m
Zondag 14 Januari 1912
5 centiemen per nummer
65sle Jaar 4454
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan
van de Stad en 't Arrondissement van Aalst.
Ten strijde
GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM.
VADERLAND, TAAL, VRIJHEID.
Katholieke Vlaarasche
Hoogeschooluitbreiding'
Marquet-Fonteyne.
Van Burst naar Katanga,
DITJES en DATJES.
DE DENDERBODE
Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee-
ening van den volgeoien dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor
Je Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
maanden fr. 1-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving
eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont
gingen z\jn ten laste van den schuldenaar.
Men Schrijft in bij C. Van de Putte-GooMens, Korte Zoutstraat, Nr 31
n in allo Postkantoren des Lands.
Per drukregel Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1-00 Vonnissen op
3"' bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herbalen bekendmakingen bij accoord
Niet opgenomen bandschriften worden niet teruggestuurd. Heereu Nota
rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag
in den voormiddag.
Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureeie v?n
dit blad.
cuiuua suum.
Aelnl, 14 Januari ID 12
Overal is de kiesstrijd reeds aan den
gang.
Ganscli de comedies die, in de Kamer
eD 't Senaat,zijn gespeeld geworden,zijn
oneerlijke kiesmiddeltjes waarmeê men
eenige eenvoudige sulieu zocht te ver
schalken.
Nu, het is wel spijtig dat de wetge
vende Kamers met die onnoozele kiespa-
raden hunnen kostelijken tijd hebben
moeten verspillen.
Onze tegenstrevers geven ons voor
beelden die wij dienen Da te leven,
namelijk, dat wij. gelijk zij, den strijd
aanvangen in en buiten de Kamers, en
het kiezerskorps langs onzen kant
trachten te trekken. Wij moeten den
stryd aanvoerden zonder in rust en
zorgeloosheid onzen tyd te verspillen.
Schier overal in 't Katholieke Land
heeft men die waarheid verstaan en de
handen met iever en moed aan 't werk
geslagen. In do vergadering en der
Brusselsche Katholieke Vereeniging en
ook van den Bond der Katholieke Ver-
et ningen werd er met nadruk op aan
gedrongen.
Het is dus grootelijks te wenschen
dat oude en jonge strijders zich overal
aan het werk stellen om do kiezers over
hunne ware belangen in t.n lichten £n ze
naar de Katholieke Partij over te halen.
Aan allen moeten wij, door persoon
lijke werking en in bijzondere samen
spraken, elk in zijnen kring, doen
verstaan dat de Godsdienst, KouiDgdom
en geheel de maatschappelijke orde op
het spel staan in de kiezingen van Juni.
De roode volksbedriegers zeggen vlakaf
dat zij den Godsdienst willen uitroeien,
en daar waar zij meester zijn, spannen
zij daarvoor hunne uiterste pogingen in.
Het Koningdom willen zij ook doen
verdwijnen, omdat zij noch van God
noch van Meester willen weten de
kinderen willen zij aan de oudersonttrek-
ken, om ze in goddelooze en bedorvene
scholen aan de vrijmetselarij over te
leveren. Nu geheel de maatschappe
lijke orde willen zij door den klassen-
oorlog en eene bloedige revolutie
verbreken, om iedereen, groot en klein,
onder de onverbiddelijke dwingelandij
van eenige roode kopstukken te doen
bukken Dit is hun programma, en dit
is de inzet van den kiesstrijd van 1912.
"Het is volstrekt noodig dat men
zonder draler, aan al dekiezersde zaken
uitlegge zooais ze zijn.
De Katholieke alleen zijn de ware
volks-rienden die den voorspoed des
land beoogen. en België sedert 28 jaar
dat zij aan het bestuur zijn, tot eeneu
wonderen graad van welstand hebben
doen klimmen. Alles wat den werkman
en de kleine burgerij vooruithelpen
34e Vervolg.
De lezer zal al lang bemerkt hebben, dat
ik hetzij eerlijk bekend wel A-at weg
heb van een bloodaard en mij zeker niet
licht in het gevecht zal begeven, al ben ik
dan wel eens in do onaangename verplich
ting geweest bloed te vergieten. Ik heb
hiervan altyd een afschuw gehad en ook
steeds getracht, myn eigen bloed zoo veel
mogelijk te sparen, soms door een oordeel
kundig gebruik van myne vlugge voeten.
Maar cp dit oogenblik voelde ik, voor
het eerBt van mijn leven, mijn boezem klop
pen door krygszuchtmyn bloed, tot dus
ver traag vloeiend van schrik en afschuw,
joeg door myn aderen en do wilde begeerte
kwam by mij op, er op in te slaan en niet
te sparoti.
Ik keek naar do gesloten rijen der krij
gers, achter mij «n ik vroeg mij af, of ik er
nu uitzag als zij. Met de hoofden vooruit
over hun schilden gebogen, de handen
krampachtig geklemd om de bijlen, de lip
pen half geopend, getuigden zy in hun gan-
Bche houding, in de uitdrukking hunner
oogen, vooral van de levendige begeerte
deel te nemen aan den strijd.
Alleen Ignoii's hart, te oordeelen, ten
kan, trekken zij zich ter herte zulks
wordt door al do maatschappelijke wet
ten ten overvloede betuigd en indien
zij nog niet meer gedaan hebben, dan is
de schuld te wijten aan onze hatelijke
blauwe en roode vijanden, die altijd de
volkslievende wellen legen werken, en
nu nog door hunne dwarsdrijverij stok
ken iu het wiel steken. God zij dank.
die klare waarheden vinden ingang by
het volk, en moeten ons de zegepraal
verzekeren
STAD VAN AALST.
't Was een leerrijken en welgelukten
avond die de Heeren Leden van de K. VI. II.
ons Donderdag 11 Januariaangeboden
hebben. Leerrijk, zeggen wij, gezien de
prachtige voordracht van den Heer Fr.
Boeykens, student in de rechten aan de
Hoogeschool te Leuven, die handelde over
Strafrecht welgelukt mogen we den
avond ook heeten, gezien de talryke
opkomst der aanhoorders, waaronder voor
namelijk den E. P. Stracke, met de leer
lingen uit Rhetorika, uit het St-Jozefs-
college, verders een tiental Damen en
Juffers, en een dertigtal andere Heeren.
Wo wenschen den Heer Boeykens van
harte geluk omdat hy ons zijn droog tin
afgetrokken onderwerp, op zulke kruimige
en tevens zeer eenvoudige en toch sierlijke
taal heeft weten doen vatten.
De Heer voordrachtgever schetste ons
het Middeleeuwscho stelsel, dat der Fran-
sclie Omwenteling, en het Nuttigheids
stelsel heel goed voor den geest, met de
voor- en nadeelen aan elk stelsel verbon
den, om dan over te gaan tot het ware
stelsel dat moet zijn een afvaardiging van
het Goddelijk Recht. Hier deed de Heer
Boeykens goed uitschijnen dat dé Staat de
overtredingen der zedelijke wet straffen,
moet doch dan enkel wanneer die over
treding een aanval is tegen de maatschap
pelijke orde. Dan. toonde de Spreker ons
dat de straf natuurlijk moet in evenredig
heid zijn met het misdrijf, en dat ze noch
tans niet volledig mag toegepast worden
als het maatschappelijk nut het niet ver-
oischt.
Spreker eindigde zijne schoone les met
ons do twee straffen hedendaags in voege,
namelijk, de gevangenis en de geldboete,
nader te doen kennen, om dan te onder
zoeken wat ze te wenschen over laten en
vorder dan eenige practische besluiten te
trekkon.
We bedanken den Heer Spreker voor
zijne schoone les en beloven stellig Don
derdag aanstaande de les van den welge-
kenden Spreker, Advokaat Bosteels, te
komen hooren.
minsto naar zijn zelfbeheersching, klopte
nog rustig onder zijn mantel van luipaard
huid hoewel hij nog altijd knarsetanddo. Ik
kon het niet langer uithouden.
Bly ven wij hier stiian tot wij wortel
schieten, Umbopa... Ignosi bedoel ik, ter-
wyl Twala onze broeders ginder slacht
vroeg ik.
Neen, Macumazahn, was het ant
woord, 't is nu het gunstige oogenblik. Laat
ons gaan.
Terwijl hij sprak, kwam een nieuw re
giment, dat rond de hoogte onzer vrienden
liep en hun ook aan de achterzijde aanviel.
Toen, zijn strijdbijl opheffend, gaf Ignosi
het teeken van den aanval. Onder het uiten
van den Kukuana-strijdkreet, snelden de
«Buffels» vooruit met eene onwederstaan-
bare snelheid.
Wat hier op volgde, kan ik niet vertel
len. Al wat ik mij herinner is een opmarsch
welke den grond deed daveren een plotse
ling front maken van het regiment; dat wij
aanvielen dan eon machtige schok, een
verwoed gekrijsch van stemmen, een gedu
rig schitteren van sporen en schilden, gezien
door bloedigen mist.
Toen ik myn gedachten weer beheersch-
te bevond ik mij tusschen de nog overge
bleven. «Witten», by den top van hun ver
schansing en achter niemand dan Sir Henry,
Hoe ik daar kwam, kon ik niet verklaren.
Sir Henry vertelde my later, dat ik bijna
tot aan de verschansing gerend was bij don
eersten geweldigen opmarsch der «Buffels»
De Gentsche roode Vooruit houdt
zich on Mig met de firma Marquet4
Priester Fonteyne te Brugge.
Na bestatigd te hebben dat alle?
partijen Marqunt overboord werpen,-
zegt het ronde orgaan
Dus M. Marquet stond in zijn hemd.?
Bravo
Niet te gauw vrienden, M. Marquet
stond niet alleen, hij had de hulp van
iemand, van wien gij zulks het minst
zoudt verwachten.
Hij kreeg den steun van den christen-
demokraat pastoor Fonteyne.
Dat of eene politieke zelfmoord
schijnt hetzelfde te zijn.
M. Fonteyne wil geld hebben, om
zijne partij, om de democratie te helpen
in haren lastigen strijd.
Dat is aannemelijk. Wij ook, wij
willen, wij moeien geld hebben, willen
wij de geldmacht kunuen bestrijden,
Maar alles blijft te zien of de oor"
sprong van dat geld aanneembaar is.
Een dorstige moet drinken, maar hij
zal zich wel wachten te putten aan eene
broD, die hij weet vergiftigd te zijn.
M. FoDteyne vindt daar geene graten
in, voor hem beeft geld geen geur en
"t is gelijk van waar het komt, hoe het
gewonnen is, als hij, of liever zijne
partij, het maar heeft.
Maar, mijnheer, als gij geen bezwaar
vindt in bet aanvaarden van geld, gs-"
wonnen in de speelhuizen
Geld waarvoor geknarsetand,geweend
gevloekt is, waarvoor gezelfmoord,
bedrogen, gestolen is
Geld door welks verlies familiëo ten
onder gingen, ramp en wee gebaard
werden, maar als dat u niet kan schelen
zijt gij oologiek.
Wij raden U aan, zelve geld te win
nen. Open een of meer ootuchthuizen of
speelhuizen.
Daar is veel geld mede te winnen.
Doet uwe ondernemingen kennen onder
den naam van De Fonteine.
Maar bedriegt U niet, mijnheer de
pastoor, liet volk, de democratie zal
zeggen 'lis de fonteine van het kwaad
en zij zal u verlaten.
't is hetgeen do werkers reeds doen,
dank zij uwe onverklaarbare houding
in de zaak Marquet.
Tot daar Vooruit.
De Brugsche socialisten hebben in
eene dagorde besloten het cartel voor de
wetgevende kiezingen van Juni voor te
stellen a&u liberalen, progressisten en
groene socialisten; maar zoo de candida-
tuur van speelbaas Marquet voor de
Cartellijst wierd voorgedragen, zouden
de roodjes zich verplicht achten alleen
op to treden.
Marquetmen twijfeleer niet aan zal
de candidaat, senateur zyn der Brugge-
en daar was blijven vechten, tot hij mij te
midden van den kring der «Wittenhad
getrokken.
Wie zal het gevecht, dat nu volgde, be-
sckrijven
Opnieuw kwamen de strijdmachten aan
botsen tegen onzen slinkenden cirkel en
steeds sloegen wij hen terug.
't Was een treffend schouwspel, de dap
pere bataillons hot een na het ander binnen
den slagboom van den dood te zien komen,
soms ontzielde lichamen hunner makkers
voor zich houdend om onze speersteken op
te vangen om zoo hun eigen lichamen te
vrijwaren, en de aangroeiende stapels lyken
te vermeerderen, 't Was een bemoedigend
schouwspel, de oude hardnekkige krijger,
Infadoos, zoo kalm of hy by een parade
stond, zijne bevelen te hooren geven, hoo-
nen en spotten, ja zelfs schertsen, om den
moed zijner in aantel verminderde mannen
aan te wakkeren, en hem dan weer, als een
nieuwe charge gemaakt werd, zich in 't
heetst van 't gevecht te zien begeven. Maar
nog meer vervulde het mij met ontzag Sir1
Henry daar te zien staan, zyn hoogblonde
haron wapperend in den wind; zijnpluimen-
tooi was hem door een peerstoot van het
hoofd gerukt. Met beide handen zwaaide
hij zijn geweldige bijl, niemand ontkwam
aan zyn slag. Gedurig zag ik een strijder
neervallen, die het gewaagd had hem te
naderen met een o hoyo hoy sloeg hij
z'oon vyand steeds met een geweldigen
bouw neder, tot ten slotte niemand meer
sche kristene democraten of groene
socialisten; ze hebben voor 't lieve
geldeken, waarmeê men bnter koopt,
hun groen zielije verkocht...Ten andore
't is de eerste maal niet dat zij het doen
vroeger verkochten zij ook voor 't lieve
geldeken hun groen zieltje aan de libe
ralen... Alles voor 't lieve geldeken
'i Was ook voorde 4000 patotterkeus dat
Priester Daens, in 1894 ten strijde trok.
Groene I*ie logenstraft het dat
er onderhandelingen bestaan tusschen
de Aalstersche groene socialisten en
speelbaas Marquet voor zijne candida-
tuur als groene senateur te Aelsl. t'Is
mogelijk dat deze onderhandelingen
mislukt zijn, maar onbetwistbaar heb
ben ze bestaan Van waar is hei zoo
lieve geldeken gekomen dat hier met
Onze Aalstersche gemeentekiezingen zoo
kwistig heeft gerold en waarvan de
liberalen de grootste slachtoffers zijn
geweest...'! Zullen zeker weêial leugeos
zijn
Reisbeschry ving
door Petrus Cosyx.
Van Kaapstad naar Elisabethstad.
TWEEDE DEEL.
XXII.
24 Maart. Om 9 ure in onze rijtuigen
en terug op weg de bergen en valleien in.
Wy gaan heden de afdamming der breede
rivier, welke haren oorsprong heeft in de
Drakenbergen, een reusachtig werk van
bewatering eens nazien.
Onze koetsier Adam is even lustig ge
zind als gisteren, want telkens hy een kaf
fermeisje ontmoet, zegt hy aan Purnelle,
welke nevens hem zit, in het Vlaamsch.
Gy moet die jonge dame meênemen, Mijn
heer, naar Congo. Wij, Godfried en ik,
lachen hartelyk want Purnelle verstaat er
geen gebenedijd woord van.
Overigens voor Franschmans deugt het
hier niet, alles is tiier in het Vlaamsch. Ik
zag hier talrijke aankondigingen op de
hoornen geplakt, dat is eene gemakkelijke
en weinig kostlijke wijze van publiciteit en
hier algemeen in zwang, hewel, allen wa
ren in het Vlaamsch en dan nog in streng
letterkundig Vlaamsch, geen Hollandsch,
opgesteld. Zijt fier, Vlamingen, hier in het
werelddeel Afrika, spreekt en gebruikt
meer dan het derde deel van gansch dit
aarddeel uwe taal. Hier wonen, miljoenen
en miljoenen stamgenooten, hier is een
land, vijfmaal zoo groot als Europa, dat
Vlaamsch is. Vlaamschhaters komt eens
naar hier, en gij zult bekeerd torugkeeren.
Om 10 1/2 naderen wij de hofstede van
Master Dutoit, in welks nabyhoid de dam
gemaakt is. Wy spannen uit en gaan de
hoeve binnen. Na wederzijdsche groeten
gaan wy het pluimen der struisvogels be
schouwen. Al de dieren zijn in eene om
muurde omheining gejaagd Met een ruk
snakt een der werklieden den hals van den
vogel en trekt hem eene kap over het
hoofd. Nu wordt het dier in eene balie
geplaatst en begint men te zoeken welke
pluimen dienen uitgerukt of gesneden te
worden. Het snijden geschiedt met eene
soort snoeischaar en de afgesneden en uit
getrokken pluimen worden zorgvuldig
byoen gegaard en in huis gobrac; 1.
't Is zooals ik reeds zegde, de oogst van
den landbouwer. Wanneer men den vogel
de eerste maal pluimt zijn de pluimen niet
van groote waarde. Zij stijgen bij iedere
plukking in waarde en in hoeveelheid. Een
goede vogel kan 10, 12, 14 pond pluimen
opbrengen, een oude van 40 jaar bracht
nog zijne 4 pond op. Niet alle pluimen zijn
van evenveel waarde, de pluimen van den
ecnen zijn schooner en daarom veel duur
der dan die van eenen anderen. Daarvan
ook het verschil in prijs van verkoop. Men
vindt koppels van 100 pond, dus van
2500 frs. tot 3000 pond of 90,000 frs.
Daarom is er eene vereenigin?, onder
steund door het Kaapsche Gouvernement
welke de veredeling der rassen betracht en
roemen mag op schoone uitslagen.
(Wordt voortgezet).
den grooten witten Umlagati, den wijze,
wiens slag niet faalde, meer durfde ge
naken.
Maar plotseling rees de kreet op, Twala,
Twala, en niemand minder kwam uit het
strijdgewoel naar voren dan de reusachtige
eenoogige koning, evenals Sir Henry ge
wapend met bijl en schild en gekleed in
zijn maliënkolder.
Waai' zijt gij, Incuba, gij witte man.
die mijn zoun Scragga hebt verslagen Be
proef of gij ook mij aan kunt, zoo riep hy
uit en tegelijkertijd wierp hij met woeden
de kracht een talla recht naar Sir Henry.
Nuar deze die liet mes zag aankohien, ving
het op met zyn schild, waarin het bleef
steken.
Daarop sprong Twala met een kreet op
zijn tegenstander af en gaf met zijn gewel
digen strijdbijl zulk een forschen slag op
Sir Henry's schild, dat mijn vriend hoe
handig hij den slag ook opving en hoe sterk
hy was, op zijn knieën neerzonk.
Maar thans werd dit tweegevecht niet
voortgezet, want op dit oogenblik rees er
uit de regimenten die ons omringden, een
plotselinge kreet van ontmoediging op.
Rondziende zag ik daar spoedig de oorzaak
van.
Rechts en links was de vlakte bezaaid
met de pluimen van aanvallende krijgers
onze heide vleugels k wamen tot ons ontzet.
Het oogenblik kon niet beter gekozen zijn.
Gelijk Ignosi terecht verondersteld had, had
Twala's gansche leger de aandacht geves-
Het Winterkoninksken.
Geen vogelken is er zoo lief en zoo k'ein
Als 't koninksken met zijn gespikkeld gewaad
Geen vogelken is er zoo schoon en zoo lijn,
Wiens staartje zoo recht en zoo liefelijk staat.
Het springt in de hagen zoo rap.en gezwind,
Het. kwettert en schettert en raffelt gestaag.
En als het dan ergens een worrempje vindt.
Dan is het een kermis in 's koninkskens maag.
Geen holleken is er zoo eng en zoo klein
Of 't spartelt er door, ja zoo snel en zoo rap.
Als huppelde het op eene c-ffene plein
En sprong het daar maar voor de klucht en de grap.
Hoe lief is het niet als 't zijn hutteken houwt
Bewondert met mij nu zijn haast en zijn vlijt
Het scharrelt wat mos en wat strooi en wat hout
Daar staat het kasteel, dat voor kou hem bevrijdt
Daar legt het zijn eieren zachtekens neer,
En voedt in dat w iegje zijn liefelijk kroost.
Daar troont het als koning, daar leeft het als heer,
Terwijl het zijn vrouwtjen en kinderen koost
Wie zou er zoo wreed en meedoogeloos zijn
Te storen dat rein en onschuldig genot
Vorand'ren alzoo in de nijpendste pijn,
In bittere smarten het zaligste lot G. F.
Schandalen. Wij leven niet
van schandalen in ons blad en betreuren
meer dan iemand dat het woord van den
Zaligmaker bewaarheid wordt Er zullen
immer schandalen zijn
De geuzengazetten van hunnen kant
wroeten immer in de vuiligheid.Maar waar
om, als zy toch geerne met vuile dingen
bezig zijn, zwijgen zij dan hij voorbeeld
van den surveillant van het provinciaal
Instituut van Brabant, zoo lief aan de geu
zen Deputatie, van dien surveillant die 12
jaar gevang kreeg voor zekere aanslagen
Waarom geven zy geen bijzonderheden
over de smeerlapperijen van Flachon van
Parijs, den beslierder van een geuzenblad
Maar de Vrijmetselarij geeft het ord-r
aan de geuzengazetten groot en klem
tigd op den bloedigon strijd, die volstreden
werd met hut overschot der «Witten- en
met de «Buffels,» die nu zelf in een gevecht
gewikkeld waren met twee vijandelijke
regimenten.
Dank zii de beschudding van de heuvel-
ruggnn hadden Twala's soldaten niets van
de onzen bemerkt.
Nog voor zy eene gevechtslinie hadden
kunnen vormen, werden zy aan alle zijden
door Ignosi's soldaten besprongen.
Binnen vijf minuten wa3 de uitslag van
den strijd nu beslist. Op beide flanken aan
gevallen en iii 't front in vreeselijlcen stryd
gewikkeld met de «Witten» en do nog fris-
sclie «Buffels,» sloeg Twala's rigimenten de
schrik om het hartzij gingen op de vlucht
en weldra was de gansche vlakte tusschen
ons en Leu bezaaid met groepen soldaten,
die een goed heenkomen zochten.
Maar welk een schouwspol rond ons
Overal stapels dooden en stervenden, en
van de dappere «Witten» waren er nog
slechts vijf en negentig op de boon. Meer
dan drie duizend vier honderd waren er
van het regiment gevallen de meesten om
niet meer op te staan.
Mannen, zegde Infadoos kalm, toen
hy na 't verbinden van zyn gewonden arm
het droevig overschot van zijn regimenten
overzag, mannen, gy hebt onze eer waar
dig opgehouden. Van dit gevecht zullen nog
de kinderen uwer kinderen met roem ge
wagen.
Daarop nam hij Sir Henry Curtis by de
Zwijgen Zwijgen als het de onzen geldt!
Maar schrijven en liegen zelfs als het
katholieken golJt
Het vel van den beer Het
liberale blad L'Etoile Beige, na een over
zicht gemaakt te hebben van de gebeurte
nissen van het jaar 1911 voegt erbij In
dien de kiezingen van 2 Juni toekomende
aan de kartelisten de meerderheid niet
geven dan zullen ze toch de katholieke
meerderheid zooveel verzwakken dat deze
machteloos zal zijn.
Men ziet het, L'Etoile begint al te twijfe
len aan de liberale viktorie. Hoe nader de
kiezingen komen hoe minder de geuzen er
bek op hebben.
DE BOND DER KATHOLIEKE
DRUKPERS van het Arrondissement
Aalst,heeft aan het Middenbureel der Partij
eenen wensch gestuurd, ten einde den poll
dusdanig in te richten, dat de breedst mo
gelijke vrijheid aan de afgevaardigden
worde gewaarborgd. In dit schrijven dringt
hij levens aan zonder aan een bepaald
stelsel den voorkeur te geven, dat onze
achtbare kandidaten voor Senaat en Kamer
duidelijke verklaringen zouden afleggen
nopens de Schoolkwestie en het vervlaam-
schen der Gentsche Hoogeschool.
Keizerin Eugenie, de
oude-Keizerin van Frankrijk, is
Woensdag, uit Eogeland, waar zij te
Farnborough haar kasteel heelt, te
Brussel aangekomen.
Ondanks haren 85 jarigen ouderdom
heeft zij niet geaarzeld de zeereis te doer,
om prins en princes Napoleon te bezoe
ken.
Beiden wachten haar af inde Noord*
statie, vergezeld van hun gevolg, M.
Thouvenel, eerejonker en Mej. de
Bassano, eeredame.
De oud-keizerin was vergezeld van
M. Pietrie, eereridderen Mev. d'Afain-
vóle, eeredame.
De prins leidde haar naar zijn auto
mobiel, om haar naar het Hotel do
Belle-Vue et de Flandre te brengen,
waar de oude vorstin afstapte.
liet is 25 jaar geleden dal do keizerin
te Brussel is geweest.
Men weet nog niet hoelang zij te
Brussel zal blijven.
verzoek van het Verbond
der Lijnvisschers van Belgiëheeft de
gouverneur van Brabant een commissie
benoemd, bestaande uit twee afgevaar
digden per gemeente, aan de Zenne
gelegen. Deze commissie wordt gelast
in 1912 een verslag uit te brengeu over
al de nijverheden, die hunne vuile
wateren in de Zenne ontlasten en over
de middelen, die er zouden dienen ge
bruikt om die wateren te zuiveren
alvorens ze in de Zenne te laten. Dit zal
de kwestie een grooten stap vooruit
doen gaan bijzonder indien het gou
vernement vergde, dat er toezicht uitge
oefend worde over de klaringsbekkens
net als over de stoomketels.
hand, Item met oprechtheid zeggende
Gij zijt een groot man. Incuba. Ik
hob mijn leven lang .tusschen krygslieden
doorgebracht en menigen dappere bewon
derd. Maar ik heb nog nooit een man gezien
gelijk gij.
Op dit oogenblik eingen de a Buffels» op
marsch naar Leu on bereikte Sir Henry, In
fadoos en mij de boodschap van Ignosi, of
wy ons by hem wilden voegen. Na de
overgeblevenen van de «Witten» te hebben
opgedragen voor de gewonden te zorgen,
voegden wij ons hij Ignosi, die ons mede
deelde zich nu naar Leu te spoeden, om daar
in Twala's residentie, de overwinning te
voltooien.
Toen wij nog niet ver gegaan waren,
zagen wij plotseling Good op can heuveltje
zitten, slechts een honderd pas van ons af.
Dicht by hem lag het lichaam van een
Kukuana.
-r Hy is zeker gewond, zegde Sir Henry
angstig.
Toen hy deze opmerking maakte, gebeur
de er plotseling iets overwachts. Het lijk
van den Kukuana, of liever wat wij ten
onrechte voor een lyk hadden gehouden,
sprong op, wierp Good over zijn hoofd van
den heuvel en begon hem te steken met zij
ne speer. Vol schrik ijlden wij naar hem
toe naderbij komend zagen wy den armen
Good, die zich met handen en voeten ver
weerde. Ons ziende naderen gaf de zwarte
onzen vriend een laatste en hevigen stoot,
uitroepend(Wordt voortgezet)