Zondag 24 Maart 1912 5 centiemen per nummer t)5sie Jaar 4174 Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM. van de Stad an 't Arrondissement van Aalst. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. Eerste H. Communie. Kiezers ge zijt verwittigd! Financiën. '/an Burst naar Katanea, Dc daensistische mastklimmcrij. Zondagrust. Dit blad verschynt den Woensdag en Zaterdag van Iedere week onder dagtee- OQing vaa den volgeni?n dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor Ie Stad 5 frank met den Post verzonden 6 frank 's jaars, fr. 3-25 voor zes maanden fr. i-75 voor drjj maanden, voorop ce betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwittantiën door de Pos1 ont vangen zijn ten laste van den schuldenaar. Men Schrijft in by C. Van de Putte-Goouens, Korte Zoutstraat, N' 31 in alle Postkantoren des Lands. Per drukregel Gewone 15 centiemen Rekiamen fr. l-OO Vonnissen op 3d* bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herbalen bekendmakingen bij accoord Niet opgenomen handschriften worden met teruggestuurd. -- Heerei. Nota rissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den dynsdag en vrydag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van lit blad. CUIQUE 8UUM. Aelsl, 23Maart l»l» 't Is feestdaag 't Is dc groote feestdag der kinderen der ouders, der christenen. 't Is dan dat voor de eerste maal de jeugd, wanneer zij in de leer van den Christus de noodige kennissen heeft op gedaan, tot dc tafel des Hoeren nadert. Zy is opgesmukt en in feestgewaad. Hunne geesten zijn verfrischt en hunne harten vloeien over van schoone gevoe lens van geloof en liefde. Zij naderen tot de tafel van den bruide gom zij gaan zich vereenigen met den Zaligmaker en hunne zielen zijn opgeto gen zij leven als in den hemel. O gelukkige dag Gelukkige dag voor de familie die zich vereenigt in zoo een feest, voor de ouders die met zoete verrukking op hun kind, bevoorrecht boven de engelen, nederzien; voor de kinderen, wier harten zwemmen in een zalig gevoelen dat zij nooit zullen vergeten. O dien dag zijn zij christen in den waren zin des woords, christen door de kennis, christen door het geloof, christen door de ware liefde tot God. 't Is feest in de kerken. 't Is feest in de huisgezinnen. Jt Is feest in de harten. 't Is christenfeest, broederfeest, vereo- nigingvan armen en rijken dooreen, aan dezelfde tafel,waar slechts één gastheer voorzit, bij wien de meeste eer toekomt aan die het zuiverste van hart is, aan die Hem het trouwste dient en het meest bemint. O, gij allen die gelooft, viert het feest der eerste Communie uwer kinderen, viert het deftig, viert het waardig, viert hot christelijk. Maakt dat het in hun hert geprent blij ve als de grootste dag van hun leven, als de gelukkigste, de zaligste dag. Overal, waar de godsdienstloosheid veld wint, wordt die dag steeds minder in christelijkheid gevierd. Hot blijft nog een feestdag, naar het wordt een dag van vermaak, van zinne lijk genot. Het socialismus, dal in het ongeloof leeft en door het ongeloof alleen tieren kan, is nog verder gegaan Het heeft het eerste Communiefeest dér christenen afgeschaft. Het viert in zijne lokalen, door wereldsch vermaak alleen, een eerste communiefeest, voor de kinderen zijner volgelingen, aan wien men de cathechismuslessen ontzegt en de vreugde van het Tabernakel, om ze te vervangen door de leugentaal der goddeloosheid en de ikzuchtige lessen van den klassenhaat. Ghristenen bij zoovele helsche moed willigheid, schaart u om uwe kleinen, schaart u om hen met zooveel te meer 45e Vervolg. Zeg hem, dat ik weer ga leven en ik hem misschien zien zal in de sterren. Ik zal op alle sterren naar hem zoeken, ook al ben ik daar nog zwart en hy... nog wit. Zeg hem., neen, Macumazahn, zeg hem niets meer, zeg hem dat ik hem bemin... O, houd mij vaster, Bougwan, ik voel uwe handen niet in de mijne... Oh, ohl Zy is dood, zij is doodriep Good uit, bedroefd opryzend, terwyl de tranen hem langs zyn eerlyk gelaat stroomden. 't Behoeft u niet zoo zeer van streek te brengen, zegde Sir Henry. Wat bedoeld ge vroeg Good. Ik bedoel, dat ge haar wel spoedig zult kunnen volgen. Man, ziet gij niet, dat wij levend begraven zijn Tot dat Sir Henry deze woorden uitsprak had ik nog niet gedacht aan het verschrik kelijk lot, dat ons wachtte, bezig gehouden als wij werden door Foulata's afsterven. Maar nu begrepen wy het. I)o marmeren rots was misschien wel voor goed gesloten, onder zyn gewicht het eemge brem, dat het geheim d«* deur ken de, verpletterend. Het was eene deur, die godsvrucht, met zooveel te meer blijde ingetogenheid prent in hunne zielen het eenwig geloof, dat in zich do ware gelijkheid houdt, dat wezenlijk de vrij heid bracht op de aarde, en den mensch naar zijne eeuwige bestemming, als in eene veilige haven voeren moet. Mochten dan alle de kinderen, die heden voor den eersten keer tot de H. Tafel naderen, dezen dag waarlijk door brengen als den schoonsten dag huns levens mochten zij hun hemelsch genot vandaag ten volle smaken mochte het aandenken van dien zaligen dag hun immer bijblijven met zijne zalige gewaar wordingen en mochten zy tevens getrouw wezen aan den teederen vriend huns harten, die lieden in hen komt wonen, waarvan zij allo weldaden mogen ver- wachten en zullen afsmeeken voor hun zeiven, hunne ouders, zusters, broeders en vrienden en aan wien zij eeuwige liefde toezeggen. Mochte ook die dag, lang vervlogen herinneringen bij tal van christenen her opwekken, opdat zij, zoo noodig, terug komen tot den God van hnnne eerste Communie, met den onschuldgen geest en de reine liefde van dien tijd. Dit zij onze vrome wenscli. Landgenoten, Kiezers De liberale Volksvertegenwoordiger Masson van Bergen heeft ter zitting der Volkskamer luid op laten hooren, wat de liberalen op onderwijsgebied in 't schild voeren. Wat zouden ze doen, moesten zij meerderheid worden Zij zouden alle toelagen of hulpmidde len weigeren aan de vrije katholieke scholen Zij zouden het bestaan van vrije katho lieke scholen onmogelijk maken, die op gericht zijn geweest en ondersteund wor den door 't geld der Katholieken Zij zouden de vrije katholieke scholen dus doen verdwijnen welke het vertrou wen en genegenheid verwierven van meer dan de helft der Belgische huisvaders en welke aan meer dan de helft der kinders uit de werkersklas, opvoeding en onderwijs gratis ver schaffen. En waarom moeten do vrije katholieke scholen verdwijnen? Geus Masson heeft het gezegd. De liberalen en hunne bondgenooten, de socialisten, willen niet dat do kinderen des volks volgens twee verschillende leerstelselsels opgevoed en onderwezen worden en daarom zullen ze maar alleen onzijdige scholen willen, goddelooze scholen, waar het zal verboden zijn te bidden, den catechism aan te leeren,niaar in tegendeel zal leeren vloeken, God ver loochenen, met de H. II. Sacramenten en niet anders dan met eeno goede dosis dyna miet zou kunnen worden geopend. En wij stonden aan den verkeerden kant. Eenige minuten stonden wy als verplet terd rond Foulata's lijk. Alle moed scheen bij ons geweken. De eerste gedachte aan het vreeselijk uiteinde, dat ons wachtte, was overweldigend. Wy zagen het nu in. Die doortrapte Ga- gool had dit voor ons bedacht. Het moet juist een kolfken naar hare hand geweest zijn, de drie vreemdelingen, die zij haatte, langzaam van honger en dorst te doen om komen, in gezelschap der steenen, die zij ontdekt hadden. Nu begreep ik wat zij be doelde met haar eten en drinken van de diamanten. Misschien had iemand den ouden Dom juist zoo willen gevangen zetten, toen hij den zak met de diamanten in den steek liet. Dc lamp zal spoedig uitgaan, sprak Sir Henry met gedempt» stem. Laat ons zien of wij 't geheim der rots niet kunnen ontdekken. Met de kracht der wanhoop gingen wij aan den arbeid en, staande in een bloedig slyk, begonnen wij te tasten aan alle wan den van den gang. Maar wy konden geen knop of veer ontdekken. Goeft noch niets, zegde ik. Het werkt niet aan dezen kant. Anders zou toch Ga- gool niet beproefd hebben onder den steon te kruipen. Zy wilde zoo ontsnappen aan wat ons zeker moet overkomen. In ieder geval, sprak Sir Henry met de godsdienstoefeningen spotten, de Priesters en Kloosterlingen belagen, be ledigen en lasteren, om van onze kinde ren helsche geuzen te maken. Ja, Geus Masson heeft onder de toe juichingen van de ganschc linkerzijde der Volkskamer verklaard dat er maar een enkel volksonderwijs in België mag blijven bestaan, namelijk, het onzijdige opdat er in België maar een partij mag bestaan de goddelooze helsche Sekte Kiezers ge zijt verwittigd Onze Katholieke Ministeriën sedert 1884 hebben, telken ja re, de staatsreke ningen gesloten met overschotten welke millioenen bedroegen, terwijl de liberale Ministeriën altijd met een aanzienlijk tekort sloten, dat dan door nieuwe belastingen en inkomende en andere rechten van allen aard moest aangevuld worden. Onze driekleurige tegenstrevers ver wijlen aan onze Katholieke Ministers dat zij onze staatsschuld merkelijk hebben doen aangroeien door leeningen. Inderdaad onze staatsschuld is ver meerderd maar Ja, maar men mag uit het oog niet verliezen dat, dank aan die leeningen, België eigenaar is gewor den van al zijne groote spoorwegen, haven, vaarten en van de helft per buuri spoorwegen. Dit alles vertegenwoordigt een kapitaal van bij de drie milliards, een kapitaal dat zeer voordeelig is ge plaatst daar het aanzienlijke winsten afwerpt. Ten bewijze willen wij onderander aanhalen dat onze spoorwegen, in 1910, meer dan 175 milloen reizigers vervoer den tegen 50 millioen, en 60 milliards kilos zware goederen tegen 21 millioen onder 't bestuur onzer liberale tegen st re vers. De flnancieële politiek onzer Katho lieke Ministers, heeft gelukkige uitslagen voor den openbaren rijkdom en de alge meene welvaart opgeleverd. Het is ook onbetwistbaar dat de gema tigde en vredelievende politiek, do bescherming aller belangen der Katho lieke Ministers, de oorzaak zyn dat wij, Beigen, de crisis der levensduurte die in Europa heerscht, gemakkelijker door worstelen dan de bevolkingen van andere landen, 't gene reeds meeriyaals op de ontegensprekelijksto wijze is bewezen geworden. In die omstandigheden ware het eene groote dwaasheid ons van onze Katho lieke Regeering te ontmaken en haar te vervangen door liberalen en socialisten die ons, onder alle opzichten, naar den ondergang voeren zouden Leve onze Katholieke Regeering oen hardvoohtigen lach, is liaro str&f spoe dig gekomen. Zij kwam zoo ellendig om als zy ons toegedacht heeft. Met die deur kun nen wy niets aanvangen. Laat ons maar teruggaan naar de schatkamer. Wij keerden ons om voorbij den onaf- gewerkten muur komende, zag ik daar het mandje met voedsel, dat de arme Foulata gedragen had. Ik nam het mee naar do schatkamer, die ons graf zou zijn. Daarop gingen wij terug en legden Foulata's lijk met eerbied op den vloer by de doozen met munten begraven kondon wij het niet. Wy gingen nu zitten met onze ruggen togen de steenon doozen vol diamant, thans waardeloos voor ons. Laat ons het voedsel verdoelen, sprak Sir Henry, opdat wij het zoolang mogelijk uithouden. Wij deden zoo. Wij berekenden, dat er zoowat vier kleine maaltijden voor ieder van ons waren, waarop wij twee dagen het loven zouden kunnen houden. Behalve de «biltong» of gedroogd vloesch, waren er ook nog twee veldflesschen met water. Nu, zegde Sir Henry bitter, laat ons eten en drinken, want morgen of wat later sterven wy. Wy aten een weinig van de «biltong» en dronken een paar teugen water. Onnoodig te zeggen, dat wij maar weinig eetlust had don, hoewel wij toch dringend voedsel noo dig hadden. Daarop stonden wij op en gingen nauw» keurig de wanden van onzen kerker onder- u Reisbeschrijvin g door Petrus Cosvv. Van Kaapstad naar Elisabethstad. TWEEDE DEEL. XXVI. Wat mij insgelijks trof dat is die hand van broederlijkheid die hen onderling verbindt Een zwarte wanneer hij iets krijgt,deelt aanstonds met zijne makkers en behoudt slechts voor zich een gelijk deel als hij aau de kameraden heeft gegeven. Is zulk voorbeeld, komende van halve wilden, niet treffend Eindelijk wordt het 5.35 ure en de trein zet zich in beweging voor Elisabeth stad, de hoofdstad van het distrikt Katanga. De negers maken een la wijd 'van alle duivels op hunnen wagen. Wan neer ze zoo aan 't schreeuwen en aan 't wilde gebaren maken zijn, zou men dan ook meenen dat ze broers of wel heel nare familie zijn van Pietje Pek. Om 9 ure houdt de trein stil, midden in het woud. Hier zullen wij vernachten want de machinisten (twee nieuwelingen) durven met meer voortrijden daar zij de baan niet goed kennen en het holle donker is. Contre la force pas de résis tance. zegt dc franschman, wat in 't Vlaamsch zeggen wil: Kan 't niet anders het zij zoo, dus nog maar eens treinsla- pers zijn. 4 April. Om 6 ure worden wij gewekt door een oorvordoovend geluid. De zwarteu krijgen hun dagelijks rant soen maïs, maniokmeel enz. on ze zingen, dansen, springen en roepen alsof ganscli de troep opeens dolzot geworden ware. Nog immer zijn het diepe, ondoor dringbare wouden met op de lakken der hoornen, gouden en zilveren, helroode, donkere en lichtgroene, witte en zwarte, blauwo en purperen vogels, welke van tak op tak wippen en allen hun eigen liedje op hun eigen vooisje zingen. Vlamingen leert daaraan ook immer en overal uw eigen taal te zingen, want Geen schooner kroon Dan eigen schoon. Geen schooner taal Dan onze taal. Van op het platform van onzen wagon hen ik getuige van een oorspronkelijk tooneel. De zwarten zijn op hun voertuig in een kring gezeten. Een hoeft in de handen een tuig dat ik nog nooit had gezien cn ik kon waarlijk niet denken waarvoor het dienen moest. Eene twee voet lange en van een arm dikke buis, van onder een uitgeholden pompoen. Dat was nu de beruchte kalebaspijp, waarvan ik zoo dikwijls in de verhalen der mis sion narissen en ontdekkingsreizigers ge lezen had. De pompoen wordt met tabak gevuld, ontstoken en gaat van mond tot mond. Ieder trekt een goeden teug cn geeft ze aan zijn gebuur over. Weê hem zoekeu, in do flauwe hoop eenig middel tot ontsnappen te vinden. Wij klopten ook op den grond om te hooren of soms ergens liet geluid hol was. Niets, mets! 't Was ook onwaarschijnlijk dat deze schatkamer nog een anderen uit gang zou hebben. De lamp begon zwakker te branden. De oiie was bijna op. Quaterman, sprak Sir Henry. Hoe laat is liet; uwe hcrlogio gaat? Ik haalde het voor den dag er» zag. Hot was zeven uur en tc elf ure waren wij den kelder binnengegaan. Infadoos zal ons missen, zegde ik. Als wy niet voor den nacht terugkeeren, zal hij ons morgenvroeg gaan zoeken, Curtis. Hij zal vruchteloos zoeken. Hy kent het geheim van de deur niet en woet niet eens, waar do ingang is. Niemand wist het gisteren behalve Gagool. Nu weet het nie mand meer. En al vond hy de deur, hy zou haar toch niet kunnen openen. Hot gcheelc Kukuanaleger kan nog niet door een vijf voet dikke rots dringen. Vrienden, ik zie geen anderen weg dan dat wy ons buigen voor den wil van den Almachtige. De zucht naar schatten heeft al menigeen tot een droef einde gebracht. Wij zullen het aantal vermeerderen. De lamp gaf voortdurend minder licht. Zij knetterde nu op eu toonde voor liet laatsl den gansehen kelder den grooten stapel witte tanden, de gouddoozen, het lyk der arme Foulata, den lederen zak met dia die het wagen zou twee maal te trekken hij ware gauw ouder het voetvolk gere kend. Doch stilaan is het 4 1/2 ure geworden en dus tijd om onze valiezen en pakken gereed te maken want wy naderen onze bestemming en, ja, eindelijk om 5 1/2 ure houdt onze stoomwagen in de statie van Elisabethville stil. Op de kaai wemelt het van Belgen en blanken van andere nationaliteiten. Door eene depêche uit Sakania verwittigd, ontvangt ons de Achtbare Heer Van den Heuvel, namens M. Leplae en heet ons welkom in Katanga's hoofdstad. Door de welwillende zorgen van dien Heer wor den onze pakken en koffers naar het kamp gedragen en kunnen wij eindelijk ons eens aan eene welvoorziene tafel neerzetten waar wij allen eer doen aan de keurige gerechten. En nu geduldige lezeressen en lezers ben ik aan 't einde mijner reis, doch niet aan 't einde van mijn leven hoop ik, en zoo die hoop zich vervult dan meld ik U, bij middel van onzen Denderbode nog menig interessant nieuws over onze heerlijke kolonie en mijne wedervarin gen. Er rest mij slechts een verlangen, eene zaak, voor dewelke ik een klein gebed afsmeek van U duurbare lezers en leze ressen, 't is dat, als de golven van den menschelijken oceaan, mij als een rede loos en levenloos wrak op den oever zullen hebben geworpen, dat dan die oever, hot lieve, lieve plekje gronds weze waar, aan de zyde mijner zielsgeliefde Moeder, eens mijne wiego stond, en, zij het laatste zicht vóór mijne brekende oogen, de ouderhoeve en den slanken toren van het kleine doch zoo duurbaar geboortedorpje. (EINDE.) De mastklimmerij naar de kiesman- daten heeft Zondag lest te Aalst, in 't groene lokaal der Lange Zoutstraat en te Ninove in 't groene lokaal der Vrije Klok plaats gehad. Dat het alles is afgeloopen volgens de berekeniugen van plannentrekker Pie, is geenszins te verwonderen. Het ordewoord was door Pie voorgeschreven 't Mochten geeno nuchtere kalveren van democraten zijn maar wel mannen van opofferinglang in den strijd, die geleden cn opgeofferd hebben. Stinus, alias Arabi Pacha, die zoo wat look in den raeersch geroken had, ondanks De Neve hem ten stelligste zijne plaats van eersten plaatsvervanger bereidwillig in 't belang der groene kliek afstond, had tot deze laatste dagen geweigerd als mastklimmer op te treden. Nu eindelijk had hij toegegeven zich vergenoegend met eene zoogezegde manten en de wanhopige gezichten van ons drieën, die daar gedoomd waren om van uitputting te sterven. Nog oen laatste lichtïlikkering en diepe duisternis trad in. XVIII. -- Wij geven alle hoop verloren. Ik kan niet naar waarheid eene beschry ving geven van de verschrikkingen van de nu volgenden nacht. Gelukkig werden de uren door de korte tusschenpoozon van slaap verke rt, want zelfs in een toestand als dien waarin wij verkeerden deed de natuur hare rechten gelden. Maar ik, in ieder geval, kon onmogelyk veel slapen. Daar gelaten nog de verschrikkelijke g» daclite aan wat ons boven het hoofd hing de dapperste man der wereld zou den moed verliezen by 't vooruitzicht van zulk een lot als 't onze en ik heb mij nooit voor dapper uitgegeven was de stilte te groot om te verdragen. Lezer, gij moogt al eenen nacht wakker gelegen hebbeu en door de stilte terneerge drukt zijn, maar toch kunt gy, ik verzeker het u bij ondervinding, niet b-grypen wel ke onverdraaglijke leemte eene volkome stilte om u doet ontstaan. Op de oppei vlak te der aarde is altijd eenig geluid, al is het ook onmerkbaar, 't ontneemt toch aan de stilte haar doodsch, afmattend, pynigend karakter. Maar hier was niets. Wij waren begra ven in de ingewanden van een, met sneeuw bedekten bergtop. Duizonde voeten boven terechtwijzing van Pie de Wipper die m zijn zeeverblad verklaarde dat de bena ming van mastklimmers dio hij, klaar en duidelijk, had toegepast aan zijne vroegere medekandidaten in do kiezing des Geraeentcraads, alleen toepasselijk was aan zekere katholieke lieeren. Op die eenvoudige en geveinsde ver klaring stemde Stinus er in toe als mast klimmer op te treden .Niet al te slim, Stinus i Er zal dus dan toch een ernstig persoon bij zijn, dacht Stinus. Maar Stinus is er deerlijk van af goko- men Pie had te veel zeep aan den mast gestreken; Dumont van Erpe vaarde niet heter dan Stinus heiden zijn dan ook naar den dieperik gelijst Wat deze beide mastklimmers te wach ten stond, konden zij op voorhand voor zien. Vriend Leemoke Plancqunert, die den fopper van Ciiipka in den grond kent, heeft hun klaar en duidelijk gewaar schuwd dat hij iedereen fopt tot zelfs zijne beste vrienden. De opvolger van Pie moest, zonder faut denvermaarden Denderhautemschen woordenkramer Van den Bruelle wezen. Wie weet dochtersverkoop hangt er mogelijk van af en zoo zou de zaak van de 1090 patotterkes in de familie blijven tut dat Baaske Van de Wiele in vaders schoenen springen kan. Wel, heeren Dumunt en Ghysselinckx, begrijpt ge dan niet dat gij voor den doortrokken Pie leerken hebt gestaan, opdat hij gemakkelijker den top van den mast zou hereiken om er, niet de .ge bruikelijke hesp, maar nogmaals de 4Ó00 ballekens af tc rukken... En gij,Dumont, stond vroeger aan 't hoofd van de groene lyst en door de sluwe middelen van PIE komt gij zoo goed als aan den staart. Gy, evenals Leenwke Plancquaert, hebt den fop vogel van Cliipka nu leeren ken nen. De Werkman van gister Vrijdag 22 Maart deelt den uitslag van den groenen Poll, ofte mastkliinmery meè A. Werkelyke Kandidaten voor do Volkskamer 1. Daens 2. Van den Bruelle; 3.Dumont; 4. Ghysselinckx 5. Haeltorman. B. Plaatsvervangende Kandidaten 1 Van den Bruelle2. Ghysselinckx C. Dumont 4. Ilaelterman. Kandidaat voor 't Senaat. M. Rubbens, Burgemeester van Sonne- gem. De kantons van Geeraardebergen en Sottegem mochten niet meè pollen, waarom Van s middags tot middernacht, eenige dienstdoende Apotheker, op Zondag 24 Maart 1912, M.Callebaut. Botermarkt. ons waaide d» wind over de ysvlakto, maar gqcn geluid bereikte ons oor. Wy waren door cenen tunnel en cono rots van vyf voet dikte gescheiden van de vervaarlijke kamer des doods. En do dood maakt geen geluid. Het gerommel van de gansche artillerie dor aarde zou ons nog niet bereikt hebben, al was zy voorby ons levend graf gekomen. Wy waren van iederen echo der wereld afgesloten. Wij waren reeds als dooden. En dan kwam daar nog by dat onze eigen toestand bespottelijk was. Daar lagen schatten rond ons, waarmee wel eene nationale schuld kon gedelgd of dc machtigste vloot der wereld kon gebouwd worden, en dat alles zouden wij gaarne go- geven hebben voor het geringste glimpje van hoop. Spoedig, dat is zeker, zouden wy dat alles ook gaarne over hebben voor eeno bete broods of oen dronk waterdaarna voor het geluk, spoedig uit ons lijden verlost te worden. Inderdaad, weelde, waarvoor men zyn leven waagt om ze te verwerven, is toch in zich zeiven niets waard. En aldus ging de nacht voorby. Good, zoo klonk Sir Henry's stom ten laatste, cn ze klonk droefdaverend in deze geluidlooze eenzaamheid, hoeveel stekskens tiebt ge nog in uw doosken Ach, Curtis. Steek er een aan, dan kannen wy zien hoe laat liet is. Wordt voortgezet

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1912 | | pagina 1