Zondag 30 Juni 1912.
5 centiemen het nummer.
65ste Jaar 4502.
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan
GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM,
van de Stad en 't Arrondissement van Aalst.
VADERLAND, TAAL, VRIJHEID.
Het Katholiek
Programma
GELOOF EN LIEFDE
Uil mijn Congoleesch
dagboek
Congres van
het Davidsfonds.
DE DENDERBODE
Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagteekening van
den volgenden dag. I)e prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frank mei
den Post verzonden 0 frank 's jaars, fr. 3,25 voor zes maanden fr. 1,75 voor drij maanden,
voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwit-
lantiën doo de Post ontvangen zijn ten laste van don schuldenaar.
Men schrijft in bij G. VAN DE PUTTE-GOOSSENS Korte Zoutstraat, nr 31, en in alle
Postkantoren des Lands.
Per drukregel Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00 Vonnissen op 3d# bladzijde
50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen
handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Notarissen moeten hunne inzendingen
doen, uiterlijk tegen den Dijnsdag en Vrijdag in den voormiddag.
Voor de advcrtentiën uit vreemde landen zich te wenden ten hureele van dit blad.
CUIQL'»'. BUUM.
Aalst, 29 Juni 1912.
Onze Katholieke Ministers hebben het
Katholiek Programma bekend gemaakt,
welk zij, na de schitterende zegepraal op
2 Juni, zullen ten uitvoer brengen.
Wij mogen vertrouwen stellen in hun
gegeven woord, want zij staan bekend
als eerlijke lieden, bezield met taaien
wil en ongemeene krachtdadigheid. Men
oordeele
De heer LEVIE,
Minister van financiën, sprak te Charle
roi bij de - Ouvriers Réunies en
deed een gedeelte van het programma
der Regeering kennen en verklaarde
Wij zullen niemand verwonderd doen
opzien, zegde hij, als wij zeggen dat wij
voort zullen besturen zooals wij tot hier
toe bestuurd hebben.
De nationale belangen zijn nooit ver
waarloosd geweest maatschappe
lijke wetten, wie heeft ze gemaakt tenzij
wij, Katholieken, en dal al dikwijls tegen
den weerstand der liberalen en de ont
houding der socialisten.
Wij zijn het die het boekwerk der
sociale wetgeving in België geschreven
hebben.
Ik heb gesproken van de werklieden
pensioenen veel is op dat gebied ge
daan de wel van 1900, de uitbreiding
dier wet en het pensioen der mijifwer
kers die er een bijzonder kapittel van is.
Het uur is gekomen om eender
gelijk stelsel in te richten voor al
de werklieden van ons land.
Ik hoop dat het de vreugde van mijn
loven zal zijn Ie hebben medegeholpen
aan de verwezenlijking van dat program.
Do werklieden-pensioenen worden nu
dooi- allen betracht.
Men mag degenen die op de ouder-
doinsgrens gekomen zijn, niet overlaten
aan de openbare weldadigheid.
Moet de werking der nieuwe inrich
tingen, in eene samenleving die onzen
graad van beschaving bereikt heelt, het
bestaan niet verzekeren van degenen, die
niet bekwaam zijn er in te voorzien
Men moet. lot de oplossing van dat
vraagstuk komen dat de heele wereld
bezighoudt.
Ook hoop ik, dat ik mij voorde kie
zingen van 1914 niet zal aanbieden zon
der de oplossing van dat uitgebreid en
prachtig ontwerp.
En de Werkmanswoningen
Op dat gebied ook kan meer en boter
gedaan worden.
Men moet zooveel mogelijk maken
dat de huisvader zijn eigen buis bezitle.
Het is liet beste middel tot verzede
lijking.
Geschiedkundige ridderroman uit den
eersten kruistocht
door Petrus Van Nuffel.
4® Vervolg
Stikdonker was de nacht.
In eenen ruwen mantel gedoken, stapte
de schildwacht de legerplaats op en neer.
Nu eens bleef hij staan, ging dan weer
voort, verhaastte of vertraagde zijnen tred,
naar gelang van den loop der gedachten,
die hem op dit oogenblik bezig hielden.
Strak gluurde hij den vóór hem staanden
burcht aan. Alles scheen daarbinnen te
slapen, lijk den grijzen reus zelfgeen
torenbewaker ginds omhoog; geen grim
mend oog voor het kijktorentje, niet3 liet
scheen als eon gesloten graf. Wie huisde
er Vriond of vijand Geloof of onge
loof Scherper aanstaarde de nachtwan
delaar den sterken ringmuur, de hooge
transen éen voor éen mat hij in den geest
de breedte der grachten, telde opde vingers
de menigvuldige schietgatenStil!....
Een lichtje glimt op den muur meer om
meer flikkert het en werpt eindelijk een
breeden straal op eene wegsluipende schim.
De soldaat hoort hoe hem 't harte bonst en
terzelvertijd het gesuis van onderdrukte
Ik hoop dat binnen kort eene Commis
sie zal ingesteld worden, welke die kwes
tie zal bestudeeren, opdat wij weldra
eenen groeten stap voorwaarts zouden
kunnen doen op het gebied der wet
betreffende de werkmanswoningen.
De bijzondere voorhand neming moet
aangemoedigd en versterkt worden.
Er is nog eene klas van Belgen voor
welke iets moet gedaan worden, name
lijk,de kleine burgerij
Het krediet van de kleine burgerij,
ziedaar wat alle menschen van goeden
wil bekoort.
De heer de BROQUEVILLE,
Kabinetshoofd,
Minister van Spoorwegen, enz.
- Wij winnen duizenden stemmen;
in plaats van achteruit te gaan, herbe
ginnen wij den loop van onze zege
pralen.
't Is een bewijs dat het land tevred ;n
is over ons, 't is een bewijs dat lvt land
eenekranigeen gematigde politiek vraagt
Ik zal al doen wat ik aangekondigd heb
en beloofd. De overwinning zal voor ons
eene reden zijn om gematigd voort te
doen.
Wij willen langsom meer eene partij
zijn, die open staat voor alle menschen
van goeden wil, om alle goede burgers
onder ons vaandel te scharen, in één
woord, eene nationale partij. Wij willen
hel land besturen in 't belang van het
land en niet iu 't belang van eene kleine
groep personen
Voor wat de schoolwet aangaat,
wij willen de vrijheid van den
huisvader verzekeren en organi
seeren wij willen niets méér
wij willen voorrecht voor nie
mand.
De heer BERRYER.
Minister van Binnenlandsche Zaken.
- Wij zullen onze wijze, voorzichtige
en gematigde politiek voortzetten. Wij
zullen van onze zegepraal geen misbruik
maken...
Wij zullen onze sociale politiek nog
meer op den voorrang brengen met wijs
vooruitzicht, om aldus alle menschen van
goeden wil rondom ons te scharen.
De zegepraal leert ons ook dat wij ons
vaandel nog ruimer inoetpn laten open-
wapperen, onze inrichtingen nog ruimer
openzetten.
De menschen die voor ons ge
stemd hebben moeten wij met
open armen ontvangen en hen
eene plaats in onze rangen laten
zonder afstand te doen van hunne
geliefkoosde gedachten en gevoe
lens.
De heer RENK.IN,
Minister van Koloniën.
Wij hebben aan de Belgen gevraagd
of zij dachten gelijk wij, dal de huisvader
het recht heeft om in volle vrijheid de
school te kiezen voor zijne kindors, en
ook liet recht die vrijheid te doen eer-;
biedigen.
De Belgen hebben geantwoord ja
Zondag hebben onze tegenstrevers dti(
kinderen der oflicieele scholen volop in
den poli'ieken strijd gejaagd.Wij hebben
aan den ingang der kiesbureelen die kin
deren propaganda zien maken voor dc
liberalen en socialisten.
Die kinderen moesten roepen u Redt
ONZE SCHOLEN.
Dat is een bewijs te meer dal onze
tegenstrevers liegen als zij beweren dat
de onzijdige school toegankelijk is voor
iedereen.
't Is om de vrijheid van het onderwijs
te redden dat wij gestreden hebben en
overwonnen...
Wij hebben eene machtige zegepraal
behaald. Doch morgen herbegint de
strijd. Wij moeten onze strijdgolederen
altijd in gang houden. Onder Katho
lieken moet of mag er geéne
kwestie van personen zijn wij
strijden voor het algemeen wel
zijn wij strijden voor gedachten
wij strijden voor een ideaal.
Tegen de naaste kiezing zullen wij
onze rangen nog versterken door eene
stille, langzame en dagelijksche wer
king.-
De heer CARTON de WIART,
Minister van Justitie.
In 1910 zei M. Vandervelde, dat de
liberale partij ging smelten gelijk suiker
Z:ine voorzegging wordt waarheid. Gaan
de liberalen bunnen eigenen gang gaan
en onder de voogdij niet blijven van de
socialisten Dat zij bun plan trekken.
Doch ons plan is getrouw te blijven
aan ons programma van gematigde po
lilick Wij moeten dat overal laten I100-
ren en doen verstaan.
Van alle kanten zien wij de menschen
van goeden wil naar ons toekomen.
Daar zijn nu maar twee manieren van
politiek te voeren De klassenpolitiek,
en de politiek die voor doel heeft alle
belangen vreedzaam naast elkaar te doen
leven. Deze tweede manier is de onze.
Nochtans, gematigheid is geen stilstand.
Wij moeten alle vraagstukken die
voorkomen, aanvatten bescher
ming van den kleinen handel,
arbeidsovereenkomsten voor klei
ne bedienden, policie voor den
buiten, sociale kwestie, school
kwestie.
Voor wat de schoolkwestie aangaat,
wij zullen zien of onze tegenstrevers van
zin zijn de vrijheid van den huisvader te
waarborgen. Voor onze scholen vragen
wij geene voorrechten. Om de loelagen
te verkrijgen zullen wij dezelfde voor
waarden moeten vervullen als de oflicieele
scholen, doch ik herhaal hel nog eens
wij willen absoluut dat de vrijheid van
Jen huisvader heel en gansch verzekerd
zij. -
Ziedaar het gansche katholiek pro
gramma verval in de onbewimpeld een
dus zeer duidelijke verklaringen onzer
achtbare Ministers.
't Is de opperste plicht van alle wel
denkende Belgen dat uitgebreid pro
gramma in de maat van hun vermogen
te helpen verwezenlijken, daar het den
vrede en de rust zal bewaren en de alge-
meene welvaart moet verzekeren.
Natuurlijk, het kan toch niet anders,
de liberalen en socialisten zullen dit pro
gramma bestrijden, stokken in de wielen
steken maar wat wil men toch!., 't Is
bij hen eene ingeboren kwaal, namelijk,
dat zij mordicus alles moeten bestrijden
wat door de Katholieken wordt voorge
steld... N11, in alle geval ons Katholiek
Ministerie en zijne Meerderheid zal er
zich niet om slooren en zijne plicht we
ten te doen
stemmen... Zie, de gestalte is daarboven
niet ineer alleen bun getal groeit steeds
aan. Geen twijfel meer het is de beman
ning van liet kasteel, druk aan den arbeid.
Besluiteloos aarzelt de waker. Zou hij
alarm slaan
Naar gekerm trof schielijk zijn gehoor.
I11 eene der slaaptenten waren twee kruis
vaarder? getroffen door oenen pijl, hun
voorzeker van het kasteel toegestuurd.
Elk sprong recht en stormde naar buiten.
Een regen van snydendo voorwerpen en
zware steenen onthaalde hen van de tran
sen, thans als met een regen van duivels
bevolktvan de muurkap snorden scherpe
schichten 111 hunne rangen. Verscheidene
hunner waren vermorzeld neergestort, alvo
rens zij zich goed rekenschap konnen geven
van wat er gebeurde. Geen raad wetend,
stonden de christenen als aan den gmnd
genageld.
Vooruit gebood de aanvoerder.
Gezwind was het vijandelijk slot omsin
geld. Jammer genoeg, maar wel te
voorzien, de valbrug was opgetrokken.
Niets raadplegende dan hu men hel
denmoed sprongen velen in de sloot-
grachten en wendden, met uiterste kracht
inspanning, alles aan, om vandaar den
ringmuur te bereiken. Hoe weinig hoop op
welgelukken hundeze pogingen voorspelde
toch was het niet bij machte hun van zulk
besluit te doen afzien. Slechts wanneer zij
hunne blikken in het ronde lieten dwalen,
begon hun ijver te wankelen, hunne krach
door Petrus Co»\,\.
Stichting van den landbouwpost
van Kitunguru.
XIII.
Mijne zoete aangename rust wordt
.Verstoord door de komst van 2 zwarten
eene vrouw en een man. Nini vraag ik,
wal is er. En iiu beginnen ze alle twee
gelijk te vertellen en-gebaren te maken
zoozeer dal ik er na eene halve uur niets
eer van versta en ik geboodzaakt ben
'j:>; bny t{* reepeü lic-htl.
brengen in dien duisteren pot. Na vragen
en liervragen verneem ik de volgende
zaak 'De manahomet 11a buzi do gei
tenhok van den sultan, of opperhoofd
van liet dichtbijgelegen dorp, is in den
moeshof dier vrouw gekomen zonder
daartoe uitgenoodigd te zijn en heeft wat
meer is, zonder loelat.ng de groensels
in denhof afgevrelen en mingi, mingi,
bwann, veel veel. De vrouw is zich gaan
beklagen bij de sultan en heeft schade
vergoeding gevraagd en de sultan heeft
de vrouw betaald met klinkende munt of
te hand- en slokgeld en weer mingi,
mingi, bwana - en de vrouw wijst op
alle deelen van baar lichaam. Daar ik
met de rechterlijke macht niet belast ben
kan ik aan het verzoek der vrouw, den
wat al te ruwen sultan voor mijne recht
bank te dagen en te veroordeeld), niet
voldoen, en ik zend ze naar Lukonzolwa
bij Kanicllé ik mout niet zeggen Chef
Je poste want dien kennen zij niet, 111
wiens bevoegdheid zulke zaken vallen,
daar bij rechterlijken officier is. Zoo'11
zaken en ook drollige waar men zich
krom zou mee lachen komt een rechter
lijk officier alle dagen tegen, voor alles
wat ge maar uitdenken kunt loopen ze
lot hem, zelfs voor hunne maar al te
veelvuldige huishoudelijke krakeelen.
30 October Heden zal er te werken
vallen. Van af ure zend ik nog eens
10 zwarten 't woud in 0111 barnbous te
kappen. De anderen zullen de barnbous
hier klieven en aan de palen vastmaken,
met boomschors, zoo maakt men muren.
Dit werk vordert goed en 's namiddags
laat ik allen aan dezelfde bezigheid,
's Avonds zijn de muren bijna allen opge
timmerd. Wanneer men zoo alles bij de
hand heeft, staken, barnbous, en boom
schors dan loopt het werk op wielekens.
Morgen avond denk ik zal gansch het
houten gevaarte opgetimmerd zijn, met
dak en al Dezen avond nog eens onweer
rond, 8 ure. 'k Heb u reeds gezegd dat
ik hier een onweer gehad heb eenige
dagen geleden, hewel dit was maar
kindonnuziek, maar nu was het de
groote harmonie die concert gaf, en in
die weinig muziekale uitvoering die twee
geslagen uren duurde, hoorde men niets
dan de bas en den groolen trommel en
sloeg men de maat wel met 5 vurige
zwcepen gelijk, die door het donkere
luchtruim kronkelden als zoovele vurige
slangen, en liet klakken der zweepen,
wanneer zij door de hemelruimte snorren
is als de losbarsting van honderden
batterijen geschut, zoodat men het plas
sen van den geweldigen regen op uwe
tent niet hoort, dan bij tusschenpooze»
-.vanneer dit helsch muziek enkele secon
den ophoudt. Of ik uit ganseher hart
bad H. Donatus bescherm ons moet
gij ook niet vragen, 't Was zoo klaar
in mijne tent dat ik gemakkelijk kon
schrijven zonder licht
31 October 'k Heb de rest van den
nacht goed geslapen tot 's anderendaags,
dus heden, om 51/2 ure. Ik zot seffens
de gasten aan T werk. Immers beden
moet, zonder ongelukken, liet ruwe
getimmerte, zich gsfeeel $•?•--CStK.
'dak en al.'Dö sfal meet S meters in
lengte, 5 m. in de breedte en is 5 in.
hoog. Volgens mijn gedacht is hij wat
klein en ik doe het dan ook M. Godin,
wanneer hij mij 's middags komt bezoe
ken, opmerken. O !t zal wel gaan zegt
hij, 'I is grooterdau gij wel denkt Goed
man, wij zullen zien, denk ik. Mijne
zwarten zijn heden in de beste stemming.
Zij weten immers dat liet vandaag -moisi
ichia" is. dat de maand uit is en zij
't avond hunne solde zullen trekken, en
zij kennen heel goed de waarde van het
geld. E11 wanneer liet 's avonds dan ook
6 ure is, is de stal gansch opgemaakt,
er moet nu nog enkel strooi op het dak
gelegd worden en de muren 2 meters
hoog met kleem bestreken. Nu de beta
ling. Gij vraagt misschen wat winnen die
zwarten wel.Hewel dit verschilt volgens
hunne grootte. Zij winnen per maand
hier de kleine van 8 a 10 jaar, (J frs
de groote van 10 tot 20-25 jaar, 8 :i 10 frs.
eu de capitas of hoofdmans 12 a 14 frs.
Doch vergeet niet dat zij daarboven door
liet gouvernement^ gekleed en gevoed
worden. Gij ziet dat do zwarten hier in
Congo door het Gouvernement mild
behandeld worden, want er is in België,
menige knecht bij den boer die zooveel
niet wint, en er zijn dan ook eene menigte
reglementen en verordening lot bescher
ming der zwarte bevolking en tot vrij
waring hunner rechten en vrijheid, 't Is
dan ook voor den zwarte eene eer, die
lnj hoog schat, Bantu 11a Bula-matari
knecht van liet gouvernement te zijn, en
met verachting ziet hij neer op zijne
zwarte broeders uit de dorpen in de diepe
wouden en zal niet wachten hun het
scheldwoord basensi wilde, naar liet
hoofd te werpen. (Wordt vervolgd).
Het Davidsfonds zal dit jaar zijn Con
gres houden te Antwerpen, op 18 en 19
Augustus aanstaande. Dit Congres be-
lpoft vruchtrijk te zijn te oordcelen naai
de waarde der sprekers en naar de ver
schillende punten die men in de onder
sclieidene afdeelingen verhandelen zal.
Wij zeggen onderscheidene afdeelin
gen want, builen de Davidsfondsafdee-
ling hebben wij er eene voor de Vlaam-
sche vrouwen (Dameu-afdeeling), eene
voor het Algemeen Vlaamsch Studenten
verbond, eene voor Wetenschappen, eene
voor Onderwijs en Onderhoud, eene voor
de Sociale Studiekringen.
Op de feestzitting zullen de befaamde
redenaars het woord voeren en inzonder
heid handelen over hel leven en het werk
der twee beroemde schrijvers,wier eeuw
feest het Vlaamsch Volk dit jaar hei-
denkt Hendrik Conscience eu Renier
Snieders.
Daar het Congres samenvalt met de
Consciencefeest zullen de aantrekkelijk
lieden van het verblijf te Antwerpen
menigvuldig zijn.
Ziehier de beknopte inhoud van bet
programma Zondag 18 Augustus, te 10
ure 's mprgends: feest v it Gr g in <!e Hood-;.
:i /,j»:u ner- tvotiiuRiijhc' Harmünfe, Areni-
liergdraat. Na afloop dor feestzitting
zullen de Congressisten den uitgang dei-
vermaarde groote processie kunnen bij
wonen. lil den namiddag uitgang van den
Concience-stoet.
's Avonds te 8 ure, in de groote zaal dei-
Harmonie, groot toonkundig feest deur
het Symphonische Orkest dei' Koninklijk--
Maatschappij van Dierkunde, onder de
leiding van Edward Keurvcls en met d
medewerking van Mej. Edith Buyens.
zangeres, van de Vlaamsche Opera en van
den heer Laurens Swolfs.
Maandag 19 Augustus, 8 12 ure, plech
tige H. Mis, in de Kapel van St-Norber-
tusgesticht te 9 ure, vergadering der
afdeelingen in voormeld-gesticht.
Te 12 ure, zal het Congres door een
feestmaal gesloten worden.
De Congressisten zullen met vorminde-
ig van prijs toegang hebben op Zaterdag
17 Augusti en Maandag, 19 August i,
telkens te 8 ure op de uitvoeriugen van
het Peter Benoitsfonds: Concience cantate
en andere werken van den onsterfelijken
meester.
Van nu af is hot zeker dat het te Ant
werpen op de Congresdagen Vlamingen
regenen zal alle jaren versterkt en ver
groot het leger der mannen, die hun volk
en hunne taal beminnen en die gretig, tol
Vlaandrens voordeel, in echt Vlaamsche
vergaderingen licht en sterkte komen
halen.
Het Congres van Antwerpen zal daar
toe eene allerbeste gelegenheid zijn.
ten te falen. Met afgrijzen zagen zij meer
om meer de gracht aanvullen met de lijken
hunner makkers eu boven scheen de wreed
heid der aanvallers geen palen te kennen
nog geen enkelen stond had het werpen
met steenen opgehouden, meer zelfs, later
borrelde ziedende toeren pek over de muren
en besprenkelde de onversaagde klimmers.
Wilfried voorzag eenen noodlottigen
afloop. Het getal gesneuvelden was niet
meer te tellen. Krachtig beval hij den
terugkeer.
Vlucht Vlucht schreeuwde hij en
"af den soldaten het voorbeeld, verliet ir.
allerijl het slagveld. Allen volgden.
Ganscli den nacht hield men de vlucht
vol. Angst en moedeloosheid hadden de
krijgers zóo zeer aangetast, dat niemand
het dorst bestaan eenen stap achteraan te
blyven, uit vrees van andermaal in de
klauwen des geduchten vijands te vallen
en het lot hunner aclitergelatene gezellen
to deelen.
Toen de morgenstond aanbrak, bevond
men zich in veiligheid. De karavaan had
een dorpje bereikt, welke zich ten minste
niet roemde op sterke muren, statige
kasteelen. Aan alle woningen werd gekh.pt
en inkwartiering geèischt. Edoch, deze lie
den, reeds zóo lang geteisterd, èn uitgeschud
èn ten onder gebracht door de onafgebro
ken oorlogen, weigerden halstarrig hunne
haardsteden te ontsluiten. Wilfried, ondanks
zijnen rang, lukte niet beter.. Na vruchte
loos herhaalde malen op de deur eener
kleine woonst te hebben gebonsd, kraakte,
op het eenige verdiep, een klein venstertje
on kwam, door eene spleet, liet gerimpeld
en perkamentkleurig aangezicht van oen
oud manneken te voorschijn.
Wat wilt ge
Ha sa preutelde de overste mij
inlaten en dat spoedig, of
Potdicht vloog liet venster toe en niets
roerde nog.
Alom hetzelfde antwoord. Kenden do
Kruisvaarders moedwil noch plaagzucht,
alles wettigde thans het go weid, waarmede
zy gedwongen waren te werk te gaan.
Deuren werden ingeslagen, vensters ver
brijzeld al wat aan voedsel geleek, geroofd
en gretig verslonden. Eens binnen geraakt,
zochten zy de bewoners in hunne schuil -
hoeken op, verzekerden dezen, dit hun
geen haar van het hoofd zou gekrenkt
worden eu dat ze slechts eene goede rust
verlangden. Wanneer alle vrees gebannen
was onder de inwoners, doden zij hun
uiterste best om de uitgehongerde, onuit-
genoodigde gaston een keurig maal te be
reiden, voor zooveel het hun de benepen
toestand toeliet de stoutste hielpen zelfs
de soldaten zich van de krijgsuitrusting to
ontdoen.
De aanvoerder had lankmoedig den stond
verbeid, dat do oude bewoner vin het
kluisje, waar vóór hij had postgevat, zou
komon openen. Deze kleine woonst scheen
hem zóo aantrekkelijk, lokte hem zoo aan
vallig toe, dat hij geene andere, geene
ruimere begeerde. Des jongelings zachte
stem deed ten slotte het wantrouwer, van
den bewoner verdwijnen en besluiten het
voorbeeld zijner buren te volgen. De deur
openende, ontsnapte hem een kreet van
bewondering, van verrassing hij dacht
een brutalen indringer te zien verschijnen
en, die voor hem stond geleek eerder een
lam van zachtmoedigheid en gelatenheid.
Brood en kaas was alles wat eene ver
molmde kist bevatte nergens, zou men in
de schamele hut meer hebben gevonden.
Wilfried nutte het sober maal met smaak
en drukte daarna liet verlangen uit, om
ergens den nacht door te brengen.
Kapitein, zegde de ouderling vriende
lijk dèar, de ladder op, staat mijn bod.
Het is te uwen dienste, zoolang gij het
begeert.
Dank. Maar, zeg mij, mijn vriend,
waar zult gij slapen 1
Ik... Och, heer, ik zal wel iei
onderkomen vinden.
Waar Hoe
Ik bezit warm stroo...
Een traan ontsprong Wilfried's oog en
biggelde langs zijne kaak.
Neen, neen riep hy, diep ontroerd
dat wil ik niet Hel zal niet gebeuren
veel liever slaap ikzelf onder den blooten
hemel... God zou het mij als een schelm
stuk aanrekenen, handelde ik. anders.
Mijn gestel is nog zeer kloek, kapitein.
Nogmaals, neen. Begeef u te bed.
Nooit besloot de gryaaard Niets
is bij machte mij in dit besluit te doen wan
kelen. Gij zijt ziek, erg ontsteld, lieer, en
go poogt uwe smart, uw lijden te verbergen.
Zie liever, het bloed sijpelt door uwe
schoeisels
Goede ziel nokte de oude.
Brave man vezelde Wilfried.
Onder eon afdak van hel achtergedeelte
der woning was de slaapplaats van den
odelmoedigen jongeling. Daar gekomen,
ontgespte hij zijne sierlijke wapenen,
vaderlijk erfdeel van wylen ridder Theo
bald ontsnoerde het stalen borstkuras,
het glinsterend geschubd pantserhemd,
versierd met het roode teeken der Kruis
vaart. Genotvol smaakte hij nu debelooning,
dio elke goede daad vergezeld en, gerust
van gemoed, door zoetegepeinzen gestreeld,
vlijde hij zich op do halmen neèr.
Jezus-Christus, myn Goddelijk Mees
tor, murmelde hy sliep tc Bethleëm in
eenen stal, oen handvol stroo tot legerstede;
hoe zou ik, zijn onwaardige dienaar, meer
durven eischen
En dc aarde scheen den moedigen chris-
tone geenszins hard, verre van daar Met
zalige vreugde overwoog hy, zachtj \s
insluimerend, wat de dag van morgen baren
zou hoe zijne krijgers, alsdan goed uitge
rust en volkomen hersteld, mot hem den
tocht zouden voortzetten.
Wordt voortgezet.