Zondag If Februari 1912
5 centiemen per nummer
65** Jaar 1462
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan
van do Stad on 't Arrondissement van Aalst.
i Ml VAN SALOMON,
GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM.
VADERLAND, TAAL, VRIJHEID
Liberalism en
Vrijmetselarij.
Zondagrust.
De Weidebemesting.
MIDDENSTANDBOND
Van Burst naar Katansa.
Vakschool voor Meisjes
Rit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee-
ïoing van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor
le Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes
maanden fr. i-75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving
aiodigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont«
vtingen zijn ten laste van den schuldenaar.
Men Schrijft in bij C. Van de Putte-GooHen», Korte Zoutstraat, Nr 31
n in alle Postkantoren des Lands.
Per drukregel Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1-00 Vonnissen op
W bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herbalen bekendmakingen bij accoord
Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heereu Nota
rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag
in den voormiddag.
Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureel» van
dit blad.
CUIQUE suua
Aelst, lO Februari 19IS
Onbetwistbaar is de vrijmetselarij de
grootste vijandin van Godsdienst en
Vaderland.
Hij, die tot vrijmetselarij behoort,
beoogt slechts een doelden ondergang
van Kerk en Vaderland.
Nu de algemeene Kamer- en Senaat-
kif-zingen voor de deur staan, achten
wil het dringend noodzakelijk de aan
dacht op de lielsche sekte in te roepen,
des te meer daar wij te strijden .hebben
tegen liberalen en socialisten die hare
handlangers zyc.
Aan 't hoofd der blauwe en roode
partijen staan de voormannen der vrij
metselarij en dus, moesten die partijen
ooit de zegepraal behalen, dan zouden
de vrijmetselaars hetbestuur van België
in handen krijgen.
Wat wil de vrijmetselarij
Om die vraag le beantwoorden, wil
len wij eenige punten aanhalen, die te
lezen slaan in de verslagen van den
hoofdraad der goddelooze secte
1. In zake van Godsdienst, verklaren
de Loges den oorlog aan alle eeredien-
sten en leggen de vrijmetselaars do
i'eusachlige taak op, ze allen uit te
roeien. (Bull, van den Belg. Opperaad,
num. 30).
Het opperhoofd der Vrijmetselarij is
Satan zelf Gij allen die lijdt, heft
het hoofd omhoog, want hij komt, hij,
Satan de Groute. Revista X. bl. 265
«Ik groet u, o groote Satan gij hebt
de Jehova der priesters overwonuen
(Revista XVI, bl. 27).
Welke christen mensch, hoe laag bij
ook gevallen zij, zou ooit zulke duivels
in menschenvleesch willen ondersteu
nen
De liberalen doen het omdat ze strij
den voor de zegepraal der vrijdenkerij,
der goddeloosheid.
De Daensisten doen het ook want zij
ondersteunen de liberalen en socialisten
bij daad en woord.
En inderdaad, zij die ter Volkskamer
en Senaat zetelen aan de linker zijde,
steunen do vrijmetselaarsloge, zelfs
indien zij den Godsdienst niet recht
streeks bevechten;., het is immers dank
aan hunno tegenwoordigheid aldaar
dat de vrijmetselarij meer invloed meer
macht verkrijgt.
2. De Loges zijn holen van zedenbederf.
Het is ons niet toegelaten in bijzonder
heden te treden om zulks te bewijzen.
Hij die ons niet gelooft, raadplege het
boek Sephar H'Debarim, The Book
of the Words, a^nbevollen door Bulletin
officiel de la F M
De vrijmetselarij heeft altijd de onze-
digste schrijvers ondersteund en met
eerebewijzen bekroond.
Ten bewijze willen wij herinneren
dat een werk van Eug. Sue, dat door
de Fransche Rechtbanken werd veroor
deeld als tegenstrijdig aan do goede
zeden, en door de vrijmetselarij in twee
talen verspreid werd de schrijver ODt-
ving van de loge te Brussel eene gouden
medailie en van die te Antwerpen een
gouden pen...
Wie heeft er zich verzet tegen het
wetsontwerp-Woeste, tot beteuging der
onzedige geroepen en liederen?
De liberalen en socialisten,
3. België is het mikpunt der vrijmetse
larij.
Goblet d'Alviella, Senator en hoofd
man der Loge in België, schreef het
volgende
In België kar. de minderheid (de
Loge) niet strijden tegen den invloed
der Kerk, tenzij zij zich van den Staat
bediene als een wapen
Indien zij dus de meerderheid bekwa
men, zouden de vrijmetselaars al hunne
macht gebruiken om de Kerk in ons
land te be/echten.
België, zoo lezen wij in het ver
slag van den Opperaad der Loge(n° 32.
bl. 68). is aangeduid om eensdaags het
centrum te worden van een internatio
naal vrijmetselaarsbestier.
Is dat niet klaar en duidelijk genoeg
Kiez >rs vergeet bet nietde speur
honden der vrijmetselarij zijn de libera
len en socialisten.
Laat u dus niet om den tuin leiden
door de schijnheilige beloften van
geusche woordenkramers en schrijve-
laars
Als de liberalen en socialisten bewe
ren dat ze niet tegen den Godsdienst zijn
is het om uwe vertrouwen te winnen...
Herinnert u dat het de liberalen zijn
die het Kruisbeeld uit de gerechtshoven
en scholen hebben verbannen, die den
naam van God uit de troonrede schrab-
ten, die het Te Deum afschaften, die
den Pauselijken Nuncius schandelijk
weg zonden, die de burgerlijke begra-
veüissen hebben ingevoerd, enz. enz.
Indien ooit de vrijmetselaars in België
het bewind in handen krijgen dau zal
het schuld zijn der liberalen, der socia
listen en der daensisten.
Te wapen dus, Katholieken strij
ders Ontmaskert onze driekleu
rige vijanden van Godsdienst,
Vaderland en Koningdom
39« Vervolg.
Driehonderd meters rond Twala's hut,
waar do lijder lag, heerschte de groote stil
te; de koning had bevolen, dat allen, die
daar woonden tijdelijk ergens anders oen
onderkomen zouden zooken, opdat geen
geluid de ooren van den lydor zou bereiken.
Op zekeren nacht, den vijfden van Gooda
ziekte, ging ik volgens gewoonte, zyn hut
binnen, vóór ik my in die van Sir Henry
en ray ter ruste zou begeven.
Ik trad behoedzaam binnen. De lamp, op
den vloer geplaatst, verlichtte de gestalte
van Good, die niet meer hoestte, maar
doodstil lag.
Zoo is het dan ten laatste geschied,
dacht ik.
In de droefheid van myn hart slaakte ik
een diepen zucht.
Hush-husch 1 zoo werd ik gewaar
schuwd van uit de schaduw aan Gooda
hoofdeind.
Naderby tredend, zag ik, dat by niet
dood was, maar vast sliep, Foulata's spiise
vragera in zyno arme wnte band houdend.
De crisis was voorby, hy zou in 't leven
blyvon.
Hij sliep zoo achttien uran. Ik durf het
Van'smiddags tot middernacht, eenige
dienstdoende Apotheker, op ZoQdag
11 Februari 1912, M. Bonner, Bis
schopstraat.
nauwelyks zeggen, want ik vrees niet ge
loofd te worden, maar al dien tijd zat de
zwarte verpleegsters vol toewijding bij hem
vreezende dat hy zou ontwaken, als zij hare
vingers terug trok.
Wat zij verduurd heeft van kramp en
vermoeinis, om niet te spreken v&n honger
en dorst, zal niemand weten, maar een feit
is het, dat, toen hy eindelijk wakker werd,
zjj moest weggedragen worden hare le
dematen waren zoo styf, dat zij niet bewe
gen kon.
Toen eindelijk de crisis voorby was, ge
nas Good snel en volledig. Niet voor hy
weer hersteld was, vertelde Sir Henry hem
dat hy zyne genezing te danken had aan
Foulata. En toen men hem zeide, hoe do
goede zwarte, achttien uren aan een stuk
aan zijne legerstede had gezeten, vulden de
oogen van den eerlijk°n zeeman zich mot
tranen. Hij stond onmiddelijk op en ging
naar de hut, waar Foulata het middagmaal
bereidde want wy hadden ons oud k wa
tier weer betrokken en nam mjj mee
om zyn woorden te vsrtolken, als hy zich
niet verstaanbaar kon maken. Maar ik moet
zeggen ilat zij hem volmaakt begreep, hoe
beperkt zyn woordenboek ook was.
Zeg haar, sprak Good, dat ik haar
myn leven verschuldigd ben en nooit hare
vriendelijkheid vergeten zal.
Ik vertaalde tiet en onder hare zwarte
huid scheen te blozen.
Zich tot hom wendend met eene van die
vlugge, bevallige bewegingen, welke my
Tot heden is de winter buitengewoon
zacht geweest, en alles laat voorzien,
dat men vroegtijdig met den veldarbeid
zal kunnen aanvangen. Het dierenvoe-
der is schaarsch geweest, en meer en
meer doet de voedernood zich gevoelen.
Dus niet getalmd en voor eene vervroeg
de en overvloedige opbrengst gras
gezorgd, dio alleen door eene oordeel
kundige en overvloedige bemesting kan
bekomen worden. Op droge, gemakke
lijk genaakbare weiden, diont er daar
mede niet langer gewacht te worden
de natte, moeilijker genaakbare en
vloeiwciden worden bemest, zoo baast
de grond zulks toelaat.
Gedurende den winter, als do grond
bevrozen ligt. en de beerputten vol
staan, worden de weiden soms nog al
duchtig gi-beerd dit is reeds iels, doch
niet voldoende.
Wat maar nog al te dikwijls ver
waarloosd wordt, is eene goede minerale
bemesting, welke als de grondslag van
elke oordeelkundige bemesting mag
aanzien worden. De potasch, het fos-
foorzuuren de kalk verhoogen zekerlijk
de opbrengst gras zij werken evenwel
voordeeliger nog op de hoedanigheid.
Zij voeden de planten oordeelkundiger,
vollediger, nemen do zuurheid des
gronds weg, en doen eene menigte
onkruidsplanten verdwijnen.
Het besto potaschzout, thans op wei
den aan to wenden, is de kaïniet. dat de
opbrengsten merkelijk verhoogt en de
hoedanighaid sterk bevordert, en som
mige onkruidsplanten als bet ware ver
brandt men zal er van 600 tot 800 kgr.
per hectare van gebruiken.
Een uitstekend fosfaatmest, is liet
fosfaat Bernard, dat rijk is aan fosfoor-
zuur, alsook aan vrije en koolzure kalk.
Men gebruikt er eveneens van 600 tot
800 kgr. per hectare van.
Beide meststoffen worden bij voor
keur vóór de a&Dwending gemengd, ten
einde in ééne maal de uitstrooiing te
kunnen doen en aldus tijd en arbeid te
sparen. Eene duchtige egging by middel
der ijzeren eg is vervolgens allerge-
raadzaamst, doch zonder deze, zullen
voornoemde meststofien nog ioonende
uitslagen geven. Fried Baüer,
van 't Arrondissement van Aalst.
Ingevolge den weusch gestemd in de
6* afdeeüng (Burgersbelangen) van het
Congres der maand April van verleden
jaar te Aalst, is er op initiatief van den
Burgerskriug De Vriendschap» aldaar
op 15 Juni volgende, een verbond
gesticht lusscheu al de Katholieke
Maatschappijen die in ons Arrondisse
ment de belangen der middenstanden
behartigen.
Het voorloopig bestuur dier vereeni-
ging dragende de benaming van
altyd deden denken aan do vlucht van een
wilden vogel, antwoordde Foulata zacht,
hem met hare donkere oogen aanziende
Neen, mijnheer. Vergeet maar. Heeft
hy niet mijn leven gered en ben ik niet
zijne dienares
Het viel mij op, dat het jonge meisje
geheel scheen te vergeten, dat Sir Henry
en ik toch een aandeel hadden gehad in ha
re bevrijding uit Twala's handen. Maar dit
is vrouwenmanier. Ik herinner mij, dat
mijne goede vrouw juist zoo was.
Weinige dagen later hield Ignosi zijnen
groote «indaba» of raad, waarin hij naar
allo voorgeschreven vormen als koning
werd erkend door de «indunas» of hoofd
mannen van Kukuanaland. Het was eeno
schoone plechtigheid gepaard als zy gins
met eene schouwing van alle troeppen.
Op deien dag worden de overgeblevenen
van de «Witten» voor het front van het
leger gebracht en daar openlyk bedankt
voor hun schitterend gedrag in den slag.
Ieder van hen ontving van den koning een
geschenk in vee en allen werden bevorderd
tot officier in het nieuwe regiment dor
«Witten» dat gevormd zou worden.
Een bevel werd nu afgekondigd, dat wij,
zoolang wy 't land vereerden mot onze
tegenwoordigheid, met den koninklykeu
groet zouden worden aangesproken en zou
den bejegend werden met hetzelfde cere
monieel als den koning toekkwam. Ook
word ons macht over leven en dood gege
ven. Maar terzelfdertijd maakte Ignosi
Middenstandsbond van het Arron
dissement Aalst heeft een volledig
ontwerp van staudregelen aan het
onderzoek der verscliilüge belangheb
bende bonden onderworpen en wenscht
zonder verwijl over te gaan tot de
benoeming van een volledig bestuur,
en het nemen van alle verdere maatre
gelen om het programma der werk
zaamheden van de federatie vast te
stellen.
Op Zondag 18 Februari aanstaande,
zal er om 3 ure namiddag, ten lokale
van het Syndikaat der reizigers, bedien
den en patroons, bij M. Loüis Van Laer,
te Niuove, rechtover het Siadbuis, eene
vergadering plaats hebben welke zal
weerd worden door de tegenwoordig
heid onzer poliiieke hoofdmannen en
eenige vakmannen.
Wij willen deze gelegenheid te baat
nemen tot het vervullen van alle forma
liteiten, welke de definitieve stichting
van In t Vi-rb >nd vereischen. Men hoopt
dat deze vergadering talrijk zal bijge-
wooud worden.
DAGORDE
1Bepaald goedkeuren der standregelen
van het verbond.
2. Benoeming van een algemeen bestuur.
3. Aanspraken van verschillige bevoegde
redenaars
o
Reisbeschrijving
door Petrus Co»itv.
Van Kaapstad naar Elisabethstad.
TWEEDE DEEL.
XXVI.
27 Maart In der haast nog eens naar
'tpostkantoorgeloopen om brieven en kaar
ten voor Familie en vrienden in de bus to
werpen
Daarmèe zeggen wy vaarwel aan het
vriendelyke Robertson metzjjne grootsche
omgeving, aan Robertson, de blanke jonk
vrouw in de bergen, met een bloemen-
kleed getooid, aan onze beminnelyke gast
vrouw en aan al do vrienden, daar tijdens
ons al te kortstondig verblijf, gemaakt,
en nemen den weg naar de statie waar
het zwarte knorrend stoommonster, ons
weldra zal opnemen en verre weg zal voe
ren van dit goddelijk oord.
Wy gaan terug naarWorcester,waar wij
dien genoemden Zambezie trotter zullen
nemen naar Bulowayo.
Om 1,15 ure, na eene reis door valleien
en bergen, landen wij te Worcester, de
zuster van Robertson aan, en nemen onzen
intrek in het Commercial Hotel Hier
zullen wy vertoeven tot morgen daar er
heden geen trein meer is.
Na liet diner genieten wy eenige aange
name oogen blikken. De Heer Florent
Wyckmans van Antwerpen, waarvan ik u
reeds meermalen gesproken hob, zet zich
aan de piano en daar ruissohen do tonen
van ons Nationaal Lied de Brabagonne
nogmaals bekend, dat geen man meer zon
der vorm van proces zou gedood worden en
datde «tooverjachten» voor goed uitwaren.
Toen het feest voorby was, maakten wij
onze opwachting bij Ignosi en vertelden
hem, dat wy nu toch eindelijk wel eens
meer zouden willen liooren van de Salomon-
mijnen. Wij vroegen wat hij ontdekt had.
Vrienden, antwoordde hy, ik heb dit
ontdekt De mijnen zyn gelegen daar,
waar de groote «Steenen Wijzen» zitten,
aan wien Gagool Foulata wilde opofferen.
Het is bij dio «Zwygors,» sprak Ignosi,
dat, in eene diepe grot, de koningen begra
ven worden en gy Twala's lijk zult vinden
bij de lichamen van die, welke hem zijn
voorgegaan. Daar ook is een diepe put, die
eons door lang overleden mannen gegraven
is, misschien wol voor de steenen, waarvan
gij spreekt en waarover ik ook in Natal on
te Kimberley heb liooren sproken.
Daar ook is in de «Plaats van den Dood»
eeno geheime kamer, waarvan alleen de
Koning en Gagool liet geheim kennen.
Maar Twala is dood en ik weet het nog niet.
En nu leeft er eeno legende in dit land, dat
eens vele geslachten geleden, eene blanke
man de bergen overkwam en door eene
vrouw geleid is naar de geheime kamer,
waarvan hem de weelde getoond weid.
Maai- voor hy er ïots kon van nemen, ver-
nod zjj hem. En toen werd hy door den
koning van dien tyd teruggedreven over de
bergen. Sindsdien heeft geen blanke man
die plaats meer betreden.
door de kamer.Een plechtige stilte heerscht
in de zaal en 't is ons, wanneer die zoete
klanken door de kamer trillen alsof de
geest des Vaderlands ons omzweeft en een
kus van liefde drukt op ons voorhoofd en
met ons jubelt en juicht over de grootsche
onderneming welke wy gaan aanvatten.
De knappe pianist werd bij het eindigen op
daverend handgeklap onthaald, 't Was
misschien wel de eerste maal dat in deze
Afrikaansche stad de Brabagonne klonk.
Worcester mag men gemakkelijk de
tweeling zuster van Robertson noemen.
Huizen 't zelfde, magazijnen 't zelfde,
lanen en openbare gebouwen 't zelfde,
zeden en gewoonte 't zelfde.
Een feit dezen avond voorgevallen, mag
ik niet onvermeld laten voorby gaan.
Dien avond ontvang ik een bezoek van den
Heer De Jonghe, drukker en uitgever van
de gazet Worcester Advertiser Na
wederzijdsche groeten en kennismaking
aanvaarde ik het mij gedane aanbod, in het
weekblad van dien Heer, een artikel te
schryveu over het doel en richting van de
Mission Agricole Leplae waarvan wij
deel maken.
En zoo kwam het dat een Vlaming van
Burst, uit het land van Aalst, correspon
dent word van een Zuid Afrikaansch
Weekblad.
Aan welke posten n'en mensch zooal
geraakt hé
Nu 'k hoop dat bewusten artikel by
middel van onzen Dendei bode wel on
der de oogen mijner lezers zal komen, en
zij my hun oordeel zullen laten kennen.
Doch vooruit
Dezen avond zien wy een schouwspel
dat men nooit moer binst ons leven zullen
zien. Onder de verandach van ons hotel ge
zeten, met vóór ons de liooge bergen, zien
wij op eer.s een klein vuur dat zich snel
slingert rond de kopjes en kloofjes, en
weldra zijn gansch die bergen in eene
vuurzee herschapen.
Hoog vóór ons zien wij niets dan vuur,
zich sclierp afteekenendc tegen do hooge
gryze bergen, als eeno slang kronkelde
rond de rotsen, spuwend uit den muil,
donkere rookwolken, waarin vurige slan
gen kronkelen, die de koppen der rotsen
likken en als oen vurige kam vormen op
het hoofd der grijze steenreuzen. Een zeld
zaam en prachtig vertoog dat wij zeker
nooit meer zullen te aanschouwen krijgen.
Om 10 ure trekken wy naar onze kamers,
doch eene halve uur nadien zyn wy allen
op den koer verzameld en bezien elkander
rnet verdwaasche oogen 't Spookt in
't hotel beste vrienden en de hotelbeesten
doen hunnen Sabathdans in onze bedden.
Onmogelijk er in te blijven want zoodra wij
in 't bed treden schieten zy op ons los als
de kat op de muis. Ge raadt zeker reeds
waarvan ik spreek. Voor dezen nacht is de
slaap naar den duivel en kunnen wij maar
om ons wakker te houden straat op, straat
af wandelen. Welkeen nacht
jWordt voortgezet).
De geschiedenis schijnt wel waar,
want op de bergen vonden wy dien witten
man, zeide ik.
Ja, wij vonden hem. En nu heb ik u
beloofd, dat als gij de kamer kunt bereiken
en do steenen er zyn....
Het kleinood op uw voorhoofd bewijst,
dat zij er zijn, viel ik hem in rede. wyzend
op den diamant, dien ik van Twala's hoofd
genomen had.
't Kan zijn. Als zij er zijn, ging hij
voort, zult gij er zooveel van hebben als gij
dragen kunt, indien gy mij ten minste ver
laten wilt, myno broeders.
Eerst moeten wij die kamer vinden,
zegde ik.
Er ismaaréen wezen, dio ze u kan
toonon, Gagool.
En als die niet wil
I)an moet zij stervon, zegde Ignosi.' Ik
heb baar het loven gespaard maar ook
hiervoor. Ik zal haar voor de keuzo stellen.
Een wachter roepende, gaf hij bevel Ga
gool tot hem te leiden.
Een weinig nadien vorscheen zij, gesteund
door twee wachters, want zy wankelde,
terwijl zij voortging.
Laat haar los, zegde de koning tot de
wachters.
Zoodra dit bevel was ten uitvoer gebracht
viel het bundeltje goed - want meer leek
zy niet, behalve hare twee schitterende
oogen als een zak op den vloer.
Wat wilt gij van my piepte zij.
Waag het niet, my aan te raken, Als gij
gesticht te Aalst.
Parochie van O. L.V»'ouw.
Door de zorgen van den E. H. Lauwe-
rys, Pastoor van Mylbeke en onder het
voorzitterschap van Mevrouw Barones
Louis De Bethune, is er te Aalst-Mylbe-
ke eene kantschool ingericht en reeds
aan 'c werk.
Iedereen zal deze edele poging tot
welzijn van het volk toejuichen en we
meenen wel te doen eenige inlichtingen
nopens de school te geven.
Men mag deze inrichting niet aanzien
als zijnde eene soort van Werkhuis»
(atelier)waar de meisjes nog niet op
de hoogte van hun vak, henen gaan en
onder de leiding van eene meesteres
leeren werken en eene zekere winst
kunnen trekk«n. Neen. dat is het niet
het is eene echte school.
Die school is dan ook niet wat ze was,
bij de kantwerksters bij wie do kinderen
ten huize gingen «kantjes leeron maken-
Immers hoe ging dat daar Wel de kin
deren kwamen bij 't braaf me isteresken
toe; met eene soort van liefderijke be-
zorgheid en tevens eene zekere fierheid,
teekende de meesteres eene bloem of
roosken en «vooruit, mijn kind» 't zal
wel gaan. l)at kon goed zijn, in de
veronderstelling dat de meisjes die te
leeren gingen al reeds den steek kenden.
Doch, uaar ons bescheiden oordeel, zelfs
in dit geval was er daar iets te kort, dat
wat later het meeste te pas zou komen,
le welen eene echte leidingJn het vak.
Er was geen leermethodezij die noch
tans de grondsteen moet zijn aller vak-
kenis, zij die toelaat aan natuurlijken
aanleg, die bij sommige meisjes wonder
is, wnt meer te wege te brengen dan het
geen ze leerden.
In do kantschool beginnen de kinderen
te leeren met het begin, van den eersten
en eenvoudigsten steek tot den laatsten
en ingewikkelsten. Ze leeren trapsge
wijze. De moeilijkheden aan iederen
steek vast worden aanschouweb|k ge
maakt Stil aan bekwamen die kinderen
zich in den usteekn tot dat ze iederen
steek op zijn eigen aangeleerd, niet
alleeu keunon, maar vinnig met andere
weten te samen brengen. Eu dit is met
methode leeren dat i3 liet wat het
Staatsbestuur vurig betracht: dat is hot
wat in db pasgeborene kantnormaal
school van Brugge geleerd wordt; dat is
het wat in de vakschool van Mylbeke zal
gevolgd worden
Do kantschool van Mylbeke wordt
gratis en kosteloos gevolgd, doch er kan
daar nog geen kwestie zijn van geld te
winnen maar enkel van een vak aan te
leereu 't i3 eene vakschool, de kant
school
Reeds verscheidene leerlingen zyn
goed aan 't werk. Met Paschen zal eene
tweede afdeeliog beginnen voor de kin
deren die reeds 12 jaren oud zyn.
Alle inschrijvingen worden genomen
bij den Eerw. Heer Pastoor.
mij aanraakt, zal ik u treffen. Vrees myne
toovermacht.
Uwe toovermacht heeft Twala niet
kunnen redden, oude weerwolf, en zal my
niet schaden, was het antwoord. Luister,
ik wil dit van u.gij moet ons de ka; ier
toonen, waar de schitterende steenen zyn.
Ha! ha! piepte zy. Niemand weet
het geheim dan ik. En ik zal het nooit ver
tellen. De witte duivels zullen met leege
handen teruggaan.
Gy zult het my vertellen. Daartoe
zal u wel dwingen.
Hoe, o koning Gy zijt groot, maar
kan uwe macht de waarheid ontwringen
aan den mond eener vrouw
Het is moeilijk, maar ik zal het doen.
Hoe, o. koning
Aldus als gy het my niet vertelt,
zult gy langzaam sterven.
Sterven riep zy uit in schrik en
woedo. Gy durft mij niet raken, man. Gy
weet niet wie ik ben Ik heb uwe vaders
gekend, en de vaders uwers vaders. Toen
het land nog jong was, was ik liioT als het
land oud wordt, dan zal ik hier nog zyn.
Ik kan niet sterven dan van zelf of by een
ongeluk, want niemand durft my slaan.
Dan zal ik liet doen. Zie Gagool, moo-
der van den booze, gij zyt al zoo oud, dat
ge toch niet langer aan 't loven kunt
hechten.
•Wordt voortgezet.