Zondag 16 Juni 1912. 5 centiemen het nummer. 65ste Jaar 4498. Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM, van de Stad en 't Arrondissement van Aalst. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. De Priesters en de kari.elisten GELOOF EN LIEFDE Beschaving in Belgisch Congo. Vil mijn Congoleesch dagboek DITJES en DATJES. DE DENDERBODE Dit blad verschijnt don Woensdag en Zaterdag van iedere week ondér dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal Ier week voor de Stad 5 frank met den Post verzonden 0 frank s jaars, fr. 3,25 vóór zes maanden fr. 1,75 voor drij maanden, voorop te betalen De inschrijving eindigt niet 31 December. De onkosten der kwit- tantien doo de Post ontvangen zijn ten laste van den schuldenaar. Men schrijft in bij G. VAN DE PUTTE-GOOSSENS Korte Zoutstraat, nr 31, en in alle Postkantoren des Lands. CUIQLE 811 11. Per drukregel Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00 Vonnissen op 3ae bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Notarissen moeten hunne inzendingen doen, uiterlijk tegen den Dijnsdag en Vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van dit blad. Aalst, 15 Juni 1912 De laatste of pas geëindigde kiesstrijden hebben ten overvloede bewezen hoe gebeten de rood blauwe kartelisten op de Priesters zijn, wat onverbiddelijke» haat sommigen hun toedragen. En die haat gaat zelfs zoo verre als zou men denken dat hij door de hel wordt inge blazen. En om hunne vijandschap, hunnen haal. te wettigen schreeuwen zij - De Priesters maken politiek. Zij maken politiek Is dat misschien hun rcchl niet Maar 't is immers gekend en geweten wat de geuzen willen. Wat zij zouden willen, 't is eene onwetende en werkolooze Geestelijkheid welke zicli om de haar toevertrouwde kudden niet zon bekommerend Alsdan zouden de rood blauwe schry- vclaars en redenaars kunnen bulderen op die verwenschte zwartrokken die niets doen voor het volk en er zich bij bepalen geduld, gelatenheid en onderda nigheid aan te prediken. Maar wanneer zij bestatigen dat de Priesters lot de land bouwers, tot de werklieden gaan, dat zij zich bekommeren om hun tijdelijk welzijn door het stichten van allerhande bonden en vakvereenigingen en andere sociale instellingen, 0I1 dan rijst hunne diiivelsche woede ten top en schreeuwen zij - De Priesters bemoeien zich mej, de politiek, dat zij in hunne kerk blijven-. Nemen wij nu aan dat de Priesters zicli met de pbliliek bemoeien. Maar gaan zij hierdoor buiten lmn recht Zijn zij dan geen Belgen, geen vrije burgers lijk wij en zij Bewijzende Priesters niet meer dien sten aan de Samenleving en 't Vaderland dan wie ook BelcLen de Priesters niet meer schelm stukken en euveldaden dan alle gendar men en politie te samen Wie meer dan de Priesters beijvert zic h om de naastenliefde en de liefde tol liet Vaderland,tot onze vrije Instellingen tot het Koningdom in te planten En 't zou ter wille van de geuzen dan niet aan de Priesters mogen toegelaten zijn te werken, opdat hun Vaderland geregeerd worde door godsdienstige mannen, met breede gedachten en vooruitstrevend kooger ideaal liever dan het lo zien vallen in handen van haatvolle helsehe sectarissen Wat liet afgezaagd deuntje betreft De Priester in de kerk en de Burge- - meester- op 't stadhuis - het ware dwaasheid het nogmaals hel willen weer leggen En nu ten slotte. Wanneer de vrijden kers en godsdiensthaters hunne plannen tegen God en Kerk willen ten uitvoer brengen in de krochten der vrijmetselarij beraamd en gesmeed, dan hebben onze Priesters niet alleen het recht, maar 't is Geschiedkundige ridderroman uil den eersten kruistocht door Petrus Van Nuffel. Zweren we, hij 1 Ie nog warme lijken van vriend en vijand, 't werk der wraak te voltrekken soldaten van Christus, die wraak zal zoel, genotvol voor ons, schrikkelijk en zonder genade voor den vijand zijn. Zonder genade Dal. ras van sluipmoordenaars zal den klauw voelen des christenen strijders, die zich nooit tergen liet Dat zweren wij, dat zweren wii, dreunde het Liever sterven dan liet hoofd te bukken onder de vernedering, dan te buigen onder de schande, ons aangedaan Als een wespennest, vervolgde de jonker, in de richting der stad wijzende zullen wij de sterkte den vlammen prijs geven Geen steen blijve er op elkaar, geen spoor toone de plaats, waar zij eens hare bonken in den grond sloeg Hoezee Hoezee zongen ontelbare mannenstemmen. Zooals Wil fried daar stond, was bij liet ware evenbeeld van den oorlogsgod hunne opperste gewetensplicht ze lot het uiterste to bestrijden Kwamen zij er aan tekort, zo zouden er verantwoordelijk over zijn voor God, 't Vaderland en de Samenleving Tien jaren geleden verbleef alhier bij onzen lieer Burgemeester Gheeraerdts', een jonge Congolander.'t Was de boy van wijlen den dapperen Albert Boone, een der eerste voorvechters in den strijd voor de beschaving onzer Colonie. Vooraleer die boy genaamd Moussingi, naar Congo terugreisde, nam bij eenige omslagen van brieven ineê van liet huis waar hij ver scheidene maanden de gastvrijheid geno ten had en dit met de belofte tlat, wanneer bij eens de noodige geleerdheid kon ver krijgen, hij alsdan niet zou nagelaten hebben te schrijven en zijne erkentenis te betoonen. Moussingi bleef zijnen heldhaftige» meester getrouw tot wanneer deze laatste door de dood van do wereld werd gerukt, in 't begin van 't jaar 1908, in liet gasthuis van Kinkanda. Toen begaf Moussingi zich naar de Mis sie van Umangi-Sint-Petrus, bestuurd door de Eerw. Missionnarisseu van Scheut.Hel is uit deze Missie dat de heer Glieeraedts eenen brief komt te ontvan gen van den Eerw. Pater D. Morelus en hem tevens eenen brief terhandstc.lt in gansche natuurlijkheid geschreven door den Congolander Moussingi. De Eerw. Pater maakt bekend dat de neger die nu het H. Doopsel heeft onlvan gen enden voornaam draagt van Maurice, gehuwd, een goede christen geworden en catechist is in Boso-Mobango en op 3 uren afstand van Umangi verblijft alwaar hij het opzicht heeft over een vijftigtal christenen en de heiden onderwijst die zicli tot het christendom willen be keer en. Maurice is een groote, sterke en blij moedige zwarte geworden en spreekt volgaarne over Aalst en de sclioone Pro cessie van het II. Sacr.unont die hij hier gezien heeft Hij bewaart zorgvuldig zijnen paternoster, hem geschonken door Madame Boone. Jaarlijks laat hij een Mis opdragen voor de zielerusl van zijne vroegere meesters Ferdinand en Albert Boone, den eerste overleden in Ivassaï en den tweede in Kinkanda. De brief van Moussingi bevestigt de gezegden van den Eerw. Missionnaris van Scheuthij verklaart dal. hij steeds denkt aan degenen die hij hier .te Aalst gekend heeft en dal, indien zijn meester van deze wereld niet ware gescheiden,hij sedert lang in Europa zou zijn terugge komen. Maar nu dat hij gehuwd is met eene negerin Balelela, gedoopt omlei den voornaam van Marllia, verblijft bij standvastig 111 de Missie en bidt daar da gelijks den Heer voor zijne oude ken Liefelijk speelde de wind in de lange haarlokkeu en deed ze, in zachte golfjes, heen en weer wiegelen rijzig kwam zijne welgevormde gestalte uit liet krijgs- unifonn boe verheven glansde hem liet hoofd op de schouders, hetwelk hom onder allen, bij den eersten oogopslag, onderscheidde In overwegingen verdiept, sloeg hij den wegnaar zijne legertent in. Aan den rechterkant van liet kamp kwamen de soldaten in groepen le-zamen. Hun onderling Wantrouwend gesprek, die wezens bewolkt met een waas van diepen ernst, dit zonderling vuur in I10L oog, alles voorspelde iels van liet grootste gewicht. Wil fried vermoedde geenzins het doelwit zijner gezellen, want aan zijne ruststede gekomen, viel hij op de knieën, de handen in diepe godsvrucht samengevouwen den blik ten hemel stortte hij eene vurige bede Almachtige Heer, God der Heirscha ren, geloofd en gebenedijd voor uwe heilige Voorzienigheid, die hare bescher mende hand over mij,uwen onwaardigeu dienaar, uitgestrekt houdtSchenk mij hoop en sterkte in 't voorzetten van den strijd voor Waarheid en Recht, strijd tegen den vijand der Heilige Zaak gericht Behoud en troost mijne geliefde ouders, Maria, mijne aartsvriendin... Stort eene sprankel van licht in den nacht van duis ternis en dwaling, waarin haar vader, dezóo machtige als godvergelen Hoèl, Hij bezit, zegt hij, een Makako (moge lijk een papegaai) en kon hij deze met een Belgische witte reiziger meegeven als ge schenk voor den heer Gheeraerdts, hij zou hét volgaarne doen. Het geschrift van den neger is voortref felijk en zijne gedachten worden eenvou dig en natuurlijk uitgedrukt. Dit alles doet ten zeerste de hartelijke toegene genheid uitschijnen der Belgische Missi- onnarissen voor de beschaving onzer zwarte broeders in den Congo en hoe verdienstelijk en nooit genoeg geprezen hunne zelfsopoffering voorkomt en moet geloofd worden Tegen hel MonT- e.i Klauwzeer. In een Berlijnsch blad, het belangrijk ste orgaan der Duitscho landbouwers- partij, wordt medegedeeld dat dokter Wilhelm Grugel, die als preparator werkzaam is aan het hygiënisch gesticht van de Hoogcscliool te Kostock, er na lange studie en opzoekingen, in gelukt is de baciel die liet mond- en klauwzeer veroorzaakt, in reinkultuur te kweeken. Bij gezonde dieren in het bloed gebracht worden deze aanstonds door de baciel aangetast. De geleerde is er bovendien in gelukt uit de gedoode kuituren der baciel een entstof voor te bereiden waar mede de geënte dieren onaantastbaar worden voor de gevaarlijke en verwoes tende ziekte. Er dient echter dit onderscheid ge maakt, dal deze entstof geen genees middel is, doch enkel de gezonde dieren tegen de ziekte vrijwaart. De proeven, op runderen genomen, hebben de beste uitslagen gehad. Men heeft echter nog geen zekerheid aangaande de kracht wan, de entstof en den duur van de vrijwaring tegen aantasting in dien zin worden thans nog meer proeven genomen. Men verwacht dat de Duitscho regee ring eerlang den ontdekker van deze entstof in de mogelijkheid zal stellen zijne ontdekking algemeen te maken Naar men verzekert zal het behoedmiddel tegen een geringen prijs, drie mark of 3 75 fr. per dier, kunnen in den handel gebracht worden. door Petrus Gosyiv. Stichting van den landbouwpost van Kitunguru. XI. 26 October Al de werklieden zyu we derom vertrokken om bainbous en sta ken le kappen. Dit zal zoo alle dagen zijn lot er gras genoeg is om voort te werken aan liet dak. Die kwestie van liet gras begint bezorgd U-maken, want de vrou wen die bel aanbrengen, komen maar traag af en zeggen dat het gras 'schaarse!) wordt. Dit ware eene erge tegenslag. Uwen heiligen Rerediensl bekampt, dat zijne reine dochter, die engel van goed lieid. Uwe Voorzienigheid tot werktuig strekko om zijnen overmoed, zijnen 011 wettigen wrok te dempen... Gur. mij de genade, dat allen, in vrede vereenigd, in een en hetzelfde heil versmullen, Uwe goedheid prijzen, zegenen Ridders en lijfwachtten verrasten hem in deze uitstorting des harten. Mot vlot tend gedrang verschenen" zij voor hom en juichten Heil Heil den overste Dit deed hem sidderen. Hij verbleekte Alles rees hem klaar voor den geest die geheimvolle handelwijze, hem straks onbegrypbaar ;'dic sombere blikken en gefronste voorhoofden. Hij had begrepen hem wilden zij als aanleider derchristene bende Beminde Broeders, stamelde hij hoe zal ik u vergolden voor zooveel liefdo en genegenheid Afkeurend gemompel stoorde zijne rede. Makkers, hernam de spreker, mis moedig hel hoofd schuddende: gij waant mij sterker, moediger dan ik ben. Ik ben zóo jong, zoo onervaren. Niets gunt mij liet recht op do minste onderscheiding aanspraak te maken. Gij zijt edel De dapperste der dap persten onderons sprak een bejaard man. En, op een toon, die weerstand noch Al de arbeiders hebben van M. Godin een geschenk gehad, een «goia» of een stuk stof in blauwe kleur om rond de lenden te binden. Met zoo een «goia» 'staalde neger in groot toilet want ge- I woon lijk hebben zij ook niets anders om 'om het lijf te hangen. Soms ontmoet men wel eenen met eene oude versleten witte broek en vest of in kakhi, dat hij ergens van den eenen of den anderen blanke ge kregen of... gerobberd heeft, maar verre van 't meeste deel draagt enkel eenige ellen stof rond de heupen. 27 October Nog altijd geen gras ge- .nocg «marche bantu's kwenda na rniti et Icimbala-, bouten bainbou balen.'t Staat fhun goed aan dat werkje want ze zingen een lustig deuntje bij 't heengaan. Ik ga terwijl nog eens liet terrein «experteeren» waar de hoeve moet opgericht worden. '.Die zal hare plaats vinden tegen de bron óp zoo een 150 meters van mijne woning. Er zullen stallen opgericht worden en lëenen omtrek van 1 a 2 hectaren zal (rondom uitgepaald worden met hooge staken waartusscheu men bamboesriet (vlecht, dit otn te beletten dat wilde die ren 's avonds of's nachts in de omhei ning komen en hel vee aanvallen. Men zal een wijde gracht delven en zoo liet water der bron door den «lupanga» of omheining leiden. Zoo is er van zelfs voor gezorgd dal het vee altijd frisch en versch drinkwater heeft wat van kapitaal belang is voor de gezondheid der dieren en liet spaart te vens liet werk tweemaal daags water te gaan balen naar de bron voor liet vee. 'b Namiddags zet ik al de zwarten reeds aan liet. werk 0111 het terrein te zuiveren van struikhout en gras. Vooral moet de omtrek rond de bron goed gerei nigd worden en alles blootgelegd want '1 is juist op de vochtige en lommerrijke plaatsen dal de schuil en woekeroorden zijn van de tse-tse-vliegen en andere in- sekten. 28 October Om 8 uren is bet de- broussement gedaan. Ik zend de mannen achter staken en terwijl neem ik mijn meetgericf on paal het plan af waar de stallingen moeien verrijzen, want zonder op den grond de noodige lij non te trek ken en putten te maken zouden de zwar ten onbekwaam zijn te beginnen en zouden ze u eenen stal maken als een geitenslal bij ons, en een huis zonder deuren. Nu daarin zouden ze de eerste niet zijn want te Burst zag ik ook een huis dat reeds vensterhoogte had en waarin de metser de deur vergeten bad. Nu missen is menschelijk en wie nooit gemist of iets verkeerd gedaan heeft, werpe dien metser den eersten steen. Ik niet. Rekent eens uit voor mij, lieve le zers en lezeressen, hoeveel hout er mij zal behoeven <in zoo cone weide van 2 hec taren uit le palen ik zal 11 nog zeggen dat ge 5 slaken van 3 meiers hoogte 1100- dig hebt per loopenden meter en ,".0 bam bouspersen per meter hoogte 0111 de oin heining te maken. E11 dit alles moet eene uur ver gehaald worden. En dan belioe ven er nog honderden en honderden groote staken en duizenden en duizenden persen om stallen, keuken, kiekenkot, magazijnen enz. te maken. Ge moet niet vragen of er werk op de planken is en ware 't niet om u plezier te doen en mijn vriend Joris daarbij, ik zou hier 's avonds om 11 1/2 uren niet zitten te schrijven, maar stillekens in mijnen tram kruipen. Nu belofte maakt schuld, ik zal ze dan maar zonder morren volbrengen 's Namiddags begin ik met 6 zwarten aan liet oprichten der hoek palen en mid- densteunen voor liet dak, de anderen brengen allen maar hout aan, ik heb er reeds eenen schoonen hoop. 's Avonds zijn de palen opgericht en wanneer ik zoo tevreden mijn werk sta te bezien, schiet ik opeens in een luiden schatteren den lach. Dat is nu warempel den faraeu- zen theater van Burst met de kermis en waarvan iedereen spreekt, die daar nu voor mij staatniet den theater die ik de laatste maal zag want dien was op wie len, maar dien van voorgaande jaren en die nu met stukken en brokken geëntre- preneurd is. Oude vriend en speelmakker mijner jeugd, zijt gë filosoof geworden, gewis denkt ge nu in den een of anderen somberen hoek waarin men u geborgen heeft: - Sic transit gloria mundi. Hoe tafereelen der jeugd hier in Coii&o soms voor de oogen opdoemen. Wordt vervolgd. Voor de kiezers.Zooals het na elke kiezing het geval is, komen er van verschillende kanten klachten toe van kiezers, diê op ITuniibn kiesbriel niet aangeteekend stonden met het getal stemmen, waarop zij rectit hadden, en zij vragen of daar niets tegen te doen is. Dat is volstrekt te laat geklaagd, en die kiezers zelf hadden maar op tijds de kie zerslijsten moeten nazien, om te onder zoeken of zij wel nauwkeurig opgeschre ven waren en met het getal stemmen dat hun toekwam. Eens de kiezerslijsten defi nitief gesloten zijn alle reklamaties nut teloos. Wat er ook van zij, tie kiezers, die nu het getal stemmen niet hadden waarop zij meenen recht te hebben, zullen wel doen er onrfiiddelijk het Bureel der Katholieke Werken, te Aalst, Ka tholieke Kring, Groote Markt, van te verwittigen. Er zal dan bij de aan staande herziening der kiezerslijsten, in de maand Augusti, gezorgd worden dat alles in regel wordt gebracht. Dat zij ecb- ler daarmee niet wachten zooniet zijn zij liet binnen een paar weken vergelen. Achterlijke wezens. Nauwe lijks zijn de kieziegen voorbij of de libe ralen vallen weer uit in beleedigingen en versmaliugen legende buitenlieden... Waarom die beleedigingen, die versma- dingen Wel, omdat de kiezers in den builen zicli niet hebben laten beetnemen door de leugens en lasteringen der blauwen en rooden en hunno stemmen aan de katho lieken hebben geschonken gelijk vroeger. tegenspraak dulde, schreeuwden edelen en onedelen Heil den aanvoedcr (iij eischt het Gij dwingt my!... Mijn God.. Welaan, liet moet ik slem toe Voor Christus .en zijn H, Graf. Beveel, beveel Dan stond Wilfriod recht en, krachtvol, meesleepeiid en veroverend, rolde zijne slem over de rnannonzce Vrienden bet uur der wederwraak is geslagen Wellioe, men komt al wat u op aarde liet dierbaarst was, uit ons mid den te rukken hom, dien wij beminden als liet -licht onzer oogen, de ridder, voor wie allen van 11 bun leven veil hadden Snood en verraderlijk werd hij de eeuwig heid ingezweept Zal die gruwel langer zijne wettige straf verbeiden Nimmer! Bij het H. Graf onzes Heeren wij zijn geen lafaards! All! beef, trotsclio vesting, die zóo menige eeuw uw kantig bolwerk, als de kroon eens wereld veroveraars, in het zwerk verheft Haast ligt al uwe macht, geknakt als een strooibalm, aan onze voeten uwe pracht vergruisd in puinhoopen uwe paleizen, wat zeg ik 't uw volk zelf in den niet teruggestort uwe drommen verpletterd in éen onaf zienbare» bloedplasWij tarten alles BeefUw einde naaktde dood is daar 1 Vrienden Welken onbeschrijfelijken indruk brachten die woorden niet teweeg op lijfknechten en laten, bij de karavaan aangesloten Hun zwol de boezem van vrijheidszucht en blijde fierheid hunne oogen flikkerden, wierpen gensters af van trouwe dankbaarheid en verknochtheid. Allen trokken, in vervoering, liet zwaard uil de scheede pijlbussen rammelden, boogpezen snorkten, bijlen en dolken knetterden tegen elkaar, E011 oorverdoo- vende zegekreet barstte los, door den echo viervoudig herhaald. Ongemeene bedrijvigheid heerschte opliet veld. Ieder een maakte zicli slagvaardig. Groote houtvuren werden aangelegd, waarover men koperen ketels hing, die gevuld waren met olie en pek. Van deze smook- achtige vochten werden toortsen vervaar digd, welke, eens aangestoken, in de handen der soldaten het wapen zouden vervangen. Wanneer alles in gereedheid was, gaf Wilfriod het sein tot den optocht. De fak kels werden gegrepen en bij liet vuur gebracht. Daarna bewoog zicli liet leger entoog stadwaarts, 'tScheen éen krui pende vuurslang, betooverond om aan zien. ijselijk bij het berdenken wien die ontelbare vlammen voorbestemd waren. Schrikkelijk was bet schouwspel, dat volgde. Geeno menschelijkekrachtscheen de woeste vaart der soldaten te kunnen tegenhouden. Door hun getier en ge schreeuw waren de inwoners spoedig gewekt en spanden zij alle pogingen in 0111 het dreigende gevaar te ontkomen, hun leven te redden. .Meest allen ont vluchtten hunne haardsteden. Vrouwen, 't Is de schuld der kiezers vau den bui ten dat de blauwe en roode kartelisten zulke formidable buis hebben opgeloopen en waaronder zij nu verpletterd liggen. La Flandre libérale van Gent, schrijft het Maar wat vooral zonneklaar is g<- bleken dat is de achterlijkheid van den Vlaamschen buiten. Dus de buitenlieden zijn achterlijk, dom, lomp en bekrompen... omdat ze voor de kartelisten, voor de geuzen niet, hebben willen stemmen Staat aange teekend Schijnheiligheid. Vóór de kiezingen zijn de liberalen en socialisten schijnheilig genoeg om onder alle vormen en op alle tonen te verkonden dat ze geen vijanden zijn van den R. K. Gods dienst. Ja, dat verre van hem vijandig le zijn, zij hem voorstaan, eerbiedigen en zelfs verdedigen tegen de geuzen die hem aanranden. Ja, zoo spreken de rood blauwe kartelisten vóór de kiezing. Maar eens de kiezingen voorhij rukken zij hun makker van schijnheiligheid al' on werpen het waar 't vliegen wil. In dit geval verkeeren de schrijvelaars van het Journal de Charleroien op 3 en 9 Juni 1912 schreven zij - 't Is de Kerk die een hinderpaal is - voor onze verlossing, 't is de Kerk die - wij meer dan ooit moeten bevechten (3 JuiT.) Indien men generaties van gelen -.(katholieken) wilt vermijden, moet men niet alleen uit de school den pries- ter verwijderen, maar ook liet kind, de vrouw van de kerk verwijderen en persoonlijk het voorbeeld geven. Geen voetstap,' geen duit ten voordeele dor zwarte mannen. Als men aldus handelt - werkt men niet alleen om de geesten en de gewetens vrij te makeirmaar ook om de economische en politieke vrij- making der natie te verzekeren. Is liet niet daar waar de meerderheid der werkersbevolking vrijdenker is, in 't arrondissement Charleroi cn liet Centrum, dat men, in de laatste kiezin- gen, de schoonste uitslagen heeft ver- - kregen cn die bestaliging kan zij j„ gansch 't Walenland niet uitgebreid worden (9 Juni 1912) Neen neen ze zijn tegen den Gods dienst niet Een verjaardag. Zondag aanstaande is liet 28 jaar geleden dat in het Belgisch Staatsblad de benoeming verscheen van het Katholiek Ministerie, dat. na de verpletterende neerlaag der liberalen in de Kamerkiezingen van 10 Juni 1881, aan liet bewind kwam. In die 28 jaren zijn er negen kabinetsoversten geweest MM. Malou, Beernaert, J. de Bariet, de Smet de Naeyer, Van den Pee reboom, opnieuw de Smet de Naeyer, de Trooz, Scliollaert en de Broqueville. de wichtjes in den arm, vloden, onder het slaken van erbarmljyke hulpkreten, door de straten jonge dochters, haast zinneloos van angst, verborgen zich in kelders, op zolders mannen cn jonge lingen, hoe moedig ook, dorsten het niet bestaan den vijand in hel oog te blikken '■n klommen op de daken der woningen kinderen zochten kryschend hunneouders, ouders hunne kinderen. Weldra kleurde een akelige gloed den hemel.Eenige huizen stonden in lichterlaaie; openbare gebou wen hadden vuur gevat, begonnen te branden. Dit verdubbelde de vernielings- zuclit der soldeniers, de schrik der Tur ken. Inwoners, den dolk in de vuist, stonden op den drempel van liunnen eigendom, hunne have te bescherm en vonden er een gewissen dood. Naarmate het vuur eene snelle uitgebreidheid nam en zijne verwoesting met steeds toene mende lievigheid voortzette, ging een algemeenc gil onder de inwoners dei- stad op Naar de poorten! huilden zij. En, de daad bij liet woord voegende-, vluchtten allen naar hetzelfde punt, doch daar wachtte hen eene bittere teleurstel ling alle uitgangen waren door christe nen, bezet en verdedigd. Hier,daar,overal zagen zij niets dan den onmeedoogenden vijand, den wrekenden rechter. Dolzinnig brak deze de deuren open en stak zijné toorts aan alle brandvattende voorwer pen. Wordt voortgezet.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1912 | | pagina 1