1 Zondag 12 Maart ItMl 5 centiemen per nummer 6516 Jaar 4311 Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en 't Arrondissement van Aalst. GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. De toestand van den Landbouw. Boeren- en Land- bouwverzekering. De nieuwe schoolwet. HITJES en DATJES. Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee- nening van den volgenden dag. De prys ervan is tweemaal ter week voor Je Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden fr. 1-75 voor dry maanden, voorop te betalen. De inschrijving aiudigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont vangen zijn ten laste van den schuldenaar. Men Schrijft in bij C. Van de Putte-Gooatent, Korte Zoutstraat, N' 31 an in alle Postkantoren des Lands. Per drukregel Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1-00 Vonnissen op 3"® bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herbalen bekendmakingen bij accoord Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heer au ota rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsJag e i vrij lag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele va a dit blad. CHIQUE SUUM. Aelst, 11 Maart 1911. Vroeger jaren was het landbouwbe drijf van weinig aanzien en achting de liberalen wareu dan aan 't bewind en ze bekreunden er zich bitter weinig om het te helpen. Men kernleden landbou wer dan alleen om hem ondragelijke belastingen op den rug te laden. De boer sul 't al betalenwas spreuk woordelijk geworden. Over vele jaren, over 40 jaren en laDgerwerd de veestapel door muilplaag en longtering besmetbeide ziekten veroorzaakten onberekenbare verliezen aan de landbouwers. Als ze onder de vorige liberale heerschappij gingen hulp vragen, dan antwoordde bun mini ster Rolin De landbouw moet zich zeiven redden Welke bekentenis van onmacht oin de landbouwers ter hulp te komen Welke getuigenis van hoe weinig de liberalen zich met den landbouw be kreunden Maar ook de landbouwers zijn im mers in groote meerderheid Katholiek. De landbouw is do eerste, de voor naamste der nijverheden, niet alleen in België maar in al de landen der wereld. Niet alleen verschaft de landbouw, liet voedsel aan menscbeu en dieren, maar ook grondstoffen voor tal van andere nijverheden. Het is op ontegensprekelijke wijze bewezen geworden dat de Belgische landbouw eene waarde vertegenwoor digt van 10 milliards frank in andere woorden wil dit zeggen dat de gronden, het vee, de werktuigen, enz., aan den landbouw verschaft, eene waarde vit tegeowoordigen van tien duizend mil- lioen franks. Dat kapitaal brengt gemiddeld 2 mil- lioen op, hetzij 20 ten honderd. Weinige nijverheden brengon zulken schoonen intrest op. Tot voorbeeld willen wij doen bemer- ken dat de Melk nijverheid 360millioen 's jaars opbrengt, dus bijna een millioen daags. Die opbrengst is grooter dan deze van al onze koolmijnen te samen en ook grooter dan deze van al onze ijzeren wegen. Nu, dit is maar alleen de melk. Dank aan de maatregelen door onze Katholieke Ministeriën genomen ten voordeele van den landbouw, dank aan de werkzaamheden der maatschappijen van landbouw en syndikaten, dank de meerdere kennis door het landbouwon derwijs verspreid, is de jaarlijksche le Vervolg. Ik nam het aan en hij ging met mij naar eene dekliut, een zeer goed kamer ken in derdaad. Er was een sofa in den hoek en eene tafel ervoer. Sir Henry bestelde den hofmeester eene flesch whisky en wij sta ken onze pijpen aan. Mijnheer Quatermain, zeide Sir Henry Curtis, toen de hofmeester, na de lamp ook te hebben aangestoken, vertrokken was, verleden jaar, omstreeks dezen tijd, waart gij5 geloof ik, te Barmangwato, eene plaats in 't noorden van Transvaal. 't Is zoo, antwoordde ik, ten hoogste verwonderd, dat deze heer zoo op de hoog te was van mijne reis, welke voor zoo ver mij bekend was, toch niet van algemeen belang kon geacht worden. Gij waart daar op eene handelsreis, niet waar vroeg kapitein Good op zijne vlugge manier. Juist. Ik had mij daar govestigd met eene wagonlading goederen, tot ik alles verkocht had. Sir Henry zat over mij, de armen op de tafel geleund. Hij zag mij met zijne grau we oogen scherp aan en ik meende een angstige nieuwsgierigheid in zijnen blik op U merken. opbrengst in de laatste jaren met meer dan 300 millioen franks vermeereerd. De landbouwscholen worden noch tans maar door 2 ten honderd der landbouw jongelingen bijgewoond. Nu, dit is veel te weinig. Het landbouwonderwijs moet zooveel mogelijk uitgebreid worden. Men moet meer en meer redekundig leercn boeren. On landbouwgebied is er nog veel te doen, te verbeteren, te volmaken. Gezien bet groot belang der land bouwnijverheid is hot niet meer dan billijk dat de openbare Besturen den landbouw verzorgen, vooral goede verkeurmiddelen verschaffen en billijke vervoei prijzen voor de lai.dbouwvoort beer gselt-n, de mest- en voedingstoffen, enz. enz. Vergiftiging der Geiten door pftalenschillen Alle jaren, op het einde van den win ter en in het begin der lente, ontmoet ik vele gevallen van vergiftiging door aardappelschillen, Van Januari tot April bestaat liet voeder der geiten meestal uit schillen en brood. De beeten en het hooi dat de werkman verzameld had, zijn op dien tijd vervoederd, en het gras is er nog niet om tot voeder te dienen. Bevatten de schillen vergift Voor zeker, en het vergift zit in overvloed in de keesten der geschoten knollen. Ik weet wel dat men den kop der keesten aftrekt, doch de wortel der keesten blijft in de vrucht zitten, en het is in den wortel dat het vergif zich vooral op houdt. Dit vergift, solanine genaamd, veroorzaakt bij de geit eene ziekte die zich volgender wijze vertoont. In het b <gin heeft de geit wat minder eetlust en geeft geen ander ziekteteeken. Heiligedagen later w> igert bet dier van tijd tot tijd te eten en vermindert van melk. het vermagert, wordt st'tf in de achterpooten, staat moeilijk alleen recht om eenige dagen nadien zonder mede hulp niet meer op te staan en gansch lam te worden. Het dier blijft levendig van kop en kloek van hert tol in de laatste dagen der ziekte. Men ondervindt soms dat het na drij weken sterft. Hel zijn meestal de jonge geiten die van schillen ziek worden. Geiten van 3 en 4 jaar zijn sterker tegen de ziekte en kunnen zonder groot gevaar eene kleine hoeveelheid schillen verteeren. Die dieren zijn stillekens aan gewoon geworden aan dit vergift; de solanine heeft op hunne gesteltenis een minderen invloed. Geeft dus de schillen aan dé oudere geilen en spaart het brood en de zemelen voor de jongeren. Wat staat er te doen in geval van ziekte Eerst en vooral, geene schillen aan de geiten meer geven, ze voeden met melk en brood, eene kleine zui- Hebt gij daar ook een man ontmoet, die Neville heette O, ja. Hij stalde voor een veertien dagen in mijn buurt om zijn ossen te laten uitrusten, vóór hij verder 't binnenland introk. Een paar maanden later kreeg ik een brief van cenen advokaat, die vroeg of soms ik wist wat er van hem geworden was. Ik heb don brief toen zoo goed mo gelijk beantwoord. Ja, zegde M. Henry, uw brief is my ter hand gesteld. Er stond in dat M. Ne ville in 't begin van Mei Bamangwato bad verlaten met een wagen, een dryver, een voorlooper en een kafferjongen hy was voornemens naar Inydi te trekken, de uiterste handelspost in Matabeleland daar zou zou hij zijn wagen en ossen verkoopen en te voet verder gaan. Ja. Men zweeg een oogenblik. M. Quatermain, zegde sir Henry plotseling, weet gij niets meer van de re denen, welke mijn... dien M. Neville een reis naar 't Noorden deden ondernemen Ik heb er zoowat van gehoord, ant woordde ik. Maar ik ging niet voort, want het was een onderwerp, waar ik niet geerne over sprak. Sir Henry en kapitein Good zagen elkan der aan en de kapitein knikte. M. Quatermain, ging de eerste voort, ik ga u eene geschiedenis vertellen on u een raad, misschien uwe hulp vragen. Mijn zaakgelastigde bad mij geschreven, dat ik vering (een soeplepel engelsch zout) toe dienen. Ziedaar om de ziekte te genezen, maar er is béter Gij kunt de ziekte voorko men en nochtans schillen vervoederen. Daarom moet gij ze laten koken. Het warm water maakt het vergift onscha delijk, daar de solanine door het koken geheel vernield wordt. Wilt gij dus aardappelschillen voederen aan uwe geiten, laat ze koken. Hel vraagt wel een weinig meer werk, doch het werk zal dik betaald worden, want alle jaren zullen honderde geiten blijven leven, die anders door ongekookte schillen zou den vertrekken. J. De Meester. Onderlinge Klel^isclie Verleden Donderdag, 2 Maart 1911, onder het voorzitterschap van den heer Baron Heiman della Faille d'Huysse. Senator, Voorzitter van den Lannbou- wersbondvan Oost Vlaanderen,werden te Leuven de algemrene vergaderingen g-bouden van de Onderlinge B-lgische Boerenverzekering en van De Land bouw verzekering Het verslag voorgedragen door Hoog leeraar Vliebergh zal in druk verschij nen en is op aanvraag kosteloos te bekomen. Het zij ons daarom genoeg maar en kele cijfers aan te hal-u om te bewijzen dat genoemde verzekeriugen zeer bloei end zijn. Onderlinge Belgische Boerenverzekering (O. B. B.) Aantal polissen op 31 Dec.1910 9.249 Premiën voor het jaar 1910 401.920 80 Verklaarde ongevallen in 1910 2,388 Vergoedingen voor ongevallen uitbetaald in 1910 260,858,78 Reserve voor te regelen onge vallen 212,451.26 Overschot 95,596,23 De algemeene vergadering heeft be slist 20% der premiën van 1910 op het actief der rekening reserve-aandeeleu der verzekerden te brengen. De Landbouxoverzékering (L. A.) Aantal polissen op31 Dec.1910 15,114 Premiën voor het jaar 1910 209,296,15 Verklaarde ongevallen in 1910 1,507 Vergoedingen voor ongevallen uitbetaald in 1910 91,051,22 Reserve voor te regelen onge vallen 157,041,44 Overschot 150.151,56 De verzekerden der L A. zullen 45% hunner premie op het actief der reke ning reserve aandeelen ontvangen. Het buitengewoon reservefonds der twee maatschappijen reserve-aandeelen der verzekerden beloopt heden meer dan 853,000 fr.,.met andere woorden, dat is zooveel geld dat er gespaard werd sedert 1 Juli 1905. mij volmaakt op uwe oprechtheid cn stil zwijgendheid verlaten kan. Ik boog en dronk wat whisky en water om myne verlegenheid te verbergen, want ik ben een zeer eenvoudig man. En Sir Henry ging voort M. Neville was mijn broeder. 't Was mij levens duidelijk, waaraan Sir Henry mij aanstonds had doen denken, toen ik hem ontmoette. Zyn broeder was iets kb iner dan hij en droeg een donkeren hoed, maar nu ik ervan hoorde, bleken mij beider oogen en beider gelaatstrekken schier dezelfde te zyn. Hij was, ging Sir Henry voort, mijn eenige en jongere broeder, en tot voor vijf jaar had ik nooit kunnen denken, dat wij nog ooit van elkander zouden gaan. Maar juist voor vijf jaar overkwam ons een on geluk, zooals dikwijls in families gebeurt. Wij twistteu hevig en ik gedroeg my in myn toorn zeer onrechtveerdig jegens mij nen broeder. Hier zat kapitein Good vervaarlijk met het hoofd te knikken. Zooals gy wel zult weten, vervolgde Sir Henry, vervalt in Engeland, als iemand die niet anders dan land bezit real pro perty noemen ze dat zonder testament komt Ie sterven, zijne bezitting aan zijn oudsten zoon. En nu wilde hot geval, dal, juist toen wij twist hadden, onze vader zonder testament overleed. Hij had eerst aan 't m.ken van een laatste» wil gedacht, toeu het te laat wa». Het gevolg was, dat Naar er verzekerd wordt, zou Mini ster Schollaert nog voor den 15 Meert het ontwerp der nieuwe schoolwet in de Kamer neerleggen. Er worden daar over reeds verschil lende bijzonderheden gegeven, dcch wij deelen ze slechts onder alle voorbehouding meê, zegt het N. v. d. D. Volgens het ontwerp zouden de kosten van het lager onderwijs uitsluitend gedragen worden door den Staat, de Provincie, de Gemeente en de vrije schoolbesturen De Weldadigheidsburee- len zouden het schoolgeld der behoeftige kinderen niet meer betalen, doch het geld dat zij daar anders voor besteedden, zou nu gebruikt worden voor de werken der schoolsoep en der schoolkleeding. De schooljaren zouden van 6 tot 14 jaren gesteld worden, in plaats van 12, zooals het nu is. Er zou een 4® graad van lager onderwijs ingericht worden voor de kinderen van 12 tot 14jareu de morgendklassen zouden voor die leer lingen besteed worden aan het gewoon onderwijs, de namiddagklassen aan het beroepsonderwijs en den handenarbeid, en op den buiten aan het landbouwon derwijs. In de schoolwet zelve, of in eene bij- hoorige wet, zou er verboden worden kinderen beueden de 14 jaren in werk huizen, fabrieken of winkels aan het werk te bezigen, opdat zij tot dien ouder dom naar. school zouden kunnen gaan. De regeering zal ook maatregelen nemen om den vrijen keus der school door de ouders te verzekeren. Waar schijnlijk zullen er schoolbons afgele verd worden, waarnnê de behoeftige ouders hunne kindereu zullen kunnen zenden naar de school, welke zij ver kiezen, doch men weet nog niet wel, hoe dat stelsel zal geregeld worden. De geldelijke kant der zaak wordt nog onderzocht. Het ontwerp zou ook bepalingen be vatten strekkende om den stoffelijken toestand der onderwijzers en onderwij zeressen te verbeteren. Militaire opleiding der jeugd. Naar h«t schijnt, zou men in het Ministerie van Wetenschappen en Kun sten het vraagstuk der mili taire opleiding van de jeugd ernstig bestudeeren. Eene commissie is gevormd, samen gesteld uit de heeren Gorman en Fosse- prez, van 't onderwijs Wouters en Van der Donckt der burgerwachtgeneraal Cuvelier, majoor Thiry en luitenant Magnin, van het departement van Oor log, die gelast is do zaak te bestudeeren in opzicht van de lichamelijke ontwik keling van 't kleine volkje door turn- mijn broeder, die tot geen enkel ambt was opgeleid, zonder fortuin stond, 't Was ze ker mijn plicht geweest hem bij te staan, maar onze twist was toen zoo hevig, dat ik met schaamte erken ik het nu hem niets aanbood Niet dat ik het hem misgunde, maar ik verwachtte, dat hij den eersten stap zou doen. Het. spijt mij, dat ik u met dit alles moet lastig vallen, M. Quatermain, maar 'lis noodig Om de zaken duidelyk voor te stellen, nietwaar Good Juist, zegde de kapitein. M. Quater main zal deze geschiedenis zeker niet ver der vertellen. Natuurlyk niet, antwoordde ik, want ik ben trotsch op mijn geheimhouden, waarvoor ik in Natal zekere vermaardheid heb. Welnu dan, zegde Sir Henry weer, mijn broeder had toen een paar honderd pond tot zijne beschikking. Zonder mij er iets van te zeggen, nam 'lij d ;n naam Nevil le aan en ging' met dat geld naar Zuid- Af rika, in de hooper fortuin te maken. Drie jaren gingen voorbij, waarin ik niets van mijn broeder boorde, hoewel ik hem dikwijls schreef. Mijne brieven zijn zeker niet terecht gekomen. Hoe meer tijd ver liep, hoe ongeruster ik werd. Ik onder vond toen, M. Quatermain, dat 't bloed kruipt,, waar liet met kan gaan. Hat is zeker, sprak ik, denkende aan mijn zoon Harry. Ik had toen mijne halve fortuin wil len geven, M. Quatermain, om te weten oefeningen en de vorming van den geest, met betrekking tot de militaire oplei ding. Naar gezegd wordt, zou deze com missie besluiten lot opleiding der jeugd bij middel van de Zweedsche methode van oefeningen en turnen. De Tien Geboden tot Bestrijding van de Tering. i. Gij zult leed en kommer schuwen, Overwerk en overdaad. II. Gij zult op den grond niet spuwen, Noch in huis, noch op straat. III. Gij zult geeno woon begeeren, Die niet zindelijk is en net IV. Oude boeken, vodden, kleeren, Die niet grondig zijn ontsmet. V. Laat de melk eens lustig koken, Wees bezorgd voor uw gerief. VI. Laat het licht of vuur niet rooken, Eu heb orde en reinheid lief. VII. Neem het stof met natte doeken, Van de meubelen en flen vloer. VIII. Laat de zon in al de hoeken. Stralen van uw huis en koer. IX. Dikwerf schep, met volle teugen, In uw longen versche lucht. X. Help door heel en troost verheugen, Al wie ook die hoest of kucht. Nieuwe behandeling van de thyphuskoorts. Eeue nieuwe behan deling van typhuskuortsen is uitgedacht door den Duitschen doktor Seibert. Men zou daartoe kamfer gebruiken. De lieer Seibert heeft laatst een eerste proef ge daan namelijk een patiënt in te spuiteu met een mengsel van 2 kubieke centi meters gekamferde olie, van 20 Onmiddelyk na de inspuiting van den zieke was de toestand beter. Aangemoedigd zette de heer Seibert zijne proeven voort en na drie dagen behandeling stelde hij de genezing vast. Sedert heeft de Duitsche doktor 21 ge vallen bewerkt, die allen bekroond werden met den besten uitslag. De nieuwe miliciewet in Neder land. Eindelijk heeft de Nederland- sche regeering, het zoolang reeds aan gekondigde voorstel tot herziening der nationale miliciewet, in de Staton-Ge- neraal neergelegd. Het jaarlijks contin gent zal van 17.5t'0 man op 23.000 gebracht worden. Het gansch leger zal dus 121.670 man tellen. Een 5e bataljon zal bij elk regimeut gevoegd worden. Voortaan zullen de broodwinners der arme familiën vrij zijn. Aldus zal de dat mijn broeder gezond was cn ik hem nog terug zou zien. Maar gij hebt hem niet meer gezien, Curtis, viel de kapitein hem in de rede, zijn vriend in 't gelaat ziende. Ik ving toen een onderzoek aan, M. Quatermain en uw brief was er een deel van. Dat schrijven was nogal geruststellend want ik vernam er ten minsten uit, dat bij kort geleden nog in leven was. Ik was echter niet geheel tevreden en besloot, hem zelf te gaan zoeken. Kapitein Good was zoo welwillend, mij daarbij te verge zellen. Ja, zegde de kapitein, ik had niets anders te doen, zooals gij ziet. Ik ben door de lords van de Admiraliteit veroordeeld, op half geld van honger te sterven. En nu, mijnheer, zult gij ons misschien wel wil len vertellen, wat gij weet of gehoord hebt van dien genteleman, die den naam Neville heeft aangenomen. II. HOOFDSTUK. De legende der mijnen van Salomon. Wat hebt gij vernomen omtrent mijn broedersreis in Bamangwato vroeg de admiraal, toen ik zweeg, om mijne pijp te vullen, voor ik kapitein Good bean twoordde. Ik heb gehoord, antwoordde ik, maar het nog aan niemand verteld, dat hij ver trokken was naar de mijnen van Salomon. Staat jaarlijks 750.000 gulden sparen, die hij anders tot ondersteuning der arme gezinnen moest uitgeven. Niette min zal de uitvoering der nieuwe wet jaarlijks eene meerdere uitgaaf 122.000 guldeus vereischen. Daarbij zullen er nog buitengewone toelagen moeten ge stemd worden voor het opbouwen van nieuwe kazernen. De minister van oorlog beloofde ver der een wetsvoorstel om de landweer herin te richten, de artillerie te hervor men en den geldelijke» toestand der officiers te verbeteren. Lenteboden. Men heeft reeds liirr rn daar in ons land de eerste -'n wen in kleine zwermen boven de velden zien rondvliegen, doch zij zijn sedert verdwenen. Zijn het misschien verken ners van de lenteboden Zij zijn drie of vier weken vroeger verschenen dan op andere jaren. Volgens de weerkundi gen verzekeren zou dat het voortee ken zijn van eene zeer vroege lente en van een heeten zomer. Tot nu toe schijnt nochtans de regen den strijd niet op te geven. De Koningin en de Kantwerk sters. - Men weet dat de Koningin en de Gravin van Vlaanderen een bijzonder belang stellen, in alles wat de vrouwen handwerken betreft, en die met voorin genomenheid beschermen en ondersteu nen. Onder deze werken is het kantwer ken of bloemenrnaken het ergst aan het kwijnen, en de Koningin heeft er dan ook het meest belangstelling voor over. Op haar verzoek zijn nu enkele dagen geleden M. Beeruaert, de Eerw. Pator Rutten, M. Solvay, M. Ingenbleeck, sekretaris des Konings,te Brussel bijeen gekomen om te beraadslagen over het sticuten van eene Samenwerkende Maat schappij voor het verbeteren der kant- nijverheid, en bijzonderlijk voor het verbeteren derlooneu. De Koningin, die veel belang stelt in die onderneming, heeft 25,000 fr. ge schonken voor het oprichten der samen werking. Deze iurichting heefteen dubbel dool le het begunstigen van het uitvoeren van den Belgischen kant, namelijk naar Noord- en Zuid Amerika 2' zij zal slechts bestellingen doen aan die fabri kanten die aan de bloemenmaaksters een behoorlijk loon zullen betalen. Men bestudeert thans verscheidene maatregelen, om dat dubbel doel te be reiken. De hanengevechten. Men zal zich herinneren dat eenige inwoners van het Noordzeestrand aan de Kamers een vertoogschrift gezonden hadden om de afschaffing te vragen van de straffen, die de inrichters van hanengevechten treffen. De commissie der vertoogschriften heeft nu verklaard dat die vraag zelfs de aandacht niet waard is en dat zij. veeleer onteerend is voor degenen, die haar ondertoekend hebben. De mijnen van Salomon riepen mijne toehoorders uit. Waar zijn die Ik weet het niet, antwoorddo ik; alleen wat van hooren zeggen. Eens heb ik de toppen gezien der bergen, welke er den grens van vormen, maar er waren nog 130 mijlen woestijn tusschen mij en hen en ik heb niet gehoord, dat ooit een blanke heel huids tot daar is doorgedrongen, 't Zal misschien het beste wezen, dat ik u de le gende der mijnen van Salomon vertel, zooal» ik die gehoord heb maar gij moet my be loven die niet zonder myn verlof verder te vertellen. Neemt gij dit aan Sir Henry knikte toestemmend en kapi tein Good sprak: Zeker, zeker. Zooals ge wel gissen kunt, zoo begon ik, bekommeren olifantjagers zich weinig om het leven en bedrijf 'der kaffers. Maar zoo nu en dan ontmoet mon wel eens een man, die zich er op toelegt, de verhalen en legenden der inboorlingen na te sporen cn op te schrijven, ten einde zoo de ge schiedenis van liet zwarte werelddeel te kunnen samenstellen, Zoo'n man was het. die mij het eerst de legende van Salomon's mijnen vertelde 't was toen ik op mijn eerste olifantsjacht was in Matabeleland. Hij heette Evans en werd 't volgende jaar door een woedenden buffel gedood. Hij ligt begraven bij de Zambesi-watervallen. Wordt Voortgezet,

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1911 | | pagina 1