Zondag 18 Augustus 1912. 5 centiemen het nummer 65ste Jaar 4516. Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM, van de Stad en 't Arrondissement van Aalst. VADERLAND, TAAL, VRIJHEID. J|an het Vlaamsche Volk, GELOOF EN LIEFDE Hopmarkten van Aelsl. OPROEP Vil mijn Congoleesch dagboek DITJES en DATJES. DE DEN DER BODE Dit blad verschijnt den Woensdag en Zaterdag van iedere week onder dagteekening van den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor de Stad 5 frank met den Post verzonden 0 frank 's jaars, fr. 3,25 voor zes maanden fr. 1,75 voor drij maanden, voorop te betalen De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten der kwit- iantiën doo de Post ontvangen zijn ten laste van den schuldenaar. Men schrijft in bij C. VAN DE PUTTE-QOOSSENS Korte Zoutstraat, nr 31, en in alle Postkantoren des Lands. Per drukregel Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00 Vonnissen op 3de bladzijde 50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bh accoord. Niet opgenomen handschriften worden niet teruggestuurd. Heeren Notarissen moeten hunne inzendinger doen, uiterlijk tegen den Dijnsdag en Vrijdag in den voormiddag. Voor de advertentiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van dit blad. CU IQ UK SUUM. Aalst, I7 Augustus 1912 Op Zondag 7 Juli 1912 werd te Ant werpen eene vergadering gehouden van de Vlaamsche Hoogeschool-Commissie. Aan de dagorde stond de nederlegging van 'L Wetsontwerp der Vervlaamsching van de Genlsche Hoogesehool tijdens den buitengewonen zittijd, die twee dagen later zou geopend worden. Uit de bespre king van dit punt volgde, dat er geen hoegenaamde mogelijk beid bestond die hoofdvraag van het Vlaamschgezind programma te behandelen in den loop van dezen zittijd en werd er beslist, dat het wetsontwerp zal neergelegd worden in November aanstaande en dan onmid dellijk zal behandeld worden. De lijd van werken is dus nabij en wij roepen alle Vlamingen op, om de sedert jaren aange vangen opwekking tot den strijd,kracht dadig voort te zetten. Ook de gevolgen van de verkiezingen van 2 Juni zijn besproken geworden en de wijze onderzocht, waarop deze ver kregen zijn. Verklaringen werden daar afgelegd waaruit blijkt, dat geene leden der Commissie zich schuldig gemaakt hebben aan miskenning der regels voorgeschreven door de eischen van de eendracht en dat er geen aan leiding beslaat tot het opzeggen der samenwerking. Daarom verklaren wij nogmaals, dat het vraagstuk van de Vervlaamsching van de Genlsche Hooge sehool niets heeft te maken met den strijd der partijen. Het raakt daarentegen de hoogste geestelijke en stoffelijke belan gen van het geheele Vlaamsche Volk. Het is een vraagstuk, dat niet door eene enkele partij kan opgelost worden. Tot zijn oplossing is het een onmisbaar vercischtc, dat de Vlaamsche Kracht,, die in de verschillende partijen aanwezig is, eendrachtig optreden om te zegevioren over de macht van den tegenstand. Dat werd begrepen toen deze groolscho strijd werd aangebonden en ondanks de vele pogingen, die van alle zijden wer den in 't werk gesteld om de eendracht te ondermijnen, werd deze onverbreek baar bewaard. Thans is deze eendracht meer dan ooit vereischt. Geen beter bewijs is daarvoor te vinden, dan het luid gejubbel, dat in heel de anti-vlaamsche pers zonder onderscheid van partijen is opgestegen, toen het scheen, dat deze eensgezindheid een knak zou krijgen. Zij juichte als ware de Vlaamsche Hoogesehool reeds begra ven dat mag een les zijn Is het op het oogenblik. dat de Wal lonisanten zich tegen ons oprichten en de opheffing eischen van taalwetten, die we met zooveel moeite veroverden; op het oogenblik, dat de bestuurlijke schei ding van het Vlaamsche en het Waalschc de-1 van ons vaderland wordt gevraagd door de Waalschc heethoofden op het oogenblik, dat op het Waalsch Congres van Luik wordt toegejuicht de een- Geschiedkundige ridderroman uit den eersten kruistocht door Petrus Van Nuffel. 7e Vervolg Daar straks, herbegon Diederik bracht do bode gewichtige tijdingen uit het vaderland aan Pieter don Eremijt bekwam van Paus TJrbanus II volmacht om do verovering van Jeruzalem aan te prediken, Feeds doorliep hy veelerlei streken, alwaar bij bet vuur van den opstand duchtig aanstookte en alles te wapen bracht lk zag die kluizenaar menigwerf van nabij, Weihoe, heer En gij spandet hem geenen strik Gy sloegt er de handen niet aan Ik moest in uwe plaats geweest zijn, ik Mijn dolk zou den opruier de tong uit de keel gerukt hebben Meer schrik aanjagende maren indien gij ze zoo noemen wilt werd de boodschapper machtig... Go verontrust mij bovenmate. x Zeker Godfried, hertog van Bouillon, markies van Antwerpen....» Hem ook ken ik. heeft voorgenomen eveneens naar Palestina op te rukken. dracht der Franschgezinde katholieken, liberalen en socialisten om op te komen tegen onze billijkste eischen is hot op dat oogenblik, dal wij tweedracht zouden laten sluipen in onze gelederen en ons daardoor zouden laten verlammen tot groote vreugde van het franskiljonisme Dat ware krankzinnigheid. Daarom zal de Vlaamsche Hoogeschool-Commissie, in welke het Vlaamsche Volk zijn ver- trouwen heeft gesteld tot het leiden van de Beweging, de eendracht tot eiken prijs bewaren en de andere Vlaamschgezinden aanwakkeren om hetzelfde te doen. Met onverzwakte eensgezindheid zal ze hare taak volvoeren, die moet leiden tal ver overing van wal het Vlaamsche Volk hel dierbaarste moet zijn een volle onbe lemmerde ontwikkeling en ontluiking van zijn geestelijke begaafdheden in de Vervlaamschte Hoogesehool van Gent. Wij zeggen dus aan alle Vlaamschge zinden het land door laat u niet mislei den door de inblazingen van ben, die het niet goed meenen met onze Heilige Zaak. Wij herhalen hun den Riitli eed, waar mede zoo prachtig onze Beweging werd ingezet op de onvergetelijke Volksver gadering te Antwerpen Wir wollen sein ein einzig Volk von \Brx\dern In keiner Not uns trennen und Gefdhr! Wij willen zijn een eendrachtig Broe- [dervolk In geen nood ons scheiden noch gevaar. tot de Planters en Kooplieden Het College van Burgemeerster en Schepenen der Stad. Aalstbrengt ter kennis, dat er 5 PRIJSKAMPEN worden uitgeschreven voor de Landbouwers welke van hun eigen gewas de beste Hop op de merkt zullen brengen. De p'ijskampen zullen plaats hebben 1° Zaterdag 14 September 1912, ten 15 u. 2° idem 21 idem idem idem 3° idem 28 idem idem idem 4° idem 5 October idem idem 5° idem 12 idem idem idem Er zullen prijzen verleend worden van 5, 10, 15 en 20 fr. in evenredigheid der hoeveelheid op de Merkt te koop gestelde Hop. In het beoordeelen der hop zal de Jury rekening houden van 1° de rijkheid in lupuline (geel stof) en geur (reuk) 20 punten 2° de fraaie kleiu; 5 punten 3° de verzorgde pluk 10 punten de wijze waarop zij gedroogd is: 15 punten. Iedereen weet dat de Groene bel de rijkste is in lupuline en dat de Carnau veel armer is dan de andere soorten. De hop dor landbouwers die hun gewas drogen bij middel van hot ijzeren toestel dat de Hopcommissie kosteloos toeslaat aan de planters welke hunnen eest wijzin gen volgens hare inlichtingen heeft altijd oenen fijnen geur en eene fraaie kleur. Onzin weersprak Hoél. Zoodanig tocht vergt verbazende uitgaven Godfried zou deze weten in te staan met bet domein van Bouillon aan het bisdom van Luik te verknopen. De kerk vervolger viel van do eene verwondering in de andere. Ongeloovig en angstvallig tegelijk, keek bij naar den ongeluksbode, die voortsprak Tachtig duizen i voetknechten, tien duizend ruiters staan vliegensgereed om den zoon van Ida, zuster van Godfried den Bult, ter hulp te snellen. U schijnt dit nieuws geene verlegen- beid te baren, Diederik Ba Waarom ons voorbarig ontrusten. Ilc zie in Godfried alleenlijk een verwaan den snoever, een eerzuchtigen gelukjager, meer niet 1 Of bij den aangenamen kant van zulkdanig reisje op de keper beschouw de, is betwijfelbaar. Zeker is 't, dat bij liet niet zoo gemakkelijk zal hebben, als tijdens zijn verblyf aan het hof van Duitscliland, waar bij, aan den troon van Hendrik IV, lui en vadsig, bet schoonste zyns levens sleet onbetwistbaar wordt hem, in 'net tot bier komen, de wieken gekort, zijn harde kop gebroken, zijne slaafsclie keur bende uiteengedreven Gy geeft derhalve den moed niet op Ik, ik den moed laton zinken Te allen tijde stiet ik lafheid verre van mij Hoe vinniger bot gevaar mij omringde, des te onversaagder ik werd hoe heeler het gevectit was, des te stouter zag ik den Op den fijnen geur der hop heeft groo- ten invloed 1° hel plukken eer zij rijp is 2° het te laat inoogsten 3° het drogen op eenen hoogen warmtegraad 4° het verkeerd behandelen op den eest. De hop moet zuiver geplukt zijn, zoo danig dat zij noch lange stelen, noch bladers bevat, Men kan de hop bederven door hel drogen 1" als zij te weinig gedroogd is of te veel gebroken als er rook door de bellen gaat, die aan de Hop haren fijnen geur ontneemt 3° als men do IIop te dik op de droogtafel legt en een groot vuur maakt, zoodat de onderste laag bel len verzengt, terwijl de bovenste laag overvloedig zweet1° als men te vroeg solfer brandt vooral terwijl de Hop zweet. Rook en zwaveldampen lossen zich op in liet vocht, kloven aan de schubben en bederven den geur, de bellen verliezen hunnen glans, de lupuline wordt bruin, de looistof en de hars verliezen een deel hunner kostbare eigenschappen. Om aan den prijskamp deel te nemen moet men ten minste 100 kilogr. Hop op de Merkt brengen, welke in één of ver scheidene zakken mag bevat zijn 300 kilogr, zullen twee loten, 500 kilogr. drie loten uitmaken waarmede men naar de prijzen kan dingen. De mededinger moet dit gewicht door een bülletijn der hoppewaag bewijzen. De hop mag op voorhand niet verkocht zijn, zij moet ter Merkt le koop gesteld worden. Ten einde te vermijden dat dezelfde hop op ver- schillige dagen aan den prijskamp zou deelnemen, moet den mededinger net bewijs brengen dat zijne hop verkocht en geleverd is Den 28 SEPTEMBER zal de groote regionale prijskamp plaats Hebben, waaraan alleen de leden der Vahver- eenigingen mogen deelnemenen kun nen 1000 franks premies toegekend worden. Elke varileil Groene Belle Witte rank en Carnau zal een afzonderlijken prijskamp uitmaken.. De loten moeten zich vóór 8 uren op de Hopmarkt bevinden. Er zal een gouden eermetaal verleend worden aan den koopman die op vijf prijskampen meest hop gekocht heeft waarvan een eerste, tweede of derde prijs is toegekend Wij denken do planters te mogen aan raden, hunne Hop van rijke, geurig* hoedanigheid, zooals de Groene en Friesche niet te vermengen, met deze die arm is in hoedanigheid, zooals vorige jaren zul len do Brouwers de beste bij voorkeur koopen, zelfs aan een hoogeren prijs. Van heden af kan men inlichtingen be komen hij de Leden der Hop com missiën: MM. M.-L. Gheeraerdts, Voorzitter, Baron Lodewijk de Bethune, F. Cumont, Dés. De Wolf, C. Eeman-Callelnul, Rid der L Schellekens, Od. Van der Schue- ren, L. Van Overstraeten, J. Reyniors, Schrijver. Gedaan te Aelst, den 12 Augusti 1912. De Secretaris, Oscar REYNTENS. De Burgemeester, M.-L. GHEERAERDTS. d<iod 111 de oogen. Het was mijn leven Bestendig kroonde eene uitstekende over winning mijne dapperheid Fier ben ik, flikflooide de edelman 11 tot vertrouweling te bezitten Eens bet bijgeloof in den wortel uitgeworpen, valt u de schoonste belooning te beurt. Over tollig u te vragen, of gij er happig naar zi.jt 1 Maar dat is zeer begrijplyk ook, beer graaf riep Diederik levendig uit. En hot loon, hoop ik, zal de waardij der bewezone diensten ovenaren De raadsman glimlachte schalks. Iloël giste niet, dat zijn handlanger, hij liet uitspreken der laatste woorden, de hand van Maria bedoelde. Voor h' t oogenblik onderdrukte de looze Mahomedaan de onstuimige drift, welke hem bemcesterde en omzichtig week hij van het kicsche onderwerp af. Alvorens den be3lissenden slag to wagen, wilde hij alle kansen goed wikken en wegen te meer, nu hem de zaak op geen ongunstigen voet bleek, werd bij bevreesder dan ooit door een enkel onvoorzichtig woord ginsch bet spel te verbrodden. Wil ray vcrschoonen, heer; sprak bij zoo ik afscheid neem. Ons volk wacht mij muren on torens eischen stipte bewa king. Do dichter van het spreekwoord 's Meesters voeten beteren den grond, sloeg, by het ruimelen, den nagel op den kop. Hebt ge mij nog iets op te leggen Neen, antwoordde de graaf. door Puthus Cosvm. Stichting van den landbouwpost van Kitunguru. XIX. I 23 November 't Is nu al heel wel en goed een huis le hebben waarin men beschut zit tegen regen en wind en zelfs in de groote voorzaal eene ronde tafel te hebben, toch dienen de andere kamers ook bemeubeld te zijn en voor alle meu bels bezit ik, een vouwzetel, eene kleine tafel, en twee stoelen. Eerst en vooral stoelen en zetels gemaakt van bambou. Als men de zwarten een model toont maken zij hel gauw na, zij dubben er dan ook niet lang op, nemen bambous en zijn aan t klieven en snijden. Terwijl zet ik er zes aan 't werk om mijn bureau, van schrijftafels le voorzien en buffetten en loketten om alle papieren en hoeken, op orde to kunnen rangschikken. Vier anderen rnaken mij, uit bambou, twee buffetten voor in de groote voorzaal, in iederen hoek een legen den achtermuur en de deur in 't midden. Het brein der "negers is voorwaar zoo zwart en donker niet als hunne huid, en ,de meubels die zij mij maken mogen waarlijk gezien worden, zij hebben zelfs deze goede hoedanigheid, boven fabriekwerk, dat zij solied en sterk zijn. Hier moet ge uiiiju zieiJ u zei ven te redden en slechts steunen en betrouwen op u zelvon, want hulp van anderen die komt hier te laat, gij zoudt er lang moeten naar wachten. Zie, nu moeten er deuren aan mijn huis komen. Men heeft beloofd er mij to zenden, maar eer die hier bij mij zullen zijn ben ik zeker dat mijn congotermijn van 2 jaar zal verstreken zijn, dus maar zelf de handen aan 't werk geslagen, en voor deuren en vensterluiken, bij gebrek aan gezaagde planken, neem ik maar bambou. '1 Sluit wel niet zoo dicht als eene houten deur, maar 't stopt toch af en zoo kan ik gemakkelijk mijne deuren af wachten,maar 'k zie ze nog niet komen, 's Avonds zijn de meubels gemaakt, doch de deuren eu vensterluiken niet. Terwijl ik 11a het avondmaal, zoo op mijn dui zend gemakken eene pijp lig te- rooken in mijnen zetel, zie daar schiet opeens iets in mijn gedacht, dat mogelijks voor mijne beminde stambroeders, de Vlamin gen, van nut zou kunnen zijn. Reeds zag ik kleine woordenboeken en ook groote in ki-swahili en fransch, doch tot hiertoe zag ik nog geen enkel woordenboek Vlaamsch ki-swahili. Het swahili, is de taal die door 't meeste deel der negers in Katanga gesproken wordt, en 't zou dus voor de Vlamingen die zinnens zijn naar Katanga over te komen, 't zij als beambte van 't Ministerie, of als work man, of voor zijn eigen risiko, van over groot nut zijn, oonige woorden ki-swahili te kennen, of gelegenheid te hebben dit in eigen taal te loeren. Daarom zal ik hier in De Denderbodc van tijd tot Dus, tot dezen nacht. Zekerlyk zijt ge bogecrig den vijand in zijne laatste stuiptrekkingen te zien en hem eene welgemeende voorspoedige reis naar zijnen Hemel t» wenschen Zulk genot laat ik voor niets ter wereld ontsnappen Dat doet mij gonoegen. Vaarwel dan, en, fluisterde nog de ridder waak over de jonkver Hoe is hot mogelijk, Diederik, vloog Hoël op langer achterdocht te koesteren Uwe voorzichtigheid is alleszins lofwaardig doch nu volstrekt overbodig. Laat zijn. Intussohen veronderstel ik, dat Maria, in openly ken moedwil, tegen uwe bevelen opkomt, wat zijt ge voorne mens Uwe spitsvinnigheid bedriegt zich. Niets is zeker. Ik zal baar bijtyds schrik aanjagen, bedreigen. Dreigen is hier niets, bandelen alles, verstaat gij Ja wel, mompelde de burchtheer verstrooid ten eenen male uit zijnen schik. ....Niettemin blijft ze toch nog altyd mijn kind... Eene schrikkelijke verantwoordelijk heid weegt op u, heer, weel het welTot wederziens Warm handgedruk scheidde de vrienden. Buiten gekomen, lachte Diederik sluw. Een gesmoorde vloek stierf tusschen zyne tanden weg, daar hij siste Myn voorge- tiid eene les van ki-swahili inlasschen, en ik raad de Vlamingen aan, die niet zeer op de hoogte zyn der Franschc taal, die lessen goed te volgen en uit te knip pen, 't zal hun tetor hier in Katanga van onberekenbaar nut zijn. Goede zaken mag men niet uitstellen zegt ergens een wijze, ik zal dus daarom maar heden met mijne eerste les aanvangen Vlaamsch ki-swahili. Vooreerst zij gezegd dat men in ki-swahili, u altijd uitspreekt als in 't Vlaamsch oe. De w wordt uitgesproken als u kort, b. v. kwenda gaan, spreekt uit ku-enda morgend subui, spreekt uit soeboei eene e spreekt men altijd uit als in eten, de eerste e, en dit gezegd begin ik vleesch nyama eiers maiai visch samaki gras maiani brood mampa boom miti boter - manteka vuil taka zout thjumvi schoenen - sapatos peper pili-pili klompensapatos-na- mes kisliu slangnioka [,niti lepel suponi suiker sukari vorket fokolé bed kitenda tolloor sani sargie blanget tafel mésa kafé kawa stoel kiti seffens bio-bio lamp lala tala zachtjes - pole-pole water mai Voor eene eerste les zal dit reeds genoeg zijn. Ge ziet ik neem de woorden liolse-botse en niet in alphabetische orde, mogelijks zal ik later zoo'n klein zak woordenboekje, Vlaamsch-ki -swahili, ten dienste onzer Vlamingen uitgeven. Nu geef ik enkel de woorden die men dagelijks het meest gebruikt eu het meest noodig heeft. In de algemeene werksta king zal alles op wreedzame wijze gaan. zeggen nu de socios, om hunne blauwe vrienden blauwe bloemekens op de nouw te spelden, doch heeft het socialis tische Kamerlid Ilubin, de spuwer, niet gezegd voor enkele dagen dat de alge meene werkstaking niet wreedzaam kan zijn. Anderen van over lang, spraken zoo als nu De heer Furnémont, nu Kamerlid, zegde in Juni 1895 op eene meeting te Molenbeek - De vervorming der maatschappij zal nietop wettelijke wijze gedaan worden». Dus 't zal door revolutie zijn. Gezel Defnet, gewezen rood Kamerlid van Namen, schreef in Le Peuple in Juni 1895 Opgepast voor den schok, als de 'i werkers woedend zullen opstaan om i) de verdrukkers der werkende klas te doen tuimelen. Het zal dan waarlijk den eindstrijd - zijn want do maatschappelijke revo- lulie zal overal woeden. Men zal de werklieden zich op hunne tegenstre- vors zien werpen de kapitalistische klas zal verschrikt vluchten de lente - zal eenen rooden glans hebben in de voel wordt bewaarheid de joukver is ehristene, haar vader een bloodaard Ik zou er durven myn hoofd op zetten, dat Hoël, geroerd door haren verleidenden blik,in staat is zjjnen bloeddorst te matigen en den strijd te staken. Dit moet verhoedt 1 Ik ben slechts zijn dienaar, 't is waar, doch hij draagt mij een onbepaald vertrou wen toe, wikkelt mij in zijne minste geheimen, tot zóo ver dat mij niet moor derven kan éen spoor van zwakheid of verraad boet hij met zyn leven Plicht voor alles 1 Hij daalde grinnikkend den trap af. Op den laatsten tred bleef bij staan, rustte met den raafzwarton kroezelkop tegen den wand en zuchtte Ach mij ook. den ge- vreesden, hardvochtigen Diederik, my ook veroverde Maria's reine oogopslag bij deed in het diepste mijner ziel snaren trillen, waarvan de klank mij vroeger onbekend was maakte mijn hart week, myn geheel laf en verwijfdGeen ster veling zal ooit weten, boe driftig ik tegen het opwellend minnevuur worstelde Liefde Machtig too verwoord, meeslee- pend en aanlokkend, hoe brengt gij do zinnen op hol Maria toebehooren, haar gedurig kunnen herhalen hoe smoorlijk ik haar min,mij verlustigen in den galm barer zoetluidende stem, haar voor eeuwig bezit- ten, wat heil wat schoone droom Dwaasheid Dwaasheid Zij vlucht mij als den duivel, schuwt my lyk de pest Zij haat mij dan wol diep diep en ik, ik velden door den burgeroorlog ver woest. Gezel Defnet kondigt dus burgeroor log aan moord en brand, verwoesting der velden Zoudt gij denken dat de werklieden daar wel zullen bijvaren De raad van Dokter De Bie. Gij zult leed en kommer schuwen Overwerk en overdaad Gij zult op den grond niet spuwen. Noch in liuis noch op de straal Hoesten als gij 't niet kunt letten, Met den zakdoek voor den mond E11 uw fluimen zult ge ontsmetten Of verbranden op den stond. Spoel den mond, en kuisch uw tanden 's Avonds eer gij slapen gaat Voor het eten wasch uw handen Eet gestatig en met maat Laat de melk eens duchtig koken Leen aan niemand uw gerief Haat alcool en labakrooken, En heb orde en reinheid lief Slaap alleen met open ruiten, 't Liefste langs den zuiderkant, Leg bij open weer u huiten, Op een rieten ledekant. Neem het stof met natte doeken Van de meubels en den vloer Laat de zon in al de hoeken Stralen van uw huis en koer. *4* De gasten die zich gesteld heb ben als opmakers van wetten, zien niet geerne het woord plicht en zouden het willen uitschrabben. Zij kennen maar het woord recht dat den zin heeft van eene mogelijke winst, terwijl het woord plicht het gedacht geeft van eene schuld die te betalen is. Paul Féval. Vooruitzichten voor den aan staanden winter. Volgens de sta tistieken was de thansafgeloopene maand Juli de koudste sedert 1879, en de natste sedert 1861. De weerkundige, M. Robert Kempt, maakt er de volgende vooruitzichten uit op voor den aanstaanden winter. De ijzige Julimaand van 1879 ging aan den strengsten winter vooraf van ganseh de 19e eeuw. In December daalde de thermometer tot op 23° onder De grootste koude was 25°6 onder 0. De Seine bovroos, en den 10 December kon men er droogvoets overgaan te Parijs. De zoo natte Julimaand van 1861 is niets kwaads noch goeds voorafgegaan toen was de Oogstmaand droog en de winter normaal. 4*4 Achter de roode vlag. In de provincie Luik denken de socialisten voorzeker dat zij reeds volop meester zijn. Te Herstal werden de leerlingen der gemeentescholen naar de prijsuitdee- ling geleid,metde roode vlag aan 't hoofd, en nog wel juist op het oogenblik dat de jaarlijksche processie uitging. Te Ans zal, naar het schijnt, de prysuitdeeling aan de leerlingen der gemeentescholen plaats hebben in het Maison du Peuple Men ziet daaraan wat er van de vrij heid van onderwijs zou geworden, moes ten de kartellisten ooit meester zijn in ons land. Alleman zou, willens of niet, achter de roode vlag moeten loopen. snak naar bare wederliefde...! Gelukkig haar minnaar slaapt de slaap der dooden en zy is myner macht bewust vader en dochter zullen my vreezen en eindigen met mijn voorstel in dank te nemen... Hoorbaar knarsten de tanden des door trapten belagers en eene nieuwe godslaste ring bonsde tegen het gewelf koortsig doorliep hy den langen gang, op wiens uiteinde eene met ijzeren platen bedekte deur den trap verborg, die tot den hoofd toren leidde. Dozen klom hij op en kwam alras in een klein vierkant vertrek. Voor allen opschik bemerkte men eene zware tafel en een lompen stoel aan den muur eenen blaashoorn, eene lantaarn en een gryzen vilten hoed met groene verlepte veder. Een man lag, tusschen steencn drinkkan en kroes, met het hoofd op de tafel, luid te snorken. Zyn haarbos was stekelachtig en bloedrood, zyne kaken paars en blauw en opgezwollen zijn wezen droeg do sporen der verdierlyking en den stempel der verwoesting, welke het onma tig gebruik van den drank er onuitwisoh- baar had ingeprent. Zijne band hield eenen sleutelbos omkneld. Diederik aanzag boosaardig don slapenden torenbewaker en keek in de kruik. Ledig IJdel tot op den bodem preutelde hij. Die onverbeterlijke zuiper Hij ontrukte hem den sleutelbuinlel en sloeg er hem verscheidene malen mede om de ooren. Wordt voortgezet.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1912 | | pagina 1