DIRKA Zondag 12 Februari 1911 5 centiemen per nummer 65<e Jaar 4336 Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst. Eene getuigenis. GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. Materialisme. Tegen het Onderwijs. Zuid-^frika en Katanga. Spaansche Oproerlingen van 1576 te Aalst Hub. Hein? Onder de vleugelen der logie Stad Aalst.-Werkbeurs NDERBODE Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee- aoning van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor Je Stad 5 frank met den Post verzonden C frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden fr. 1-75 voor dry maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont vangen syn ten laste van den schuldenaar. Men Schrijft in bij O. Vau de Puite-Gooaseni, Korte Zoutstraat, N* 31 »n in alle Postkantoren des Lands. Per drukregel Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1-00 Vonnissen op 34" bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herbalen bekendmakingen bij accoord Niet opgenomen handschriften worden met teruggestuurd. Heerea ota rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dtjnsiag e i vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentien uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van dit blad. cljiquk euun AeUl1 1 Februari lï>l 1. Materialisme is voor velen een aanlig, een vreemdsoortig woord. Materialisme beteekent niets anders dan Stofleer. a Stofleer wil in andere woorden zeggen, dat men niets beschouwt, aan neemt of schijnt aan te nemen als stof en stoffelijke zaken, maar zich geenszins bekommert over de ziel of geestelijke zaken. En men denke niet dat zulke dommig heden allen door krankzinnigen uitge meten worden. Neen Ze worden zelfs verdedigd en nageleefd door lieden die voor verlichte geesten willen doorgaan. Het ia de leering van 't grootste ge- deelte der liberalen zij beschouwen in de wereld nietsdan het stofbdnke buna allen zijn zo ongeloovig Den tegenzin in alles wat geestelijk en godsdienstig is, maakt zich meer en meer van hen meester en dit vooral van dezen die bezitten van de ongeloovige rijken. Doch het ztfn de liberalen alleen niet die het Materialisme aankleven de socialisten, de afstammelingen der libe ralen, zijn daarin nog veel slech er vaders en zoons komen in dat punt goed overeen... Hierin bestaat bet gevaar der huidige samenleving. Met wetten en groote woorden woideu de socialisten en libe ralen niet overwonnen. Weiten kunnen ten hoogste dienen als lydelijkeu maat regel en als zoodanig nu'tig en zelfs noodzakelijk zijn. Doch wetten veran deren den geest of de gedachte niet. Wat vroegen de socialisten vroeger Hooger loou, meer welstand, betere verdeeling der lasten, enz. Ehwel, door den gang der zaken, er kwam hooger loon er kwam oneindig meir welstand er kwam regeling en zelfs vermindering van lasten. Roepen de socialisten daarom min geweldig, zyn hunne bedreigingen min gevaarlyk Zyn ze nu meer tevreden, gelukkiger in hunnen toestand Neen ze blyven maar altijd tieren en razen. Liberalen en socialisten zijn aangetast door den kankei- van 't materialisme. Geen geest van opoffering kennen zij. Ikzucht en genot is alles wat ze kennen. De tyd des levens is eeue voorbijgaande schaduwe, volgens hen en zeggen zij laat ons dus maar van de tegenwoordige goederen en vermaken genieten. Eu niets anders dan dat kennen zij. Vergelijkt eens df liberalen van de jaren 1840 met dezen van onzen tijd I Welk verschil Vroeger eerbiedigden zij den Gods dienst, en velen brachten zijne voor- schrifien en zijne leering in beoefening. En nu heden niets meer van dat alles zij zien naar geen Godsdienst meer om ja. het meeste deel breekt er openlijk m» af. Hun gedrag wordt aanstootelijk en walgelijk. Sommigen bij eene begrafe nis volgen den lijkstoet slechts tot aan 't. portaal der kerk en zij die er binnen tred. n toonen hunne ongeloovigheid door eene aarstootelijke houdirg. Dit is een waar en wezenlijk gevaar, want 't is een slecht voorbeeld voor zwakke katholieken. Men moet woderkeeren tot een -vaar christen leven men moet zijn geloof toonen in en door zijne werken de li'-fde moet alles doordringen en door schijnen gelyk de zon het kristaal. Zoo wij geloof eu liefde onderhouden, zal als van zelf de hoop op een hooger, om in nig goed wederom in ous ontwaken, en daardoor vrede brengen in de samen leving. H-1 materialisme ontneemt den mensch üeloof, l oep en liefde, en dan, zoohaast den tn nsch zuue voldoening in de stof zoekt, dan verdrijft llij den vrede uit zijn hert. Want daar de mensch niet alleenlijk stof is, kan de stof alleen hem niet b'-vredigeu. Laat ons, Kalholi-keo, het gevaar van 'i Materialisme uit het oog niet verlie zen, want de toekomst hangt er vau af! G. V. T. Volgens de laatst--staiisti«k, door het ministerie van wetenschappen en kun sten afgekondigd, beiiep in 19U9 het getal lagere scholen in ons land 7,135 legen 6.844 in 1900. In dit getal zyn alleen de gemeei le, de aangenomen en de vrije ondersteunde scholen begrepen, eu niet de talrijke vrije scholen, die nog geen de miuste toelage van de opeubare besturen outvangen. Het getal bewaar scholen beliep 3.060 tegen 2,310 in 190U en het getal schulen voor volwassenen 462S tegen 2845. Het getal leerlingen in de lagere scho len nog (-ens, de niet ondersteunde vrije scholen niet meegerekend beliep 923,386 in 1909 tegen 793,915 in 1900 In «ie bewaarscholen waren er 268.803 kindereu tegen 218,702 in 1900. De fflcieele uitgaven van het lager ondei-wys beliepen in 1908 «te kolossale sum van 51,713,876 fr. legen 40,475,512 in 1900. Zoo kan men in cyfers uitgedrukt vinden, hoe dat de Katholieke regeet ing teg.-n het onderwijs is, zooals de libe rale gazetten durven drukken. Katanga is een gezegende oord, zegden men reeds, eu inderdaad het vereeriigd al de gu- sten der natuur alle deukbare delfs offen worden er gevonden, deze zijn van rijk gehalte. Het Amn-ikaansche kopererts bevat slechts 3 tot 5 zuiver koper het kop -r in Katanga gevonden bevat 15 zuiver koper de kop<-rlaag ligt aan de opp-rvlakte van den grond, en van kostelijke en gevaarvolle m jnwerken is er derhalve gi-ene spraak. Professor Cornet, van Gent, heeft er destijds op g'-Wrzen dat Katanga ook diamant verbergt in haren schoot, en inderdaad in oen rivierbed werden reeds enkele stukjes aangetroffen. Thans is er ook eene rijke laag petrool houdende sc'iilfersteen gev jnden. Doch alvorens doelmatig de mijnmi- verheden aan t-' vatoren, moet er voedsel zijn en dat ontbreekt totaal. Niet dat de grond ni-t geschikt is overvloedig vo.-dsel voort te brengen, integendeel schijnt Katanga een uitste kend landbouwstreek te worden, doch er onlbr.-ken mannen om dien grond tot vruchtbaarheid tedwingeu. Water is de eerste vereischte voor vruchtbaren gr.md een net van rivie ren vol water doorkruist Kantaga. In Zuid Afrika zijn er ook wel rivie ren, doch zonder water, en gebeurt het al eens dat liet regeDt, hetgeen elke 3-4 jaar soms het geval is, dan is er ginder water in overvloed voor een tijdje. In de Kaapkolonie moet men eerst een specialist-waterzoekerin 'twerk stellen om eene fontein op te sporen, alvorens men zich ergens nederzetten kan. De man gaat dau met een bijzonder stokje, voorzien van eene mik, de wyd uitgestrekte vlakte over, soms dagen aam-en, de stok in de hoogte houdend komt üij in de nabijheid et-ner fontein dan plooit zich de rechtstaande mik langzaam om naar den grond eu hangt ten slotte gausch omlaag; op het oogen- blik dat hel slokje totaal naar den grond wijst, blijft de waterzoeker staan daar zal water gevonden wor den Zoo werd by voorbeeld de AUe- morgeud fontei tl gevonden, 20 met. diep, eu daar vestigden zich den scha- peuhoer hij rich'tedaar eene hofstede in vau 15 tot 20 kilometers vierkant. De gevondene Allemorgeiuifouteiu wordt aldus genaamd, omdat zy 's mor- gends alleen water geeft, eu verder cp den dag droog is. De Zuid-Afrikaansche Staten zijn eene onafzienbare vlakte, zonder bergen en ook zonder boomeu of houtgewas. Timmerhout moeten de Boeren invoeren uit Zweden, Noorwegen, Australië enz. Zoo is het niet in Katanga, waar eene onuitputteli jke voorraad van beste hout soorten gevonden worden alleeu ontbreken handeu om die te bewerken. Met Rhodesia b.-gint de grond reeds bergachtiger te worden, Noordwaarts toe, en Katanga is bezaaid met heuvels zooals by ous in de provinciën Namen er. Lux- mburg, doch zij is geene berg streek, zooals de Alpen in Zwitserland. Do valleien langs de rievieren zijn met struikgewas bezet, en de vlakten zijn begroeid met 3 4 met hoog gras. In die weeldrige streek heerscht goene slaapziekte de voornaamste plaag is er de tséstévlieg, welke aan den mensch geen kwaad doet, doch zij aast op vee en paarden, en hare angelsteken zijn voor de dieren doodelijk De Katangasche grond beloofd uitste kend voorden landbouw g.-schikt te zijn doch. dewijl hij nooit bewerkt werd, zal h.-t boeren in hel begin niet zoo ge makkelijk gaan men zal moeten be ginnen md d i wilde planten, het gras, eu liet struikgewas goed om te werken en 'e weren. Thans heeft de minister van koloniën een bevoegd landbouwkundig.-, met 28 bekwam.- mannen, naar ginder gezon den, om d»*n landbouwgrond voor het boeren voor te bereiden. Die mannen zijn nu reeds bezig de bovenkorst te breken met stoomploegen; gras eu planten worden onder gereden en dienen tot meststoffen. Proeven van maïs en andere granen worden aange legd en vóór een jaar verloopen is, zal men reeds regelmatig kunnen be_iunen te boeren. Er zullen 12 proefstations aangelegd worden, en vee, zal in Rhodesia aange kocht en naar de gereedgemaakte hof steden overgebracht worden. Hoe kan nu een Belgische landbou wer ginder beginnen te boeren. De regeeriug zal aan den landbouwer die zich ginder vestigen wil, eene hof stede vei-pachteu of verknopen voor enkele frauken per hektare)de eerste grondwerken zullen uitgevoerd zijn als de Vlaamsehe landbouwer ginder aan komt. De regeering zal hem bijvoorbeeld 6 koeien en een stier leeneu of verkoo- pen. De boer zal zich op het berte plekje een but optimmeren het vee zal in den omtrek eten vinden naar hartelust, en rond de hofstede zal men de boer bana nas, papains, ananas, maïs, fruit, enz. winnen, en verder zijne kuituur uit breiden, waarvoor hem door de regee ring allerlei zaad en planten zullen ver schaft worden. Na oen paar jaar zal die boer in bezit zijn van een 20 tal stuk rund, en van eene schooue planterij. Dau zal de regee ring hem de teruggave vragen van het geleend vee, van zaden en granen, en die aan een nieuwen inwijkeling geven. De oude landbouwer zal dus na een paar jaar zijne inrichtingschulden betaald hebben, en volop op zijn eigen voet kunnen boeren. Komt zoo een boer tekort, wegens ziekte onder het vee of anderzinds, dan zal de regeering zijn eigen volk niet in den sleek laten, en deze voort helpen, of de middelen verschaffen om naar het moederland terug te keeren, Zoo gaat het ook in Rhodesia. In Congo vindt men in hot wilde parelhoenders (piutanden), en allerlei vogelen, wier eieren en vleesch zeer lekker zijn. Ook worden er kleine hennetjes in 't wilde aangetroffen, welke niet grooter zijn dan onze bekende dwerghoenderrassen. De Congoleesche hennetjes zyn hoog geel van pooten, bek en vel, en bruin van pluimage. Zij gelijken goed aan bruine Italiaansche kiekens, en leggen veel kleine eieren. De Araben hebben sinds lange jaren ook de muskus-eend ingevoerd in Congo en die eendsoort is er door klimaat en grond wel veranderd 'locb is toch een goed geacclimateerde bijhoorigheid aan de boerderij. Natuurlijk is alles ginder nog nieuw en moeten er nog veel beproefd worden, dat wellicht ook mislukkingen eu ont moedigingen zal na zich slepen, doch wat de Boeren van Zuid-Afrika, zonder hulp, alleen steunende op eigen krach ten, gedaan kregen en rijk werden, dat zal de Belgische taaie boer, ouder de bescherming der regeering, nog gemak kelijker ten uitvoer brengen. zegt onze confrater, «De Duinengalm». Leest eens wat de sosialistische citnyen Hubin te Brussel in 't Maison du Peuple overlaats gozeid heeft. Ik laat het hier volgen, 't is vertaald uit de a Courrier de Huy Gij zult er voorzeker stom van staan. Hier is 't stuk De ontwikkeling der Christene beschaving deed meer eerbied voor den werkm in en dun arme oustaan. De moniken de paters) waren in hunne kloosters de bewerkers van den vooruitgang, door het onderwijs te ver n spreiden, 't Is van dien tyd dat het gedacht van vereeniging ontstaan is OF DE DOOR Pethus VAN ffcUFFIiL. 45* vervolg. Glom in hun hart de vonk der afgunst de begeerte om voorts te tuischeu of floot hun Satan's gesis in het oor, de hand te leggen op de glinster» tide hoopjes gouden munt, voor de begunstigde wapenmakkers uitgespreid In eens ontstond eene woeling onuer de tuischers, gezeten naast de tafel der signors. De zware vuist eens speerdragers viel verpletterend op het hoold van eenen bazuinblazer, en wel zóo geweldig, dat dezen het bloed uit neus en mond spatte. Op éenen piuk botsten kannen, bolden leerlingen en geld te gronde. Dit was bet sein tot een gevecht in regel. Elk koos partij voor zyne twistende gezellen; bij het vervaarlijk geloei, heescli ge brul» werden dolken en niessi-n getrokken en de officieren, die het geschil door hunne tusaclienkoinst wilden slissen, onder de omgestooten tafel geworpen en vurlrappeld. Daar lagen nu al de feestvierders, scharrelend, bonkend en stekend, jankend, schetterend cn tarreeslend op den vloerReygerman sloeg het licht van den zolderbalk en struikelde over den bevelhebber... Ondoordringbaar duister omfloerste den strijd. Ten laatste geraakte het pleit geslecht. Weder flikkerde de hanglamp. Banken, muren, deuren, vensters, alles was een bloed. Tussohen verkreukte hoeden, gebroken potten, verwrongen rapie ren weruen de gekwetsten opgetild en door hunne vrienden buüöiigebrachi. Net al>ot er niets by/.ouders kwam voor te val len, herbegon het leppen en zeuren. Dos höoiduians uitrusting was in de worsteling erg bescha digd, buitendien bekwam hij eeuige kndhztngen. Dan, uii kwelde hVm bat minst. In bat barrawarren bad by zyn eerlyk gewonnen geld vast in beide handen geprangd en het behouden. Weshalve speelde hij voort. Eensklaps scheen de keurling iets te zoeken verbleekend steeg hij op, en, de hand aan zijn pantser slaande, slaakte hij een dof gegrol woedend de gelagkamer overziende, brulde hij, van toorn trillende Mijne sleutels Elkeen aanstaarde hem hoog verbaasd. Bartel's wezen werd lijk een haankam zóo rood. Ik ben bestolen - brieschte Jan. - Waar, waar vind ik den ellendigen dief Nogmaals zag hij rond, als vertrouwde hij geen enkelen der aauwezenden, greep daarna liet staal eens raadmaus en onder het herhalen van - Mijne sleutels 1 Mijne sleutels - stormde hij met verscheidene hoplieden de gelagkamer uit. Bartel had niet zoo gauw van Navarese zien vertrekken, of hij maakte zich de wanorde ten nutie om, geladen tact solde nieiskieoderen, naar huiten te sluipen. In eenen hoek van bet stadhuis verwisselde hij van kleedy. Zijn gelaat blakerde van geluk, en koortsig murmelde hij Heer, uw naam zij gebenedijd Allen moeten op dit oogénblik in veiligheid zijn spoeden wij ons naar de Pont straatpoort de wakers zitten in de kroeg hunne laatste dunen te verspelen en denken aau geen onraad - Daarop snelde hij ten vlugste weg, geraakte zonder ongemak ken den Denuer over en verschool zich in de aldaar liggende ineerschen. En Jéroom De dappere had den Spanjaard van zijne sleutels beroofd en kon zich, vóór dat het licht brandde en de vechtpartij eindigde, uit de voeten maken. Ter straat gekomen, moest hij eene poos stilblyveu om adem te kunnen scheppen hoorbaar klopte hem het hart in den boezem. Zegepralend klampte hy den sleutelbos tusschen de vingers, kuste cn drukte dien gelijk eenen talisman aan de borst, als vreesde hy iemand te zien opdagen, die ze hem zou ontnemen eu de volvoering van liet einddoel zijns levens vergruizen... Op de Groote Markt drong do sergeant bij den opperbevelhebber in. De vlam eener veile roelkaars verlichtte den gang. Fluks nam hij deze van haren blaker, trad met vasten stap door de raadszaal» waarlangs hij den trap der onder- aardsche kerkers vond. Twee, drie deuren waren bereids geopend en dan hield hij stil voor deze, die den torenwachter en zijne dochter aan den dag verborg... De Vlaming kon geenen vreugdekreet wederhouden. Jeroom Jeroom smeekte men van binnen. Dirka Gilbert riep Reygerman, wijl hij beurtelings verschillige sleutels in het slot beproefde... God zou hij den sleutel niet vinden Nog eens gepast... Vruchteloos Die mislukte pogingen maakten hein bijna radeloos... Nutteloos draaide, duwde en beukte hij op de logge deur. Het sraartwater lekte hem van voorhoofd en wangen en mengde zich met de tranen van wanhoop, die zijne oogen ontsprongen. Weihoe nu dat de verlossing zóo nabij was, thans dat de redding hun zóo zeker toelachte, zouden zij nog mislukken Ging de eletto niet dra de verdwijning zijner sleutels gewaar worden en naar zijne kerkers vlieden m alle poging tot schaking le verijdelen?... Ah daar speelt de knertsende veer in hot slot en de deur geeft aan den duw des sergeants toe. Met kracht weerde Jeroom de omhelzingen der naar hem toegesnelde gevangenen af en sprak Niet langer getalmd wikkelt u in deze mantels Naar de Brusselschepoort, Gilbert, Dirka Vlug, vlug, ik volg u Waar blijft Bartel - vroeg de oude klappertandend. Hij wacht u op de haan van Assche Vooruit Vooruit, op Gods genade 1 Onze Vader, die in de hemelen zijt... bad Dirka, haar vader bij den arm meerukkende naar den uitgang en met bewonderenswaardige snelheid de trappen opklimmende. Jeroom zag de geliefden vóór hem wegstuiven en de verma ledijde woning ontvluchten. Zij waren gered Een oogénblik bleef hij in den gang stil en zuchtte Ik had, bij duren eed, gezworen den eletto te dooden O mijne wraak,... mijn eed... Schielijk hoorde hij gerucht vóór de deur hij stond als van het hemellicht getroffen en tegelijkertijd voelde hij zich door forsige handen vastgegrepen en te neer gerukt. DiefVuige verrader - brulde van Navarese. vWordt voortgezet.) Verboden nadruk. Er ontstonden confrérieën van arbmi- i) ders, die alzoo den eersten weg baanden roor de vakvei eenigingen. Die veree- nigingen bloeiden tot aan de fransche n revolutie, die ze afschafte En dat is Hubin die dat zegt, als'tu belieft Natuurlijk niet voor 't groot publiek, maar in eene soort van voor dracht, van les aan eenige trouwe roode vrienden. Maar in 't publiek, in Kamers en op meetingen zijn Hubin en de andere roode kopstukken en bladen de per«ten om af te geven tegen Christene bescha ving, en tegen de kloosters, die nochtans, gelijk Hubin het nu zelf bekend heeft, den vooruitgang bewerkt hebben en de vakvereenigingen tot stand hebben gebracht. Al de lof gaat, och arme naar de Fransche omwenteling, die nochtans, gelijk de geschiedenis het leert, en ge lijk Hubin Int bekent, het verecnigings- recht der werklieden afschafte, Wat dunkt er u van Wij hebben in ons nummer van Don derdag jl. reeds een en ander meége- deeld over deze zaak, doch nu willen wij er ook de aandacht op inroepen onzer geachte lezers van des zondags Het Schepencollege der stad Antwer pen had verleden jaar bij het parket ene klacht ingediend tegen een vetbe- taalden ambtenaar, overste van een der stadsdiensten, die beschuldigd werd van schriflvervalsching en ontvreemdingen, gepleegd in de uitoefening van zijn ambt. De zaak kwam voor de boetstraf felijke Rechtbank van Antwerpen, en daar werd de ambtenaar veroordeeld tot 9 maanden gevang en 5 jaar berooving zijner burgerlijke en politieke rechten. De veroordeelde ging in beroep, en te Brussel werd een van de punten der be schuldiging terzij gelaten, en het vonnis verminderd op 6 maanden gevang, doch de berooving der burgerlijke en poli tieke rechten werd behouden. Het ver brekingshof, waarvoor de zaak ook ge bracht werd, bekrachtigde het vonnis. Men dacht nu algemeen, dat het Ant- werpsch Stadsbestuur den veroordeelde ambtenaar zou afstelleu. Deze is echter een der werkzaamste leden van de logie en niet alleen heeft hot Schepencollege hem niet afgezet, maar zelfs aan den Gemeenteraad voorgesteld, volledige kwijtschelding voor hem te vragen. Men bekwam enkel, dat de uitvoering van hot vonnis zou uitgesteld worden tot 31 Maart. Alhoewel zijn ambt nog niet open verklaard is, daar hij niet afgesteld werd is nochtans reeds de schoonzoon van den veroordeelde in zijne plaats be noemd Wat meer is, het schynt, dat d« Logie nu op stadskosteu aan den veroor deelde een pensioen zou willen doen toekennen zooals aan een trouwen ambtenaar. Die zaak heeft te Antwerpen eena groote opschudding teweeg gebracht, te meer. daar men ze vergelijkt met het geval van eenige stadswerklieden, die onlaugs van kleinigheden beschuldigd werden. Er werd tegen hen ook eene klacht ingediend, doch het parket er kende hunne onschuld. Die ongelukkige werden niettemin van hunne broodwin ning beroofd en men weigert ze terug in dienst le nemeu. Die arme bliksems waren ook eens lid van de vrijmetselarij. De logie neemt hare troetelingen onder de vlerken, gelijk eene hen hare kiekens, om ze te verdedigen legen alle gevaar, ook tegen het gerecht en da wet. Worden gevraagd door de Patroons 1 Schrijnwerker, kennende een weinig Franach, wordt gevraagd ala raeeatergaet van een werkhuis. 1 Kuiper halve gaat. 1 Voerman. Vragen der Werklieden 4 Schrijnwerker». Werklieden van allen aard.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1911 | | pagina 1