Franschen in Vlaanderen Zondag 11 Augustus 1912. 5 centiemen het nummer. 65stc Jaar 4514. Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM, van de Stad en 't Arrondissement van Aalst. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. De Staat baas. 4.) Emmanuel van den Berghe, zoon van Petrus en van Catharina Bernaert, ge- hu wd met Rosalia de Vadder, overleed den 13 Meert 1833. Zooals we gezien hebben, was by timmerman, in dienst van den meier. Met Adriaan de Vuyst deed hij de klokken uit de torens der kerk en der Sint Rochus- kapelhij brak de kapel Ter Eecken af, enz., enz. Uitgestrekt, op zfln sterfbed, smeekte hij om een priesterde E. H. van BieseD, pastoor, snelde toe, hoorde zijne biecht en diende hem de Troostmiddelen der H. Kerk toe. Na de berechting vroeg van den Berghe om van zijn bed afgenomen te worden, en hy eischte dat men hem op stroo legde - Ik ben niet meer weerd, Ouderdomspensioen van 65 ('ranken. Uit mijn Congolcescli dagboek Burgersbelangen. Niet tegen den Godsdienst, Mariafeesten DE DENDERBODE Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagteckening van den volgenden dag. I)e prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frank met den Post verzonden G frank 's jaars, fr. 3,25 voor zes maanden fr. 1,75 voor drij maanden, voorop te betalen. De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwit- tantiën doo de Post ontvangen zijn ten laste van den schuldenaar. Men schrijft in bij G. VAN DE PUTTE-GOOSSENS Korte Zoutstraat, nr 31, en in alle Postkantoren des Lands. CIJIQI K SUUM. Per drukregel Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00 Vonnissen op 3d# bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Notarissen moeten hunne inzendinger doen, uiterlijk tegen den Dijnsdag en Vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van dit blad. Aalst, 11 Augustus 1912 't Is noodig er van tijd tot tijd op te wijzen, dat volgens de blauwen en rooden, in zake van volksonderwijs en opvoeding, de Staat, zonder perk noch paal zou moeten baas zijn. Ja, volgens hen zou de Staat moeten heerschen over de opvoeding, het ver stand en den wil, het gedacht en 't ge voelen der kinderen. Nu, die overheersching zou moeten onvoorwaardelijk, algemeen zijn. Men weet dat. volgens onze tegen strevers, hunne Franscho logiebroers hun voorbeelden geven die hier te lande zouden dienen nageleefd te worden Zo kleven dus het Fransche stelsel aan, 't welk voorschrijft dat er, in zake van onderwijs en opvoeding, geen vrijheid mag bestaan daar de kinderen geen recht op vrijheid hebben. Het recht van den S'aat is onbetwistbaar de Maat is aan gesteld als do oppervoogd over al de kinderverstanden en aan deze opper voogdij moeten alle huisvaders zich onderwerpen. Ziedaar liet Fransche stelsel De liberalen en socialisten willen meester zijn over de kinderen. Do ouders •■hebben niets meer te zeggen. Zij en z:j alleen dus willen het hart en den geest der kinderen bezitten, want, men bc morke het wel, dat zij de opvoeding en het onderwijs der opkomende geslachten willen regelen naar hun eigen wil Nu, daarom zouden zij de vrije katholieke scholen bevechten, zelfs doen sluiten, en den schooldwang invoeren moesten ze meester zijn. Wij weten dat zij een gansch liberaal goddeloos onderwijs begeeren. De opper voogdij willen zij voor hen alleen, .want moest ooit een katholiek het in 't gedacht krijgen, alle scholen die niet godsdienstig zijn uit te roeien met geweld, gezoudtze hooren protesteeren, en ze zouden gelijk hebben maar zij zouden moeten begrijpen dat ze juist hetzelfde willen doen, dat zij met bar- baarschheid de scholen willen vernielen, die niet in hunnen smaak vallen, dat zij zich een recht toekennen, dat zij aan hunne tegenstrevers hardnekkig betwis ten zij zouden moeten begrijpen dat hun recht niet verder gaat dan dat hunner tegenstrevers zij zouden de opvoeding en 't onderwijs lmnner kinderen niet willen toevertrou wen aan andersdenkenden zij mogen dus ook niet eischen dat iedereen hen erkent als de oppervoogden over de kinderen. Onze tegenstrevers schermen met sehoone woorden over de vrijheid, maar miskennen de wijze les van den Katho lieken Godsdienst over den eerbied dien wij aan andermans vrijheid verschuldigd zijnDoe niet nan anderenwat gij niet gaarn hebt dal men aan u doen zoa. Maar de blauwe en roode geuzen be kommeren zich weinig met dit gods dienstig voorschrift. Ze kennen niet dan helschen haat en wrok. Bijdragen tot de geschiedenis der Fransche Omwenteling door Petrus Van Nuffel. 2e vervolg. Onze blauwe en roode tegenstrevers zouden dus goed doen anderen te meten met de maat waarmee zij zelf willen ge meten worden en allen dwang aan kant laten, omdat zij zelf niet gaarne gedwon gen worden. De opper voogd ij, die zij willen uitoe fenen op de opvoeding on 't onderwijs van al de kinderen, zullen wij, Katho lieken, met aanhoudende krachtdadig heid en moed bestrijden, omdat het de invoering zou zijn van oen niet te ver duren onrechlveerdig en ongerechtigd dwangregiem 't welk zou toelaten ons, Katholieken, als overwonnelingen te behandelen Wet van 11 Mei 1912 tot wijziging van artikel 9 dor wetten van 10 Mei 1900 en 20 Augustus 1903 op de ouder derdomspensioeneil en van artikel 48 der wet van 16 Maart 1805 en van de wel van 31 December 1908 op de alge- meeno lijfrentkas. Eenig artikel. Artikel 9 der wet van 10 Mei 1900 gewijzigd als volgt A. Eerie jaarlijksche toelage van G5 frank wordt verleend aan eiken Belg die, eene verblijfplaats in België hebbende is geboren vóór 1 Januari 1845 en in i.ood verkeert B. Aide Belgen, geboren te reke nen van l Januari 1843 en voor 1 Januari 1849 die in de algemeone lijfrentkas stortingen hebben gedaan lot een geza menlijk beloop van ten minste 18 frank kunnen op den ouderdom van 65 jaar cn onder dezelfde voorwaarden de toelagen genieten. G. In afwijking van de wetten van 16 Maart 1865 en 31 December 1908 wordt de algemeene lijfrentkas gemach tigd te aanvaarden tol 1904 inbegrepen de stortingen gedaan voor uitgestelde renten door hoogergenaamde personen, ten einde de toelagen te genieten. Plet ingcnotlreden van de renten, door die stortingen verworven mag op aan vraag der verzekerden worden uitge steld tot dat zij den ouderdom van 68 jaren bereikt hebben- Uitleg. I. De lieden die vóór 1 Januari 1843 geboren zijn,c 11 in nood verkeeren, kunnen de 65 frank verkrijgen, zonder eenige stortingen te doen. Als in nood zijnde worden aanzien de personen die geen 360 frank inkomen hebben, door dagloon of anderziens. Wanneer twee gehuwde oude menschen samen inwonen is de basis der berekening 720 franh. II. De lieden die sedert I Januari 1843 tot 31 December 1848 geboren zijn, kunnen de 65 fr. genieten, indien zij in nood verkeeren, mits eene storting van 18 frank in de Pensioenkas. Dus mogen de personeD in 1843, 41 en 45, geboren nu nog de noodigo storting doen. Wat valt meer bepaaldelijk te verrich ten voor de menschen die geboren zijn in 1846, 1847 en 1848? A. Voor de lieden van 1846. Die personen moeten zich zoo spoedig mogelijk inde Pensioenkas laten inschrij ven en ISJfrank storl<-n. zegde hij. Zoo stierf hij, letterlyk op- geëten van liet ongediert, hetwelk hij met volle handsgrepen van zijn lichaam nam... Niemand dierf hom naderen. Dit einde was hem voorzegd door vrouw de Vos, wanneer hij den Christus van den Calvarieberg ver nietigde. 5i. Petrus Cayman. Hij was zoon van Ludovicus, dio te Herzele van vóór 1775, uit Henegouw, als smidsgast toe kwam. Petrus woonde waar nu de gemeen teschool gebouwd is. Onder meer schelmerij, beproefde hy met eenen voorhamer de klokken aan stukken te slagen., enz. Zijne kinderen verkwistten heel zijn vermogen, en waren eindolijk verplicht zich als knech ten of meiden te verhuren. Hij zelf stierf langzaam van honger, daar hij de kanker in de keel kreeg en noch voedsel noch drank kon innemen. Zijn eindo was verschrikke lijk, want hij beeldde zich in, duivels rond hom te zien, en hij zwoer, dat hij ze zag. Cayman, een geweldige dronkaard, die zijne vrouw sloeg, stierf den 16 De cember 1831, oud zijnde 56 jaren en 8 maanden. De bestuurders der Pensioenkassen zul len hoogdringend de nieuwe Lijfrent boekjes aanvragen. Vervolgens zullen zij de stortingen doen, op een bijzonder bordercelten Postbureele. Die bordercelen zijn te ver krijgen in de Lijfrentkas te Brussel. Eindelijk zullen zij onverwijld de aan vraag opmaken tot hot bekomen van de 65 ('rank voor 1912, en die aanvraag aan den heer burgemeester laten geworden. In dit geval kunnen de menschjen, in 1846 geboren, dil jaar nog, de 65 frank bekomen. B. Voor de lieden van 1347 Deze personen moeten zich ook dade lijk laten inschrijven in de Pensi< enkas en 18 frank storten. De bestuurders der Pensioenkassen zul len die gelden, saam met de geldon der andere leden, in December op de Li frent kas storten. I11 December zullen, menschen van 1817, de aanvragen maakt worden tot liet verkrijgen der 65 frank in 1913. C. Voor de lieden van .1848. Die menschen moeten vóór einde 191." hun 18 frank gestort hebben lint is dus raadzaam ze aanstonds in een IVnsioen- kas op te schrijven. Ze mogen in 1912 hel eene deel, 1111913, het andere detfl van de 18 frank storten. In December 1913 zal de aanvraag op gemaakt worden tot liet bekomen an de 65 frank in 1911. III. Er wordt niet vereisclil, zooals vroeger, dat de aanvragers werklieden of oud-werk lieden zijn. door l»KT«L8 Oo?»V,X. Stichting van den landbouwpost van Kitunguru. XIX. Ge ziet van verre hé, dat ik seffens mijn Mausergeweer nam om op zoek te gaan achter den leeuw 'k Heb een vast voornemen gemaakt, als de leeuw mij niet komt opzoeken ik nog veel min naar hem toe zal gaan, en in dit voornemen wil ik leven en zoo laat mogelijk sterven, vrouwtje. Echter om in de oogen der zwarten mijne waardigheid op te houden en als oen held aanzien te worden, nam ik mijn geweer, vraag naar de plaats waar de vrouw den Kango gezien heeft en trek daar recht naar toe, doch eens zoover dat de zwarten mij niet meer kunnen zien, trok ik in eene andere richting en ga liet spelen der zonnestra len, in den kleinen waterval ten noorden bewonderen en 1 1/2 ure nadien, keer ik in mijne woning terug, door de bewon derende blikken der zwarten nageoogd. Zie, zooveel is er noodig om een held te zijn 'k Ben echter te nederig 0111 mij een standbeeld te laten oprichten en zog daa rom maar liever de waarheid, 's Avonds is waarlijk bet dak gemaakt, alles is meègeslagen vandaag. 21 November t Zal vandaag naar de goesting mijner zwanen zijn, kazi na bulongo, in den kleem werken zeg ik bun, de muren van den schaap- en geiten stal met kleem bestrijken cn mot lust .rekken zij er op los. Do capita vraagt 6.) Schietekate, vreemdeling, valsch- munter, die do stukken der klokken gesto len had en altijd haantje-vooruit was bij de eene of andere plundering, is na den Be sloten tijd naar Aygem gaan wonen, waar hij zijn leven sleet in kommer en ellende. 7). Adriaan de Vuyst, gekend als dief en valschaard, hielp Emmanuol van den Berghe de klokken der kerk beneden laten en is er voor betaald geweest. Hij woonde op den toren van het oud kasteel. Cieske de Vuyst zegt, dat hij mot val- schen eed en valsche getuigenis, ten jare 1814, de Buggenhouters onrechtveerdig aankloeg; de boeren sloegen hem daarvoor, op oen avond, in den omtrek der kerk, eene bil af. Hy stierf zoo arm als Job, den 23 November 1821, oud 71 jaren. 8) Josephus Moentjens. Het was een boerenzoon van Sint Lievens Houtem, eige naar van twintig dagwanden land, die huwde ir.et eene dochter van 't Hof ten Berge, te Hillegem. Hij vervoerde de klok ken van Herzele naar Aalst. Onder liet echtelijk dak hield hij eene bijzit, (hy heeft er zelfs verscheidene gehad) en vrouw en mij of ik gisteren den Kango gezien heb. Ja, man,zeg ik, met het ernstige gezicht dat ooit een fargeur gezet heeft, ik heb er zelfs twee gezien Bili kango, bwana, roept de man niet schrik, en legt de twee handen op zijn hart. Zeker, jongen, zeker, knik ik en ziehier, en ik duw hem een papier onder den neus waarop twee leeuwen zijn afgebeeld Dio, dio, bwana, kango, bili, en de capita is weg om sef fens aan de anderen te gaan vertellen dat bwana twee leeuwen gezien heeft. Ik hoor dan ook vandaag niets anders dan van kango's, bunduki's en bwana n'gufu, en 's avonds rond hun jumba, zingen zij nog van kango's. Voo-r mij is 't een goe de dag echter, gamch de stal is gebrost, zooals men bij ons zegt, en ik ben heel tevreden. 22 November Nu voort gewerkt aan mtjn buis, allen aan 't bressen. Dit zal vast en zeker vandaag gedaan zijn, rege nen of niet, want nu zitten de zwarten in 't droog en laat ze dan maar regenen. Dat de zwarten ook filosoof zijn zou ik vandaag ondervinden. Er kwam hier eene vrouw om den broeder van haren man, baar zwager dus, op tQ zoeken, en liet nieuws dat zij hem te melden had luidde mijn man, uw broeder, is dezen nacht gestorven, en de vrouw weende. En nu ineenl ge zeker dat de zwarte ook aan 't huilen ging Mis man, zijn eenig antwoord was ana kufa, ana kufa, apana maneno, kesho na bulongo. Dood is dood, daarom niet gehuild, morgen zullen wij hem in <1 aarde steken en daar op hervatte hij bedaard zijn werk. 's Avonds na het werk kwam hij mij vragen of hij 's anderendaags geen dag verlof zou kunnen krijgen om de begra fenis van zijnen broeder te gaan bijwo non. Van eigen dat ik hem dit niet wei gerde. Juist op den raiddag ontvang ik eene mokande van vriend Godfioid, mij verzoekende hem terstond 7 werklieden te sturen naar Lukonzolwa om dan van daar met hem de schapen en geiten van Pweto te gaan halen en naar hier te brengen Godfried hoopt met de kudde hier te zijn in den nacht van Zaterdag op Zondag. Terstond zond ik hem de gevraagde arbeiders want ook ik verlang dat het vee van Pweto tookome en het to kunnen verzorgen. Niettegenstaande dien tegenslag is 's avonds mijn huis gansch gebrost en zit ik beschut tegen regen en wind. Ik haast mij dan ook mijne tent op te breken en ze in eene kamer van mijn huis op te richten. Ook doe ik in alle plaatsen groote vuren aanleggen om het drogen der muren te verhaasten, wanl met het regenseizoen is het vochtig, cu zou het huis voor altijd rhumaliek zijn, en daar houd ik niet erg van, want van oude rhumalieke hui zen 011 een kwaad wijf,bewaar mij,Hoer Wie zullen het meest te lijden hebben van de algemeene werkstaking indien zij moest uitbreken Die vraag wordt gesteld door La Chro- nique. Hei liberale blad antwoordt Het zullen de werklieden zijn die zich zullen blootstellen aan de ellende en onverbiddelijke beteugelingen le gemoet gaan Het zal ook, en misschien meer [dan iemand antlers, de kleine burgerij zijn, met den kleinen bijzonderen handel" en kind moesten zulks gedoogen. Hij kwam mot dit slecht vrouwspersoon in twist cn zij liep van hem weg Moentjes trok liaar achterna, doch kwam acht dagen daarna terug by echtgenoote en kind hij kloeg dan van hevige krampen in den buik, en stierf 's anderdaags, zonder priester, te Grootcn berge. 9). ANTOON Brunfaut, bijgenaamd Tonen do Garde was een schalie- dekker van Aalst, gehuwd met Mari-t Thcresia Hoeck, van Schooris9e. Hij ging van dorp tot dorp en van stad tot stad. 0111 de kruisen af te doen, gelyk hij te Herzele deed. Eenige jaren nadien werd hij, te Aalst in zijn deurgat staande, voor zijne dcugnie terij, dood geschoten maar Pieter do Buvst, van Geyt en D'Haese, die dit ont houden hebben, weten niet door wie. Cieske de Vuyst legt nochtans de dood van Brunfaut anders uit De Kozakkeu lagen in 1814 te Aalst d* burgerij niet betrou wende, dierven die vreemde krijgers in de huizen niet verblijven en zij kampeorden op do Groote Markt. Plotseling werd er van uit liet oud stadhuis op de soldaten een nijverheid, die niet voorzien zijnde van genoegzame kapitalen om het einde van den^strijd af te wachten, het pijnlijkst zullen getroffen zijn. Nu, hunne belangen zijn zoo eerbied waardig als deze der werkende klas. Uit liefde tot eene gemakkelijke populariteit moet met aan demokratie doen op~zijn zeeldraaiers, en onder voor wendsel dat de werkman de gelijke is van den burger, moet men den burger niet reneweren om voldoening te geven aan het onberedeneerde ongeduld van zekere socialistische clubs. De strijd in de Kamer is voor dezen oogenblik voldoende. «'Indien de leiders van het socialism dat niet willen verstaan,indien zij voort gaan eene dreigende houding aan te nemen, tegenover vreedzame burgers, goede vaderlanders, liberale verdedigers der orde, en partijgangers van vreed- zamen'vooruitgang, zullen er rnkel in gelukken de afwijkingsbeweging van de bevreesde kiezers nog meer ie doen toenemen en alzoo den toestand van het katholiek gouvernement te versterken. 't Is juist hetgeene wij. Katholieken, reeds gezegd hebben. Nu dat zekere liberalen zich ook gene gen toonen 0111 de algemeene werkstaking te ondersteunen en de revolutionnairen in de hand werken, zullen de bevreesde burgers meer en meer zien dat zij voor het behoud van orde en rust, voorspoed en vooruitgafig nog ërïkël kunnen De- trouwen op de katholieke partij en al degenen die niet eerst en vooral godde- loozen en godsdiensthaters zijn, zullen hunnetoevluchttotdeKa tholieken nemen. Er valt niet aan te retetetten 't is het katholiek Gouvernement alleen dat moei instaan voor de orde, en dat er kan voor inslaan. De liberalen zijn niet tegen den Gods dienst zoo zwoeren de geuzengazetten bij al de duivels, sedert den 2 Juni, Maar de kopstukken der liberalen zijn allen Franc-Magons weinigen uitge zonderd. Nu de Franc-Magons zijn tegen den Godsdienstdat zegt het Duitscli orgaan der vrijmetselarij, Die Bauhütle in haar nummer van 30 Maart laatsloden, in eene reeks stellingen welke in de Logen wer den besproken en gestemd. Onder die stellingen komen voor Nr 7. De katholieke Kerk is de onverzoenlijke vijand van de geestekui tuurhet is te zeggen van de beschaving; zij verwerpt den vooruitgang, terwijl de vrijmetselarij den vooruitgangbegunstigt, als middel om de geesleskultuur te begunstigen en algemeen te maken. Nr 8.— In tegenwoordigheid van zulke tegenstrijdige denkwijzen nopens de op voeding en de voorbestemming van den mensch, is het natuurlijk dat eene ver klaarde vijandschap zich verdoet tusschen de Katholieke Kerk en de Vrijmetselarij. Nr 16 Overal waar de Katholieke Kerk de verdraagzaamheid vervloekt, waar zij de vrijheid van denkwijze verdrukt waar zij het geweten tot slaaf maakt waar zij de vrijheid van onder zoek beperkt, met te trachten van het kerkelijk geloofspunt den grondslag te schot "gelost de Kozakken beukten de deur van 't stadhuis in, doorliepen alle zalen, snuffelden alles af, en vonden einde lijk Tonen de Garde, aldaar verdoken, die afgemaakt werd. 10). Fredericq, van Nevele, was een verstokte aanhanger der Republiek. Hij predikte meermaals tot het volk in den ontheiligden tempel van Herzele. Hij was broeder va-i Josephus Fredericq, die het ambt van vrederechter uitoefende in de vercenigde kantons van Sottegem en Her zele, en stond dien als griffier, eenigen tijd ter zydo. Na het Schrikbewind ging hij naar Sottegem wonen in zijnen kelder dalende, brak hy zich eer, been hy ver viel in de uiterste armoede want zyn broeder, de vrederechter, weigerde hem te ondersteunen of binnen te nemen, en sukkelde voort, onderhouden door het Arm- bureel van Herzele. 11). Josbphus-Fkrdinandus de Lom- baercd, geboren te Gent, maar den 20 Mei 1800 te Herzele getrouwd met Theresia van Geyt, woonde op de Groote Markt, achter liet schepenhuis, op den Oosthoek maken van alle geeslkultuur op alle gebied, moet de Franc-Ma^on haar verklaarde vijand, zijn en moet hij haar met de uiterste kracht bestrijden, Het is dus wel duidelijk dat de Franc- Magons tegen de katholieke Kerk zijn en daar de leiders der liberale partij allen Franc-Magons zijn, is het onweerlegbaar bewezen dat de liberalen de vijanden zijn der Katholieke Kerk. De menschen zijn er overigens al lang van overtuigd door hetgene ze hooren en zien, maar het is goed dat de Franc-Ma- cons zeiven dat eens zeggen. Hel blad der socialisten van Charleroi schreef in zijn nr van 31 Juli over eene processie: Een kudde blatende geloovi- gen die lichten op stokken dragen en te zamen zoo iets uitmaken als aapmenschen dat heet eene processie Wat zouden zij wel schrijven indien ze eens tegen den godsdienst waren Pouah Reeds van in de 7e eeuw bestond er te Aalst 0011e kapel van O. L. Vr. ten Druiven. Eene lieve legende is er aan verbonden. In 681 werd Aalst door eene vreeselijke over- st oomir.g gctci-jier.I boo - men, huizen, watermolens, alles werd door het watergeweld omge worpen en menschen en dieren moesten worstelen met de dood. I11 dien hachelij- ken toestand namen de Aalstenaars hunne toevlucht tot de Moeder Gods. En zie, op een bos bloeiende druiventakken kwam een beeld van O L. Vr. den stroom opgevaren, bleef landen aan de Werf en van dit oogenblik zakte het water en verdween het gevaar. De Aalstenaars zagen daarin een goddelijk teeken. Vol dankbaarheid zonken zij op de knieën en loofden God om het gezegend wonder. Toen de H. Amandus dit vernam, deed hij eene kapel oprichten ter gedachtenis en bewaring van het duurbare beeld. Sedert groeide de godsvrucht der geloo vigen immer aan. In 1363 verleende Paus Urbanus een eeuwigdurenden aflaat en om een blijvenden luister aan de veree ring hij te zetten, vierde men allo 50 jaar een plechtig juhilé. De laatste ommegang geschiedde in 1863. In 1913 wil Aalst op plechtige en indrukwekkende wijze het jubelbaar van O. L Vr. ten Druiven gedenken. Een Comileit is samengesteld bestaande uit de beste ingezetenen der stad. Het Stads bestuur heeft zijne milde medehulp toe gezegd. Men bereidt Mariaspelen, waarin hooger vertelde legende voorkomt, een prachtigen historischen stoet, eene ge legenheidscantate, eene Pontificale Mis zal in open lucht gezongen worden, enz. enz. Met een woord men betracht iets grootsch, iets heerlijks. Aalst onderscheidde zich vroeger mot zijn heugelijken stoet ter inhuldiging van het Nieuw Hospitaal, alsook met zijne beroemde Passiespelen. Alles doet voorzien dat de Mariafeesten in 1913 al het voorgaande zullen overtreffen. Men voorziet de medewerking van ontelbare maatschappijen, ja, van heel dc bevolking. der Evendaelstraat. Hy bekleede liet ambt van veldwachter. Nooit heeft men te Her zele hem of iemand zijner familie kunnen verdragen. Wanneer het donderde, opende hij deuren en vensters en stond er te vloe ken en te zweren. Hij is beticht van den E. H. van Volxem, pastoor van Esschen, die naar het hof Ter Herpen geroepen was, verraden te hebben. Deze geestelijke wierd aldaar gevangen, gekoord en gebonden, naar Herzele gebracht en in den kelder der herberg De sleutels opgesloten. Meer dan twee honderd Esschenaars volgden hem weenend de priester zegde hen van naar huis te keeren, maar allen weigerden, en het volk van 't Hoi Ter Horpen mocht hem denzelfden dag bezoeken. De pastoor weigerde te vluchten, alhoewel alles open stond, en wierd gestuurd naar Aalst, Gent en Parijs en ingescheept voor Cayenne, waar hy in ballingschap stierf. EINDE.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1912 | | pagina 1