n
I
I
B
1
p
Zondag 8 October 1911
5 centiemen per nummer
t>5s,e Jaar 4404
van de Stad en 't Arrondissement van Aalst.
Q
H.
WERKLIEDEN
GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM.
VADERLAND, TAAL, VRIJHEID.
Stad van Aelst
VERKIEZING
van
10 Gemeenteraadsleden
Stad van Aalst
Verkiezing- van 1
Gemeenteraadslid
Nr l
Groene Socialisten.
ji
Roode bedreigingen.
Werklieden! Ambachters!
Van Burst naar Katanga,
Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere weekronder dagtee-
ening van den volgenden dag. De prijs ervan is: tweemaal ter week voor
ie Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
maanden fr. 1-75 voor drijj maanden, voorop te betalen. De inschrijving
eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont
vangen z\jn ten laste van den schuldenaar.
Men Schrijft in bij C. Van de Putte-Gooasena, Korte Zoutstraat, N* 31
en in alle Postkantoren des Lands.
Per drukregel Gewone 15 centiemen Reklamen fr. l-OO Vonnissen op
34* bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herbalen bekendmakingen bü 'accoord
Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren ota;
rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dynsdag vrijdag
in den voormiddag.
Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureeie van
dit blad.
CUIQUE HUUM.
Aelst, *7 October ID 11.
Modellen van Stembrieven
den IS October 1011.
(2* reeks. Rooskleurige stembrief.)
BOSTEELS
de BÉTHUNE Lodewijk
DE CONINCK August
DE HERT
DE NAEYER
DUWEZ
GHEERAERDTS
VAN DEN BREMT
VAN DEN STEENE
VAN DE VELDF
den 1 li October 1911.
(ie reeksWitte stembrief.)
22e Vervolg.
En zij ging voort
Gij weet het niet, maar ik weet het.
Ik weet, dat er een wit volk hier wa3, voor
wij hier waren, dat hier zal zijn als gy er
niet meer zijt, dat u zal vernietigen en
uitroeien. Ja, ja, ja En wat komen zij
doen, die witten, de vreeselijken, die
too verend dooden Wat is dat voor een
steen op uw voorhoofd, o koning Wiens
handen maakten de ijzeren bescherming op
uw borst, o koning. Gij weet het niet,maar
ik weet het. Ik, de oudo, de wijze Ik,
de toovenares
Daarop wendde zij haar verfoeilijk gelaat
naar- ons
Wat zoekt gij, mannen v.an de sterren.
Ja, van de sterren Zoekt gij er een, die
verloren is Gij zult hem hier niet vinden.
Hij is niet hier. In geen mienschcnlèeftijden
heeft een blanke voet dit land gedrukt. Een
deed het, maar hij verliet liet slechts om
te sterven. Gij komt om schitterende
steenen. Ik weet het, ik weet het. Gij zult
ze vinden, als liet bloed verdroogd is. Maar
zult gij teruggaan zooals gij gekomen zijt,
of zult gij ophouden te leven met mij Ha,
ha, ha 1
Sedert dat het stemrecht, dank vooral
aan de Katholieken, een volksrecht is
geworden, pochen de liberale woorden
kramers en schrijvelaars bij iedere kie
zing, op de volksgezindheid hunner partij
en op hare genegeaheid voor de wer
kersstanden.
De Katholieken, durven zij dan zeg
gen, hebben nooit iets goeds kunnen of
willen doen1 in 't voordeel van den
werkman wij alleen, liberalen, zijn i.i
slaat de gegronde klachten der volksklas
te begrijpen en daarom kunnen wij al
leen op afdoende wijze het lot der min
dere standen verbeteren.
Maar wat onze liberale tegenstrevers
vergeten van ons te zeggen, is wat hun
ne partij heeft gedaan ten voordeole der
werklieden.
De waarheid is nooit hebben de
liberalen of framagons iets voor de wer
kersstanden gedaan. Ze zijn gekant te
gen alle middelen van opbeuring der
mindere standen. Zo hebben schier altijd
tegen de beschermwetten gestemd diode
katholieke Ministers iD de wetgevende
Kamers voordroegen. Bij zooverre dat
socialist Destrée ter Volkskamer uitriep:
Haast u om volkswetten te stemmen
want als de liberalen zullen meester
zijn is het gedaan met de volkswetten».
M. Picard, socialistische Senator, ge
tuigde
Heel de liberale politiek bestaat uit
daden van wrok, afgunst, onmachtige
woede, en is enkel ingegeven door de
zucht om te schaden.
M. Bortrand, socialistisch kamerlid,
vroeg
Welke partij' heeft aliijd geweigerd
wetten te maken ten gunste des volks?
't Zijn de liberalen... Welke mannen
hebben immers geweigerd het stem-
recht aan de werkende klas te gun-
nen 't Zijn de liberalen... Die hate-
lijke grappenmakers zijn werkelijk
maatschappelijke omwentelaars.
o De werklieden weten dat de libe-
ralen de hardnekkigste vijanden zijn
der werkende klas.
De zelfde socialist Bertrand schreef
in Le Peuple
i) Wij erkennen, wij, dat de Katho-
lieke Werking eenen demokratisehen
weg is ingeslagen en dat zij daarin
bestreden is geworden door de libe-
ralen.
Le Peuple, hët voornaam roode orgaan
erkende
Zeslig jaar lang hebt gij, liberalen,
het volk pastoors, paters en nonnen
te fretten gegeven en ge wilt voorl-
gaan met het dien eerlijken kost op te
dienen Past op, de. werklieden zul-
len u de schotels op den kop in stuk-
ken slaan.
Nu met den vinger naar Umbopa wyzend
ging zij voort
En gij, met uwe zwarte huid en uwe
trotsche gestalte, wie zijt gij wat zoekt gij'?
Geen schitterende steenen en geel metaal,
dat glanst. Gij laat dat over aan de witte
menschen van de sterren. Mij dunkt, ik
ken u Mij dunkt dat ik de reuk van het
bloed van uw hart ken. Ruk af uw gordel
Hier kreeg het zonderlinge wezen eene
stuiptrekking. Zij viel ten gronde en werd
ijlings in de hut gedragen.
De koning stond bevende op en gaf een
tceken met de hand. Onmiddelijk begonnen
de regimenten af te trekken en binnen tien
minuten waren nog alleen wij en de koning
met zijn gevolg op het plein.
Wit volk, zegde hy, ik denk er over,
u te dooden. Gagool heeft vreemde woor
den gesproken. Wat zegt gij
Ik lachte.
Wees voorzichtig, koning. Wij zijn
niet gemakkelijk te dooden. Hebt gij het
lot van den os gezien. Wilt gij zijn als die
os
De koning huiverde.
iict is niet goed een koning te dreigen.
Wij bedreigen niet. Wat wij zeggen
is waarheid. Tracht ons te dooden, koning,
en gij zult het ondervinden.
De groote wilde bracht de hand aan het
voorhoofd en dacht na.
Gaat in vrede, zegde hij ten laatsto.
Dezen nacht is de groote dans. Gij zult die
Vooruit van Gent schreef
i) 20 jaar was de liberale partij hier
meesterwat deed zij voor het volk
Schier niets
De progressisten of liberale haantjes
vooruit, zijn niet min vijandig ten
opzichte der wetten die de werkende
klas begunstigen.
Altijd werkten en stemden zij er
tegeü.
Wij zouden nog meer getuigenissen
kunnen voorbrengen die de vijaudschap
der liberalen van allen deesem tegen de
werklieden klaar en duidelijk aantoo-
nen en bewijzen maar genoeg
Wat is nu het liberaal programma
Hun programma bestaat voornamelijk
in Godsverloocheningvijandschap tegen
de R. K. Kerkoorlog tegen den R. K.
Godsdienst Priesters en Kloosterlingen,
verachting en verdrukking der mindere
standen in de steden en in den buiten
kazernedicang alleman soldaat school
dwang de minvermogende ouders ge
dwongen tegen hunne kristene overtui
ginghunne hinders naar de onzijdige
of liever, goddelooze en godsdiensthatende
school te zenden, enz. enz.
Tartuffen en bedriegers zijn ze de
liberalen, die op hunne volksgezindheid
durven pochen, terwijl zij in 't binnen
ste hunner ziel, hei volk misprijzen en
verachten
Dus, werklieden
Gij, werklieden, die voor de libe
ralen stemt, die met hen mede-
strijdt, gij stemt voor uwe eigene
slavernij, voor uwe eigene verdruk
king
Weg het liberalism Dat het
naar den duivel loope
Stemt voor de Katholieken, uwe
vrienden, onder
Wanneer wij deden bemerken dat de
christene democraten maar groene
socialisten zijn, dan riep Groene Pie ons
woedend toe Ge liegtGe lastert ons
En waarom zijn ze groene socialis
ten Omdat zij, in zake van persoon
lijken eigendom, de zelfde leerstelsels
aankleven als hunne broeders, de roode
socialisten.
Nu, inderdaad, in «De Volkseeuw» van
3 Febr. 1901 schreef wijlen Priester
Daens
De fortuin, de eigendom, iseerbied-
weerdig als hij de vrucht is van per-
re soonlijken arbeid.
Den 18 Juni 1899, zegdo hij, Priester
Daens, op eene meoting te Meerien
Mijne leering komt in alles overeen
met die der socialisten, een puntje
uitgenomen, te weten, dat wij den
Godsdienst eerbiedigen,
zien. Vreest niet dat ik u een strik zal
spannen. Tot morgen wil ik denken.
't Is goed, koning, zegde ik onver
schillig. Daarop gingen wij, vergezeld van
Infandoos, naar onze kraal terug.
X. De Tooverjacht.
Toen wy onze hut bereikt hadden,
noodigde ik Infadoos uit, mee naar binnen
te gaan.
Infadoos, zegdo ik, wy moeten eens
met u spreken.
Zooals het den heeren behaagt.
't Komt mij voor, Infadoos, dat
Twala een wreed man is.
't Is zoo, het land zucht onder zijne
wreedheden. Gij- zult het vannacht zien.
Dan is het de groote tooverjacht en
menigeen wordt weer aangewezen als
toovenaar. Niemands leven is veilig. Als
de koning het op iemands bezittingen
gemunt heeft of wanneer hij vreest, dat
oen of ander een opstand tegen hem zou
aanvuren,dan wordt zoo'n man door Gagool
dien gij gezien hebt. of een der booze-
geesten-bezweerders,die zij heeft afgericht,
voor toovenaar uitgekreten. En zoo'n
ongelukkige wordt dan gedood. Menigeen
zal zoo sterven voor de maan vannacht
weer verdwijnt.Het is altijd zoo. Misschien
zal ik worden gedood. Dat ik tot dusverre
gespaard ben, is wijl ik knap ben in
oorlogszaken on gezien bij de soldaten.
Maar ik weet niet, hoelang ik nog heb te
Is dat klaar en uitdrukkelijk genoeg
Groene Pie is niet min uitdrukkelijk
In 't Land van Aalst van 4 Augustus
1901, schreef hij Wij durven zeggen
en verklaren België, 85 jaren zonder
oorlog met braaf werkzaam volk, is in
<v dusdanigen toestand gekomen door de
opeenstapeling van fortuinen, dat die
groote eigendom diefstal is geworden en
dat een algemeen volksopstand wettig
wordt, noodig en overmijdelijk als de
krachtige volkswetten er niet spoedig
komen.
Nooit hebben wij gehoord dat wijlen
Priester Daens en ook Groene Pie die
leerstelsels hebben verloochend.
Nog altijd blijft de held van chipka ze
aankleven.
Wellicht zal men ons vragen waarom
die oude zaken herinnerd
Wel dood eenvoudig om ze onder
oogen te brengen, ze te herinneren aan
de heeren baron Karei de Béthune, eige
naar, G. Ghyselinckx, advokaat cn
Verhaegen, geneesheer en hun te vragen
of ze die groene socialistische leerstels
aankleven, of zij ook den eigendom
als diefstal beschouwen.
Stien, wij wachten
Wie waarlijk
Katholiek isj
mag voor onze driekleurige1
vijanden niet stemmen hij j
moet voor de Kath.
y Kandidaten stemmen
onder
Niet alleen de groote roode chefs
braken bedreigingen uit tegen de kapi
talisten, maar de roode chefkens van
vier ellen voor nen frank apen ze ook
al na.
Zoo braakte Nichels, de Aalstersche
roode partij secretaris, een rood chetkeu,
ook eens bedreigingen uit
Vooruit van Zaterdag 5 November
1904 deelde een correspondentie uit Aalst
meê onderteek end A. Nichels.
In bedoelde correspondentie lezen wij:
Zoo was het verleden Dinsdag op
het doodenplein van Aalst, waar zoo-
vele slachtoffers der kapitalisten be-
rusten en zoo zal het eeuwig zijn,
o want het proletariaat deinst niet achter-
uit voor wat slachtoffers. Op do lijken
hunner vrienden zweert men opnieuw
den edelen eed der wraak.
levenHet land zucht onder de wreedheden
van Twala, het is afkeei'ig van hem en zijn
roode wegen.
Maar waarom jaagt het volk hem dan
niet weg, Infadoos
Och, als hij gedood wordt zal Scragga
in zijn plaats regeeren en het hart van
Scragga is boozer dan dat van Twala, zijn
vader.
Als Imotu maar niet gedood was of zijn
zoon Ignosi. Maar beidon zijn dood, helaas.
Hoe weet gij, dat Ignosi dood is
vroeg eene stem achter ons.
Wij keken verwonderd op om to zien
wie daar sprak, 't Was Umbopa.
Wat bedoelt gij vroeg Infadoos. En
wie gaf u verlof tot spreken.
Luister, Infadoos, was het antwoord,
ik zal u eene geschiedenis vertellen. Jaren
geleden is Koning Imotu hier gedood en is
zijne vrouw met hun zoon Ignosi gevlucht.
Is het niet zoo
't Is zoo
En men vertelt, dat moeder en zoon
gestorven zijn op de bergen. Is 't niet zoo.
Welnu, moeder en zoon zijn daar niet
gestorven. Zij trokken de bergen over en
sloten zich aan bij een troep menschen,die
zwierven in de woestijn. Zoo kwamen zij
weer hij water en boomen en gras.
Hoe weet gij dat
Luister. Zij reisden om en om en
kwamen zoo by het volk der Amazulu's,
die ook van den stam der Kukuana's zijn.
En zij leefden onder hen vele jaren, tot de
Wee dezen als mij eensgezind zullen
optredendie ons reeds zoo lang hebben
verdrukt en verstooten
Hoort ge, werklieden en burgers, de
Aalstersche socialisten gaan niet ach
teruit deinzen voor wat slachtoffers
Zij hebben het gezworen
Wanneer zij de sukkelaars door hun
ophitsingen tot opstand zullen ge
bracht hebben, zullen zij zich wel weten
schuil te houden.
Dat het bloed maar stroome als't maar
't hunne niet is
En wee u roepen Nichels en con-
soorten zoowel de liberale als katholieke
nijveraars, fabrikanten en burgers toe,
want wij hebben den edelen eed der toraalc
gezworen
Gij, welke uwe kinders eene godsdien
stige opvoeding, een onderwijs op de
christene leering gesteund, wilt ver
schaffen, op 15 October aanst., is het
kiezing.
Herinnert u dan gij, die uwe kinders
ter vrije scholen zendt, dat moesten de
liberalen hier meester worden, de beve
len der macouieke loge hier weldra
door hare slaven zouden uitgevoerd
worden.... Zij zullen de vrije scholen
niet afschaffen, dat kunnen ze niet, onze
Grondwet erkent het vrije onderwijs;
maar zij zullen haar allen onderstand,
alle toelagen weigeren der wijze dat ze
niet zouden kunnen blijven bestaan en
aldus verdwijnen.
Wie voor 't behoud is der vrije scholen
en de vrijheid voor de ouders van de
school te verkiezen volgens hunneu zin,
stemme onder Nr 1, voor de Kat
holieken.
Reisbeschrijving
door Putiuis Gosv>\.
VIII.
9 Maart Om 6 ure bevind ik mij op
het dek en vind er MM. Diericx en Hen-
neton welke insgelijks van het schouwspel
willen genieten, doch een matroos aan wien
wy inlichtingen vragen, zegt ons dat wij
reeds van vóór 5 ure de met eeuwigen
sneeuw bedekte bergkruin zijn voorbijge
varen en wijst ons heel in de verte een don
kere plek aan. Ik voor mij kan er niets
anders van maken dan eene wolk.
Des voormiddags om 11 ure vergadert de
Belgische academie (zooals wij ze zeiven
gedoopt hebben) in het rooksalon van 2de
klas onder voorzitterschap van den geliefden
Heer Diericx. De hooge en wy'ze besluiten
door die ernstige vergadering gestemd, zal
ik U in een later hoofdstuk uiteenzetten.
Thans ga ik wat voort met de beschrij
ving van ons schip. Hoeveel kabienen of
slaapkamers er op zijn weet ik niet, het
moeder stierf. Toen ging de zoon Ignosi
opnieuw aan 't zwerven en hij kwam bij
een land met wit volk, en vele jaren leerde
hij de wijsheid van het witte volk.
't Is eene schoone geschiedenis, zeide
Infadoos ongeloovig,
Hij leefde daar jaren, werkend als
een knecht en als soldaat, maar steeds in
zijn hart bewarend wat zijne moeder hem
verteld had over zijne rechten. En steeds
dacht hij er over na, hoe hij terug zou
kunnen keeren, om zijn volk en het huis
zijns vaders terug te zien voor hij stierf.
Hij leefde en wachtte lange jaren, maar
ten slotte kwam de tijd. Hij ontmoette
eenige blanke mensehen, die naar dit onbe
kende land gingen, en sloot zich bij hen
aan. Do blanken vertrokken en reisden
steeds verder,zoekend naar een die verloren
was. Zij trokken door de brandende
woestijn, klommen over de met sneeuw
bedekte bergen, bereikten het land der
Kukuana's en daar vonden zij u, Infadoos.
Zijt gij krankzinnig, dat gy aldus
spreekt?vroeg de oude soldaat verwonderd.
Gij verdenkt my ten onrechte. Ik zal
het u bewijzen, oom. Ik ben Ignosi, rechten
koning van Kukuanaland
Ilij ontdeed zich van zyn overkleed en
ging voort, op zijn middel wijzend, waar in
't blauw een slang rond zijn lichaam was
getatoueerd
Wat is dit, oom Infadoos.
Infadoos staarde in de hoogste verbazing
nummer van onze kabien is 296. Er (is
plaats voor 280 personen in lsle klas, 140
in 2d« klas en 400 in 3de klas. De be
manning bestaat uit 120 koppen, matrozen
officieren, koks, tafel- on kamerdienaars
enz., enz. De kapitein is M. F. J. Moseley.
't Is hy die de honneurs waarneemt in den
salon van ls'e klas, in de eetzaal van 2d*
klas is het de lste officier of doctor, een
joviaal man. 'k Meen altijd dat het mijn
vriend Jules De Gorre van Burst is, hij ge
lijkt er wonderwel aan.
De Kildoman is de snelste vaarder der
Compagnie Union Castle Die Maat
schappij, eene der machtigste en rijkste
van Engeland, bezit eene vloot van 44
schepen, 't Is met een der booten van die
compagnie dat Koning Albert, alsdan nog
Prins Albert van België, de overvaart ge
daan heeft van Southampten naar Kaap
stad, toen hy zich naar Congo begaf.
Nu de bediening om 7 ure brengt men
u koffie of thé aan het bed volgens behoefte
met beschuit en suiker, om 8 1/2 Break-
feast n of ontbijt, bestaande uit 8 a 10 ver-
schillige visch-en vleeschsoorten, koeken,
oranjeappelen, aardbeziën, perzikken,
appels, taarten enz., om 1 ure «Luncheon
weer 12 a dertien soorten visch en vleesch,
met een hoop dessert, om 4 ure thé met
leklcerkoek bonbons of boterammen en om
6 ure Diner nog meer vleesch en visch
en nog meer dessert.
Groenten insgelijks zijn overvloedig te
krijgen: jonge erwten, snijboonen, radijzen
salaad enz., enz. Dit komt alles van de
warme landen.
Om 4 ure zien wij in do verte een kleine
stoomboot en komt er een Duitschc heer
eene inzameling doen voor het inrichten
van feestelijkheden, avondpartijtjes enz.
op den boot. Wij doen zooals de anderen en
geven ook wat.
's Avonds is het groot bal. 'k Heb binst
mijn leven reeds veel zottigheid gezien maar
zulke gekkerij heb ik nog nooit bijgewoond.
De Engelsche miss en gentlemens hadden
ditmaal hunne styfheid en deftigheid ia
hunne kabien gelaten en stelden zich zoo
gele aan als de wilden van Afrika. Al die
zottigheid beschrijven ga ik niet doen. In do
Belgische danszalen gaat het er soms gek
toe doch hieraan kunnen ze 't in België
niet halen.
Wordt voortgezet.
VRIENDEN
PANACHEREN
gestemd
naar dat teeken van de slang en viel plot
seling op zijn knieën.
Kom Kom riep hij uit. Hij is mijn.
broeders zoon. Hij is de koning.
Heb ik onwaarheid gesproken oom
°P- Ik ben nog geen koning, maar als
ff'j ra'j wilt helpen en met de hulp van onzo
dappere witte menschen, die mijne vrien
den zijn,zal ik het worden. De oude Gagool
had vandaag gelijk er zal veel bloed
vloeien in het land en 't hare erbij stroomen
als zij 't nog heeft, want zij heeft mijn
vader met hare woorden gedood en mijn
moeder verdreven. Eu gij, Infadoos, kies.
Wilt gij uw hand in de mijne leggen en
mijn man zijn Wilt gij de gevaren deelen,
die mij wachten en mij helpen een tyran
en moordenaar te overweldigen, of wilt eii
niet Kies bV
De oudo man bracht de hand aan het
voorhoofd en dacht na. Daarna stond hy
op, trad op Umbopa of Ignosi toe en zegde
op oen knie voor hem liggende.
—Ignosi,ware koning van de Kukuana's
ik leg mijn hand in de uwe, en ben uw
man tot den dood.Toen gij nog klein waart,
wiegde ik u op myn knieën. Nu zal mijn
arm strijden voor u en voor de vrijheid.
Het is goed, Infadoos. Als ik overwin
móet gij na den koning de voornaamste
zijn in het koninkrijk. Als ik val, kunt gij
alleen sterven. En do dood is toch niot
verre van u. Sta op, oom.
(Wordt voortgezet)