Donderdag 11 Januari 1912 5 centiemen per nummer 658,e Jaar 4455
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan
1
ran de Stad on 't Arrondissement van Aalst.
GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM.
VADERLAND, TAAL, VRIJHEID.
MAN ZIJN.
Het oude België
bijna hersteld.
Veel geschreeuw.
Land- en Tuinbouw.
Central CINEMA
Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee-
ooing van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor
Je Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
maanden fr. 1-75 voor drjj maanden, voorop te betalen. De inschrijving
siadigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont-
mngöj zijn ton laste van den schuldenaar.
Men Schrijft in bij C. V«o de Putte-Goos«en8. Korte Zoutstraat. N" 31
ii in alle Postkantoren des Lands.
Per drukregel Gewone 15 centiemen Reklamen fr. i-00 Vonnissen op
34* bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herbalen bekendmakingen bij accoord
Niet opgenomen handschriften worden met teruggestuurd. - - Heeroi. Nota
rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen ilen dijnsJag u/l vrydag
in den voormiddag.
Voor de advertentiön uit vreomde landen zich te weuden ten bureele van
dit blad.
CIJIOllt' HIJUM.
Aelst, ÏO Januari 1912
Man zijn dat wil eenieder die eene
laDge broek draagt en zekere levensja
ren bereikt heeft.
Onder die soort zijn ervelen toch die
geen man zijn, maar enkel Jan zijn.
Man zijn vraagt en vergt zelfs eene
hoeveelheid van hoedanigheden niet
allen altijd gemakkelijk om bekomen,
dikwijls moeilijk om in het werk te
stellen.
Om man le zijn is er verstand noodig,
wilskracht, besel'van eigen weerde en
dit ten allerminste.
Boekenverstand, kan geen kwaad als
het geput is in verstandige boekeD,maar
bet is wat men noemt menschenverstand
dat het meest en het eerst vereischt
wordt.
Zoo vindt men geleerde lieden die
eigenlijk geen mannen zijn, omdat zij
maar oppervlakkig weten, geene echte
grondige kennis van personen en zakeD,
gebeurtenissen en toestanden bezitten.
In tegendeel zijn er vele lieden die
weten hoe denken, hoe oordeelen, hoe
beslissen, alle omstandigheden inzien,
en zoo onder opacht van verstand,
waarlijk man zijn.
Die wil man zyn, moet dus weten te
peinzen, gade te slaan, wat voor en
tegen is, te wikken en te wegen hij
moet somtijds raad vragen, niet alles
door zijn eigen willen juist kennen en
bcoordeelen hij moet zien en afspieden
hoe anderen, die als verstandige man
nen bekend slaan, bandelen en te werk
gaan.
Verstandig zijn is iets en veel om
man te zijn, maar loilskracht mag vol
strekt niet ontbreken.
Nochtans zijn er nog al wat ijdelhoof-
dige, lichtzinnige lieden. Hoeveion bij
wie karakter en vaste wil te weuscben
laten, hoevelen die zwak zijn, onstand
vastig zijn, begiunen en niet voort doen
of liet laten steken
Alles is ver van op wielkens te loopen
hier op de wereld.
Natuurlijk afkeer van het werk, vad
sigheid bij het werk, last door het werk
zelf, dit komt men al tegen, wordt men
gewaar.
Men voege daarbij moeilijkheden en
hinderpalen, afgunst en dwarsdrijverij,
ondankbaarheid, tegenslag en wraak.
Hoe kan het anders dus of het gebrek
aan krachtdadigheid en aanhoudendheid
88e Vervolg.
moet tot gevolg hebben dat men niet
gerake, waar men zou willen zijn, en
niet bereike wat men nochtans genoeg
begeerde en beoogde,
Aan wie zijn allerhande verbeterin
gen en uitvindingen te danken, ten zij
aan mannen die maar wilden en maar
durfden
De luiaard, de willooze en wil niet.
Dat het ging metIk zou wel willen
maar wil niet gelijk dit heet, van ge
dacht goed zijn maar daarmeê kan het
niet gaan, en man zijn kan daarmeê
niemand.
Wij moeien maar rondom ons zien,
in onze omgevingwie wordt er iemand
wie wordt er een man
Hij en hij alleen die het waarlijk wil.
Daartoe is ook besef van eigen waarde
vereischt.
Er zijn lieden van de laagste standen
die hooger klimmeD, van de mindere
standen die hoog verheven geraken,
omdat ze weten dat ze toch iets zijn en
meer kunnen zijn als ze maar willen cn
wat er van verstand in hen te vinden is
gebruiken en doen vruchten dragen.
Zulke lieden betrouwen zich niet altijd
op een anderzij gevoelen dat zij
genoeg begaafd zijn om vooruit ie kun
nen, zij zijn doordrongen van do waar-
beid der groote spreuk Help u zeiven
zoo helpt u Ood.
Die lieden zullen in de samenleving
mannen worden.
Jongelingen overdenkt het eens wel
en gij, ouderen van jaren, gaat dit eens
goed na.
Wij moeten allen bezield zijn met
edele geestdrift, en zonder hooveerdij
mogen en moeien wij er fier op zijn man
te zijn en man te worden.
Het zal ons voordeel zijn, het zal
voordeel zijn voor de samenleving, die
lijdt, omdat er gebrek aan mannen is 1
De Libre Parole van Parijs, bevat
het volgende dat wij enkel ten titel van
inlichting mededeelen
In den laatsten tijd, nam keizer Wil
helm II de plannen over, welke Karei
do Stoutmoedige, vier eeuwen geleden,
zocht te verwezenlijken.
Gedurende den winter van 1904
wenschte keizer Wilhelm eeue ontmoe
ting met koning Leopold van België.
Onze koning begaf zich naar Berlijn.
Keizer Wilhelm onderhield hem met
Ze slaakte een zucht van verlichting en
keerde zich om. Ze wist zelf niet, wat ze
gevreesd had, doch Morphine kwam haar,
in vergelijking met eenige andere daar aan
wezige vergiften, byna onschadelijk voor,
en ze keerde zich met een snik om.
Toen koek ze nogmaals naar het kastje,
en scheen de open plek tusschen de flesch-
jes weer hare aandacht gaande te maken.
Waarom met welk doel had Lord Ne-
thercombe de morphine dien morgen uit bet
kastje genomen
Ze bracht de hand aan hare keel. God
helpe haar had ze ook haar echtgenoot
tot eene wanhopige daad aangezet? Ze keek
om zich heen en ontstelde toen.
Zyt ge klaar, tante Ik kan onmoge
lijk langer wachten. Ik moet naar hem toe
gaan.
Alice stond geheel gekleed op den drem
pel, terwijl haar gelaat vaalbleek onder
haar zwarten hoed te voorschijn kwam.
Ik kan niet wachten, voegde zy er
nog bij, en gij scheent zoo lang weg te
blyven.
Mevrouw Netherccmbe streek met de
hand over het gelaat.
zijne grieven tegen .Frankrijk uit te leg
gen.
M. Delcassé, zegde hij onder meer,
voert eeuen politiële welke ons in eenen
oorlog wikkelen zal. Men wil ons afzon
deren en insluiten, hetgeen wij niet kun
nen verdragen. Wij hebben geen kon-
flikt gezocht, maar dat blijft onvermij
delijk.
Volgens den keizer was de uitslag van
den stryd niet twijfelachtig Frankrijk
zou verpletterd worden.
En als grond daarvan wees hij op- de
ontreddering der Fransclie marine en
van het Fransclie leger ontreddering
waarvan hy met gespannen aandacht
den vooruitgang had gevolgd.
Wij zullen de overwinnaars zijn»
daar is niet aan te twijfelen vervolgde
de Keizer. Maar welk gebruik zullen
wij van onze overwinning maken
Ik wil van geen nieuw Polen aan de
zijde van Duitschland hooren. De aan
hechting van Elzas-Lolharingen, was
misschien eene militaire noodzakelijk
heid, maar was voorzokor eene politieke
fout.
Hadden wij, in plaats van 2 provinciën
van Frankrijk af te nemen, 10 miljard
schadeloosstolling gevraagd, alles zou
op dit oogenblik vergeten zijn en wij
zouden thans een verbond kunnen slui
ten tegen Engeland Maar gedane zaken
hebben geonen keer.
De uitslag van den nieuwen oorlog
moet zijn van Frankrijk buiten staat
van te schaden te stellen.
Dewijl wij Frankrijk niet willen ver
minken ten onzen voordeele, eene
gronduitbreiding welke overigens de
Europeesche Staten zou verontrusten en
ons nieuwe vijanden zou op den hals
halen, zoo heb ik gedacht aan België te
geven wat wij niet mogen nemen,
namelijk Fransch-Vlaanderen, Arlois,
Picardie en Burgondie.
Dat zou van Uw Koninkrijk eene
mogendheid van 2en rang maken, dat
met een Duilscli koningshuis, voorspoe
dig wezen zou.
Als vergoeding zou België ons zijne
kolonie van Kongo kunnen afslaan,
welke voor België toch te groot is.»
Leopold II antwoordde daar niet op
eenige maanden later gaf minister Del
cassé zijn ontslag en Keizer Wilhelm
dacht weldra aan den oorlog niet meer.
Zou keizer Wilhelm tijdens de ge
ruchten van oorlog in 1911, zijn plan
van 1904 uit de oude doos hebben ge
haald
De briefschrijver aan het Parijsche
blad, sprak over die zaak met een voor-
Ik dacht, dat ik pas vyf minuten weg
was, zei ze onzeker, doch ik zal mij dade
lijk aan gaan kleeden.
Zo verliet snel het vertrek en begaf zich
naar hare kamer, terwijl Alice naar dc hal
ging en daar zenuwachtig en angstig op en
neer liep.
Onderwijl had Mevrouw Netercombo ha
re kamer bereikt, en wilde zich juist van
daar naar hare kleedkamer begeven, toen
een briefje op een tafeltje naast haro
schrijftafel hare aandacht trok. Het adres
was van Lord Nethercombo's schrift aan
haar gericht en snel greep ze den brief en
opende hem.
Ge begrijpt zeker wel, waar ik heen
ben gegaan, las ze. Als ge om twaalf uren
nog niets van my gehoord hebt, stuur dan
eeno boodschap. Ik heb de bankbiljetten
meegenomen
Het briefje viel uit hare bevende vingers
op den vloer. Hy had de bankbiljetten
meegenomen, welke zi^hem gisterenavond
overhandigde doch hy had ook nog iets
anders meegenomen eon klein fleschje
uit het kastje in zijne kamer beneden.
Ze bleef met bleek gelaat doodstil staan,
trachtend te denkon, trachtend te hopen.
De kamer scheen zeer donker. Ze stond met
gespannen aandacht, alsof xe naar liet een
of andor luisterde, en voortdurend scheen
haar iets in de ooren te klinkon. Hy heeft
vergift meegenomen vergift voor Lord
Crowley. Als hij terug komt, wat dan f
Eene koude rilling beving haar. Ze ging
namen Belg, en vroeg wat men er in
de officiëele Belgische KriDgen over
dacht.
En de ondervraagde Belg antwoordde
heel flegmatiek
Wy zijn nederig, eerlijk en praktick.
Tevreden met ons lot, verlangen wij een
andermans goed niet. Ten hoogste zou
den wy BourgogDe begeeren, om den
wille van zijnen heerlijken wijn wij
wenschen alleen dien wijn daarmede
zijn wij tevreden.
plotselings zitten. Wat zou hij doen Wat
had hij gisterenavond gezegd, en wat zou
het einde wezen wat zou het resultaat
wezen van al hare slechtheid en zonden en
schande
Ze omklemde met hare tengere vingers
do tafel. De kamer scheen om haar een te
golven, en ze vergat alles behalve hare
vrees ze vergat zelfs Alice die in den
gang op haar wachte, en Lord Croft, die
van moord beschuldigd werd, totdat de deur
eindelijk geopend werd en er iemand bin
nen ti ad.
Zo keek verschrikt op en deinsde toen
terug.
Voor haar stond Lord Nethercombe,
bleek, ontdaan. Hij staarde haar opgewon
den aan, en zy zag plotseling, dat hij haar
iets toestak.
Pak aan, riep hy schor uit. Ver
scheur hem. Ik heb hem bemachtihd
Goddank den wisBel, die u en mij
on Margaretha uit de klauwen van dien
schurk redden zal. Pak vlug aan, Agnes
verbrand hem.
Een oogenblik aarzelde ze, doodsbleek en
onbeweeglijk voor hem staande, terwijl ze
na trachte te gaan, wat het beteekende.
Toon strekte ze langzaam hare hand naar
het stukje roos en wit papier uit, dat Lord
Nethercombe haar toestak.
Ze keek er met kleurloos gelaat naar.
De wissel dien zij vervalscht had het be-
wys barer schuld de zwygende getuige
van den afgrond waarin zy neergedaald
Veel geschreeuw en weinig wol,
maakt zoo menigen scheerder dol
Ja, veel geschreeuw verkoopen onze
tegenstrevers over hunne aanstaande
overwinningen in de wetgevende ver
kiezingen van 1912.
Zij zeggen van nu af dat de Katholie
ken met eene meerderheid van vijf
stemmen in de Kamer en achtien in het
Senaat niet meer regeeren kunnen.
En wat zouden onze tegenstrevers
wel behalen
Hoeveel slemmekens meerderheid
kunnen zij ten allerhoogste hekomen
Wel in de Kamer, als de toekenning
der nieuwe zetels, waar men weinig
berekening up maken kau, uöü liöolö-
raaal meevallen, dan kunnen zij wel
eene meerderheid van één, ja van één
stemmeken bekomen in de Kamer, doch
in het Senaat blijft altijd vast een sterke
Katholieke meerderheid.
Weet gij waar de zegepraal onze
tegenstrevers op uitloopen zou
Op eene overwinning van socialisten,
en anders niets, op eene onrust en woe
ling in 't land zonder einde, die het land
spoedig ten ondergang zou drijven.
Ja, ja de socialisten zouden
algauw de zweep ter hand nemen zij
doen het nu al om de liberalen te
drijven als een weerlooze kudde daar
waar zij, socialisten, heen willen; naar
eene omwenteling van de bestaande
orde 6d instellingen, naar een oproer in
de samenleving welke handel en nijver
heid zou krenken, de burgerij zou
uitbuiten en ten slotte den werkman
mede verhongeren.
Veel geschreeuw en weinig wol,
heeren liberalen, voor u, ja voor u
De weldenkende menschen, die uit
hunne oogen zien, zullen niet mede
doen aan h.t kouiuJieverbuod van
liberalen en socialisten, het ware* een
steen in de lucht smijten en op hun
eigen hoofd laten vallen.
De "Weiden.
Wilt gij uwen veestapel verbeteren,
verbeter dan eerst uwe weiden, dit is
eene spreuk die de zuivere waarheid
bevat, 't Zijn immers wel de weiden,
die het gansche jaar door liet vee voe
den Veel wordt er van de weide
gevraagd, doch ongelukkiglijk, weinig
wordt haar weergegeven.
Het phosphateeren der weiden is van
allereerste noodzakelijkheid. Het komt
er echter op aan daartoe een rijk fos-
foorzuurmest te bezigen en dit te zamen
met potaschmesten op de graslanden
uit te strooiën. Dit fosfoorzuurmest is
wel degelijk het Fosfaat Bernard
Om dit klaarblijkend to toonen, ontlee-
nen wij eenige cijfers aan de verslagen
van den lieer Van Eist, nopens de proe
ven onderzijn toezicht op verschillige
plaatsen met slaalslakken en Fosfaat
Bernard op weiden ondernomen. Zoo
bekwam die heer te Westmeerbeeck
1/. met Slaalslakken.
4700 k. hooi en 3325k. nagras per heet.
2/. met Fosfaat Bernard
4850k. hooi en 4300k. nagras.
Te Herenthout. 1/. met Slaalslakken
5225k. hooi en 2775 k. nagras per heet.
2/. met Fosfaat Bernard.
5450k. hooi en 3450 K. nagras.
Die proeven zijn welsprekend en ver
dienen navolging.
Er valt hier op te merken dat liet
Fosfaat Bernard op dezelfde wijze als
de staalslakken wordt aangewend.
VERITAS.
was. Hare hand beefde, toen ze het papier
vast hield, en snel sloeg ze den blik tot
hem op.
Wat hebt ge gedaan riep ze zacht
fluisterend uit.
Hij streek met de hand over zijn voor
hoofd, alsof hij het zich niet herinneren
kon, en eensklaps viel liet- Mevrouw Ne
thercombe op, dat hij er slecht uitzag
slechter nog, dan zij verwacht had. Ze hief
hare hand op.
Maar dat komt er op dat oogenblik
niet op aan, zei zc snel. Ga zitten. Dat kunt
ge mij naderhand wel eens vertellen.
Bij deze woorden duwde zy hem zacht
naar oenen stoelen zwaar viel hij er in neer.
Hij keek haar een oogenblik met vreemden
hulpeloozen blik aan, en strekte toen de
handen naar haar uit.
Agnes vrouw, riep hij uit, ik heb
u gered. En en hij verdiende te ster
ven, Agnes hij verdiende het.
Ze slaakte een luiden kreet en viel voor
hem op de knieën.
HOOFDSTUK XXXIX.
Hem te bevrijden.
Onderwijl liep Alice rusteloos in den
gang op en neer. Slechts eene gedachte be
zielde haar dat ze naar Gerald toe moest
gaan, dat ze hem vertellen moest wat zy
gedaan had, en moest trachten hem. te be
vrijden; en ieder oogenblik, dat ze wachtte,
scheen haar een eeuwigheid toe.
Ze liep in koortsachtige haast van den
gang naar de eetkamer en weer terug.
STAD AALST. Lanoe Ridderstraat.
De Vertooningen hebben plaats alle
weken Zaterdag, Zondag, Maandag, Dins
dag, Donderdag en Feestdagen, om 8 uren
's avonds.
Nlamiddtigvcrlooningen.
Zondag, Donderdag en Feestdagen, om
3 uren.
Voor de Namiddagvertooningen betalen
do kinderen halven prijs.
Prijzen der plaatsen: Voorbehoudene
fr. 1,50 Eerste plaats fr. 1,00. Tweede
plaats fr. 0,60. Derde plaats fr. 0,30.
«o»
N. B. Do kaarten zijn op voorhand te
bekomen, twee uren vóór elke vertooning.
Alle Zaterdagen verandering van
programma.
Ze had geen begrip van tijd, doch het
was nog altyd vroeg. Margaretha was nog
niet beneden gekomen ora te ontbijten. Ali
ce vro^g zich opgewonden af, wat ze zeg
gen en doen zou, als zo de morgenbladen
in k*ek en het vreeselijke nieuws las.
Plotselings werd haar gedachtengang on
derbroken. Margaretha daalde de trap af.
Alice keek zwijgend, ongeduldig naar haar,
en merkte werktuiglijk op, hoe bleek ze
zag en hoe mager hare hand tegen het don
kerkleurige hout der trapleuning afstak.
Eene zonderlinge gewaarwording maakte
zich van Alice meester. Indien ze ooit in
haar leven veel van iemand gehouden had,
dan was het van Margaretha Margare
tha, dio ze altijd geplaagd on bespot en uit
gelachen had, en nu deed den aanblik van
haar, haar hart sneller kloppen. Ze liep op
haar toe.
Margaretha, kom een oogenblik in do
eetkamer, vlug, riep ze uit, ik heb u iets
te zeggen.
Margaretha keek haar verwonderd aan.
Gaat ge uit Alice vroeg ze. Dat is
vroeg en we waren gisterenavond nog wel
zoo laat....
Ze zweeg plotseling, toen Alice haar do
kamer binnentrok en de deur achter haar
dicht deed.
Margaretha, zei ze fluisterend, ik
moet uit Er is vreeselijks gebeurd, Gerald
Gerald verkeert in gevaar.
In gevaar Margaretha stelde haar
ontsteld aan. Is hij ziek
Wordt voortgezet.