Zondag 5 December 1911 5 centiemen per nummer 65,,e Jaar 4420 Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van do Stad en 't Arrondissement van Aalst. I HUB VAN SALMON. GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. BERICHT. Leesl en verspreidtDe Denderbode Noch God, noch Meester. Slad Aalst.-Werkbeurs Onze Brieven uit Katanga. De Bok kenrijders Op Chipka. Van Burst naar Katanga, NDERBOD Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee- ïaiQg van den volgen i-sn dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor ie Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden fr. 1-75 voor dry maanden, voorop ce betalen. De inschrijving siudigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont* vungeu zijn ten laste van don schuldenaar. Men Schrijft in bij G. Van de Putte-GooMens, Korte Zoutstraat, N* 31 n in alle Postkantoren des Lands. CCJKQKJB HUUM. Per drukregel Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1-00 Vonnissen op 3"* bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herbalen bekendmakingen bij accoord Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Nota rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen tich te wenden ten bureele van lit blad. De personen welke een abonnement nemen aan de De Denderbode voor liet jaar 1912 zullen het blad van heden af ontvangen tot Nieuwjaar RDSTEIOOH. Men kan zich abonneercn aan u De Denderbode op ons bureel 31, Korte Zuutstraat 31, en ten Postbureel door welk men bediend wordt. l'RIJZEN DER ABONNEMENTEN Voor de stad tweemaal ter week fr. 5,00 Voor oen buiten 6,00 id. eenmaal 4,00 De abonnementsprijs moet vooraf betaald worden. Noch God, noch meester! dat is de kreet der goddeloozen. Noch God, noch meester! dat is het strijd k reet voor liet eerst uitgeschreeuwd door Godshaters bezield met eene helsche razernij tegen deD Godsdienst. Noch God, noch meesterdat is hel alarmschreeuw door den duivel, den boozen geest, aan de vrijmetselaars inge geven. 't Was nacht en 't was duister. In een geheimzinnig vertrek zaten eenlge kerels schuimbekkend van helsche woede, grijuslacheude van haat. Aan zekere kenteekens kon men on derscheiden dat die plaats de kerk was van den duivel en die personen aanhan gers der vrijmetselarij. De duivel, de geest des kwaads, was met hen, snoerde hun harten te zamen door den haat tegen Christus en de Ka tholieke Kerk. Gedaan moest het zijn met het chris ten leven in Bt-lgië. Gedaan moest het zijn met het gods dienstig familieleven. Gedaan moet liet zijn met den open baren Eeredieust aan God verschuldigd^ Het kruis zou uit de scholen gesmeten worden uit de gasthuizen, van de bed sponde der zieken verwijderd- De kerken zouden gesloten worden. Weg de tafel des Heeren, waar geen onderscheid tu3schen rijken en armen gemaakt wordt. Weg de biechtstoelen waar rechtveer- digheid, broederliefde en zuiverheid worden gevrijwaard. Weg de stoel der waarheid, waar men leert dat na de dood alle goed beloond en alle kwaad gestraft zou worden. De kloosters zouden gestolen en de kloosterlingen verbannen worden. 29e Vervolg. Voor wy de poort van de kraal bereik, ten,verdween de maan geheel en de sterren schil terden nu aan een inktzwarten heme Elkander bij de hand houdend, strompel den wy voort in do duisternis. XII. Voor den slag. Gelukkig voor ons, kenden de oversten en Infadoos de wegen der groote stad vol komen,- zoódat wij, ondanks den zwarten nacht, toch snel vooruitkwamen. Meer dan een uur gingen wij voort tot dat ten laatste de verduistering begon te eindigen en die rand van de maan, welke het eerst verdwenen was, weder te voor schijn kwam. Een dunne lichtstraal gleed plotseling over het landschap, wat een verrassende uitwerking was. Weinige minuten later verloren de sterren, haar schittering en konden wij zien waar wy zoo wat waren. Wij hadden de stid Leu geheel achter den rug en naderden een broeden platten heuvel, ongeveer twee mylen in omtrek hebbende. Deze heuvel, welks vorm m Zuid Afrika vaak voorkomt, was niet hoog; Uit hun land zouden ze verjaagd om arme en zieke menschen ondersteund en etiO'isl te hebben. Uit hun land zouden ze verjaagd, om kinderkeus van hun prilste jeugd in eer en deugd te hebben opgeleid. Uit hun land zouden ze verjaagd, om belofte gedaan te hebben ganse!) hun leven in gehoorzaamheid, armoede en zuiverheid door te brengen. En daar zaten die kerels, schuimbek kende van helsche woede eu grijns lachende van razernij.... En ze zwoeren het. bij den duivel.dat ze het katholiek Geloof gingen wegva gen. En ze zwoeren het, bij den duivel, dat in België de Kerk van Christus te niet moest. En ze zwoeren het, bij den duivel, dat liet rijk van Satan, het rijk der ver volging, het rijk der goddeloosheid ging aanbreken. En daarom zouden liberalen en socia listen op het ordewoord der vrijmetse larij moeten hand in hand gaan. En daarom zouden liberalen en socia len hun eigen programmas laten varen om samen den strijd tegen den Gods dienst aan te bieden. En daarom zouden liberalen en socia listen door de armen van den boozen geest omstrengeld worden. De duivel, de hoofdman dor vrijmet selarij, brandde in In t liberalismus en in het social ismus hetzelfde ken teeken den godsdiensthaat. Beide partyeu stuurde hij in dezelfde richting: tegen het Geloof, tegen outaar en heard Beide partijen klonk hij vast aaneen, door een verraderlijken kus die walgde van valsche verkleefdheid. Het was en het zou cartel zijn. Noch God riep de geus noch meester antwoordde de socialist 't Werd dag en 't werd licht. De klokken bomden en bonsden door het luchtruim zij riepen de geloovigen ter kerke. Van achter de gouden deur des taber nakels sprak de God-Zaligmaker De poorten der hel zullen tegen mijne Kerk niets vermogen. Stel uw betrouwen op Mij, en met het wachtwoord :geen haat, maar liefde voor God en het Vader land ten strijde Worden gevraagd door de Patroons 2 Schrijnwerkers. 1 Smeder bankwerker. 1 Loodgieter zinkbewerker. Vragen der Werklieden 1 Ajusteerder Werktuigkundige. 1 Ajusteerder IJzerdraaier. de grootste verheffing was niet meer dan tweehonderd voet de vorm was ongeveer die van een paardenhoef en de hellingen waren steil en vol oneffenheden. Op het grasland van den top was over vloedig ruimte voor een kampement de heuvel werd dan ook gebruikt als een militaire sterkte, waarvan do waarde niet te miskennen viel. Het gewone garnizoen was ter sterkte van drie duizend man, maar thans waren er vele regimenten gelegerd Een voor oningewijden niet gemakkelyk te vinden pad voerde langs de hellingen naar boven. Eindelijk op ue grasvlakte van den top aangeland, vonden wij daar, hij het terugkeerend maanlicht, talryke groe pen byeen, die hunne legersteden verlaten hadden en met vreeze het natuurverschijnsel gadesloegen, waarvan zy de verbaasde ge tuigen waren. Zonder een woord te spreken tusschen de krijgers doorgaande, bereikten wy eene hut in het middenpunt van de hoogvlakte, waar wij tot onze verwondering twee man nen vonden wachten, beladen met onze weinige goederen en andere voorwerpen, die wy bij onze overhaaste vlucht niet eerst uit ODze hut hadden laten halen. Ik heb erom gezonden, zoo verklaarde Infadoos, evenals om deze dingen. En hij hief Good's lang verdwenen bovenkleederen in de hoogte. Met eene uitdrukking van groote vreugde maakte Good er zich meester van en aan stonds begon hij ze aan te trekken. Landbouw en Veeteelt. Onder die beide opzichten is Lukon- zolwa een post van belang en die helaug- rijkheid zal zich in de toekomst nog meer en meer uitbreiden, gezien den gunstigen toestand van zijn klimaat en net welslagen zijner raodelhoeve. Eene modelhoeve? vraagt ge met ver wondering. Wel zeker, het Gouverne ment heeft hier eene modelhoeve opge richt, die later als eene landbouwschool zal kunnen dienen waar de kol misten en landhouwageutec zullen komen put ten aan de bronnen der ondervinding, die steeds was en wezen zal, de beste school, de beste leermeesteres. Wij bezitten hier reeds eenen aan zienlijken veestapel 89 stuks hoornv«'e, meer dan 100 schapen en rond de 100 geiten!, een veestapel, die gezien de ge boorten, zich dagelijks meer en meer uitbreidt. Kortelings nog lieeft.de Heer Valdouio, veearts ons 3 varkens aauge- bracht, zoodat wij nu den varkonskweek ook zullen kunnen beginnen. Slechts eokele jaren geleden, werd het vee hier geplaatst, en de kudde heeft zich op die enkele jaren sterk vermenig vuldigd zooals ge ziet. Zoo ik mij niet bedrieg was dit eerste vee afkomstig uit de Duitsche Afrikakolonie, eu de ge zondheidstoestand is steeds bevredigend geweest. Sterfgevallen en ziekten onder het vee zijn zeldzaam, en hieraan te wijten dat men bijna geen tsé-tsé vin-gen in en rondom Lukonzolwa aantreft Die tsé-tsé vlieg, is de meest te vreezen vijand voor de kudden, immers aan de steken dier insekten moet men het wij ten dat de vreeselijke slaapziekte het vee aantast en gansche kudden doét uit sterven. Het is thans onomstootelyk be wezen, dat het ontginnen en bebouwen van den grond de tsé tsè doet verdwijnen en zoo eens de gansche Kolonie door den landbouw ontgouuen is, dan zal van zelfs die gevreesde plaag voor menschen en dieren uitgedaan hebben. Het vee graast hier jaarin. jaaruit in de weiden, tijdens het regenseizoen op de hoogten en daar treft men zelden tsé-tsé aan, tijdens het droog seizoen in de dalen na zich vooraf verzekerd te heb ben dat er in die pleinen geene massas tsé-tsé aanwezig zijn. Voor den gezond heidstoestand dus van menschen en vee, dient men op groote schaal den land bouw aan te vatten, doch daarvoor is het noodig over groote werkkrachten te beschikken, stoommachienen of osseu en paarden Reeds zijn er hier 8 ossen gedresseerd en alle dagen gebruikt men ze om de gevelde boomen uit het woud te halen. Is eens dit werk gedaan dan zal men beginnen die overgroote pleinen om te werken met de ossen en ligt het land gereed om bezaaid en beplant te worden. Dit dresseeren der osseu gaat gemakke lijk wanneer het jonge dieren geldt, Myn meester gaat toch zijne schoone beenen niet voor ons verbergen riep Infa doos met spijt uit. Maar Good bleef by zijn voornemen, zoodat voor de Kukuanas de kans voorbij was zijne... schoone witte beenen te be wonderen. Good was een zeer bescheiden man. Voortaan moesten zij zich vergenoe gen mot zijne eene ongeschoren wang. zijn glinsterend oog en zijno bewegende tanden Nog steeds met spijt naar Good's lange broek ziende, legde Infadoos ons uit, dat hij de regimenten gelast had, by zonsop gang aan te treden, ten einde hen den oorsprong en de omstandigheid van den opstand, waartoe de oversten besloten hadden, bloot te leggen en hen den waren koning der Kukuanas, Iguosi, voor to stel len. Overeenkomstig dit bevel stonden de troepen een twintigduizend man en do keurbende van het Kukuanaleger even na het aanbreken van den dag geschaard op de open zijde, spoedig omringd door de voornaamste oversten en officieren. Tot dezen richtte Infadoos, nadat er stilte was bevolen, het woord. In krachtige welsprekende taal hij bleek een geboron redenaar bracht hij in herinnering do geschiedenis van Ignosi's vader, die door Twala laaghartig was vermoord en wiens vrouw en kind verdreven waren. Daarna wees hy er op dat liet volk morde en zuchtte onder Twala's wreede regeering. waarbij hy natuurlyk niet vergat de toover- i hebben zij echter reeds tamelijken ouder dom dan heeft men er meer moeite mee, d«icli op liet einde gaat tiet lOCli. VVi.i hebben hier eenen stier en eenen os ieder van minstens 5 jaar oud die nu goed ge dresseerd zijn en veel werk verrichten. De werkdieren het meest, doch het ander vee ookkri jgen dagelijks manioc, dit is hun eeue lekkernij en tevens een goed voedsel. Jonge kalveren en lam meren laat men de moedermelk opzui gen, wat hun van jongs af stérk en ge zond maakt. Sterft echter het kalf bij de geboorte dan wordt de koe gemolken. Do melk opbrengst is niet aanzienlijk in Congo doch de melk is riji aan vetbe- standdeelen, wat de geringe opbrengst veel vergoedt. Het vee is van middelbare groote doch met goed afgeteekende deelen sommi gen hebben tusschen de voorschouders eenen aanwas (zebuj anderen niet. Men vindt hier vee met groote lange horens, sommigen is de ruimte tusschen de twee uiteinden der horens soms meer dan 2 meters. Niet zelden ontmoet men op de groote wogen een span ossen van 14-16 vóór een langen wagen. Men richt de ossen ook af als last of draagdieren en voor rijdieren als een paard, om verre afstanden af te leggen, of in een klein wagentje. Wij hebben liier ook kiekens en een den. 't Is meest de heer Tiieryfayt die zich met het gevogelte van hut neerhof bezig houdt. Die kudde van smeert-het- al-op, groeit wonderlijk aau, hoeveel jonge kiekjes wij nu hebbeu is mij on mogelijk te zeggen, 'l Is oprecht spijtig dat de hoenders hier zulke kleine eieren leggen, 't zijn maar goede duiveneieren en ook dat de hennen zoo klein zijn, want ik vind de kiekens hier heel sma kelijk, doch men kan op zijn duizend gemakken er eentje oppeuzelen, want zijn het smakelijke hei zijn ook kleine brokjes. Door het kruisen met de groote Belgi sche rassen als Orpingtous, Mechelsche Koekoeken enz., hopen wi j de hoender- gestalte te zien verbeteren en mogelijks ook de eiergrootte, 't Ware dus eene dubbele verbetering. Lukonzolwa. 1 October 1911. Petrus COSYN. MAATSCHAPPIJ Het Bestuur heeft, in vergadering van 21 November 11., vastgesteld dat do 45te verjaring zal gevierd worden op Maandag 18 December aanstaande. Om 10 uren plechtige zielmis, ter St Martenskork en om 7 uren 's avonds Avondmaal. jacht te noemen, waarin, onder voorwend sel boosdoeners te zijn, velen van de edel- sten des lands zonder vorm van proces waren ter dood gebracht. Zijn volgende punt was, dat de witte mannen van de sterrun, neerziende op het land, met medelijden de ellende ervan be merkt hadden en besloten waren tusschen beiden te treden. Zij waren afgedaald en hadden den waren koning der Kukuana's Ignosi, die in den vreemde rondzwierf, bij de hand genomen en hem over de burgen heengeleid. Zy hadden de hoosheid van Twala's daden gezien ten teeken van hunne macht en om do arme Foulata te redden, hadden zij hunne tooverkunst getoond door de maan te verduisteren en Scragga te dooden. Zij waren nu bereid hunne macht verder te toonen, ten einde Twala te veratooten en den waren koning op den troon te plaat-en. Zijne rede werd met teekenen van goed keuring begroet. Daarop trad Ignosi naar voren en begon te spreken. Na kortelyk herhaald en nog eens toegelicht te hebben hetgeen zijn oom had gezegd, eindigde hij zijne indrukma kende toespraak met deze woorden O, overste, kapiteins, soldaten en volk, gij hebt mijne woorden gehoordGij moet nu kiezen tusschen mij en hem, die op den troon zit, hem, die zijn broeder vermoordde on diens vrouw en kind wilde doen omkomen in koude en duisternis. Dat ik do ware koning bun kunnen dezen hij Maandag 11. reeds vroeg in den mor gen wierd er geklopt aan de deur van 't salonske op Chipka alwaar Pie, op bandekes van gazetten zijne wekelijk- sclie opgevatte gedachten en droomcrijen aan 't neêrkribbelen was voor den opstel zijner zeeverbladen. Pie. Binnen De aanklopper is niemand anders dan Prullemans, de dooruufiige razer van Deuderliautem. Pie bekijkt hem en zegtWel wat is me dat Zit het niet goed in den haak met Mia Onrust en misnoegdheid staan op uw aangezicht te lezen Wat schilt er Prullemans. Hoe wilt gij mij dat vragen Heb ik in Dien Dender bode niet gelezen, die samenspraak van U met Charles en Stien Denken die nieuwbakken demokralen dan toch ons, oude strijders, vóór te springen 6Q zich alle eer en winstgevende plaatsen toe te eigenen Ja, gij zelfs wordt door die mannen bedreigd die al te gemakke lyk onder onze werkers zijn aange nomen geweest... En denkt toch niet, Pie, dat de buiten zich zal laten in de doekskes doen gelijk die verblinde man nen van uwe stad Osbroeck Er zullen andere banden van de groene kuip afspringen Zijn wij dan van geen tel meer en hebben wij dan maar gediend om de kastanies uit den heerd te schar- ten voor 'nen Menheer den advokaat en 'nen Menheer den Baron Pie. Moderato, vriend Zoo verre is het nog niet gekomen ik ben niet voornemens mij over het hoofd te laten zien door die nieuwe democraten wij hadden die enkel noodig om hier in Aalst onze wraak bot te vieren nu gaan wij trachten ze dapper aan de achterwacht te zetten. Prullemans. Doet het dan zoo dap per mogelijk, want de vriend van Erpe en anderen zelfs hier in de stad beginnen op hunnen poot te spelen. Pie. Dit zal weldra op zijn effen gezet worden, Prullemans,en er zal voor de kiezing 'nen Poll moeten plaats heb ben voor de Kandidaten ge weet ik heb er altijd voorstaander van geweest. Prullemans. Ja, Pie, ge zijt reeds van zooveel verschillige dingen voor staander geweest, dat we niet meer weten waaraan ons te houden, maar pas op De zaken moeten zeer korte lings klaar gesponnen worden of 't is er meê gepasi De echte, de ware volks gezinde partij komt tot stand werk lieden van stad en buiten willen van die democraten Menheeren.plaatskesjagers, niet weteu. Pie. Wees gerust, vriend, er zal voor gezorgd worden. Ik vertrek naar Brussel om nieuws in de Bureelen der Ministeries en indien ik daar verneem dat personen, door de tusschenkomst van den eenen of den anderen, eeuig wees op do oversten getuigen, want zij hebben het teeken van de slang om myn middel gezien. En als ik de ware koning niet was, zouden dan deze witte mannen mij ter zijde staan met hunne tooverkunst Oversten, kapiteins, soldaten en volk, is niet de duis ternis, die zij op het uur van de volle maan over het land brachtten om onze vluchtte dekken, het zekerste bewijs? Het is zoo, antwoordden de soldaten. Ik ben de koning, ging Ignosi voort, zich in zyne volle lengte oprichtend en de breede strijdbyl zwaaiend. Als er iomand onder u is. die er aan twijfelt, laat hem dan vooruit treden en ik zal met hem vech ten, en zijn bloed zal het roode teeken zijn, dat ik de waarheid spreek. En weer zwaaide hy zijn machtig wapen, dat flikkerde in 't zonlicht. Toen niemand lust scheen te hebben de uitdaging te be antwoorden, ging onze voormalige bediende voort Ik ben inderdaad de koning. En zoo gij mij bijstaat in den slag en ik overwin, zult gij met mij gaan in glorie en eere. Ik zal u ossen en land geven en gij zult aan 't hoofd staan van mijne regimenten. Als gij valt, zal ik met u vallon. En nog een paar stappen vooruit tredend. En zie, ik geef u deze belofto als ik op den troon mijner vaderen zit. zal het bloedvergieten uit zyn in dit land. Niet langer zult gij vergeefs om rechtveerdig- heid roepen, niet langer zullen geesten voordeel mochten bekomen hebben, kom ik dadelijk terug en begeef m bij die personen en ik zal hen doen begrij pen, dat het alleen door mijnen grooten invloed is dat alles bekomen wordt. Zoo werk ik standvastig in 't belang der partij en nu tot ziens, Prullemans, en slaapt gerust op alles... Prullemans weggaande mompelt Welke comediant is me toch dien Pie Wat had Plancquaert toch gelijk toen hij schreef 't Is 't lot van al wie een Daens helpt en ondersteunt, van er van gefopt te wordendit is niet zeer christelijk maar 't is echt Daensch. Reisbeschrijving door Petrus Cosyiv. Van Kaapstad naar Elisabetstad. TWEEDE DEEL. XVI. 21 Maart 1911. «De Kildonan werpt dus zyn anker uit voor Kaapstad en van op het dek gaan wij Afrika's gouden kusten onzen eersten groet brengen. Ja, 0 ïa» £egroet, gegroet, uit ganscher harte, land van verlangen, land van werkzaamheid en bedrijvigheid, van onbedwingbare hoop maar ook land van in 't oude Europa onbe kende geesels. Gegroet ook gy parel, aan de kaap de Goede Hoop gy Kaapstad, welke als een vorstin troont aan den voet uwer hemelhooge steengryze rotsen, wier toppen nooit door planten worden gesierd of ont sierd en zoo stijl dat geen menachenvoet die bezwaarlyke hoogte kan bestygen. Zooals wij die rotsachtige bergen thans beschouwen, bij het licht der opkomende zon, schijnen die bergen te vlammen on als vulkanen te rookon. Om hunne toppen zweeft gestadig eene donkere wolk als de rook uit eene fabriekschojw. En die grijze rotsnesten, die er als eeuwenoude vervallen kasteelen uitzien, omringen ten allen kanten, uitgenomen langs de ze»zyde, de vriendelijk lachende Kaapstad Om 7 ure drukten wij op het dek de hand, voor een laatst vaarwel, van onze reisge zellen, nemen afscheid van onze vriendelij ke officieren en gargons en verlaten, met onzen geleider van het huis Coock, de haven van Kaapstad om Afrika's bodem te betre den. De motortram voert ons naar het Grand Hotel, waar men ons verwacht. Een klein eindje van ons hotel zet men ons af tegen het standbeeld van Joan Van Riebeek. 't Is eer. prachtig gedenkteeken, goed uitgevoerd en goed op zijne plaats juist vóór den ingang der dokken. Wie of wat de man echter was, of wat hy heeft uitge richt weet ik niet. Onder den weg naar het hotel komen wy eenen heer tegen welken ons in het Vlaarasch vraagtZijt gij geen Belgen, heeren Op ons bevestigend ant- bezweerstor8 u uitzoeken om zonder reden gedood te worden. Niemand zal nog ster ven dan die tegen de wetten handelen. Rechtveerdigheid zal waken over hot land en ieder zal gerust in zyn eigen hut kunnen slapen. Hebtgy gekozen oversten, kapiteins, soldaten en volk Wij hebben gekozen, koning, luidde het antwoord. Het is goed. Wendt uwe hoofden om en zie hoe Twala's boodschappers naar alle kanten do groote stad verlaten, om een machtig leger bijeen te roepen, dat moet strijden tegen mij en u, en tegen mijne machtige vrienden en beschermers. Morgen of anders overmorgen zal hy ons aanvallen met allen die hom getrouw zyn gebleven. Dan zal ik zien wie inderdaad aan mijne zijde staat, wie niet vreest te sterven voor eene groote zaak. By 't verdoelen van den buit, zal deze niet vergeten worden. Ik heb gesproken, oversten, kapiteins, solda ten en volk. Gaat nu naar uwe hutten en maakt u gereed voor den oorlog. Eene stilte ontstond totdat een der over sten de hand ophief en met luider stem den koninklijken groet Koom uitsprak. En onmiddelijk word die groet door de re gimenten herhaald, 't Was het teeken dat de soldaten Ignosi als hunnen koning or- kmden. Daarna trokken zij af. (Wordt voortgezet)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1911 | | pagina 1