Sipaï en lagniapr
Van Beroemde
Bekeerlingen.
Napoleons Veldtocht
Geschiedkundige Kronijk
KRTH0LIEK NIEÜWS-- EN MNK0NDIGINGSBLHD
Öp den Balkan
Zondag 3 December 1916
5 centiemen het nummer
71 s,e Jaar N° 4733
W eek-Kalender.
Kinder-Gedichten
Vlaamschen Haard
jinen vraagt uitverkoopers.
IXapoleons Veldtocht
in Rusland
DE DENDERBODE
Abonnementsprijs: 3 irank 'sjaars.
Men schrijft in te Aalst
31, KORTE ZOUTSTRAAT, 31
DRUKKERUITGEVER
Van de Putte-Goossens
Aalst, den 2 December 1916.
DECEMBER.
Evangelie v^n den Zondag
Teekens aan Zon en Maan. Luc. XIII.
3 Zondag, l.v. d. Advent H. Franciscus-
Xaverius bel.
4 Maandag, H. Barbara, maagd.
5 Dinsdag, H. Sabbas, abt.
6 Woensdag, H Nikolaas, biss.
7 Donderdag, H. Ambrosius. b. en bel.
8 Vrijdag, O. L. Vr. Onbevlekt Ontvangenis.
9 Zaterdag, II. Leocadia, maagd en mart.
II.
Moederke alleen.
Wie zal er ons kindeke douwen
En doet hot zijn moederke niet?
Wie zal er zijn dekentjes vouwen
Dat 't schaarsch door een holleke ziet?
Refr.
Kleine kleine,
Moederke alleen,
Douw-douw-douwderideine
Kleine, kleine,
Moederke alleen
Kan van uw wiegske niet scheèn
Wie zal naar ons kindeko kijken,
Dien bleuzenden, stouten kapoen
Wie zal er zijn hemdekes strijken,
Zijn haarken in krullekes doen
Wie zou voor ons kindeke derven
Heur laatste kruimelke brood
Wie zou er, wie zou er voor sterven
En lachen op kind en op dood
René De Clercq.
Johannes Jörgensen.
(10e Vervolg).
Jörgensen was dus op reis gegaan, en
met het voorjaar keerde hij terug naar
Kopenhagen. Daar werd hij op een
avond, in Maart, uitgenoodigd op een
partijtje bij een jongen schrijver, waar
ook zijn vriend, de vooruitstrevende
vrijdenker Koch-Jensen aanwezig was.
jörgensen had getracht niet in aanra
king met hem te komen, maar bij het
uitgaan riep Koch-Jensen hem en stelde
voor samen huiswaarts te keeren. De
twee vroegere vrienden gingen over de
Vensterbrogade en sloegen den weg in
naar de zee, waar het donker en stil
was.
Tijdens deze wandeling pakte de woe
lige vrijgeest weerom uit met eenen hee-
len boel uitzinnige en ideaal-doodende
beschouwingen over het levensvraag-
47 Mengelwerk. Nadruk verboden.
in Rusland, in 1812.
Groot Historisch Verhaal.
(Getrokken uit het vermaard boek van
Graaf Philiep de Ségur, Generaal, die
den veldtocht meegemaakt heeft).
Gedurende den nacht hieven de
russen soms heel geweldige en verras
sende kreten aan, hetgeen hunne
tegenwoordigheid verried. Des ander
daags, in den morgen, verwekten zij
tot zelf in de tent van den keizer eene
kleine paniek. De oude garde was
genoodzaakt de wapens op te nemen
en hen te verjagen, hetgeen haar een
aftront toescheen. Tot den middag
bleef alles stil in ons leger dat nog
slechts eene voorhoede scheen uit te
maken, want al de andere troepen
waren over het slagveld verspreid
waar zij de gekwetsten wegruimden.
Daar waren er twintig duizend. Men
droeg hen twee mijlen achter het front
in het reuzig klooster van Kolotskoï.
De hoofdheelmeester, Larrey, had
uit al de regimenten helpers doen
komen. De ambulancieën hadden ons
ook vervoegd, doch het was alles veel
te weinig. Larrey heeft naderhand bij
stuk. Wij wenschen er hier nog een
woord over te reppen omdat zij zoo diep
het spoor dragen van hunne afkomst en
hun midden, en den invloed verraden die
er van hooger zijuen bederf-zwangeren
adem liet overgaan. De reeds vermelde
hoogleeraar Georg Brandes, die met
dreunenden hamerslag sloeg en mokerde
op het aanbeeld der vrij makende ge
dachten, waar hij zijn nieuwe leer
smeedde, die roode gloeivonken van haat
uitschoot tegen de kerk, had een gansch
geslacht van jonge godsloochenaars
grootgekweekt, en onder dezen stond
Koch-Jensen aan de spits. Ook de wijs
geer Nietzsche de vergoder van de
mecht, die alle gedachte van liefdadig
heid en maatschappelijke verbroedering
aan zijn voeten neersmakkend, de trot-
sche gestalte van den Übermensch uitda
gend zet tegen den horizont der nieuwe
tijden, gedrapeerd in den stijven mantel
van ikzuchtigen grootheidsdroom, had
de studenten bekoord en beroesd en de
begeerte paar bandelooze vrijheid in hun
ne harten gestort. En die vrijheid, welke
zich feitelijk uitvierde in eene onbeperkte
en onbeschaamde zinnelijkheid, ging te
vens gepaard met eenen wrangen spot
voor al de fijnere en teedere gevoelens
in den mensch. Het zingenot verhardt en
versteent het gemoed van den mensch.
Het steekt z(jn hart als in een stalen
pantser, waar ten slotte alle modelijden
en fijngevoeligheid op afschampt. Het
snijdt de vleugels af aan alle hooge ge-
dachtenvluchten, en het aarzelt zelfs niet
met de bemodderde hand te grijpen naar
de verhevensto en reinste zaken.
Dit schoon en goddelijk woord Ide
aal, waaraan de Grieksche wijsgeer
Plato wieken gafwerd nimmer
misbruikt en door het slijk gesleurd ge
lijk in onze moderne tijden.
De zonde wordt geïdealiseerd en op
den troon gezet.In ons vorig artikel heb
ben wij Oscar Wilde daarover den lof
trompet hooren steken, en gezien hoe hij
zelfs zoo ver ging le verklaren dat het
protest onzer persoonlijkheid tegen de in
omloop zijnde zedelijke begrippon haar
verbindt met de hoogere ethiek
Iemand die afbreekt met al de heerschon-
de moreele wetten en, prat op het recht
zijner persoonlijkheid, zijn eigen wegen
gaat, 't is te zeggen, al de lagere mach
ten en driften welke in den mensch die
nen gebreideld te liggen, los laat gelijk
steigerende veulens in de vlakte, is dus
volgens de bepaling van Wilde, een be
zitter van hooge zedelijkheid Dan zijn
ook Bonnot, Garnier, en heel de bent
van misdadigers en anarchisten, die de
leus vivre sa vie -zijn leven levens,
in praktijk stelden en dit ideaal in al
hunne wandaden nastreefden, dragers
geweest van hooger menschelijkheid! Dan
mocht ook Octave Mirbeau in zijn blij
spel Les affaires sont les affaires
aan eenen vader die de schandige uit
spattingen van zijn leven wil rechtvaar
digen, deze woorden ingeven *Et puis,
AANKONDIGINGEN
Kleine één maal 0,75 fr twee maal 1,35 fr.
Gewone annoncen o,i5 de regel.
Vonnissen, sterfgevallen, enz. 0.50 de regel.
Dikwijls te herhalen volgens akkoord.
il faut de Vidéalnom d'un chien
En dan, men moet toch een ideral
hebben, verduiveld En de zoon die
trouw in het voetspoor van zijn vader
stapt, antwoordt bevestigend - Een
ideaal, verduiveld Voorwaar,
men zal zelden eene uitdrukking aantref
fen welke zoo brutaal spottend is als
deze.
Dat moedwillig verguizen en schoffue-
ren van het Ideaal (dit woord hier geno
men in zijn verheveusten zin), is ten an
der het kenmerk onzer eeuw, en daarom
worden telkens weer zooveel gebalde
vuisten opgestoken naar het Christen
dom, dit onsterfelijk Ideaal dat, spijts
alles, over raillioenen zielen blijft regec-
ren. Het Christendom beteugelt den
mensch in zijn driften-leven, in de stei
geringen van zijn hoogmoed en zijn
eigenwaan, en dit is hard voor velen.
En daarom juichen dio wanneer zij door
de vlagen van zingenot welke zij over de
wereld ontketenden, de lichtvlam van
het geloof in de zielen aan 't tanen bren
gen. God is dood roept Nietzsche in
triomf uit.
O. dat vervloekte, dat ergerlijke
Christendom zoo tiert Willem Kloos.
Wij meenden er nu eindelijk van ver
lost te zijn, van zijn ijdelo onwezen-
lijkheid, van zijn ware onmenschelijk-
heid, van zijn dwaze dogmatiek. Weg
waren zijn God en zijn Duivel en zijn
Onsterfelijkheid, en rustig waren wij
bezig'hel 'leven te doorproeven(wij
cursiveeren) en te groeien tot levenden,
tot waarachtig levenden, enz. (*"')en
hij jammert er over omdat dit gehate
Christendom met zijn leer over de dood,
over de naastenliefde, over de nederig
heid en het lyden, hen storen komt in
hun trotsche machts- en genotsdroomen.
En wat Koch-Jensen tijdens deze
avondwandeling aan zijn vriend mede
deelt over zijn levensplannen en «levens
idealen is geheel in denzelfden toon.
Alleen klinkt het nog cynischer als 't zijn
kan.
('t Vervolgt).
middel der pers zijne klachten bekend
gemaakt over het feit dat hij geene
enkele soldatenafdeeling ter zijner be
schikking had om de meest dringende
hulpmiddelen in de omliggende dor
pen te gaan halen.
Napoleon bezocht toen het slag
veld nooit deed de oorlog zich onder
zulk een afschuwelijken aanblik voor.
Alles droeg er toe bij een sombere
hemel, een killige regen, een snerpen
de wind, overal puinen en vernieling;
aan den gezichteinder donkerde het
mistroostig loover der boomen van
het noorden een zwerm van soldaten
zwierf tusschen de lijken, op zoek
naar eten dat zij zelfs uit de ransels
hunner gesneuvelde makkers roofden
de dooden lagen daar met schrikke
lijke wonden, want de russische ko
gels zijn dikker dan de onze rond de
bivakken heerschte alom eene droe
vige en doodsche stilte.
Rond de arenden zag men de over
blijvende officieren en onderofficieren
met eenige soldaten geschaard staan
juist genoeg om het vaandel te bewa
ren. Hunne kleederen waren verhak
keld, zwart van het buskruit, bevlekt
met bloed en toch, te midden van
zooveel ellenden en rampspoed, be
hielden zij eene uitdagende cn fiere
houding, en toen de keizer voorbij
reed weerklonken er zelfs triomfkre-
«Leopardi, Schopenhauer, Nietzsche, deze
drie ironische figuren verschijnen in den loop
der XIX4 eeuw als drie sombere geleiders, in
wier spoor de druischende optocht der wanho-
>ende, oproerige en ontgoochelde zielen voor-
ïijtrekt.
(H. Fiirens-Grvaert La Tristesse Contem
poraine).
Ethiek, komt van het grieksch woord
aitMcai, en beteekent leer, kennis der zede
lijkheid.
Th. Henussb S. J.L'Ideal dans la
ie
Willem Kloos Veertien jaar lite
ratuur-geschiedenis ac deel blz. 265.
LANDBOUW.
De bemestingen irt December.
Met de maand December treden wij
voor goed het doode jaargetijde in, zoo
dat de werkzaamheden te velde voor het
algemeen stop gezet zijn. Nochtans, wan
ten, maar deze waren zeldzaam en
gedwongen, want onze soldaten die
zoo ontvankelijk zijn voor geestdrift,
kunnen ook hunnen toestand scherp
en bezadigd ontleden, en zij laten
zich niet om den tuin leiden.
Het verwonderde hen zooveel ge-
doode en gewonde vijanden te zien,
en zoo bitter weinig gevangenen. Daar
vielen er geen acht honderd in onze
handen. Nu, het is in verhouding van
het aantal gemaakte gevangenen dat
men het belang der zegepraal schat.
En hier moest Napoleon zijne over
winning volgens het aantal dooden
berekenen. De veroverde verschan
singen waren dermate bedekt met
lijken der onzen, dat er meer gesneu
velde dan levende overwinnaars ble
ken te zijn.
In die menigte van roerlooze licha
men waarover het gevolg van den
keizer heenstapte, raakte de poot van
een paard eenen gekwetste aan, en
ontrukte hem een schreeuw. De kei
zer die tot nog toe in een somber stil
zwijgen verzonken was gelijk het
slagveld rondom hem, luchtte thans
zijn fel geschokt gemoed in woorden
van wee en verontwaardiging, en op
staanden voet deed hij den ongeluk-
kigen gewonde de beste zorgen toe
dienen. Toen iemand, om hem in zijn
smart te bedaren, deed opmerken dat
neer de grond noch bevrozen noch met
sneeuw bodekt is, kan men in drogen
grond de omploegingen voor hakvruch-
ten voortzetten, en het stalmest onder
werken. Ook de kaïniet en de slakken
kunnen thans met voordeel uitgestrooid
worden, zoo op de bouwgronden als op
de droge weiden.
Ontvingen de klavers en de luzernen
de vorige maand geene minerale bemes
ting, men past hun thans ongeveer 800
kgr. kaïniet en evenveel slak toe. Even
zoo, werden de hooimeerschen en wei
landen in November niet bemest, men
geeft in drogen grond ongeveer 700 kgr.
kaïniet en evenveel slak, en in natten
grond, waar er geen gevaar bestaat dat
de meststoffen met het vloeiwaler weg
gedreven zouden worden, ongeveer 1000
kgr. kaïniet en evenveel slak. Voor
boomgaarden in volle, dracht geeft men
tot 1200 kgr. van elke vruchtbaarma-
kende stof.
Ook den moestuin kan men bij goed
weder omspitten en in winterbedden op
zetten en met kaïniet en slak bemesten.
Afzonderlijke boomen in den hof en
op den boomgaard ontvangen van 0,5
kgr. tot 1 kgr. kaïniet en evenveel slak
voor hun eigen, volgens hunne verwor
vene ontwikkeling, en men vergete niet
den voet der versch geplante boomen
met stalmest te bedekken.
In December beschikt de landbouwer
over veel vrijen tijd. Derhalve brengt hij
nuttig zijne Zondagen en de lange win
teravonden door met de kwestie dor
veevoeders en meststoffen nader te bestu-
deeren, nu vooral zij schaarsch en duur
zijn, in voordrachten, gesprekken, vlug
schriften, enz. Praktijker.
Is pas verschenen
VOOR DEN
voor het jaar O. H. 1917.
2d* JAARGANG.
Prijs 25 centiemen.
UIT DEN INHOUD
Verdeeling van 't jaar. Eklipsen.
Kalender 1917. Proloog. Kerke
lijke Overheden. Dagklapper. Hoe
Uilenspiegel een ezel leerde lezen.Van
twee Vlaamsche dichters uit het volk
Oorlogswee, (fragment uit een lyrisch
bedrijf van Jef Griek). Kerstnacht
Over de liefde. Gedichten. Prijs
raadsels, enz.
Verzuimt onzen Raadselprijs
kamp niet. Meer dan 100 schoone
prijzen, bestaande uit leerrijke
boeken, zijn te winnen.
het een rus was, antwoordde hij leven
dig na den strijd bestaan er geene
vijanden meer Vervolgens zond hij
de officieren die hem volgden naar
rechts en links uit, om hulp te bieden
aan dezen die men aan alle kanten
hoorde kermen en kreunen.
Daar lagen er vooral veel in de
diepte der ravijnen, waarin het groot
ste gedeelte onzer soldaten terugge-
stooten werd, en waarheen zich ook
veele gekwetsten hadden gesleurd om
daar beschutting te zoeken tegen de
woedende worsteling en het vuur van
den vijand. De eenen mompelden
zuchtend den naam van hun vader
land of van hunne moeder dat waren
de jongsten. De ouderen wachtten ge
laten en sprakeloos de dood af, zon
der te willen klagen of iets te vragen
anderen smeekten om aanstonds afge
maakt te worden, doch men ging
haastig voorbij die ongelukkigen zon
der naar hun akelig gesmeek te dur
ven luisteren.
Een hunner, die het ergst van allen
toegetakeld was (hij bezat nog slechts
den romp cn eenen arm), scheen zoo
vol leven en hoop, ja zelfs vroolijkheid
te zijn, dat men het beproeven wilde
hem te redden. Toen men hem ver
voerde. bemerkte men dat hij kloeg
over pijn in de ledematen die hij ver
loren had, hetgeen gewoonlijk gebeurt
Een bladzijde uit den Besloten Tijd
en den Boerenkrijg.
(Uit een handschrift, opgesteld door
Karei Jozef Verhulst, schoolmeester
en organist te Berlaer, bij Lier).
1799. Zij hebben zyne H. den Paus
Pius VI gevangen en getransporteerd
naer Vrankrijk, alwaer zijne Heyligheyd
is gestorven, 2 augusty, tot Valentie.
Op 9 november hebben die agenten de
stukken van de klokken van Gestel en
Berlaor naer Lier doen voeren met vier
peerden. Nu is hot sacristy een gevan
gen kot geworden, alwaer door de colom
men is uylgebroken (met hulpe) zekeren
Andries van Rooy, gelijk als het tot
hedeu nog te zien isdaer is een colomme
ingezet, en nog eene, dewelkegeboogt is.
De beroemde Generael Bonaparte,
dewelke in Italiën, zelf in Egypten heeft
gevochten, is gekomen in Parijs en heeft
den Directorium gecasseerd, en zijn
zeiven meester gemaekt.
Don 2 December zijn hier dragonders
gekomen om te doen leveren terwe,
koren, haver, hoey.
(Slot volgt).
Men leze den
FEUILLETON
Nu komen we stilaan aan de roerend-
ste en vrecselijkste bladzijden van het
werk. Weldra zullen wij de franschen in
Moscou zien', dan de schrikkelijke brand
dier prachtstad, dan de aftocht van
Napoleon -met zijn leger door de be
sneeuwde russische pleinen 1 Dit alles op
de boeiendste en nauwkeurigste wijze
beschreven door den ooggetuigene Gene
raal de Ségur, wiens vermaard boek wij
naar ons beste vermogen vertalen voor
het genot on het nut onzer lezers.
De toestand in Griekenland.
Uit Athene wordt gemeld Na de her
stelling der spoorwegverbinding tus
schen Monastir en Salonika, heeft Sar-
rail den eisch aan de Grieksche regee
ring gericht, hem nogmaals 50 waggons
tc leveren voor het vervoer van levens
middelen en ammunitie.
Londen, 28 November. Nopens de
maatregelen, die genomen werden door
de koningstrouwe officieren, om de re
servisten te organiseeren en zich gewa
penderhand te verzetten tegen de poging
van het Vierverbond om zich het oor
logsmateriaal van Griekenland toe te
eigenen, wordt uit Athene aan den «Daily
Telegraphn gemeld
De huizen der Venezelisten zijn met
met alle verminkten, en hetgeen nog
eens te meer pleit ten voordeele van
de onschendbaarheid der ziel, die
alleen en geheel gevoel is, terwijl het
lichaam noch gevoel, noch gepeins
verwekken kan.
Men zag de russen zich voortslepen
tot aan de plaatsen waar de opeen-
hooping der lijken hun een afgrijselijk
schuiloord verstrekte. Men zag er die
hun gebroken been stijf zetten bij
middel van eenen tak dien zij er rond
prangden, en dan, gesteund op eenen
anderen tak, strompelden zij tot aan
het naburige dorp zonder een klacht
over hun lippen te laten gaan. Mis-
i schien rekenden zij hier in ons mid
den minder op de liefdadigheid. Al
thans het is zeker dat zij meer gestaald
schenen tegen de pijn dan de fran
schen niet omdat zij moediger leden,
maar omdat hunne zenuwen, min fijn
en gevoelig, ook min onderhevig wa
ren aan het lijden.
Gedurende deze vreeselijke revue
van het slagveld, trachtte de keizer
zich te vergeels te begoochelen met
opnieuw de gevangenen te doen tellen,
en eenige kanonnen die van hun affuit
ontdaan waren, te verzamelen ze
ven tot acht honderd gevangenen
en een twintigtal gebruiklooze kanon
nen, ziedaar alles wat deze onvolledige
zegepraal ons achterliet ('t Vervolgt.)