Zondag 18 Februari 1912 5 centiemen per nummer ö58,e Jaar 14(>4 van do Stad on 't Arrondissemonl van Aalst. vaderland, taal, vrijheid. Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. Onzijdig» Onderwijs. Zondagrust. De beploegiugen. Belgische werkkrachten voor Duitschland. Ue Carnavaldagen zijn daar Van Burst naar Kalanea. Uit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagtee- ïoing vaa -iea volgenten dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor Je Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden fr. 1-75 voor drjj maanden, voorop te betalen. De inschrijving eiudigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Post ont» vtrngeu zijn ten laste van den schuldenaar. Men Schrijft in bij C. Van de Putte-GooMens, Korte Zoutstraat, Nr 31 in alle Postkantoren des Lands. Per drukregel Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1-00 Vonnissen op 3i# bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herbalen bekendmakingen Lij accoord Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heerui. Nota rissen moeten Hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dijnsdag en vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van lit blad. CUIQUK 9UUM ITFebruai-i IDI2 MT" Ter oorzuke van de Vnsientivoiiddagen zul Ii, Dekdeubodi-: Don- dei-du^ aanslaande niel kunnen verschijnen. Nu er heden meer spraak is van eene nieuwe schoolwet en de aanstaande Kamerkiezingen zullen beslissen of 't godsdiensiig of 't onzijdig onderwijs moet huldigd worden, is het van 't aller grootste belang dat het kiezerskorps goed begrijpe wat het onzijdig onderwijs beteekent. Wat beteekent onzijdig Onzijdig beteekent goddeloos en dus wil bij de liberalen verplichtend zeggen goddeloos onderwijs. Toen onze achtbare Volksvertegen woordiger, M. WOESTE, ter Volks kamer de onderwijskwestie besprak, riep de liberaal Masson hem toe Wij willen de verplichte wereldlijke (leest goddelooze> school. M. Woeste bewees dat de ouders alleen het recht hebben hunne kinders op te voeden en ze te laten onderwijzen .vol gens hunne overtuiging, de spuwer socialist Hubin snauwde hem toe De kinderen behooren aan den Staat - en niet aan hunne ouders. En dan volgde de eene onderbreking na de andere. Socialist Terwagne De godsdienst hoort niel in de school te huis. Socialist Van der Velde Mijn ideaal is de volkomene verwereldlijking van de scholen. Socialist MansartEr zijn 6000 goden. Socialist Demblon Er zijn 10,000 goden. Masson, liberaal van Bergen, moest in de Kamer bekennen, dat er op de 500,000 leerlingen der ofliciëele scholen slechts 80,000 zijn die de godsdienstles sen niet volgen. In wiens naam vragen die razende godverloochenaars dan ver wereldlijking van het onderwijs Masson Mijn ideaal is de wet van 1879. Socialist Furnemont Er bestaan geen christelijke waarheden. Socialist Demblon De kerken zullen eerstdaags dienen om meetingen te geven. Welnu zijn de liberalen en socialisten, die op dit punt eens zijn, tegen den Gods dienst Ja, onbetwistbaar Zijn zij voor de vrijheid van den huis vader Voorzeker, Neen Socialist Hubin zegde over vijf jaren ter Volkskamer 40e Vervolg. Wat kan liet loven zijn voor zulk eone heks als gij, die geene kracht, geene goede gestalte, geen haar, geene tanden meer hebt, die niet meer hebt dan uwe boosheid en boozo oogen. Gy moogt my wel dank baar zijn als ik er een eind aan maak Gagool. Gij dwaas, riep de oude nijdig. Denkt gij dat het leven alleen zoet is voor lien die jong zijn Het is niet zoo. Gij kent het menschenhart niet, als gij zoo denkt. Voor de jongeren is juist do dood soms welkom, want de jongeren hebben gevoel. Zy leven en lyden en hel doet hun leed, hunne wen- schtn te zien verdwijnen. Maar do ouden gevoelen niets, minnen niet, en zy lachen als zy een ander de duisternis zien binnen gaan. Zy lachen om het kwaad dat zy zien onder de zon. Al hunne liefde is liet leven en de warme zon en de zoele lucht. Zy zyn bang van do koude en de duisternis. En de oude heks wentelde zich lachend rond op den grond. Staak uwen zotte praat en geef my antwoord, zegde de koning toornig. Wilt gij de plaats toonen, waar de steenen zyn Mijne geliefde vrouw is overleden en waar moesten mijne kinderen naartoe Had ik niet het onzijdig weezenhuis van Vorst, dan zou ik ze wel bij de klerikalen moeten zenden en dat wil ik niet. Waarom wil hij dan dezelfde vrijheid van schoolkeus ontzeggen aan eenen huisvader, die geloovig is, dezelfde vrij heid die hij opeischt omdat hij ongeloovig is Zoo redeneeren alle liberalen en toch willen ze christene kinderen naar onzij dige scholen sleuren. O die onzijdigheid In eene onzijdige of goddelooze school kan er natuurlijk geen kwestie meer zijn van God. Waar men van Ood niet meer spreekt, kan men ook geene zedenleer meer onder wijzen. Wie zegt dat? Een bloedrood socialist, M. Allard. Ziehier zijne woorden Het is onbetwistbaar, dat met God te dooden, gij alle zedenleer, eenig en noodzakelijk, hebt doen verdwijnen... En opdat men nopens zijne woorden niet zou kunnen twijfelen, herhaalt hij Zegt niet meer dat er eene zedenleer is met God te dooden, hebt gij de zeden leer in 't graf gelegd, Welnu, ouders, zoudt gij gecnen schrik hebben moesten uwe kinders zonder christelijke zedenleer opgebracht wor den Ja voorwaar, want ze zouden U tot oneer worden en gewis, veelal de nagels uwer doodkist wezen. Een ander Fransche socialist cn vrij metselaar, een oud-minister zelfs, M. Viviani. sprak alsvolgt over het on zijdig onderwijs Het wordt lijd het te verklaren, dat de sclioolonzijdiglieid nooit iets anders was dan eene diplomatische leugen en eene tartufïerie. Wij hebben die le pas komende on zijdigheid aangewend waar er kwestie was van lichtschuwe of al te puntelijke menschen. Nu is dat niet meer noodig en spelen wij kaart op tafel. Wij hebben nooit ander doel gehad, dan eene school te stichten die antigodsdienstig zij op werkdadige, strijdlustige en strijdende manier. Nu, 't is om de zelfdo reden dat de blauw roode kartelisten eene nieuwe schoolwet hestryden. Kiezers ziedaar wat liberalen en socialisten door onzijdig onderwijs ver staan. Overweegt het rijpelijk eer gij in Juni aanst. ter stembus gaat Van 's middags tot middernacht, eenige dienstdoende Apotheker, op Zondag 25 Februari 1912, M. Meirsschaut, Zoutstraat. of wilt gij niet Als gij niet wilt, sterft gij op staanden voet. En hij greep eene speer, die hy boven haar hoofd hield. Ik zal ze niet aanwijzen Gy durft mij niet dooden. Hy, die my verslaat, zal voor eeuwig vervloekt zijn. Langzaam liet Ignosi de speer dalen, tot de punt rustte op het onooglijk wezen aan zyne voeten. Met een wilden kreet sprong gagool op, maar zy viel weer neer. Ik zal het wijzen riep zij uit. Laat mij leven, laat my genieten van de zon, laat my eene bete vleesch brengen om daar kracht uitte putten en ik zal u alles toonen. Het is goed. Morgen vroeg gaat gij met Infadoos on mijne witte broeders naar de plaats, en, wee u, als gy ons bedriegt, dan zult gy langzaam sterven Ik zal u niet bedriegen, Iguosi Ik heb altijd mijn woord gehouden Eens heeft eene vrouw de kamer getoond aan een blanken man, maar het bekwam hem slecht. Met flikkerende oogen zag zij in 't ronde en ging voort Die vrouw heette ook Gagool. Mis schim was ik liet wel. Gij liegt, zegde ik, want hot geschied de tien geslachten geleden. Misschien, misschien Als men oud wordt vergeet men licht. Misschien was het mijne moeders moeder, die liet aan iny verteldezeker was haar naam ook Gagool. Maar let op, wij zullen op de plaats, Vele gronden werden vóór en gedu rende den winter reeds beploegd, en zelfs met stalmest bemest. Het buitengewoon voordeelig weder, dat wij tot heden ge noten, leende zich daar uitstekend toe. Blijft het weder gunsilg, de diepe omploe gingen der nog niet omgewerkte, en de oppervlakkige omploegingen der reeds gediepvoorde gronden, zullen onverwijld voortgezet worden. De vroegtijdige diepe omploegingen zijn uitersi geraadzaam, en, hoe eerder de minerale scheikundige meststoffen kunnen ondergewerkt worden, hoe voor deeliger ook. Vooral de kaïniet, een ruw potaschzout dat zeer veel in den Belgi schen Landbouw gebruikt wordt cn de beste uitslagen geeft, kan niet to vroeg uitgestrooid worden, aangezien hierdoor de onnuttige of voor sommige planten schadelijke stoffen die het bevat den tijd gegund worden naar den ondergrond le bezinken en aldus don grond tot elke teelt geschikt achter laten. Terloops zij hier herinnerd, dat de kaïniet 12.4 °/0 watervrije potasch bevat. Het fosfaat Bernard een nieuw fosfaat- mest dat reeds algemeen bekend is en de zelfde vruchtbaarmakende waarde en werking van de staalslakken bezit, wordt thans ook voordeeligst uitgestrooid, aan gezien het fosfoorzuur er door gemakke lijker aaneigenbaar wordt. Deze meststof bevat van 18 tot 25 °/o fosfoorzuur, en 55 tot 60°/o totale kalk. Beide meststoffen worden, bij voorkeur gemengd, boven op uitgestrooid en goed ondergewerktaldus worden zij eenvor mig door de gansche bouwlaag verspreid, en innig met den grond vermengd. Men bemerke nochtans dat het minder geraad zaam is gelijk welke meststof dieper dan hoogstens een 12 tal centimeters diep ouder te werken alle planten voeden zich voornamelijk in de bovenlaag, zoo- dat het daar is dat zij hun meeste voed sel dienen aan te treffen. De stikstofbeincsting komt later, 't zij kort, 't zij oniniddelijk vóór de planting of de zaaiing, of zelfs tijdens de planting of do zaaiing. Fried Bauer. Do geweldige ontwikkeling op econo misch gebied in Duitschland is grooten- deels oorzaak, dat, zoowel op industrieel als landbouwgebied steeds meer werk krachten te kort komen en dus door de werkkracht uit het buitenland moeten worden aangevuld. Om aan deze behoefte zooveel mogelijk te voldoen, is voor eenige jaren te Berlijn in overleg met de Pruisische Ministeriën van Binnenlandsche Zaken, Handel en Nijverheid en Financiën een waar do steenen zijn, een zak zien liggen, die ermee gevuld is. De man vulde dien zak, maar naiu hem niet mee. De kwade geest beving hem I Misschien was het mijne moeders moeders, die het mij vertelde. Het zal een schoone reis zyn. Als wij gaan, kunnen wij dc lichamen zien van hen, die stierven in den strijd Hunne ooiren zijn uit gedoofd, en hunne beenderen bleeken. XVI. De plaats des doods. Het was eerst met de duisternis van den derden dag na liet tooncel, in het vorige hoofdstuk beschreven, dat wij onzen intrek namen in eenige hutten aan den voet der «Drie Wijzen», zooals de driehoek van ber gen genoemd wordt waar de Salomons-weg eindigde. Ons gezelschap bestond uit ons drieën en Foulata, dio over ons waakte, in liet byzonder over Good voorts Infadoos, Gagool, die in een soort van draagstoel vervoerd werd, eene wacht van soldaten cn eenige bedienden. Den hcelen weg hoor den wy de oude Gagool kermen en jam meren De drie bergen of liever bergtoppen, la gen zooals ik al meer gezegd heb, in den vorm van eenon driehoek, waarvan liet grondvlak naar ons was gewend. Beneden de snceuwlinie werden zy steeds groener en groener. Do witte Salomonweg liep tus- 8ohen do beide voorbergen door tot aan den derden top, die eenige mylen van ons af wa«. Daar eindigde de weg voor goed, groote economische inrichting in het leven geroepen, Deutsche Fe/darbeiter- Zentralstellegenaamd. Ondersteund en gecontroleerd door genoemd Bestuur, heeft zij in de allereerste plaats daarvoor te zorgen, de emigratie der buitenland sche werklieden naar Duitschland in de juiste baan te leiden en hen op grond der opgedane ervaring, onder inachtneming van aanbod en navraag op de arbeids markt op de korste weg geschikte arbeidsgelegenheid te verschaffen, In alle belangrijke grensplaatsen zijn door de Deutsche Feldarbeiter-Zentral- stelle kantoren ingericht, waar taalkun dige beambten de buitenlandsche werk lieden in elk opzicht ten dienste staan en iien tevens tot liet verkrijgen van een passende werkkring behulpzaam zijn, op deze wijze worden zij voor telleur- stellingen en misleidingen gevrijwaard, waarvan zij onder de vroegere omslan- digheden dikwijls te lijden hadden. Een bewijs dat de Deutsche Feldarbei- ter-Zentralstellc het vertrouwen, hetwelk haar door buitenlandsche werklieden betuigd wordt, verdient, bewijst het feit dat in het laatste jaar meer dan 70.000 buitenlanders door hare bemiddeling werk in Duitschland verkregen. Nu is het een bekend feit, dat de Belgische werkman, wanneer hij in zijn vaderland niet voldoende werk vindt, bij voorkeur naar Frankrijk uitwijkt on weiniger van de gelegenheid in Duitsch land werk te zoeken gebruik maakt, alhoewel niet te ontkennen valt, dat het b-tal naar Duitschland emigreerende werkkrachten telken jare toeneemt.Deze daadwerkelijke toestand valt des te meer op, wanneer men bedenkt dat de afstand naar Duitschland b.v. de Vlaam sche werkman niet grooter is als naar Frankrijk en men met de Vlaamsehe taal zich buitendien in Duitschland vrij gemakkelijk verstaanbaar maken kan. Het schijnt aannemelijk, dat het uitwij ken naar Duitschland hij de Belgische werklieden nog te weinig bekend is en zij daarop nog steeds de oude gewoonte volgen,wanneer zij hij voorkeur naar Frankrijk uitwijken. Om deze reden maken wij daarop attent, dat vooral in liet nabij gelegen West-Duitschland, waar de bevolking voor het grootste gedeelte katholiek is, duizende werklieden op steenbakkerijen, kolenmijnen, fabrieken, etc., hij de industrie cn als seizoenarbeider of als knecht op landbouwgebied zich een pas send-- werkkring kunnen verschaffen. De conditiën in Duitschland zijn ongeveer gelijk als in Frankrijk, ook bewegen zich de loonen vast op dezelfde hoogte men heeft echter in Duitschland nog het voordeel, dat de werkman desverlangend zijn werkkring voortdurend kan behou den, hetwelk bij de Fransche omstandig heden niet het geval is. Het is dus voorzeker aan te bevelen, wanneer de Belgische werklui in hun eigen belang het uitwijken naar Duitsch land met meer opmerkzaamheid vervol gen, daar hen bij de zeldzame ontwikke ling waar op in Duitschland, Landbouw en Industrie kunnen bogen,een geweldig arbeidsveld ontsloten is. In Nederland, heeft men sinds lang van deze gelegen heid gebruik gemaaktvoortdurend vin den in West-Duitschland meer dan 100.000 Nederlandsche onderdanen een flink betaalde werkkring. Het Vermittlungsamt der Deutschen Feldarbeiler Zentralstelle in lïssen Ruhr, Steelerstrasse, 184,186, en het Grenzamt in Aken, Templergraben, 34 geven des gewenschte inlichtingen en men kan zich naar eigen verkiezing van de Vlaamsehe, Fransche of Duilsche laai bedienen. N. B. Voor nadere inlichtingen kan men zich ook wenden tot den Heer Baron Lodeicijk de Béthune. De gevoelens van overspanning en nieuwsgierigheid, waarmee wij dien mor- gend onzen tocht voortzetten, kan ik beter aan 't denkvermogen mijner lezers overla ten, dan besehryven. Ten laatste gingen wy naar de wonder volle mijnen, die de oorzaak waren geweest van den ejlendigen dood van den ouden Portugees, nu drie honderd jaar geleden de oorzaak ook van het droeve lot van zijne nakomelingen en eveneens, naar wij vrees den van het spoorloos verdwijnen van Ge orge Curtis, Sir Henry's broeder. Zouden wij, na al hetgeen wy reeds on dervonden hadden, het er beter afbrengen? Het was hun allen slecht bekomen, had Gagool gezegd. Zou het met ons ook zoo vergaan Hoe het zij, nu wij op dit laatste deel van den weg liepen, gevoelde ik mij was het bygeloovigheid niet lieelemaal op mijn gemak, en ik geloof, dat Sir Henry en Good in hetzelfde geval verkeeren. Gedurende een uur of anderhalf gingen wij voort op den warmen weg en langza merhand waren wij in onze opgewonden heid zoo gauw gaan stappen, dat de dragers van Gagool's draagstoel ons nauwelijks konden by houden en do oude vrouw ons toeriep, ons to matigen. Gaat een weinig langzamer, witte nnnnen, zeide zy, haar perkament hoofd tu8schen do groene gord inen doorstekend en haar gloeiende oogen op ons vestigend. Waarom hebt ge zoo'n haast, om den booze Wat heeft de openbare zedelijkheid dan al niet te lijden, uit oorzake van het zwijgen van vele men schen die in hun hert de liederlijke uitzinnigheden dier dagen veroordeelen Dagen van nering huilen misbak- kene volksvrienden. Het is niet waarantwoordt de eerlijke en iteftige h, rbergier, want de kroegjesbaas verkoopt dien dag zielen vergift. Het is niet waarantwoordt de kleine burgerwant dien dag wordt het geld weggegooid, dat aan mij moest betaald worden en waarachter ik nu te vergeefs zal mogen loopen. CARN avalgez wier 't is zedeloosheid in kleeding in woord en lied 't is schaamtelooze dronkenschap 't is verkwisting van gezondheid 't is armoede in 't werkersgezin 'tis verdierlijking van groot en klein. Welk raenscli van zijne waardigheid bewust, kan dat zonder tegenspreken aanzien Welke ouders, bezorgd om de zedelijke opvoeding hunner kinders,- zouden niet met ons eischen dat Politie en openbarë Overheid met klem en kracht de wet en de verordeningen doen handhaven EERLIJKE LIEDEN Helpt en steunt alkander Houdt u af van alle bederf Iloudt u af van alle gevaar Wij willen vo 1 ksveredeliugen volks verheffing Leve de aloude christene deftigheid in ons dierbare Vlaanderen Hel bestuur van het Christen Vlaamsch Verbond. te ontmoeten,die in u zal varen,gij, zookers naar schatten En zij lachte haar verschrikkelijke lach, die mij altijd een koude rilling berzorgde en nu onze geestdrift uitdoofde. Wij gingen intusschen weer voort tot wij tusschen ons en den derden berg, een ron den put met zacht hellende wanden zagen een paar honderd voet diep en eene halve myl in den omtrek. Kunt gij raden wat dat is vroeg ik aan Sir Henry en Good, die in de verbazing naar den geheimzinnigen put staarden. Zij schudden het hoofd. Dan is liet duidelijk, dat gij nooit de diamantmijnen te Kimberleygez:en hebt. Gij kunt stellig gelooven dat dit Salomon's diamantmijnen zijn. Zie maar, zegde ik (naar de hellingen van blauwe klei wijzend) de vorm is dezelfde. Ik ben er zeker van, dat wy beneden de overeenkomst ook zou den vinden. En die vlakke steenen daar ginds bij de uitgedroogdo beekbedding, welke vroeger zeker vanaf de bergtoppen gevuld werd, dat moeten de tafels geweest zijn, waarop de opgedolven stof werd ge- wassctien. Bij dit grooto gat, hetwelk niets anders was dan do put van de kaa-t van don ouden Portugees, splitste de weg zich in tweeën en liep er omheen. Het plaveisel was veel steviger, blijkbaar vroeger zoo aangelegd, om de drukte van den arbeid aan de mijn te kunnen verduren. Wy gingen om den put heen, nieuwsgie. u Reisbeschrijving.) door Petrl» Cosy.ii. Van Kaapstad naar Elisabethstad. TWEEDE DEEL. XXVII. 28 Maart. Of wij des anderendaags den hotelhouder vriendelijk bekeken lioeft ge niet te vragen, 't. Was met lange tongen en roode oogen dat wij T vroeg- maal namen. Om 11 1/2 leiden wij MM. Diericx, De Neuter en Vermeersch naar dc statie, 't Is jammer, sinds wij Southampton verlieten hebben wij altijd samen gereisd en waren allen goede vrienden en thans moeten wij scheiden. Dit is zoo gekomen. M. Leplae moest ons te Robertson vin den doch wierd door zaken te Pretoria, de hoofdstad van Transvaal, weerhou den. Daarom ontbood hij onze dry gezellen hij zicli naar Pretoria en zoo kwam liet dat wij onze drij vrienden naar de statie van Worcester geleidden. Ilct afscheid was hartelijk en vol oprechte vriendschap en wederzijdsche achting, doch niet treurig, immers bin nen drij weken zullen wij elkander te Elisabethstad weervinden. Om 1,10 ure nemen wij insgelijks, MM. Wyckmans, Hennelon, I'urnelle, Walhelot, Godfroid en uw dienaar den Zambczie-cxpress om naar Kimberlei te vertrekken, 't Is op den trein hetzelfde liedje als van Kaapstad naar Robertson. Bergen en valleien, Kafferhutten en struisvogels. Vermoeid van altijd hetzelf de te bezien, maken wij ons bed gereed in den trein, sluiten dc vensters cn gaan pogen te slapen 't is 8 1/2 ure. 29 Maart De nacht is tamelijk wel vergaan, doch dat men op den trein niet slaapt als in een goed bed hoef ik niet te bewijzen. Doch klagen wij niet, want er wachten ons zoo nog 7 of 8 nachten in een Ireinbed. Wanneer wij om 7 ure gewasschen en opgeschikt aan het raam van ons coinpartemenl verschijnen staat onze trein juist stil in de statie van Krom rivier. Nog immer is liet land schap even heuvelachtig en gelijken alle huizen elkander als kwamen zij uit eene speeldoos. Wat mij te Robertson, gedurende onze reizen in het omliggende opviel, en thans wederom, dat zijn do geraamten van doode struisvogels. Als zoo een vogel sterft dan laat de hoer liggen wat ligt en ziet er niet meer naar om, immers het dier is nu geen 10 centiemstuk meer waard, en de raven en andere roofvogels zullen kort spel maken met het lijk. Twee dagen nadien blijven er van den struis nog enkel de hloote heenderen over welke daar liggen le bleeken in de zon. Zoo vergaat de glorie van een struisvogel. Doch niet alleen de struisvogels ook de menschen zijn hier in dit aardsch paradijs, aan de algemeene wet van sler- rig om te zien wat hot voor hooge gevaarten waren, die wij aan de andere zijde opmerk ten. Naderbij gekomen, onderscheidden wij drie kolossale afgodsbeelden De drie Zwijgers zoo besloten wij, die by ganseh het Kukuanavolk in zoo lioogeeer stonden. Eerst toen wij zeer dichtbij waren, zagon wy volledig de pracht van die beelden. Zy stonden op hooge voetstukken, ongeveer 20 meters van elkaar, en staarden den lan gen weg af. die naar Leu voerde, 't Waren zittende figurentwee mannen en eene vrouw, ieder ongeveer achttien voet meten de van hunne kruin tot het voetstuk. Vooral de vrouwengestalte was van groote en strenge schoonheid ongelukkig genoeg, hadden de gelaatstrekken in den loop der tijden veel van wind en weer gele den. Achter haar hoofd was de wassende maa afgebeeld, waarvan de punten dus ter weerzijde uitstaken. Van do mannelijke figuren geleek die aan de rechterzijde veel op een duivel de linker had een menschenlijker gezicht, maar in de uitdrukking lag ijskoude kalmte, 't Was de kalmte van onmenschelijkheid en wreedheid, zooals Sir Henry terecht op merkte. Deze «zwijger», welke een alles behalve bemoedigend of opbeurend trio vormden, beschouwend, werden wjj er' verbazond nieuwsgierig naar, wie hun wel mocht ge houwen hebben en naar lien die den put ge graven hadden. Wordt voortgezet.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1912 | | pagina 1