Donderdag 22 Augustus 1912.
5 centiemen het nummer
65ste Jaar 4517.
Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan
GODSDIENST, HUISGEZIN, EIGENDOM,
van de Stad en 't Arrondissement van Aalst.
VADERLAND, TAAL, VRIJHEID.
ONBEWAAKT.
üe Orgeldraaister.
Het verlichte Frankrijk.
Lezen en Zingen.
Een en ander.
DE DENDERBODE
Dit blad verschijnt don Woensdag on Zaterdag van iedere week onder dagteekening van
den volgenden dag. De prijs ervan is tweemaal ter week voor do Stad 5 frank met
den Post verzonden G frank 's jaars, fr. 3,25 voor zes maanden fr. 1,75 voor dry maanden,
voorop te betalen De inschrijving eindigt met 31 December. De onkosten dor kwit-
tantiën doo do Post ontvangen zijn ten laste van den schuldenaar.
Men schrijft in bij G. VAN DE PUTTE-GOOSSENS Korte Zoutstraat, nr 31, en in alle
Postkantoren des Lands.
CUIQLE SL'LM.
Per drukregel Gewone 15 centiemen Reklamen fr. 1,00 Vonnissen op 3d" bladzijde
50 centiemen. Dikwijls te herhalen bekendmakingen bij accoord. Niet opgenomen
handschriften worden niet teruggestuurd. Hoeren Notarissen moeten hunne inzendinger
doen, uiterlijk tegen den Dijnsdag en Vrijdag in den voormiddag.
Voor de adverteutiën uit vreemde landen zich te wenden ten bureele van dit blad.
Aalst, 2i Augustus 1912
Ja, onbewaakt dat is eene nooit ein
digende reeks van berichten, welke
dagelijks in de nieuwsbladen voorkomen
en den vloeknaam zouden kunnen dragen
van onbewaakt oogenblik
Hoevide en 'verschrikkelijke ongeluk
ken zijn er aan toe te schrijven, welke
ernstige of levensgevaarlijke verwon
dingen 11a zich slepen of erger nog
den dood ?En wanneer door eigen schuld
liet leed veroorzaakt wordt, zeker het
blijkt treurig maar de schuldige zelf
draagt do verantwoordelijkheid, de ge
volgen en de lasten.
Maar wat zeggen, wanneer het ons
door andermans schuld wordt aange
daan, door anderen aan wie,bij geval,do
zorg, do waakzaamheid 01 er ons leven
was opgedragen, zoo als een stoomvaart
maatschappij die aanneemt ons te ver
voeren naar gindsche oevers des Oceaans
of eene spoorwegmaatschappij ons en
leven heenbrengt waar wij willen, snel
lend achter 't snuivend stoomgevaarte
langs de tweelingslijn Laat kapitein op
uitkijk staan, laat machinist of stoker
slechts een onbewaakt - oogenblik
nebben en ze brengen honderden, neen,
duizenden in ellende en dood.
Meer anderen heeft de natuur of de
van God gestelde orde opgelegd over
sommigen te waken.
De overheid eener slad of gemeente
heeft zoo de zorg over hare inwoners,
de ouders hebben die over hunne bin
ders.
En naar mate de plicht krachtiger
dwingt is de overtreding ervan meer
pijnlijk de moeder die haar kindje van
pas 2 a 3 jaren alleen laat, niet uit nood
er toe gedwongen, maar om in de buurt
even een praatje te doen of een potje
katlé te gaan drinken, in het tcrugkeere»
haar lieveling verdronken of doodelijk
verbrand vindt, vergeet het nooit haar
leven lang.
Toch, al is 't hoogst treurig, 't ergste
is liet nog niet. Zeker de arme moeder
wringt zich wanhopig do handen, rukt
zich de hairen uit liet hoofd, als ze neer-
blikt op het wasbleoke lijkje van wal.
zoo even nog haar leveDSzonnetje, haar
geluk uitmaakte.
Do moeder kan zich evenwel troosten
God nam haar onschuldig kindje in zijn
schoonen hemel op, en schenkt het daar
een geluk als nooit de wereld geven kan.
Maar wat duizend maal erger is, wan
neer te kort gescholen wordt in de
waakzaamheid, niet over 't lichamelijk
8e vervolg.
Hij kreeg een erfenis van ongeveer veer
tigduizend frank, en nam dadelijk zijn
ontslag.
Hij telde toon vijf-en-dertig jaar.
Fauvette haastte zicli nu zijn plan uit
te voeren.
Voor langen tijd huurde hij het schoon
appartement van den Faubourg Saint-
llonoré, liet de bureelen prachtig inrich
ten, spaarde zijn erfdeeltje niet, wierf
bedienden aan onder do agenten der
geheime politie, die hij onder zijn bevelen
gehad had, en gaf ruime jaarwedden.
Daarnabegon hij overal bekendmakingen
rond Ie zenden en wachtte.
De klanten kwamen weldra aanzetten.
Er waren er zelfs meer dan Fauvette
had durven hopen.
Men wist toch, dat men op zijn slim
heid staat kon maken en, zoo dacht men
tenminste, ook op zijn eerlijkheid.
De eerste zaken, waarmede hij belast
werd, vereffende hij meesterlijk, en hij
werd er ruim voor betaald. Ia alledeelen
van het land bad Fauvette kennissen en
correspondenten, welke hij gekozen had
onder de bedienden dor prefecturen, ge
meentebesluren en kantongerechten.
Wat de dorpen betreft, daar had hij
de veldwachters 00 zijn hand, on, %daar
leven, maar aan het veel verhevener, hot
onsterfelijk deel des menschen een diepe
wonde of een doodsteek wordt toege
bracht.
En vreemd is 't, maar helaas waar
zoo menig ouder zou ontroostbaar zijn
als zijn lieveling verongelukte en 't leven
des lichaams verloor, maar koud blijft
en gevoelloos als de ziel van zijn kind
met doodend gift bedreigd is.
Als 't kind speelt aan den rand van
een diepe gracht, als het op den weg
loopt waar een auto komt aangesneld,
haalt vader of moeder het haastig terug
maar als het spoelt met slechte vriendjes
en vriendinnetjes, als slechte omgang of
vuile boeken of welk arder gevaar den
kleine bedreigt, 't is alsof diezelfde ouders
stekeblind zijn.
Het publiek in t algemeen genomen,
is juist zoo.
Een schouwburg-gebouw, eene fabriek
die niet voldoet aan den eisch van veilig
heid, die geen branduitgang heeft een
hindernis op den openbaren weg in
't nachtelijk duister niet verlicht; eene
gevaar opleverende nijverheid in bewoon
de wijken ze wekken terecht algemee
nen alarm, en gegronde klachten over de
laakbare achteloosheid der Overheid.
Maar dubbelzinnige tooneelstukkcn,
films die ziel en onschuld moorden, moet
diezelfde Overheid, naar veler meening,
ongestoord vertoonen laten en als eene
moeder toch haar kind liever opsluit in
eene kamer dan het bloot te stellen aan
een ongeluk buitenshuis dan lacht en
spot men.
De onbewaakte oogenblikken nu,
Overheid en Ouders mogen het wel be
denken, zijn verreweg de ergste, de
schuld igste.
Voor wal onder andere het onderwijs
aangaat, zenden de liberalen en socialis
ten ons altijd naar Frankrijk, om lós te
nemen. Daar bestaal de leerplicht sedert
dertig jaren, daar vindt ge het officieel,
wereldlijk goddeloos onderwijs gelijk liet
de vrijmetselaars liet in België, na den
2" Juni meenden in te voereii.
Eerst een snuifje genomen en nu eens
gelezen wat een oud normaalsclioolbe-
stuurder uit Frankrijk, in een dagblad
schrijft
Ik heb willen weten hoeveel ongelel-
lerden er bestaan onder de storlers op
de spaarkas. Ik heb op de dienstwillig
heid van een schatbewaarder der spaar
kas beroep gedaanziehier de inlichtingen
die hij mij verschafte
260 slorters waren er gedurende het
hij flink betaalde werd hij overal goed
gediend.
Met altijd grooter succes bestuurde bij
zijn agentschap reeds gedurende acht
jaar, on het fortuin van Fauvette werd
steeds aanzienlijker.
Metovergroole pracht waren be bu
reelen van hel kantoor van inlichtingen
ingericht. In <1<> groote voorzaal zat een
portier. Verderop bevond zich een
wachtsalon, voorzien van stoelen met
kussens bekleed. Daarnaast een ruime
zaal waar de bedienden werkten, en
waarvan de rnuren geheel betimmerd
waren met vakken, gevuld met karton
nen doozen, van nummers en opschriften
voorzien.
Aan het einde van dit kantoor gaf
een groote dubbele deur, met iedere
kussens voorzien, toegang tot het kabinet
van den moester.
Deze salon was prachtig gemeubeld, met
bronzen beelden en schilderijen van
groole meesters die van den kunstsmaak
van den gewezen agent der geheime
politie getuigde.
Werken over rechtsgeleerdheid, en al
de romans over misdaden en processen,
die sedert, dertig jaar verschenen waren,
bevonden zich daar in een hoekenkast
van ebbenhout, met koperen lijsten
voorzien.
Met het lezen dezer boeken ontspande
zich Nestor Fauvette en bovendien leerde
hij er altijd iets nieuws uit.
eerste halfjaar 1912. Daaronder zijn er
27 ongeletterd, zij 10,38 per honderd
't Is eene ware ramp dat het tiende
eener bevolking noch lezen, noch schrij
ven kan. Het getal ongeletterdcn neemt
helaas sedert eenige jaren, in onrust
wekkende verhouding toe.
Van waar het kwaad Men spreekt
van onregelmatig schoolgaan. Om de
waarheid te zeggen.- de wet op do leer
plicht wordt nergens toegepast, de onder
wijzers bevestigen dat zij eene doode
letter is. Maar daar licht nog de grootste
oorzaak niet Indien de onderwijzer hel
kind de liefde tot-de school kan ingeven,
indien hij het de school aangenaam ma
ken kan, dan zal hei. kind zich wel wach
ten de school te schuwen als de pest.
Zijne gedurige vorderingen zullen hel er
aan vastsnoeren en.jde ouders zuilen zeer
géwil lig van dc diensten afzien die 'tkind
op de hoeve bewijzen kan.
Wanneerïk op schoolbezoek uitging,
vond ik dikwijls twee scholen in ééne
gemeente de eene^- stond omtrent ledig,
de andere zat opgepropt van leerlingen.
Wat bewijst zulks? Dat de onderwijzer
meer wint met het schoolgaan aantrek
kelijk temaken dar ine! te steunen op
de wet dor schoolplicht --.
Haddc men in Frankrijk de vrije scho
len niet gesloten, d m zou daar liet getal
ongeletterdcn ni-I -groeien
En zeggen dal, volgens de geuzen,
België Frankrijk zou moeten naapen in
zake ouderwijs.
Wel bedankt, mijnhëeron.
Een ieder heeft lust tot lezen en zingen.
Is het goed, is het rein, liet hert en de
geest zijn rein en goed gebleven en men
heeft rondom zich het goed verspreid
is het goddeloos of zedeloos, men heeft
zijn hert bezoedeld en het verderf aan
anderen overgezet.
Lezen, hetzij in de dagbladen, hetzij
in andere tijdschriften, of in boeken,
maakt niot zelden van dc menschen of
engels of duivels. Lezen, hetzij door
onwetende, hetzij door geleerden, heelt
er duizenden in het diepste ongeluk ge
dompeld on hij velen, die nog schijnen
goed te zijn, (luizende twijfels'in den
geest gesteken en het leven bijna onmo-
;elijk gemaakt.
Daarom, let op u zeiven, let op uwe
kinderen en onderdanen, opdat gij er
later niet vruchteloos over te weenen
hebt.
Zingen. Wie zingt er niet bijzonder
lijk in de jonge jaren. Eenieder zingt,
Die romanschrijvers zijn toch slim,
dacht hij. Verscheidene hunner zouden
allerbest politiagenten geweest zijn Zij
hebben dikwijls denkbeelden, die ons
zeer wel te pas komen.
In het midden der zaal stond een
ebbenhouten lessenaar, insgelijks met
koperen lijsten versierd deze lag vol
papieren, dossiers, nota's en dagbladen.
Daarachter bevond zich de groole zetel
van den heer des huizes, en daarnevens
twee gewone zetels, voorde klanten, die
hem kwamen raadplegen.
In het kantoor, waar de klerken over
hun lessenaars zaten gebogen, heerschlte
een diepe stille. Men hoorde er niets dan
liet gekras der pennen op het papier en
het snorren der kachel.
Op dit oogenblik zat Nestor Fauvette
juist in zijn kabinet en las zijn brieven.
Zekere woorden onderstreepte hij met
roode inkt en hier en daar schreef hij op
de brieven aantcekeningen mot blauw
potlood.
Dat waren aanduidingen voor liet
antwoord.
Voor dit huis nu hield het rijtuig van
den zee officier stil. Deze stapte uit, trad
de vestibule binnen en las dc aanwijzin
gen met gouden letters op dc geëmail-
leereo ijzeren plaat geschreven.
De bureelen op de eerste yerdieping
mompelde hij.
Met haastigen tred klom hij den trap
op, tot aan de deur van palissanderhout.
maar hoevee! zijn er die deugdelijk zingen
Die vraag mag nog meer gericht wor
den tot de Vlamingen als tot de anderen.
Noen, ons Volk kan niet genoeg zingen.
Het gezang heeft grooten invloed op
's menschen leven, het maakt hel aange
namer voor den persoon die zingt en
brengt, hem tot meerdere verdraagzaam
heid ten opzichte van gansch zijne om
geving.
Het gezang kan ook goed zijn voor
hert en geest maar als liet zedelijk slecht
is, hetgenc ongelukkiglijk maar al te
dikwijls gebeurt, dan wordt het voor
beiden een vergif en bederf.
I)e oorzaak van het slecht en zedeloos
zingen komt veel uit het bederf des her
ten, maar het kan ook groolelijks gebeu
ren omdat men de gelegenheid niet gehad
heeft goede liederen te leeren zingen.
Men leest wat onder de oogen valt.,
maar men zingt alleenlijk wat men ge
leerd heeft.
Daarom is het van do grootste nood
zakelijkheid de schoolknapen en meisjes
goede liederen te leeren zingen.
Zij moeten goede en geestige liederen
hebben om tegen de kwade op te komen.
Willen de ondorwijzers en al wie zen
ding heeft de jongeren op te leiden, nog
meer mede werken om hunne leerlingen
godsdienstig en zedig te maken, willen
zij ben helpen het goed verspreiden, zoo
leeren zij ze goede liederen zingen.
Vaderlandsche liederen, liederen over
hun vak, over hunne streek, over werk
en spel, geestige en medeslepende gezan
gen, dat alles kunnen zij hun aanleeron
zonder schade voor de andere lessen,
omdat liet gezang eerder den leeslust
opwekt dan vermoeit.
En als zij dan zullen groot geworden
zijn een gezelschap te vergeestigen heb
ben door een gezang zullen zij het niet
vergeten hebben, want liederen in de
school aangeleerd, blijven voor geheel
het leven zij zullen het goede zaad
rondom uitwerpen, in plaats van onbe-
taamlijkheden en zelfs bederf.
Ieder maal dat ik eene gemeenteschool
voorhij ga, en ik daar de leerlingen te
samen een goed lied hoor zingen zeg ik
Hier woont een meester die zijne laak
goed verstaat, mochten het de school
meesters allen alzoo opvatten, hoeveel
zou zulks niet helpen om onze jonkheid
op te beuren en goed te houden.
NOTA. Wie eene overheerlijke ver
zameling van allerschoonste volksliederen
verlangt, schaffe zich de gezangen
aan van M. Joseph Cammaert. Te ver
krijgen ten Bureele van DE DENDER
BODE-.
BUREEL VAN HET
ALGEMEEN INFORMATIE-KANTOOR.
En daaronder
Binnentreden zonder hellen.
De deur openende, bevond de bezoeker
zich in het eerste vertrek, waar de bode
die er de wacht hield, hem tegemoet
kwam cn vroeg
Wat verlangt mijnheer
Ik wensch mijnheer Nestor Fauvette
te spreken.
Indien mijnheer in de wachtkamer
wil gaan, zal ik zien ot mijnheer Fauvet
te zich in zijn kabinet bevindt en mijnheer
kan ontvangen. Wien mag ik aanmel
den
Hier is mijn kaartje
GABRIEL SAVANNE
Kapitein ter zee.
De bode keerde na eenige oogenblikken
terug.
Wil mijnheer mij volgen? sprak hij.
Hij bracht den kapitein in het kabinet
van den chef van liet agentschap.
Nestor Fauvette had den naam gelezen,
die op het visitekaartje gedrukt stond.
Opstaande, ging hij den officier eenige
stappen tegemoet, groette hem, wees
hem een zetel aan, en na zijn plaats
weder ingenomen tc hebben, vroeg hij
Het geheugen der visschen.
Augner heeft eenige proefnemingen ge
daan omtrent het geheugen der visschen
Hij plaatste in hot aquarium twee buizen
de een was rood gekleurd en bevatte
voedsel, de andere was ongekleurd en
ledig. De visch ontdekte spoedig het
voedsel. Toen den volgenden dag weer
een gekleurde en ongekleurde buis in
het water werd gebracht, zwom de visch
dadelijk op de gekleurde buis af. Nu
werd een derde, blauw gekleurde buis in
't aquarium gelegd, waarin 't voedsel
werd geplaatstde visch zwom weer op
de roode buis af, en draaide er aldoor
omheen, tol hij dooreen toeval hot voed
sel in de blauwe buis ontdekte. Die proef
werd eenige dagen herhaald. Na eenige
dagen ging de visch naar de blauwe buis.
De statistiek der klooster over
de wereld. liet katholiek jaarboek
van Rome geeft de volgende cijfers om
trent het aantal kloosters, kerken en
geestelijken over heel de wereld.
1. De Benedictijnen in verscheidene
takken verdeeld, bezitten 1603 kerken,
143 scholen, 4450 monniken en 2007
kloosters.
2. De Carthuizers,25 kloosters, en 1000
moniken.
3. De Dominikanen, 367 kloosters on
4476 moniken.
4. De Franciscanen, welke de macli-
tigsten zijn, hebben 16,968 ledenen 1487
kloosters.
5. Do Jesuilen tellen 16,294 leden.
6. De capucienen met 10.056 leden,
bewonen 574 kloosters.
7. De broeders der christelijke leering
hebben 14.360 leden en 1700 gestichten.
De minst talrijke orden zijn
I)e redemtoristen met 400 leden en 215
klooster de Lazaristen met 300 leden
en 240 kloosters, de paters van den Hei
ligen Geest, 1630 leden en 23 kloosters en
ten slotte de Afrikaansche zendelingen
van Lyon 350.
Het meerendeel der hoofdpijnen,
komen voort van eene slechte maag of
van eene hertziekte daarom is het wei
nig voordeelig die pijnen te willen weg
nemen, door geneesmiddels, die men op
het hoofd legt.
Het is van 't zelfde met de ziekten van
het geloofmen geneest ze niet gemak
kelijk met een enkel verstandelijk werk,
maar zij gaan van zelf weg, zoodra het
order in het hert weder hersteld is.
R. P. A. Weiis.
Mag ik u verzoeken, kapitein, mij te
willen zegen, wat mij de eer verschaft
van uw bezoek
Gabriël Savanne scheen eenige oogen
blikken na te denkon.
Sta mij toe u een vraag te doen,
vooraleer u te antwoorden, zeide hij.
Tot uw dienst, mijnheer.
Kan ik er op vertrouwen, dat geen
woord van hetgeen hier zal gesproken
worden, bekend zal worden
Nestor glimlachte.
De grondregel van een huis als het
mijne, is de stipste geheimhouding, mijn
heer.
Men heeft mij dit ook gezegd en het
is juist daarom, dat ik hier gekomen
ben.
Welke zaak is het, waarvoor gij
mijn hulp komt vragen Schenk mij ten
volle uw vertrouwen.
Ik moet weten wat er geworden is
van een persoon...
Een man of een vrouw
Een vrouw.
Getrouwd
Neen, antwoorde de officier na
eenige oogenblikken geaarzeld te hebbi n.
Een blad wit papier voor zich leggende,
bereidde Nestor Fa wette zich voor om
met een potlood aanleekeeingen te
nemen.
Wordt voortgezet,