Oorlog In Moge
flussiscn- DuilsGhe Oorlog.
OORLOGSBERICHTEN.
Oorlog in den Balkan
OP ZEE.
De intoclt in Gzernowilz.
Op den Balkan
Een en ander
Italiaansche Oorlog.
towka, ten noorde Smorgon en beider
zijds van Krewo hadden goed govolg.
In de streek van Dulatowka werden ver
scheidene russische stellingen omverge-
loopen. Er zijn over de 200 gevangenon
gemaakt, als ook machinengeweeren en
mijnnen werpers buitgenomenDe bloedige
verliezen van den vijand waren groot.
De spoorwegstaties van Lalesie en
Molodetschno werden van duitscho vlie-
gerssmaldeelen aangevallen.
Legers van gener aal-veldmaarschalk
Prins Leopold v. Beyer en.
Toestand onveranderd.
Legers van Generaal von Linsingen.
Bij Gruziatny, ten weste van Kolki,
werden over den Styr vooruitgerukte
russische krachten door tegenstoot terug
geworpen. Vijandelijke aanvallen werden
afgeslagen.
Ten noordweste van Luck boodt de
vijand ons vooruitrukken, sterken weor-
stand de aanvallen bleven ingang. Hier
en bij Gruziatny boetten de russen onge
veer 1000 gevangenen. Ook ten zuide der
Turya gaat het voorwaarts.
Bij de troepen van Generaal Graaf
von Bothmer goene verandering.
(Koln, Volkszeitung K. Ausg. 566).
Uit Oostenrijksche bron.
WEENEN, 21 Juni 1916. In Buko-
wina, Oost-Oalicien en in het ruim van
Radziwillow geen bijzondere voorvallen.
In Wolhyniën hebben de onder 't bevel
van Generaal von Linsingen staande
Duitsche en Oostenrijk-Hongaarsche
strijdkrachten trots hevige vijandelijke
tegenaanvallen wederom veld gewonnen.
Bij Gruziatny wezen onze troepen met
taaie standvastigheid ook den vierden
massenaanval der russen volledig af,
waardoor 600 gevangenen van ver
scheidene vijandelijke divisies ingebracht
werden. In 't geheel werden gisteren in
Wolhyniën meer dan 1000 Russen ge
vangen.
(Köln. Volkszeitung K. Ausg. n. 566).
Uit Russische bron.
ST-PETERSBURG, 20 Juni. Op het
front der legers van generaal Brussiloff
poogde de vijand door tegenaanvallen
onzen opmarsch naar Lemberg tegen te
houden.
In den omtrek van het dorp Rogomicze
(zes kilometers) ten Zuiden van het dorp
Lokacze (45 kilometers ten Westen van
Luck), 6 wersten ten Zuiden der groote
baan Luck- Wladimir-Wolhynsk, vielen
de Oostenrijkers in dichte liniën onze
troepen aan.
Zij drukten oenen sektor van ons
sl rijd front in en namen drie kanonnen
van enne batterij, welke tot het laatste
schot en de laatst»! kardoes hevigen weer
stand bood.
De toegesnelde versterkingen wierpen
den vijand overhoop namen liera een ka
non af en brachten 300 soldaten benevens
twee machinengeweren in.
In de streek Korytnica (15 kilometers
ten Zuid-Oosten van Lokacze ten Zuid-
Oosten van Swiniuchy 13 kilometers)
verijdelde een onzer oprukkende regi
menten eenen tegenaanval des vijands en
dwong hem tot de vlucht.
Een trein onzer lichte batterijen trad
aan een woudzoom openlijk op en dekte
den aftrekkenden tegenstrever mot recht
streeks vuur toe.
Bij dit gevecht kaapten wij vier ma
chinegeweren en namen drie officieren en
100 soldaten gevangen.
Ten Oosten van Gorochow(26 kilome
ters) ten Zuiden van Lokacze, ten Zuiden
Swiniuchy, namen wij na heftigen tegen
stand, het woud bij het dorp Bozow
(5 kilom. Oostelijk Gorochow).
Bij aanvallen in de streek van Niemie-
rowka (5 kilom. ten Z--0. Radziwiuow)
maakte de tegenstrever van vlammen
werpers gebruik.
Diegene onzer troepen, die Gzernowilz
namen rukten, na op vele plaatsen de
Pruth-rivier overschreden te hebben,
krachtdadig tegen de Sereth-rivier op.
Bij liet dorp Storózyce (20 kilom ten
Zuidwesten van Czernowitz) namen wij
twee officieren en 85 soldaten en verover
den een machinegeweer.
Op de statie Alt-Zuczka (3 kilom. ten
Noorden Czernowitz* kaapten wij een
pionuier depot.
NOORD-WESTFRONT. Ten noor
den van het woudgebied en op het Duna-
front duurt de kanonnenstrijd aan.
(Köln. Volkszeitung K. Ausg. n. 565).
Oostenrijksch- Hongaarsch-
Uit Oostenrijksche bron.
WEENEN, 21 Juni 1916. Toestand
onveranderd. In den sektor Plöcken
ging het naar levendige artilleriegevech
ten. Op het Dolomietenfront wezen onze
troepen bij Rufroddo eenen aanval met
groote verliezen voor den vijand af.
Tusschen Brenta en Etsch hadden geen
groote gevechten plaats. Afzonderlijke
voorstooten der Italianen mislukten. Er
werden 2 vijandelijke vliegers afgescho
ten.
(Köln. Volkszeitung K. Ausg. n. 566).
Uit Italiaansche bron
W. T. B. WEENEN, 20 Juni 1916.
(Draadber.) Den 18 d. m. wezen wij
kleine vijandelijke aanvallen in het
Opper Genovadal (Sarva) stroomafwaarts
van Daone, tegen Chiese, in de richting
op het Monte Giore en in het Posinadal
af. Levendig gevecht duurde gisteren op
de hoogvlakten der zeven gemeenten op
het frontdcel ten noordooste en ten
noorde Schlogen, voort. Hevige stormen
vermeerderden de moeilijkheid van ons
voorwaartsrukken. Wy wezen gewoone
tegenaanvallen welke de vijand hardnek
kig vooruitdreef, om onze vooruitgang
tegen te houden, terug. Op den rechten
vleugel namen onze alpentroepen den
vijand nogmaals 200 gevangenen. In het
opper Boite-dal viel de vijand in den
nacht tot den 19 d. m. de laatst door ons
veroverde stollingen herhaaldelijk aan,
hij werd echter met gevoelige verliezen
teruggeslagen Onze batterijen beschoten
de spoorwegstatie van Tobbach en de lijn
naar Landro (Rienzdal). In Carinthië en
op den Izonzo eenige artilleriegevechten.
(Koln. Volkszeitung K. Ausg. n. 566)
Uit Oostenrijksche bron
WEENEN, 21 Juni 1916. Op de
neder Bojnsa trokken de Italianen, ge
dwongen door ons vuur, zich van het
bruggenhoofd Feras, terug Wij vernie
tigden de italiaansche verdedigings-aan-
lagen en mieken talrijk schanstuig buit.
(Koln. Volkszeitung K. Ausg. n. 566).
Uit Bulgaarsche bron.
W. T. B. SOFIA, 20 Juni 1916. De
toestand op het front in Macedonië is
onveranderd. Beiderzeids duurt zwak
artillerievuur voort. In het Wadardal ten
zuide van Doiran en Gewgheli was het
artillerievuur op 18 Juni wat levendiger.
Dezelfde dag lieten onze patroeljen, op
den rechten Wardar oever ten zuide der
Belassitza-Planina verscheidene cavalle-
rieafdeelingen die op verkenning waren,
springen en dreven ze op de vlucht-
Vijandelijke vliegers wierpen bommen
zonder gevolg op Pardeitzi, Doiran en
bewoonde plaatsen des sektors van
Rupel. Een onzer vliegtuigen viel bij
Port-Lagos een vijandelijke transport
aan, beschoot en be wierp het met bom
men, waardoor de scheepsbrug getroffen
en ernstig beschadigd werd.
(Koln. Volkszeitung K. Ausg. n. 566).
Uit Turksche bron
W. T. B. KONSTANTINOPEL, 21 Ju
ni 1916. Ambtelijk bericht des hoofd
kwartiers Op het Irakfront geen voor
vallen van beleekenis.
Kaukasusfront. Op den rechtervleu
gel geen veranderingen. Op den linken
vleugel mislukte een verrassende aanval,
welke de vijand met een deel zijner
krachten beproefde, door ons gelukkig
vuren. Een vliegtuig dat over Seddil-
Balir verscheen, werd door ons vuur
verjaagd. Eenige schepen des vijands die
in de nabijheid van het eiland Keusten,
bemerkt werden werden door ons vuur
verjaagd. Op 18 Juni te 9 uur 's morgens
vielen negen vliegtuigen des vijands El
Arisch mot bommen en machinengewee
ren aan. Door ons vuur werden twee
vliegtuigen afgeschoten, wij stelden
vast, dat een hunner in vlammen gehuld
boneden stortte. Deze luchtaanval duurde
2 uren, hij was zonder gevolg, daar de
vijand geen schade kon aanrichten.
(Köln. Volkszeitung K. Ausg. n, 566).
MILAAN, 21 Juni. Corriere del la
Sera bericht
De Engelsche stoomboot Gaffa die
voor San Remo door een vijandelijke
duikboot tot zinken gebracht werd, had
6,000 ton steenkolen aan boord. De be
manning van 28 koppen werd gered.
Op denzelfden dag bracht een duikboot
het Italiaansch zeilschip Dolmetta - tot
zinken dat van Porto Maurizio naar
Ischia onderweg was en welks kapitein
vertelde, dat hij op eenige zeemijlen van
San Remo een Italiaanschen schooner en
een Italiaansch brik zak zinken, waar
van de bemanningen gered werden.
Op denzelfden avond viel dezelfde duik-
buit de voor Genua bestemde Engelsche
kolenstoomboot Cleedmoore aan. De
stoomboot verdedigde zich en verdreef
aldus de duikboot.
Berichten uit Sestri Levanti zeggen,
dat in don morgen van den 17 Juni, de
Italiaansche brik Audace - op dertig
zeemijlen van de Korsikaansche kaap in
den grond geboord werd. De bemanning
werd door het zeilschip «Nuova Karolina»
gered.
BUKAREST, 19 Juni 1916. Van de
Russische grenzen wordt gemeld dat de
Russen gistermorgen om 8 uur in Czer
nowitz binnentrokken. De stad werd
niet zwaar beschadigd, enkel de statie en
de omgeving werden door de Russen ge
bombardeerd en in brand gestoken.
(K. Volkszeit. n. 565)
WEENEN, 19 Juni 1916. De oor
logsberichtgevers stellen vast dat de stad
Czernowitz, betrekkelijk de overgave,
sinds weken onder de vuurlinie van de
Russische wijddragende kanonnen lag en
daar het bruggehoofd, tengevolge van de
volledige platlegging der verschansingen,
zijne tegenstandskracht verloren had en
de Prulh door eene overweldigende meer
derheid van krachten geforceerd was.
Om de stad van volledige vernieling te
bewaren, volgde, na een heldenmoedigen
tegenstand tegen do stormloopen van,
onder artillerievuur, vooruitgedreven
tien lot zestien maal diepe geledoren, het
bevel de stad te ontruimen. Oorlogskun-
dig heeft de bezetting van Czernowitz,
welke zoo dicht de grenzen ligt en sinds
liet uitbreken van den oorlog onafgebro
ken binnen het dichtste gevechtsterrein
golegen is, geene enkele beteekenis
daarentegen toont de strategische toe
stand op het overige front eene gunstige
vorming, vooral daar het centrum in
Oost Galicië vast op de oude lynen staat
en op den Wolhynischeh linkervleugel,
aan den ingedrukten sector, in de laatste I
gevechten veld won. Onder zulke omstan
digheden kan zooveel te min van eene
doorbraak van bet front gesproken wor
den. als de Oostenrijksch-Hongaarsche
en Duitsche troepen de Russische aanval
len. die met ongewone opoffering van
menschonmateriaal sinds twee weken ge
voerd werden, den heldhaftigs ten tegen
stand, inel goed gevolg tegenoverstellen. I
(K. Volkszeit. 515.)
Het eiland Gulos bezet.
BERN, 19 Juni. Volgens eene mel
ding uit Athenen hebben de Engelsche
troepen het eiland Gulos, bij Kreta, bezet.
De handelsblokkade duurt voort. Do
Italiaansche overheden verhinderden het
vertrek van 2000 ton zwavel (solfer) die
voor Griekenland bestemd was. Twee
Griekscho booten die naar Italië gezon-
den waren zijn daar achtergehouden. In
zekere Grieksche kringen vreest men dat
ten gevolge van schaarschte aan zwavel,
de bereiding der gedroogde druiveu af te
wachten is. Daar in Griekenland de ver
voermiddelen ontbreken, kan de demo
biliseering niet in bepaalden omvaug ge
schieden. Frankrijk en Engeland wen-
schen de algemeene ontwapening. Griek
sche ministerieele middens verklaren dat
zij tegenover de eischen van het Vierver-
bond tot den tegenstand besloten zijn.
(K. Volkszeitung565.)
Woelingen in Nederland.
In den loop der duurteprotestrelletjes
die Zaterdagavond te Amsterdam plaats
vonden, is een transport levensmiddelen,
bestemd voor het stedelijk bestuur, door
de menigte aangevallen en geplunderd
geworden. De politie zag zich genood
zaakt het publiek met den blanken sabel
uiteen te drijven en verschillende straten
van de werkers wij keu af te zetten. De
regeering heeft door de burgemeesters
laten bekend maken, dat zij, in afwach
ting van den nieuwen aardappeloogst,
groote hoeveelheden rijst enboonen tegen
geringe prijzen voor de stadsbewoners
beschikbaar zal stellen.
ROTTERDAM, 20 Juni. Gisteren
vonden hier groote betoogingen plaats
wegens de schaarschte aan levensmidde
len en de duurte. Er deden zich meer
maals botsingen met de politie voor. Op
de groote groentenmarkt was nevens
politie ook nog de militaire macht ontbo
den geworden, om de rust te behouden.
Om de aardappelen en groentenkarren
op den weg van de Groote Markt naar
de kramen tegen aanvallen te beschermen
werd hun een militair geleide meegego-
ven. De politie maakt bekend, dat van
heden af geen openbare betoogingen
meer zullen toegolaten worden.
Dood van den generaaloverste
von Moltke.
Uit Berlijn wordt gemcldt dat gene
raaloverste von Moltke zondag namid
dag om 1.30 ure plotseling gestorven is,
tengevolge eener beroerte.
De generaaloverste overleed kort nadat
hij, in den Rijksdag eene rouwaanspraak
had gehouden, ter gelegenheid der dood
van den generaal-veldmaarschalk von
der Goltz. Het rouwbetoog werd onder
broken en het lijk naar het gebouw van
den algemeenen staf overgebracht.
De generaaloverste von Moltke was
geboren den 23 Mei 1848 te Gersdorf in
Mecklenberg-Schwerin en was broeders
zoon van den gekenden genoraal-veld-
maarschalk Adolf von Moltke.
Ook andere voorworpen, die zich niet
inde kleeding bevonden, hebben soms
een projectiel tegengehouden. Een merk
waardig geval is dat van een Duitschen
kogel, die in een Engelschen patroon
houder twee patronen doorboorde, ter-
wyl hij in de beide andere steken bleef en
alleen met de punt voor den dag kwam.
Ten slotte vertelt dokter Brettner nog
een eigenaardig geval van redding door
net buigen van het lichaam. De eer daar
van, zoo zegt hy. komt aan een klein
levend wezen toe, dat steeds veracht, in
dezen oorlog bovendien nog als boosaar
dige sluipmoordenares. als verbreidster
van de vlek-typhus ontsluierd is. Name
lijk eene luis. Bij een aanval voelde een
grenadier F. een hevig gekriebel in zijne
knieholte en bukte zich om er een eind
aan te maken. De man achter hem valt
van voren getroffen dood neer. Het lijk
van de levensredster prijkt thans in het
familiealbum.
In België en Frankrijk
Uit Duitsche bron.
BERLIJN, 21 Juni 1916. - Op ver
scheidene plaatsen van het front tusschen
de belgische en fransche grens en op de
Oise heerschte levendige bedrijvigheid in
artillerie en mijnengovecht alsook in den
vliegdienst. Rij patroeiljen ondernemin
gen in de streek van Berry au Bac en bij
Frapelle, ten ooste St. Dié, werden fran
sche gevangeneu ingebracht.
Een engelsch vliegtuig stortte bij Puis-
renx, ten noordweste van Bapauine, in
ons afweervuur af. Eenen der inzittenden
is dood. Een fransch vliegtuig werd bij
Kemnat, ten noordooste van Pont-a-
Mousson tot landen gedwongen De inzit
tenden zijn govangen genomen.
(Köln. Volkszeitung K. Ausg. n. 566).
Uit Fransche bron
PARIJS, 21 Juni 1916. Draadbe-
richt. Ambtelyk bericht van 20 Juni
namiddags
Op den rechten Maasoever vielen de
duitschers 's nachts driemaal do fransche
stellingen ten noordweste der hoogte 321
aan. Onze machinengeweeren en sper
vuur braken die poging. Sterk artillerie
vuur in de streek Vaux, Chapitre on op
den linken oever in don sektor van Chat-
taucourl. In het Wasgenwoud mislukte
een duitsche handstrijk tegen de voorste
sappen (mijnen; in de streek Michelbach
ten zuide Thaun.
Ambtelijk bericht van Dinsdag avond.
Uitgenomen tamelijk levendig artillerie
gevecht in de streek zuidwaarts het fort
Vaux is van het geheele front geen enkele
gewichte gebeurtenis te melden.
Belgisch bericht. Artillerie ge
vecht en boinmenwerpen in de streek
Steenstraete Rust op het overige front.
(Köln. Volkszeitung K. Ausg. n. 566).
Uit Engelsche bron
LONDEN, 21 Juni 1916. Legerberichl.
Mijnen bedrijvigheid en beiderzijdige
beschieting in den sektor van Loos,
waar wij gisteren nacht eene groote af-
deeling vijandelijk schansarbeiders ver
rasten, met bommen be wierpen en hen
talrijke verliezen toebrachten.
(Kölu. Volkszeitung K. Ausg. n. 566).
Uit Duitsche bron.
Legers van generaal-veldmaarschalk
von Hindenburg
BERLIJN, 21 Juni 1916. Voorstoo
ten onzor troepen, ten noordweste en ten
zuide Dunaburg, in de streek van Dula-
te en schande het kasteel van Charlemont
had móeten verlaten, daar op denzelfden
morgen haar echtgenoot als de moorde
naar zijns broeders gevangen werd ge
nomen, was zij niet meer op het slot
geweest. Zij had vroeger steeds gedacht,
dat zij het nooit meer van zich zou
kunnen verkrijgen, het opnieuw binnen
te treden nu echter haakte zij er naar
nog eenmaal de plaats te zien, waar zij
zoo gelukkig was. Zij zou de helft van
haar vermogen gegeven hebben, om weer
eens alleen in de zalen te zijn, weer eens
in den leunstoel van hare eigene kamer
te zitten, geheiligd door het aandenken
van haar kind, dat daar twee jaren had
gespeeld.
Deze gedachten voeren haar door het
hoofd, toen een rijtuig langs den zand
weg kwam gereden zij zag het wel,
doch sloeg er geen acht op en zij stond
nog op dezelfde plaats, toen eenige tijd
daarna Johanna met eenen brief binnen
trad.
Mevrouw zette zich op eenen divan
neer. Het meisje bemerkte zeer goed
hare zwakheid en ontroering, doch zij
was te fijngevoelig om er eenige aan
merking op te maken.
Vergeef mij, mevrouw, zegde de
kamenier gij hebt mij bevolen u dezen
morgen niet te storen of het moest voor
dringende zaken zijn, en daarom heb ik
ook niemand willen toelaten.
Er is nu eene dringende zaak
Ja, mevrouw. Zoo even is eene
jonge dame met een rijtuig uit het dorp
Charlemont gekomen. Ik heb haar zelf
gezien, want ik kwam juist door den
grooten gang, toen zij den portier den
brief gaf en ik nam op mij hem u over te
reiken. Zij is de schoonste juffrouw die
ik ooit gezien heb, dat moogt gij gerust
gelooven, mevrouw, en ik ben overtuigd
dat zij tot eene voorname familie behoort.
De poortier leidde haar naar de receptie
kamer, waar zij zich nog bevindt.
Eene jonge dame en geheel alleen,
zegde mevrouw. Misschien is zij een der
zomergasten van het dorp, die het huis
en aanhoorigheden wil zien.
Zij nam den brief en opende hem. Het
eenvoudige omslag bevatte een wit
papier zonder monogram of wapen. Het
schrift was fraai, flink en karakteristiek.
De brief kwam van Sofie, die daarin
eenvoudig verklaarde, dat zij in Fran
krijk geheel vreemd was en in het dorp
had vernomen, dat mevrouw Mixtome
eene juffer van gezelschap had gehouden,
die nu door ziekte verhinderd werd haar
langer te dionen, waarom zij de vrijheid
nam die plaats te verzoeken. Zij kon
goede getuigschriften toonen en hield
ach overtuigd, de tevredenheid van
mevrouw te verwerwen, indien zij daar
toe in de gelegenheid werd gesteld. Ten
slotte verzocht zij dringend om een on
derhoud.
Mevrouw las den brief met veel belang-
I
stelling. Het viel haar op, dat daarin
geen zweem van huichelarij en slaafsche
onderdanigheid doorstraalde. De schrijf
ster moest dus eene beschaafde dame
zijn. De manier van zich uit te drukken,
de trots, zelfs het schrift bevielen haar.
Lees den brief, Johanna, zegde zij,
dezen aan de bediende overgevende. Gij
hebt gewoonlijk een goed oordeel over
het karakter der menschen. Zeg mij wat
gij over juffrouw Lepage denkt.
Johanna las den brief en sprak daarna
zeer ten gunste van Sofie.
Laat haar hier komen, mevrouw, zegde
zij. Zij heeft een gelaat als een engelen
als zij even goed en bekwaam als schoon
is, dan zal mevrouw eenen schat in haar
vinden.
-- Gij zijt haar weigenegen, Johanna.
Daar zij zich nu toch hier bevindt wil ik
haar ten minste zien. Laat haar binnen
komen.
Johanna verwijderde zich en eenige
oogenbllkken later tradt zij met Sofie
binnen.
Het hart van het meisje bonste hevig,
haar bloed bruischtezij scheen hare
zinnen niet meer meester te zijn maai
de gedachten aan haren vader en het doel
harer reis brachten haar weer lot haar
zelve. Het stormde nog wel in haar bin
nenste, doch zij bedwong zich en boog
voor de trotsche mevrouw, die opgestaan
was om haar te ontvangen.
Daar stond zij van aangezicht tot aan
gezicht tegenover eene vrouw, die haren
vader schuldig had geloofd aan eene
schandelijke en ontzettende misdaad en
hem in het uur der zwaarste beproeving
alleen hat laten staan voor de vrouw
welke hij nog beminde en die hij zoo
gaarne zou wederzien voor haar, door
wie zij in hare kindsheid was vertroeteld,
aan wier hart zij de eerste tranen ver
gelen en het eerste had gelachen, die
haar moest bemind hebben uit al hare
krachten voor hare moeder
En voor deze stond haar kind, aan hare
eigene moeder onbekend. Door den over
vloed van rijkdom omgeven, lachte het
geluk uit de oogen der schoone vrouw,
terwijl haar echtgenoot in den vreemde,
miskend en veroordeeld door de wereld,
zijne droevige dagen sleet. Alleen deze
enkele gedachte was voldoende om Sofie
weer te doen bedaren zij moest onbe
kend blijven,wilde zij haar doel bereiken,
en alles wagen om den sluier van het
vreesdijk geheim op te lichten, waaron
der haar vader zoo diep gebukt ging. En
toch trok een nauwelijks te beteugelen
en onverklaarbaar gevoel Sofie tot hare
moeder, en zij moest alle krachten in
spannen om de armen niet uil te strekken
en te roepen moeder ik ben Constance,
uw dood gewaand kind
Mevrouw Mixtome was getroffen dooi
de schoonheid van het meisje, wier lief
en edel gelaat eenen wonderlijken indruk
op haar maakte en tot wie zij zich bij den
eersten aanblik getroffen gevoelde, zon
der dat iets haar had gezegd, dat dit
meisje het kind was, hetwelk zij zestien
jaren als dood had beweend Wel geloof
de zij dit blonde haar, deze heldere oogen
vroeger meer gezien te hebben, en zij
dacht daarover na, terwijl zij zich in het
aanschouwen van Sofie verdiepte doch
geene stem des harten, geen instinkt-
matig gevoel voerde haar op het rechte
spoor.
Zij groette Sofie vriendelijk en verzocht
haar plaats te nemen. Zij zag de bleek
heid van het meisje, doch schreef die toe
aan hare bedeesheid toen zij echter
haren rechten oogslag bemerkte, begreep
zij, dat Sofie niet bedwelmd was noch
hare tegenwoordigheid vreesde.
Gij wildet mij spreken van de plaats
van gezelschapsjuffer, juffrouw Lepage,
zegde mevrouw Mixtomc,- zich verwon
derende, dat een meisje, afkomstig naar
't scheen uit eene aristokratische familie,
haar eigen brood moest verdienen. Hebt
gij reeds meer zulk eene betrekking be
kleed
Neen, mevrouw, antwoorde Sofie
en hare stem klonk helder en vast, of
schoon haar hart niet kalm was. Ik ben
altijd thuis geweest. Tot heden behoefde
ik mijnen vader niet te verlaten.
Gij woont niet in Frankrijk, vroeg
mevrouw, eenen blik op den brief wer
pend. Gij zegt hier dat gij in Frankrijk
vreemd zijt (wordt voortgezet).