)onderdag 25 Februari 1911
centiemen per nummer 65",e Jaar 4339
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan
ran de Stad en '1 Arrondissement van Aalst.
GODSDIENST, HUISGEZIN. EIGENDOM
vaderland, taal, vrijheid.
Het Darwinisme.
Eene taktiek of ezelsooren?
Waar Frankrijk heen vaart
Stad Aalst.-Werklieurs
Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee-
ming van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor
Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
landen fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving
adigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont-
ingen zijn ten laste van den schuldenaar.
Mon Schrijft in bij C. Vun Putte-Gooasena, Korte Zoutstraat, N' 31
i in alle Postkantoren des Lands. ,i!W,
Per drukregel Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1-00 Vonnissen op
34# bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herbalen bekendmakingen Lij accoord
Niet opgenomen handschriften worden met teruggestuurd. Heere;. ota
rissen moeten hunne- inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag c i vrijdag
in den voormiddag.
Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten boreele van
dit blad.
CUIQUK SLUM.
AelMt, 18 Februari 191 1-
Ziehier in korte woorden op' welke
kluchtige wijze de darwinisten den
oorsprong van den mensch uitleggen
Eens waren wij niets meer dan een
onschuldige koolstofverbinding, ergens in
den Oceaan door de golven heen en
weer geslingerd, werden wij uit dien
slaap des doods tot een staat van zintui
glijk gevoelen opgewekt, en aldus tot
een veelbelovend slijmblaasje, vol hoop
en vol verwachting gevormd. Voor wie
eeni dien eersten stap van zelf kon
miken was ook verder niets meer
onmogelijk. In het warme water rekte
en strekte zich dat zwakke, tengere ding
tot een toorm.
Toen moest echter dat week dier al
zijn moed en kracht verzamelen, om een
gewerveld dier te wordenhiertoe diende
het zijn zenuwcentra van de buikzijde
naar de rugzijde te verlengen, zich een
wervelkolom te vormen en al zijne
organen in den nieuwen vereischten
toestand te verschuiven. Het koploos
lancetvischje, (amphioscus lanceolatus)
een smalhartig beestje zonder hersenen
(het hart ontbreekt en wordt vervangen
door buisvormige, zich afwisselend
samentrekkende vaten), zou dapper dien
overgang hebben gewaagd, waarom
't dan ook door Haeckel wordt geprezen
als onze bewonderenswaardige en eer-
biedafdwingende stamvader Adam.
Hier is alleen merkwaardig en opval
lend, dat dit vischje ook tegenwoordig
wel nog onveranderd leeft in alle zeeën,
maar tot heden als fossiel nog nergens
werd gevonden.
Zijne meer vooruitstrevende nakome
lingen progressisten van voor den
aondvloed persten zich aan de wer
velkolom vier kleine uitwassen uit,
kropen langs den oever op, ontwikkel
den zich door luchtje happen een paar
longen en werden hagedissen
Van deze kwamen er eenige op het
lumineus gedacht, in plaats van in den
winter weg te schuilen liever zich een
warm kleed van haar te laten aangroei
en. Nu ontbraken alleen de melkklieren
nog, doch ook deze werden hun aange
kweekt doordat ze van hun jongen ge
likt en gezogen werden en het zoog
dier icas klaar.
Door voortdurend naar hun voedsel
te reiken en dikwijls op de achterpoo-
ten te gaan zitten konden zij zich moge
lijkerwijze tot een soort van buideldier
omwormen, en wijl zij verder ook op
appels aasden, konden ze tevens, door
turnoefening op de boomen apen wor-
dsn.
Daarna werd achtdr nog een lange
en vervelende tijd van millioenen en
millioenen jaren vereischt, vooraleer ze
't brachten tot het menschelijk verstand.
In Lermaria, het verzonken paradijs
tusschen Indië an Afrika leefde destijds
een aap vol list en moed. Door gebrek
aan vruchten zag bij zich gedwongen
van de boomen af te stijgen. Ten einde
zich in die ongewone omgeving te oriëu
teeren leerde hij, in don beginne natuur
lijk mot jammerlijk gebogen knieen,
langzaam aan rechtop te loopen en daar
hij thans niet meer, als vroeger op de
boomen, genoopt was de armen uit te
strekken, werden deze korter.
Volgens een andere meening zou de
natuur zelf tot dien aap gesproken heb
ben en gezegd
i Verhef u. aap, en ga.
Maar thans moest de aap ook slapen
en rusten op den harden blooten grond,
waardoor al spoedig de haren zijher
ruige huid aan eene zijdo afsleten hij
ging alsdan op de andere zijde en op den
rug liggen en 't gebeurde desgelijks.
Aan die koelheid raakten na langen tijd
de apen heelemaal gewoon. Ja zelfs,
zooals andere natuuronderzoekers be
weren, schaamden zij zich over hun oud
en afgerofeld plunje en trokken ze zich
over het heele lichaam de haren uit,
uitgezonderd den baard.
Om elkander te roepen en tegen go-
vareu te waarschuwen, schreeuwden
zij op verschillende tonen, waren echter
altijd nog spraakloos, zelfs de wijfjes.
Dat was nu het geslacht der menschapen
(homo alalus). Hunne kinderen gewen
den zich maar immer door mooier en
flinker rechtop te loopen, trokken de
vingerklauwers der voeten al meer en
meer in, versterkten door veelvuldig
springen de kuitspieren en daar ze op
hun tijd weer moesten rusten, werd
door dat herhaalde zitten tevens de
laatste staartstomp afgezeten. Ten slotte
werden ook de ooren, die ze nu niet
meer noodig hadden angstig te spitsen,
onbewegelijk en kleiner.
Eindelijk werden zij zich hunner
schoonheid bewust en ontwaakte in hen
het vage vermoeden der toekomstige
grootheid van hun geslacht.
Door dat vole denken en peinzen aan
en over de toekomst verruimden ze altijd
meer hun hersenpan en herseuen, en
daar tegelijk ook hun vraatzuchtigheid
voortdurend minder werd, trokken zich
ook hun kiezen en hoektanden hoe lan
ger hoe meer terug. Om elkaar hunne
gevoelens te kunnen meêdeelen ontstond
tevens een voortdurend grooter en nood
zakelijker behoefte aan meer verschil-
41® Vervolg.
En indien dit plan mislukte, indien nie
mand hare kleine Margaretha tot vrouw
btgeerde, wat dan Doch aan zooiets
durfde zij niet denken. Margaretha moest
haar kans hebben. Ze moest blindelings
tot aan het einde van het seizoen voor
waarts gaan en daarna zouden zij wel ver
der zien.
Terwijl zy in het vuur zat te staren,
trachtte zy zich het einde voor te stellen.
Zy vroeg zich af, wat Lord Nethercombe
doen zou. Ze wist dat hij niet rusten zou,
Voordat hij al hare schulden betaald had
Hij zou alles verkoopen het landgoed
buiten, de paarden, het huis in Queen's
Gate. Hij zou alles opofferen, en hy zou
geruineerd zyn, cn zelfs dan zouden hare
schulden nog niet geheel zijn voldaan
Ze liet het hoofd in de handen zinkeu
Hoe volkomen vei laten Tegen haar wil
gingen hare gedachten tot het verleden
terug en hief zy het hoofd op. Kon zij liet
geweest zijn, die na hare huwelijksreis
lachend, gelukkig hier binnen getreden
was zij, wier leven zuiver helder en vroo-
lyk glimlachend voor haar uit had gestrekt*
Kon het meisje, dat toen daar gestaan had,
lende geluiden en klanken, en zoo
ontwikkelde zich onder hen de eenlet
tergrepige taal Dat was het geslacht
der aapmenschen (homo primigenius).
Van nu af aan vorderde hun ontwikke
ling, hun vooruitgang en beschaving
met altijd rasschei' schreden. Uit jonge
boompjes vervaardigden ze werpspie-
zen zij maakten jacht op diereu om zich
met de huiden tekleedeu om vruchten
te snijden beproefden ze steenen te slij
pen en leerden zoodoende het polieren
en van hier tot de volmaakte bouw
kunst en beeldhouwerij is slechts een
kleine afstand. Natuurlijk was het hun
intusschen wel opgevallen, dat steen
door wrijving warm wordt en het
vuur was uitgevonden daarmeê begon
tevens de warme keuken, en ontwikkel
den zich de poltebakkerskunst, de yzcr-
smederij enz. Als de héèren der natuur
bloosdon ze thans om hun nederige
afkomst, en in hun overmoed verschaf
ten zy zich eindelijk en ten laatste nog
een ziel.
Dat was de echte mensch (homo
sapiens).
Gij die geduld genoeg hebt gehad dit
te lezen, zult zeggen Hoe is hét toch
mogelijk zulken onziu te verkóop'en
En nochtans op dezo wijze vordt in
vollen ernst onze voorgeschiedenis ver
haald door Lamarck, Lubbock, Haeckel
enz. Tot zulk een kinderachtigheid
komt de wetenschap der goddeloozen,
om van de geschapene natuur geen
Schepper te moeten aannemen.
E. Petry.
De liberale Fransche drukpers van
Brussel en uit het Walenland wordt
hoorndul, schrijft onze confrater De
Gazet van Lier o.
De Vlamingen willen hunne klak
niet meer afnemen voor het Fransche
gouden kalf, en de hooggelaarsde Fran
sche ridders springen op hun paardje,
en rijden storm tegen de Vlaamsche
hardekoppen... helaas 1
Met bezemen zoo komen z'af
Om 't Vlaamsche volk af te ranselen.
Als ijdel kaf, dat 't zwaard onwaard is.
De ezels... ze werpen met modder naar
de Vlamingen, in plaats van met eerly-
ke wapeus den stryd te wagen dit is
niet moedig.
Volgons La Chronfque is de Vlaamsche
beweging niets anders dan nen hoop
lompe, hoovaardige, onwetende heet
hoofden, echt straatvaagsel Voor die
heprkens is de Vlaamsche taal eene boe
rentaal, nog te slecht om tegen de bees
ten te spreken. La Meusela Gazette de
Charleroi, l'Indépendance, le Soir, le
Petit Bleu beweren dat de Vlamingen
scbeinheiligen zijnen dat hunne ver
hakkeldeen ruwe taal maar kan dienen
om de enge gedachten uit te drukken,
die ingegeven worden door het verou
derde en versleten clericalismus (sic).
Als ge met zulke argumenten de
Vlamingen moet neerleggen, dan zit er
bitter weinig in hun koker, en die ver
hitte bollen zouden het poeder niet
uitvinden, al schrijven ze dan nog in
La Chronique, Soir of Petit Bleu.
Die helden tieren en huilen om eene
bestuurlijke scheiding van 't Waalsch
en Vlaamsch België Lieve hemel
worden die mannen zot Wy, Vlamin
gen, kunnen er oneindig veel bijwin-
nen, vermits er in het Vlaamsche land
veel Waalsche ratten zitten. Ge zoudt
dat volkje eens zieu vertrekken uit alle
openbare besturen
Wij, Vlamingen, we vragen geene
bestuurlijke scheiding; we vragen maar
bhs recht en niets meerwe vragen
eene Vlaamsche Hoogescboolwe vra
gen Vlaamsche rechters Vlaamsche
officieren. Vlaamsche leeraars... en dit
is ons recht... en dit recht zullen wij
eischen, waar en wanneer het miskend
wordt...
Wij vreezen do ezelskreten niet van
nen Chronique, nen Soir of nen Petit
Bleu
Met do Vlaamsche Burgerij te bestrij
den, bestrijden zy den katholieken
Godsdienst, en natuurlijk alle middelen
zijn goed om hun doel te bereiken...
zelfs met vuilnis werpen.
o Le cléricalisme, voil& l'ennemi
is nog niet dood de Vlamingen zijn
trouwe kinderen der H. Kerk, zoodus,
dood aan de Vlamingen 1 De Fransche
zedelooze pers, alle Fransche rottigheid
moet hier gelezen worden. De Vlamin
gen moeten verbasterd worden, hun
eigen wezen leeren miskennen en dan
zal de goddeloosheid van zelf nestelen.
Maar de Vlamingen zijn opgesprongen
en met kruis in top zoo varen wij recht
door zee... door 't wereldtij ten hoogen
Hemel op
Eene andere reden is, dat die heeren
redacteurs geen Vlaamsch keunen en te
lui syQ Vlaamsch te leeren. Ze meenden
dat ze met Fransch alleen overal zouden
komen. Heerkens. die tijden zyn voor
bij; Vlaamsch moetge leeren, of builen.
En die steen kunnen ze moeilyk slik
ken.
M. Vareilles, Deken der Faculteit van
Rechten bij de Katholieke Hoogescbool
van Rijssel, zegt iu zijne gehouden
openingsredevoering
Ziet gij niet dat. den dag van heden,
in Frankrijk alles daalt, verbleekt en
verzwakt? De bevolking groeit niet
aan. Het misbruik der sterke dranken
en de zedeloosheid verwoesten het
u volk. De misdadigheid der jeugd ver-
ii schrikt al wie opmerkzaam is. Lieden
u van geringe bekwaamheid, bekleeden
alle bedieningen, en 't land is niet meer
in staat mannen van uitstekende ver-
diensten te vormen.
De grootmoedigheid, de geest van
u rondbprstigheid, de eerlijkheid, de
dienslveerdigheid, de aantrekkelijk-
beid van het gezellig leven, dat alles
u ontvlucht Frankrijk, eertijds het pa-
radijs der burgerdeugden, en maakt
o plaats voor haatzuchtigheid en onhe
il schoftheid, voor ruwheid in spraak
en in gevoelens.
Frankrijk's leger is bedrukt, ver-
ward, bijna ontmoedigd. De rechter-
lijke macht verliest haar aanzien. De
geestelijken worden versmaad. De
eerbied voor het gezag verdwijnt. De
vreeze vermeerdert het kwaad. Intus-
a schen winnen andere natiën in bevol-
king, in voorspoed, in kracht, in
samenhang, en deze zien rustig het
tijdstip te gemoat, op welke Frankrijk
zich zeiven van de lijst der iovloed-
u hebbende mogendheden zal afgedaan
hebben.
Die zware redeDs van verontrusting
en droefheid, bekommeren geenszins
de gezindheid die thans Frankrijk's
bestuur in handen heeft. Haar eenig
doel is, de onafhankelijkheid vernieti-
gen, den Godsdienst uitdooven, en tot
o den naam van God zelve doen verge-
a ten Haro schitterendste daad is,
door eene wet, meer scholen ten on-
deren gebracht te hebben, dan eene
bestorming van barbaren zou kunnen
verrichten.
de ongelukkige, bleek# vrouw geworden
zijn, die nu huiverend bij den haard ineen
kromp 1
Een vreemde scherpe klank ontsnapte
aan hare lippen. Zy had zich van iedereen
verwijderd, doch deze omstandigheid was
niet eerder tot haar doorgedrongen, dan
toen Joanna zich van haar afkeerde.
Het was een ding, dat Mevrouw Nether
combe niet had kunnen begrijpen. Het
eerste oogenblik was de schok, dat Joanna
haar haatte door andere dingen overstemd
geworden, maar toen bezorgde het haar
een pijn, die knaagde en hinderde en niet
ophield. Waarom haatte Joanna haar, en
wat beteekende dat
Alsof zij zelf deze gedachten ingeblazeu
had, trad mevrouw Sherman plotseling de
kamer binnen. Zy wes als gewoonlijk sier
lijk gekleed, terwijl ze een fijne geur van
viooltjes om zich heen verspreidde, en ze
bleef met haar lorgnon voor do oogen op
den drempel staan, alsof ze verbaasd was.
Welnu, Agncs, wat doet ge daar Ge
kunt op een dag als dezen toch onmogelijk
koud zijn Als ge het wel zijt, hebt ge
zeker de influenza of koorts. Zal ik maar
weer heengaan Maar nee.i, ik denk dat
ik zal blijven, want juist mijn vertrek is
datgene, waar ge het vurigst naar verlangt.
Bovendien is er niemand om mee te pra
ton, en ik moet toch met iemand een go
gprek voeren. Maurice is naar Afrika
gegaan.
Mevrouw Nethercombe stond gelaten op.
Ze had den laatsten tijd eene dwaze vreos
gevoeld voor deze zuster van haar. Zij had
in den beginne niet geloofd, dat Joanna
haar de waarheid gezegd had toen ze be
weerde. haar altijd gehaat te hebben, doch
laagzamei hand had zij de boteekenis van
vele dingen begrepen en had zij ingezien
waarom Joanna, nooit ontbroken had ron
dom de speeltafeltjes, waaraan zij speelde,
waarom het haar zoo gemakkelijk geweest
was om te spelen, waarom zij zich zoo
hopeloos in den draaikolk had gestort.
Joanna had alles geschikt, Joanna had
haar voortgedreven, haar in bekoring ge
bracht, haar naar omlaag getrokken.
En toch, waarom Dit was eene vraag,
die Lady Nethercombe zichzelf dag cn nacht
voor hield, zonder er een antwoord op te
kunnen vinden. Mevrouw Sherman had met
een zacht gerinkel harer armbanden hare
beurs op tafel gelegd.
Ja, ja, hij is vertrokken zei ze,
vertrokken voor de hemel weet hoe lang,
wellicht voor een jaar of wellicht voor
eeuwig, oi wellicht keert hij de volgende
week reeds met een diamant zoo groot als
een struisvogelei voor my, terug. Hoe
zoudt ge vinden Agoes
Hare blauwe oogen keken mevrouw
Nethercombe tergend aan, en Agues keerde
zich om. De laatste vage hoop, die nog in
haar hart geleefd had, dat ze regelrecht tot
Maurice zou kuriien gaan om hem over te
halen, haar uit hare moeilyk lieden te red
den, stierf op Joanna's woordsn weg
Maurice was vertrokken, en er bleef haar
geene andere hulp over, dan die van Lord
Crowley. Ze begreep nu, terwijl zo Joan-
na'8 ongevoelige blauwe oogen ontmoette, j
dat daar noeit eenige hulp voor haar ge-
woest zou zijn. Joanna zou dat verhinderd
hebben.
Dus ben ik eene onbestorvene wedu- jj
wo. zei Joanna, en heeft Maurice my |j
achter gelaten hetgeen juist iets voor ij
hem is 1 om alle uitnoodigingen af te
schrijven, en met mezelf precies te doen
wat ik wil, totdat liij met den diamant
terug komtIndien de steen zoo groot is
zooals men beweert, Agues, zullen wo zoo
rijk zyn, dat wy geen raad met ai ons geld
zullen weten. Ik begrijp niet, waarom
Maurics nog ryker wenscht te worden.
Ze zweeg om zichzelf in den spiegel te
bekijken, en schikte met hare sierlijke vin
gers do kant op haar manteltje on zetto den
toquo op haar hoofdgoed. Kijk, daar trok
deze plotseling hare aandacht, want op
hare vogelachtige manier keerde zij zich
tot mevrouw Nethercombe.
Hoe vindt ge mijn nieuwe toque,
Agnesïzei ze zoo luchtig alsof ze mevrouw
Nethercombe een paar weken geleden niet
verzekerd had, dat ze haar haatte. Vindt ge
haar schoon Ze ziet er maar eenvoudig uit
hé en zo kost toch zoo duur.
Ze lachte, cn boog haar hoofd om me
vrouw Nethercombe le laten zien hetgeen
ze nauwelijks zien kon een hoopje stroo
Worden gevraagd door de Patroons
1 Sehrijnworker, kennende eon weinig
Fransch, wordt gevraagd als meestergast
van een werkhuis.
1 Kuiper halve gast.
1 Voerman.
Vragen der Werklieden
4 Schrijnwerkers.
Werklieden van allen aard.
met ren enkele roodo roos aan den eenen
kant.
'tls geheel on al Fransch. Wel, Agnes,
gc kijkt alsof ik een geest ben. Waarom
kijkt ge zoo vreemd Het kan uwe oogen
geen goed doen, en ze zien er al erg genoeg
uit. Hebt ge w ear bndgespeeld Ge ziet er
net uit of ge den heelen nacht op zijt ge
weest.
Mevrouw Nethercombe richtte zicli met
een ruk op.
Ik wou, dat go heen ging, Joanna,
zei zo met inspanning. Ik ben niet in staat
om iemand te ontvangen. Het ongsluk
van Margaretha bracht mij vau streek, en
ik ben de gevolgen daarvan nog niet
geheel te boven.
Mevrouw Sherman's oogen begonnen te
glinsteren. Zij begreep hef.
t)li, goed, n zei ze. Ik zal gaan, maar
eerat wil ik u een ding vragen. Het is
natuurlijk niet waar. de menschen praten
altijd over Alice, en ze brengen haar naam
altyd in verband met dien van een ander.
Maar nu beweert men, dat ze met Lord
Croft verloofd is. Natuurlijk is dat onzin
Zy vestigde hare heldere, ongevoelige,
schitterende oogen op hare zuster, cn hare
zuster knikte met het hoofd.
Ja, het is waar, zei ze. Zij hebben
zich drie dagen geleden verloofd op den
dag van het ongeluk.
Wordt Voortgezet.