Van Beroemde Bekeerlingen. Napoleons Veldtocht Geschiedkundige Kronijk KftTH0LIEK NIEUWS- EN MNK0NDIGINGSBLAO Zondag 1 October 1916 5 centiemen het nummer 7lste Jaar IV0 4725 VAN DE PUTTE-GOOSSENS Week-Kalender. MOEDER-GEDICHTEN, in Rusland, in 1812. LANDBOUW. DE DENDERBÖDE Abonnementsprijs 3 trank 's jaars Men schrijft in te Aalst 31, KORTE ZOUTSTRAAT, 31 DRUKKERUITGEVER AANKONDIGINGEN Kleine één maal 0,75 fr.twee maal 1,25 fr. Gewone annoncen 0,15 fr. de regel. Vonnissen, sterfgevallen, enz. 0,50 fr. de regel. Dikwijls te herhalen volgens akkoord. Aalstden 30 September 1916. OCTOBER. Evangelie van den Zondag Jesus geneest eenen waterzuchtige. LUC XIV. 1 Zondag, 16. naSinxen. H. Bavo, B. 2 Maandag, HH. Engelbewaarders. 3 Dinsdag, H. Gerardus, Abt. 4 Woensdag, H. Franciscus van Assisiën, B. 5 Donderdag, H. Remigius, B. 6 Vrijdag, H. Bruno, B. 7 Zaterdag, Solemniteit v. d H. Rozenkrans. XIII 't En is van u Hiornederwaard, Geschilderd of Geschreven, Mij. moederken, Geen beeltenis, Geen beeld van u Gebleven. Geen teekening, Geen lichtdrukmaal, Geen bei telwerk Van steene, 't En zij dat beeld In mij, dat gij Gelaten hebt, Alleene. O moge ik, u Onweerdig, nooit Die beeltenis Bederven Maar eerzaam laat Ze loven in Mij, eerzaam in Mij sterven. Guido GEZELLE. 1 Johannes Jörgensen. (3® Vervolg) Dit verzwakken van 't geloof, dit om- neer smijten of over boord werpen van alle zedelijke princiepen, heeft dan ook schrikkelijke verwoestingen aangericht in het hart en de ziel der jongeling schap. Het is voldoonde even den polsslag te voelen van hot jeugd-leven in de groot- 38 Mengelwerk. Nadruk verboden. Groot Historisch Verhaal. (Getrokken uit het veraiaard boek van Graaf Philiep de Ségur. Generaal, die den veldtocht meegemaakt heeft). Ditmaal was het niet meer noodig den vijand ver te gaan zoekende zon van den 6e September vond de beide legers tegenover elkander op hetzelf de terrein waar zij den vorigen avond afscheid van hen had genomen. Het was eene algemeene vreugde. Einde lijk was het dus gedaan met die onze kere, slepende manier van oorlogen, waarin er aan weerskanten nergens winst of eer te behalen was. Nu kwam men aan het einde Nu ging alles met eenen donderslag opgelost worden De keizer maakte gebruik van de eerste weifelende dagklaarten om tusschen de twee lijnen door te drin- fen, en van hoogte tot hoogte, heel et front van het vijandelijk leger te verkennen. Hij zag hoe de russen al de heuvel-kammen bekroonden, in eenen grooten halven cirkel van twee mijlen omvang, van af de Moskowa tot aan de oude baan naar Moscou. Hun rechtervleugel grenst aan de Kolougha, van ai zijne monding in de Moskowa tot aan Borodino hun centrum, van af Gorcha tot aan Se- menowska, vormt het uitspringend steden en hoogeschool-centra, om te wal gen van al do rotheid die daaronder ver borgen ligt. Daar vooral kunnen we nagaan hoe diep verkankerd de geest onzer huidige samenleving is, en hoe alles mank en wankel staat wat enkel op raonschelijke macht is gegrondvest. Do jeugd met haar warm hart, met haar frissche verbeelding, met haren geestdrift en hare kracht die zich moeten kunnen uitstorten en uitvieren, is van nature bestemd om grootsche dingen aan te durven en kloeke daden te stellen. Zij is toch immers de zwellende, geurige levensbot die haakt naar zon en hitte om los te springen en uit te bloeion. Doch over dien jeugd-tuin, vol van rozig en fleurig leven, zijn er stormen opgestoken en zij hebben daar hunnen drift tot ver nielen en verdelgen kunnen bot vieren. De golven van twijfel en zinnelijkheid waarin onze hedendaagsche God-verge tende maatschappij ligt te spartelen, zijn heengespoeld over de harten en de zielen der jeugd, en in den droesem welke zij daar achterlieten, is al de idealiseeronde kracht van dien leeftijd gaan verstikken en versmachten. Het bedroevend schouwspel van ons universiteitsleven leverter het doorslaand bewijs van. Daar zien we hoe twintig- jarigen, die misschien zooveel heerlijke droornen in hen omdroegen, eenmaal dat de verleppende storm van onzen tijd over hen is gevaren, de zon gaan zoeken in de modderplassen, en een ideaal vragen aan het bedrieglijk opflakkerend genot der zinnen, waarvan de dichter zoo hartver scheurend zingt Au fond des vnins plaisirs que j'appellc <i mon [aide, Je trouve un tel dégout que je me sens mourir. (A. De Musset). Zij zijn de kinderen onzer eeuw, die al hare etterende wonden in hunne zielen heeft laten overdruipen. In dien zin schrijft M. Gillet O. P. in Over Karaktervorming vertaald door hoogleeraar Paler De Groot u Die crisis van de jeugd geeft insge- lijks de gesteltenis van het tijdperk en het midden waarin we loven, te ken- nen. Als het openbaar leven gedurig het slijk doorroert waarvan we allen als doortrokken zijn als de letter- kunde in al haar vormen, roman, tooneelstukken, krant, de onkuisch- heid alom verspreidt als op straat zelve de voorbijganger in zijn ziel be- zoedeld wordt door al die ergerlijke plakkaten, photographies, prentkaar- ten als in 't rond een losbandige weelde alles met haar schijnlicht be- - toovert en ons met hare dronkenma- gedeelte hunner lijn. De Kolougha maakt hunnen rechtervleugel onge naakbaar. De keizer bemerkt het aanstonds, en daar deze vleugel, gezien zijne groote verwijdering, niet neel gevaar lijk schijnt, leent hij daar weinig aandacht aan. Het is dus te Gorcha, een dorp dat aan de groote baan ligt, aan de spits eener vlakte die Borodino en Kolou gha beheerscht, dat het russisch leger voor hem begint. Aan zijne linkerzijde, binnen het bereik van zijn vuur, verheft zich een heuveltop die over heel deze vlakte schijnt te heerschen hij is bekroond met eene kolossale verschansing be wapend met één en twintig kanonnen. De Kolougha en de ravijnen omringen hem op het front en aan zijnen rech terkant; links helt hij af en is gesteund op eene lange en breede vlakte. De kam dier vlakte, waar de russen op gesteld staan, strekt zich in dalende golving naar links uit, vlak vóór onze legers dan klimt hij weer langzaam verder tot aan de nog rookende pui- nen van het dorp Semenowska. Het is tot aan dit uitspringend punt dat het centrum reikt der vijandelijke macht, onder het kommando van Barclay. Het is bewapend met eene sterke bat terij, gedekt door eene verschansing. Hier begint de linkervleugel der russen, onder het bevelhebberschap van Bagration. Twee hoogten, bewa pend met wijkschansen, bakenen er dit gedeelte van het front af. Van Semenowska tot aan het bosch konde geuren bedwelmt als de zoo- gezegde weldenkendon hun oogen toe- doen voor al die buitensporigheden of er eventjes om glimlachen, wat zal er dan geworden van twintigjarige jon- gelingen, aan hun eigen overgelaten, onbewaakt, die alles kunnen lezen, alles zien, alles hooien on met volle longen zulk een verdorven lucht inade- men (1. c. blz. 187). En Jules Payot, rector der academie van Aix, schrijft gelijkaardig in zijn reeds dikwerf vermeld werk Het is met de ziel van den jongeling gesteld gelijk met de zee in de maand van Maartzij is nooit kalm, en wan- neer zij liet blijkt te zijn, dan kan een scherp oog daar nog altijd een felle beroering ontdekken, welke bij de minste windvlaag iu geweldige baron zal opslaan. Het komt er derhalve op aan alles te vermijden wat zelfs een oogenblikkelijke stormbui zou kunnen verwekken. Doch hoe kan dit geschie- den wanneer men staat in het midden eener samenleving en eener litteratuur die voortdurend do driften aanwakke- ren De jongeling drinkt eene beroe- zende lucht in. Alles om hem heen schijnt samen te spannen om hem een verkeerd denkbeeld van de liefde te geven. De hedendaagsche letterkunde is in grooten deele eene verheerlijking der zinnelijke liefde. Moest men velen onzer romanschrijvers en dichters ge- looven. dan zou liet hoogste en edelste doeleinde dat een menschelijk wezen nastreven kan, bestaan in het voldoen van een instinct dat wij gemeen heb- bon met de dieren L' Education de la Volordé 38® uitgave. Blz. 204- 205). En het schromelijkste is dan nog wel dat ook sommige goneesheeren, menschen die alle dagen tegenover het lijden en de dood staan, gansche boek- deelen schrijven om zulk eene levensop vatting te huldigen en te verdedigen. Heeft men dan niet het recht ver- - stomd te staan aldus vraagt de hooger vernoemde schrijver wan- neer men in het werk van eenen be- - roemden geneesheer lezen kan dat de - liefde eene over heer schende plaats in ons bestaan inruimt. Wanneer men eenen zekeren leeftyd heeft be- reikt en ons nog slechts de hoop overblijft niet al te spoedig de hel- ling af te dalen die naar den ouder- dom leidt, dan erkent men dat alles ij del is, behalve de liefde En men versta hem goed het is alleen de zin- nelijke liefde welke hij hier bedoelt, want daar is van niets anders spraak in gansch het hoofdstuk. Wolhoe al de geestelijke en artistieke vreugden, van Utitza ligt er een afstand van ongeveer twaalf honderd voet. Het is de natuur van dit terrein die Kutusol heeft doen beslissen ons dezen linker vleugel aldus te betwisten want de ravijn die de vlakte steil maakt, heeft hier haren oorsprong en zij is nauwe lijks eenen hinderpaal, want de hel lingen harer oevers gaan in zachtere golving naar beneden, en de hoogten waar cle artillerie gunstig post vatten kan, liggen ver van hare boorden af. Het is natuurlijk langs dezen kant dat wij het meest voordeel zullen kun nen behalen, vooral sedert dat de toegang er van niet meer wordt ver dedigd door de wijkschans welke het 6ic regiment gisteren veroverde. Dit aanvalsterrein is zelfs voor ons nog begunstigd door een woud van groote pijnboomen die van af de vermeester de schans reiken tot aan deze welke de lijn der russen schijnt te besluiten. Edoch, daar eindigt hunne linker vleugel niet. De keizer weet dat de oude baan naar Moscou achter dit bosch looptzij zwenkt rond den linkervleugel der russen, en kronkelt achter hun leger ai om daarna weer om in aansluiting te komen met de nieuwe baan naar Moscou, vóór Mojaïsk. Hij is van oordeel dat zij bezet moet zijn, en inderdaad, Tutchkof ligt er met zijn legerkorps genesteld bij den ingang van een woud; hij is beschut door twee hoog ten welke bedekt staan met kanonnen Dit kan echter niet veel baten, de wijl er tusschen dit afgezonderd korps en de laatste russische wijkschans de liefde voor de natuur, het streven om lotsverbetering voor de armen en - onterfden, de vaderlijke liefde, de liof- dadigheid dit alles is niets, on men zou het wegwerpen voor die eenige oogenblikken van dierlijk genot (1. c. blz. 207). Ziedaar dus, hoe ook de zoogenaamde wetenschap beroofd van het licht van het geloof, medeholpt om een or kaan van lage driften die zielen en lichamen vermoorden, over de rampzali ge menschheid te ontketenen ('t Vervolgt). De Rogge. Do rogge is het graangewas der lichte gronden, alhoewel het ook in de zwaar dere gronden, doch op minder groote schaal, verbouwd wordt. De rogge vergt op de eerste plaats eenen goed doordring baren, niet te natten grond. De rogge is minder eischend dan de tarwe; toch lust zij eenen grond die rijk of althans tamelijk rijk is aan oud vet, doch ducht de versche stalmest bemestin gen. Beer kan goede uitslagon geven, op voorwaarde er slechts eene matige hoe veelheid van toe te dienen vóór den win ter. In de lento gebruikt, kan de beer het legeren van het graangewas veroor zaken. De lichte gronden zijn over het alge meen arm aan potasch, bijgevolg is hier eene overvloedige potaschbemesting vol strekt noodzakelijk, alhoewel deze ook in zwaarderen grond niet raag verwaar loosd werden. Deze wordt toegepast in de verhouding van 200 tot 250 kgr. chloorpotasch of beter nog onder vorm van kainiet, 't zij ongeveer 800 kgr. per hectare. De stikstof wordt toegepast onder vorm van zwavelzuren ammoniak, in de verhouding van ongeveer 150 kgr. per hectare. Ontbreekt deze meststof, men beert tamelijk, on, is 't dat de grond be mest werd met potasch en fosfoorzuur, men mag vroeg in de lente uog eens ma tig beren. Het fosfoorzuur en de kalk zijn even eens twee noodzakelijke bestanddeelen men past ze bij voorkeur toe onder vorm van staalslakken, in de verhouding van 600 tot 800 kgr. per hectare. De slakken- bemesting kan nochtans in gezonden vruchtbaren grond vervangen worden door ongeveer 600 kgr. superfosfaat. De potasch en de kalk hebben het ver mogen de kleefstof van 'den grond te vestigen, dus de lichte gronden samen- hangender te maken, bijgevolg bezitten zij, benevens hunne bemestingswaarde, nog grondverbeterende eigenschappen. Praictijker. een afstand lag van vijf tot zes hon derd vademen en een bedekt terrein. Indien men niet begon met Tutchkof te overvallen, kon men hem dus be zighouden, met tusschen hem en de laatste schans van Bagration in te marcheeren en den vijand in den lin kerflank aan te pakken. Maar de keizer kon er zich door zich zelf niet van overtuigen, daar de russische voorposten en de wouden zijn blik ken stuitten. Eenmaal zijne verkenning gedaan, komt hij tot dit besluit Eugeen zal de spil zijn Het is de linkervleugel die den veldslag moet inzetten. Van zoohaast, hij, dank aan de duisternis, de tegenovergestelde schans zal be stormd hebben, moet hij links afwij ken en tegen den flank der russen inrukken, gansch hun leger op den rechterkant ineendrukkena en omver werpend in de Kolougha. Nadat het plan aldus in zijn groote lijnen opgemaakt was, houdt hij zich bezig met de bijzaken. Gedurende den nacht moeten drij batterijen van zes tig kanonnen elk tegen de russische verschansingen opgesteld worden: twee tegenover hunnen linkervleugel, en de derde tegenover hun centrum. Van at het krieken van den dag zal Poniatowsky met zijn leger dat op vijf duizend man is verminderd, voor uitrukken op de oude baan naar Smo lensk, en rond het woud zwenken dat denfranschen rechtervleugel en den russischen linkervleugel steunt. Hij moet met den eersten in den flank aansluiten men zal het eerste ge: Een bladzijde uit den Besloten Tijd en den Boerenkrijg. 'Uit een handschrift, opgesteld door Karei Jozef Verhulst, schoolmeester en organist te Berlaer, bij Lier) 1797. Den 6 january, wezondo 3 Koningendag, zijn tot Lier de Paters Predikheeren uyt hun clooster gejaogl. Op 7 dito omtrent 12 uren zijn de Capu- cienen tot Lier uytgejaegd, men zag allen de geestelijke alsdan in weireldlijke kleeren. Den 8 de abdije van Nazareth. De kerkdeuren hangen vol van ver- koopingen, zoo van cloosters, kloosler- hoeven, bosschen, enz. 1797. Tot Tongerloo daer zijn ze al bezig met de klokken uyt den thoron te werpen en om stukken te slaegen. Den 1 Mey wird uytgewerkt dat allen de priesters binnen de tien dagen hunnen eed moesten doen. Alsook geen zondaegen meer te vieren en de kerken te sluyten. To Mechelen geen misse meer op Hemel- vaert avond. Den 12 .Tuny kwam tot Lier binnen circa 2000 man. van Turnhout komende, hebbende onder wegen en boven Heren thals zeer Ieelijke schandaelen gedaen in de kerken. 1797. Op 14 September kwam dat de priesters hunnen eed moesten afleggen of anders geenen dienst meer doen. Op 24 September was 't Antwerpen en Lier geenen dienst meer in de kerken. Dan 's Sondags kwamen die van Lier naer Berlaer en Kessel, zoolang men daer nog kost mis lezen Het volk gaet alle dagen to biegten on te communie precies ofte hot was het eynde van do wereld, allen avonden Roo- zenkrans, daer wirden menigte van keer- sen te branden gestolt, mon zag veel devotie onder het volk. Op 4 Oktober den commissaris Van den Bosch (staende tusschen vier gon- darmen) hoeft omtrent 9 uren 's morgens het ophouden van don godsdienst afge- leesen, staende tusschen 2 pilacren op 't kerkhof, alsdan was er nog precies 10 dagen tijd dat er misse mogt gedaen worden. Veele honwelijkon die trouwen op dien, met éénen roep, en zominige met twee. ('t Vervolgt). Komt deze gemoedstoestand die toen onder het volk hccrschte, niet gansch overeen met den wonderbaren godsdienstijver welke wij bij de losbarsting van den oorlog, overal hebben zien opflakkeren Een bewijs te meer hoe, in den loop der tijden, in openliarc rampen cn ge varen. het oog en het hart van den mensch zich vanzelf wendt naar boven, naar God. - N.D.R. rucht zijner artillerie vernemen. Aanstonds moet al ons geschut te gen den linkerkant der russen losdon- deren, waarmede men eene bres slaan zal in hunne rangen en verschan singen en aldus den weg openen voor Davoust en Ney dezen zullen ge steund worden door Junot en zijne Westphalieërs, door Murat en zijne ruiterij, eindelijk door den keizer zeil met zijne twintig duizend garden. Het is tegen deze twee verschansin gen dat zij eerst hunne krachten moe ten aanwenden: het is langs daar dat men in het vijandelijk leger kan bin nendringen waarvan het centrum en de rechterkant, ontbloot, bijna zullen omsingeld zijn. Nocnthans de russen vertoonen zich in verdubbelde massas op hun centrum en hunnen rechterkant, het geen eene bedreiging uitmaakt voor de baan naar Moscou, welke de eenige operatie-lijn van onze legers is, en daar Napoleon voornemens is zijne voornaamste krachten links in den slag te werpen, oordeelt hij het nuttig twee divisies van Davoust en de ruiterij van Grouchy toe te voegen aan het leger van Italië dat met de verdediging van dezen weg, die alleen openstaat voor den aftocht onzer troepen, is belast. Voor wat zijnen linkerkant aangaat, denkt hij dat eene sterkte van omtrent tien duizend man volstaan zal om hem te dekken. Dit zijn de plannen van Napoleon. ('t Vervolgt).

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1916 | | pagina 1