot
publiek, maar in eene soort van voor
dracht, van les aan eenige trouwe roode
vrienden.
Maar in 't publiek, in Kamers en op
meetingen zijn Hubin en de andere
roode kopstukken en bladen de per«ten
om af te geven tegen Christene bescha
ving, en tegen de kloosters, die nochtans,
gelijk Hubin het nu zelf bekend heeft,
den vooruitgang bewerkt hebben en de
vakvereenigingen tot stand hebben
gebracht.
Al de lof gaat, och arme naar de
Fransche omwenteling, die nochtans,
gelijk de geschiedenis het leert, en ge
lijk Hubin Int bekent, het verecnigings-
recht der werklieden afschafte,
Wat dunkt er u van
Wij hebben in ons nummer van Don
derdag jl. reeds een en ander meége-
deeld over deze zaak, doch nu willen
wij er ook de aandacht op inroepen
onzer geachte lezers van des zondags
Het Schepencollege der stad Antwer
pen had verleden jaar bij het parket
ene klacht ingediend tegen een vetbe-
taalden ambtenaar, overste van een der
stadsdiensten, die beschuldigd werd van
schriflvervalsching en ontvreemdingen,
gepleegd in de uitoefening van zijn
ambt. De zaak kwam voor de boetstraf
felijke Rechtbank van Antwerpen, en
daar werd de ambtenaar veroordeeld tot
9 maanden gevang en 5 jaar berooving
zijner burgerlijke en politieke rechten.
De veroordeelde ging in beroep, en te
Brussel werd een van de punten der be
schuldiging terzij gelaten, en het vonnis
verminderd op 6 maanden gevang, doch
de berooving der burgerlijke en poli
tieke rechten werd behouden. Het ver
brekingshof, waarvoor de zaak ook ge
bracht werd, bekrachtigde het vonnis.
Men dacht nu algemeen, dat het Ant-
werpsch Stadsbestuur den veroordeelde
ambtenaar zou afstelleu. Deze is echter
een der werkzaamste leden van de logie
en niet alleen heeft hot Schepencollege
hem niet afgezet, maar zelfs aan den
Gemeenteraad voorgesteld, volledige
kwijtschelding voor hem te vragen.
Men bekwam enkel, dat de uitvoering
van hot vonnis zou uitgesteld worden
tot 31 Maart.
Alhoewel zijn ambt nog niet open
verklaard is, daar hij niet afgesteld
werd is nochtans reeds de schoonzoon
van den veroordeelde in zijne plaats be
noemd Wat meer is, het schynt, dat d«
Logie nu op stadskosteu aan den veroor
deelde een pensioen zou willen doen
toekennen zooals aan een trouwen
ambtenaar.
Die zaak heeft te Antwerpen eena
groote opschudding teweeg gebracht,
te meer. daar men ze vergelijkt met het
geval van eenige stadswerklieden, die
onlaugs van kleinigheden beschuldigd
werden. Er werd tegen hen ook eene
klacht ingediend, doch het parket er
kende hunne onschuld. Die ongelukkige
werden niettemin van hunne broodwin
ning beroofd en men weigert ze terug
in dienst le nemeu.
Die arme bliksems waren ook eens
lid van de vrijmetselarij.
De logie neemt hare troetelingen
onder de vlerken, gelijk eene hen hare
kiekens, om ze te verdedigen legen alle
gevaar, ook tegen het gerecht en da
wet.
Worden gevraagd door de Patroons
1 Schrijnwerker, kennende een weinig
Franach, wordt gevraagd ala raeeatergaet
van een werkhuis.
1 Kuiper halve gaat.
1 Voerman.
Vragen der Werklieden
4 Schrijnwerker».
Werklieden van allen aard.