Tü ES PETRUS Van Beroemde Een motu proprio van den Paus. KATHOLIEK NIEUWS- EN AANKONDIGINGSBLAD Week - Kalender. O mijn blonde kind... De vrouw en de Kunst Zondag ig Mei igi8. 5 centiemen het nummer 72'Jaar Nr 4806 De Oenderbode Abonnementsprijs 3 frank 's jaars. Aten schrijft in te Aalst 31, KORTE ZOUTSTRAAT, 31. DRUKKER-UITGEVER VAN DE DliTTE—GOOSSENS AANKONDIGINGEN Kleine één maal i,5o fr.twee maal 3,50 Ir. Gewone annoncen 0,30 de regel. Vonnissen, sterfgevallen, enz. 0,50 de regel. Dikwijls te herhalen volgens akkoord. Aalst, den 18 Mei 1918. MEI. 19 Zondag, Sinksen, H. Petrus-Celestinus Paus. 20 Maandag, 2de Sinksendag, H. Bcrnar- dinus van Senen, bel. 21 Dinsdag, H. Valens, bel. 22 Woensdag, Quatertemperdag, ff. Julia. 23 Donderdag, H Joan. Baptistade Rossi, b. 24 Vrijdag, Quatertemperdag, H. Donatius, mart. 25 Zaterdag, Quatertemperdag, H. Gregorius VII, paus. O, mijn blondé kind uit verre dagen, De meivvind stoeit door de sparrenhagen, De meiwind brengt mij zoenen en geuren Nu moet ik een lied van heimwee neuren O, mijn blonde kind uij verre dagen, Gebroken geluk is zwaar oin dragen, Wanneer in de mei de gaarden bloeien, De beken v'ol zon langs bloemen vloeien I O, mijn blonde kind uit verre dagen, Nu komt weer uw beeld mijn nachten plagen, Uw waaiende lok mijn wangen streelen, Uw bevende blik mijn ziele stelen O, mijn blonde kind uit verre dagen, De meiwind stoeit door de sparrenhagen, Daar zingt een stem uit ons schoon verleden Ik heb u, mijn kind, nog niet vergeten MeL 1918. Troubadour. Henri Lacordaire. 36e Vervolg. Zijn politiek programma. Hij werkt mede aan de Revolutie. Journalist. Een kijk op Parijs tijdens de historische dagen van 22, 23 en 24 Februari 1848. Lacordaire met zijn scherpen blik had die gebeurtenissen voorzien, en als priester be oordeelt hij ze van op zijn verheven stand punt. Reeds van af 10 Alaart 1847 brieft hij aan mevrouw de Prailly De gezichteinder hangt overal zwanger van duistere wolken, en indien de toeko- mende zomer de rampen der twee verloo- pen jaren jiiet herstelt, weet ik in der >j waarheid niet wat er nog van ons zal ge- worden met die kwade gisting welke alem aanwezig is. Het arm Europa wordt fel bedreigd, en, wat wonder is, niemand onder diegenen die het menschdom leiden, schijnt een klaar besef te hebben van de oorzaak dezer volkerenramp. Even blind als over zestig jaren, verstooten of ketenen 1 zij het christendom met dezelfde vooroor- deelen en denzelfden hartstocht. Zij zien het kwaad zij schrikken er voor. terug doch erkennen dat Jesus-Christus de eenige basis der maatschappij is gaat hunne krachten te boven. Arme lieden Wat al harde lessen behoudt God hen nog voor Elders omschrijft hij zijn politiek programma 3 als volgt 9 SggggWP— i) Ontelbare malen reeds is het gebeurd, dat jonge kunstenaars, die in hunne jeugd veel beloofden, op lateren leeftijd aan die ver- - wachting niet beantwoordden, en hun talent niet verder brachten dan het gewone peil der middelmatigheid of zelfs geheel en al voor f ilekunst verloren gingen. Velen, die hunne :j eerste gewrochten bewonderden en naar meer en beter verlangden, wachtten te vergeefs I- of als zij iets nieuws te hooren of te zien 1 kregen, stonden ze teleurgesteld en schudden bedenkelijk het hoofd, peinzend Die jon- £en gaat niet vooruitspijtig. Maar ij heeft een van die velen zich wel eens afge- e rraagd, wat de oorzaak van dit niet vooruit- ij gaan wel zijn mocht Vermoedt maar Aén van die honderden, als ze een kunstgewrocht bewonderen en genieten, wat al zoeken en g wroeten, wat al denken, en vertwijfelen en hopen, zoo'n werk soms gekost heeft En 1 ee'i jongere nu, die gedachten en gevoelens I heeft, maar machteloos tegenover de stof staat, die niet wil teruggeven zijn intieme 1 conceptie van het schoone, die toch werkt en t herzoekt, en vernietigt en opnieuw begint, met de hoop dat het toch ecn^ zal lukken.. cn die er slechts na langen en afmattenden arbeid in slaagt weet iemand, wat vlagen Al mijn politieke ideeën komen hier op neerBuiten het christendom is er geen samenleving mogelijk tenzij eene samen- leving versmacht onder de dwingelandij van een enkele of onder de dwingelandij van allen. Tweedons, kan het christendom zijn gezag in de wereld niet herwinnen tenzij met een eerlijken strijd waarin het noch de rol van verdrukker noch die van verdrukte speelt. Daarin leef ik, en al het - andere is mij vreemd. Deze wqptden dagteekenen van 1850, toen hij tot de bittere bevinding gekomen was dat de Revolutie van 1848, evenmin als de vorige, zijn poli tiek ideaal had verwezentlijktgodsdienstige herinrichting der maatschappij. Toen die omwenteling uitbrak liet Lacordaire met de anderen den electriseerenden strijdkreet klin ken Vrijheid Hij dacht dat uit dezen strijd de christene gedachte vernieuwd en verjongd ging opstaan, en triomfantelijk uitwapperen als een vaandel boven de scharen. Zijne illusie was van korten duur. Op het aandrin gen zijner vrienden, waaronder vooral pries ter Maret en Frederik Ozanam hem praamden en aanporden, gaat hij over tot de stichting van een nieuw katholiek strijdblad dat veelbeteekenend luidde l'Ére Nouvelle. Hij wordt terug journalist. Alhoewel het me tegen de borst stuitte, bekent hij, terug als journalist op te treden, hief ik met mijne vrienden het nieuwe vaandel waarop 1 de godsdienst, de republiek en de vrijheid in dezelfde plooien vereenigd stonden. Doch godsdienst, republiek en vrijheid, broederlijk geschreven op een vaandel, bot sen vaak tegeneen als drie vijandelijke krachten in de groote sociale geschillen welke af en aan de menigte beroeren. Een schrijver zegt heel juist Voor het meerendeel hebben de rcvolulieën tot uitwerksel dat zij al de voorgaande vraag stukken verwikkelen en ze tot hun uiterste drijven. Het is alsdan dat men aan de opper vlakte der diep geschokte maatschappijal de gistingen van wanorde, hebzucht en nijd, welke in vredestijd sluimerden, ziet opborre len. Heel het maatschappelijk raderwerk ge raakt los, de ellende gaat crescendo, de private fortuinen brokkelen ineen Alle pogingen van we ge het verarmd en vervallen gezag om de opeenvolgende vraagstukken op te lossen, lijden schipbreuk, en de antisociale driften steigeren geweldig en uitzinnig. Dom Guéranger, abbé de Solcsmes par un moine bénédictin. blz. 413) Alzooging het weerom in Frankrijk. Den 22e Februari breekt het oproer los. De kreten leve de hervormingWeg met Guizot, den man van Gentvliegen als vuurvonken boven het opgeruide volk. Het paleis en de kamer der volksvertegenwoordigers worden overrompeld. Men plundert de wapenmaga zijnen. Barrikaden rijzen op. De municipale garden, in allerhaast opgeroepen, chargee ren onmeedoogend en kappen brutaal in de massade eerste slachtoffers vallen. Het oproer groeit van minuut tot minuut en tast weldra heel Parijs aan. Koning Lodewijk-Phiiippus en zijn ver stokte ministers denken de volkswoede te mogen braveeren en willen de rebellie met de bajonetten dempen. Het wordt een gevaar van wanhoop over die ziel zijn gegaan, wat een eindeloos wee zoó'n mensch kan teneer slaan, zoó groot dat hij er onder bezwijken kan en nooit meer opstaan Waarom Om dat niemand fijnvoelend en edeldenkend ge noeg was om hem te begrijpen, om hem moed en volharding in te spreken, om dit wanhopend harte heul en troost te schenken- Wie nochthans zijn beter daartoe geschikt dan gevoelige, ontwikkelde vrouwen "Maar neen deze achten niet genoeg een kunste naar, die zijn weg nog maken moet ze hou den alleen van hen, die reeds met een lau wertak bekroond zijn en tot wie ze bewon derend kunnen opzien. En toch, zouden ze niet veel beter doen, troostend en bemoedigend neer te zien, cn, goede engelen gelijk, liefderijk in het pogen en streven op het zoo aanlokkelijk, en toch zoo pijnlijk pad naar de ware kunst te helpen? Juist omdat hen bemoediging van een hun verwante ziel ontbreekt, werpen zich de meeste jonge kunstenaars, in de zucht om zich toch maar aan iemand te geven, in de armen van wispelturige onbeduidende schep sels, met een mooi gezichtje, en schoone, brutale vormen, doch met een dor hart en stompen geest. Wat kunnen zulke vrouwen voor strijdende, lijdende zielen, die slechts aan een paar welgemeende, goede woorden en echte vriendschap behoefte hebben 0111 herop te beuren, dan ze nog meer ontzenuwen lijk spelletje. Den volgenden dag, 23 Fe bruari, schijnt gansch de fransche hoofdstad in een slagveld herschapen. Men vecht bloe dig in de voornaamste straten. De nationale garde, met roffelenden alarmtrom onder de wapens geroepen, trekt de partij van het volk. Er is geen houden meer aan: Lodewijk- Phiiippus voelt zijn troon waggelen, en offert het nynisterie Guizot. Graaf Molé wordt gelast met de samenstelling van een nieuw ministerie. Daarop groot vreugdegeroep onder de Parijzenaars. De kalmte keert lijdelijk terug. In den avond worden al de huizen verlicht met lampioenen en vetpotjes. Zelfs de joodsche goudgod, M. Rotschild, plooiende voor de overmacht, verschijnt in zijn balkon om met het juichend en joelend gepeupel te roepen leve de hervorming I En iliij geeft bevel zijn hotel te verlichten. Vandaar trekt de tierende en dansende volksstoet naar het hotel van Hébert, een der gevallen en meest gehate ministers. Het reuzig gebouw stond daar somber, slechts met één kaars verlicht, als een vijand der volksvreugde. Aanstonds beginnen de gees tige manifestanten in koor te schreeuwen lampioenen lampioenen Niets verroert daarbinnen. De koppige menigte wil toch haar zin hebben, en begint de ruiten met stokslagen en stcenenworpen te verbrijzelen. Eindelijk verschijnen de dienstboden, en vijf minuten nadien staat de ministerwoon, van onder tot boven, feestelijk gepint met kleu rige lichtpotjes Nu naar Guizot, den ex-voorzitterOnder het zingen der Marseillaise en andere oproe rige stapliederen tiegen de rebellen triomfan telijk daarheen om ook hun blijdschap op te dringen aan den man dien zij van zijn poli tiek voetstuk kegelden Maar hier verandert het blijspel eensklaps in een drama. De troe pen welke het ministerieel hotel bewaakten, hadden het algemeen bevel tot ontwapening nog niet gekregen. Op het hooren dier woest aandruischende menigte komen zij baloorig toegeschoten en vuren blindelings in den hoopnieuw bloed dat vloeit Nieuwe slachtoffers die vallen 1 Een doffe schreeuw van afschuw en verontwaardiging stijgt op uit het volk. Het wraaksein loopt als een bliksem door Parijs en het oproer laait met nieuwe kracht terug op. De dooden worden- opgeraapt en op stootwagentjes de straten rondgevoerd, en rosvlammige toortsen be lichten dit akelig schouwspel. Wraakgehuil rumoert boven de stad. De trommels roffelen alarm en in sommige kerken doet men zelfs de klokken storm kleppen. De barrikaden welke de muitelingen na den val van het ministerie Guizot verlaten hadden, worden opnieuw slagvaardig gemaakt en nieuwe ver schansingen opgericht. Alzoo volgt op de algemeene cn feestelijke illuminatie den brand eencr algemeene revolutie I Hier helpt geen blusschen meerDe reeds wankelende troon van koning Lodewijk-Phiiippus gaat door dezen vulkaan verpulverd worden 1 Inder daad, den volgenden dag, doet de machteloos geworden vorst afstand van de kroon. Hij vlucht met de zijnen uit het paleis waar het janhagel vervaarlijk huis houdt. Alles wat onder den klauw van 't volk valt, wordt kapot geslagen. Het laatste bedrijf is uitge speeld de Republiek zegeviert ('t Vervolgt). en allen lust tot ernstigen arbeid ontnemen, en tot het voldoen van lage driften aanzetten, wat ze onvermijdelijk voor de kunst doet verloren gaan? Wat een kunstenaar hebben moet, is een vrouw, met wie hij zijn gedach ten kan wisselen, aan wie hij zijn hoop en vrees kan mededeelen, voor wie te arbeiden hem een genot en een spoorslag is, aan wie te denken bij het werk hem een lust is die in hem gelooft, die voor hem als de spaar bank zal zijn zijner denkbeelden, en ze hem t edeler zal teruggeven, mocht hij ze eens ver loren hebben. Tal vafl treffende voorbeelden levert ons de geschiedenis der kunst op. Alphonse Daudet bekent in een schrijven, dat, hadde zijne vrouw niet zulken gunstigen invloed op hem uitgeoefend, hij een dier onvolledige geniekinderen zou gebleven zijn, die nooit de verwachtingen vervullen, die men eens van hen vormde. Zij#beste werk werd volbracht na zijn huwelijk met Julia Allart, zelf eene talent volle schrijfster, en liet was zijn vurige wensch, dat zijne schuld tegenover haar aan zijne menigvuldige lezers cn vrienden zou bekend zijn. Wie hoorde niet van de roerende episode uit Richard Wagner's leven, toen hij ellendig, verlaten cn teneer- geslagen in Zwitserland kwijnde, en er heel en al heropleefde onder 3e liefderijke be scherming van Mevrouw Mathilde Wesen- Rome, 10 Mei. Zijne Heiligheid de Paus heeft een motu proprio uitgevaardigd luidende als volgt Het vierde jaar loopt ten einde sedert het oogenblik, waarop wij, juist bij den aanvang van den Europeeschen oorlog, sidderend den last van het opperste herdersambt aanvaard den. Gedurende gansch dien tijd, binst welken de krijgswoede maar immer sterker werd in plaats van een einde te nemen, werd aan het lijden van ons vaderlijk hart geen oogenblik verpoozing gegund. Ten aanzien der verschrikkelijks gruwelen, die tengevolge der tragische ontwikkelingen der gebeurtenissen zich ophoopten, gevoelden wij niet alleen de smart van elkeen, zoodat wij met den H. Paulus konden zeggen Wie is er zwak dat ik niet zwak worde, wie wordt er geërgerd dat ik het niet voele (2. kor. 11. 29), maar wij verzuimden ter- zelfdertijd niets van wat er maar mogelijks kon gedaan worden, gehoorzaam aan de ingevingen van het bewustzijn onzer aposto lische plicht, en aan de kristelijke liefde. Thans is de toestand in welken wij ons bevinden van dien aard, dat hij herinnert aan dien van den ouden koning Josaphat, toen hij in angstvolle moeilijkheden uitriep Heer God, onze Vader I Gij zijt de God des Hemels en heerscher over alle koninkrijken en volken. Kracht en macht zijn in uwe hand, en niemand kan wederstaan In onzen angst zullen wij tot U roepen I Gij zult ons aanhooren en Gij zult on9 redden. O God, Gij zijt onze laatste toevlucht, daarom geven wij ons in Uwe handen, want de harten der menschen en hunne daden zijn afgedwaald Wij verwachten thans van Hem alleen het einde van den vcrschrikkelijken geeseldat Hij, terwijl hij aan de ineenge storte wereld zijnen vrede wederschenkt, ten spoedigste onder de menschen het rijk der liefde en der gerechtigheid weder oprichte I Maar voor alles geldt het den toorn Gods te Zie vervolg 2de bladzijde. I Pauselyke Staten mogelyk gemaakt. Den 2 Augustus vertrok do eerst® afdeeling van het bezettingsleger uit Viterbo, en scheepte in te Civita-Vechia, don 4 daar opvolgende. Den 6 Augustus volgde gene raal Dumont met gansch de versterking. Op denzelfden dag verloor Frankrijk juist zooveel manschappen als de sterkte der divisie, die men uit Rome getrokken had generaal Frossard en maarschalk Mac-Mahon werden te Forbaoh en te Woerth verslagen. Givita Castelana, den 12 September, door een leger van 15,000 man aange tast en beschoten, capituleerde, en men bracht de bezetting naar Spoleto.Kolonel Sera was gedwongen de overgaaf van Civita-Vechia te teekenen. Den 13 September werd Rome in staat van beleg verklaard. Dien dag was gansch het Pauselijk leger10 a 11,000 man sterk aldaar samengetrokken. 60 70,000 soldaten rukten op de Eeuwige Stad. De soldaten van Christus waakten... In den koepel der Sint Pieterskerk was een waarnemingspost ingericht. Iloog in de lucht, in den zilveren mane schijn,steeg het meesterstuk van Michel- Angelo reusachtiger dan ooit op. Hij geleek aan een grooten kogelbol, uit de duisternis komende en ten hemel een voetstuk oprichtende aan den verwach ten Wreker van het Onrecht. De blikken der verdedigers zochten de legerplaatsen des vijands het scheen hen,dat de groot heid der Kerk, de almacht van den Gods dienst, die in dezen koepel hare groot- sche uitdrukking vindt, zooals altijd, haar oneindigheid deed gevoelen. Wa kende op de eerbiedwaardige muren van Petrus' Patrimonium, vroegen de wakers, oude strijders van Castelfldardo en An- cona, zich af, of de vijand het zou wagen vuur te geven op den zetel van den Vica ris van Christus.... Had hij, in 1860, te Terni en te Viterbo zijnde, geen grooten omweg gemaakt om zich naar Napels te begeven Was er, tusschen de vijan delijke krijgsbende, één mensch zoo boos om dergelijken schandigen aanval te ple gen 1. Bixio, ja, die Maar Bixio wès op dit oogenblik te Civita-Vechia, ver van hier... Schooner, prachtiger, meer zegepralend dan ooit, scheen in dezen nacht de koepel der Moederkerk... Hij is het schild van Godfluisterde een jong Zouaven-ofllcior dit woord ging rond de omheining de wakers herhaal den het; en als een ordewoord lispelde een geheimvolle zucht hel schild van God.... I.Tdele hoop Den 20 September had de beschieting van Rome plaats. Om 5 uur 's morgens klonk het eerste kanonschot.De hevigste aanval was gericht tegen de Porte Pia, verdedigd dopr kolonel Allet, kapitein de Lambilly, kapitein de Troussures en kolonel Jeanneral der karabiniers. De aanval verdubbelde in hevigheid. Om 10 uur werd in de poort een stuk muur va% 30 ellen breed weggeschoten. Daarop volgde de bestorming. Alsdan, op bevel van Z. H. Pius IX, verscheen de kapitein de France met de witte vlag, roepende Fades cesser le feu Hel was juist 10 uur en een kwaart. de Charette weigerde tot tweemaal toe te gehoorzamen, en wanneer hy zich tot onmacht gedoefid voelde, weende hij als een kind. Bij de verdediging der II. Stad betreurden de f Zouaven 16 dooden en 18 gekwetsten de vijand had 1000 dooden en gekwet sten, waaronder 30 officieren. Eenige oogenblikken nadien kwam de overwel diger binnen de stad. Het Pauselijk leger bracht den nacht door op de Sint Pietcrs- plaats, waar het nog eens de zegen van Zijne Heiligheid ontving daarna werden de wapens neergelegd, en denzelfden dag vertrokken de Zouaven uit Rome. Een omwentelingsgezind blad van Napels, La Soluzionc, drukte in zijn nummer van 26 September 1870 Manhaftig en nederig hebben de Pauselijke soldaten hunnen plicht als helden volbracht. Was de verdediging kort, zij was moedig en schitterend. De Zouaven zouden zich, onder de muren van Rome, tot den laat- sten man laten dooden hebben, indien de Paus de overgaaf niet bevolen had -. Een ander blad, Italia, schreef- Na de overgaaf defileerden de Zouaven met eene lierheid en eene waardigheid, die eerbied afdwongen noch kreten, noch boleedi- gingen eene volmaakte orde, eene voorbeeldige houding De Paus was gevangen in hel Vali- kaan. Nu volgden de inlijving in het leger der geestelijkheid en de verbeurdverkla ring der kerkelijke goederen, liet woord van Danle werd bewaarheid Le bndie sono fatte caverne de abdijen zijn ka zernen geworden. Het recht van den sterkste zegevierde.... Gedurende het tijdstip van 1860 tot 1870 hadden ongeveer 10.000 man van het Pauselijk leger deelgemaakt, ver deeld, volgens hunne nationaliteit, als- volgt 3200 Hollanders,3000 Franschen, 1900 Belgen, 730 Italianen, 380 Canadee- zen, 360 Engelsehen en Ieren, 250 Duit- scliers, 100 Spanjaards, 60 Zwitsers, 40 Russen en Poloneezen, 30 Oostenrijkers, 20 Luxemburgers, 20 Portugeezen, 1 Deen, 2 Turken, 12 Afrikanen, 30 Ame rikanen, 6 van Azië en 1 van Oceanic. ('t Vervolgt.) DOOR PETRUS VAN NUFFEL 15® Vervolg. Aangemoedigd door dezen zege werd liet Pauselijk leger, tegen alle voorval len aanzienlijk versterkt en uitgebreid. De vrijwilligers stroomden uit alle we- relddeelen talrijk toe.Deze voorzorg was meer dan gewettigd. De vrede zou van korten duur zijn. Bereids in de maand Mei 1870 waagde de vijand een aanval in het gebergte van Velletri, dichtbij Montalto. Den 27 Juli 1870 trof den H. Stoel eene pijnlijke mare alsdan ontving Zijne Heiligheid de tijding, dat Frankrijk zijne troepen uit Rome ging trekken. Frankrijk, de oudste dochter dor Kerk, verbrak dus zijn plechtig verdrag met den Stadhou der van Christus gesloten. Van toen af was? door de dubbelzinnige staatkunde van Napoleon III, de overweldiging der donck Uit den dagelijkschen omgang van den grooten kunstenaar met die edele schoo ne vrouw, uit de intense communie van die twee uitverkoren zielen, die elkander leer den begrijpen en liefhebben, WQrd het machtigste kunstgewrocht der 19e eeuw ge boren, Tristan en Isolde. Dank zij Clara Wieck, Schumann's begaafde en liefdevolle gade, mogen wij ons in het bezit verheugen van den teedersten Liederenschat, die in hun verlovingstijd ontstond. Zij ook was den ziekelijken, overgevoeli- gen man gedurende zijn heele leven, een troost en een machtige steun. En de talent volle, nog zóó jonge violonist Jan Kubeiik, wie heeft hem aangemoedigd en vooruitge holpen Een rijke baronesse, die zijn talent zóó hoog schatte, dat zij met hem in het huwelijk is getreden. Vele nog zijn de muzikanten, componisten en schrijvers, die hun roem aan de edelste bescherming en vriendschap dit laatste vooral van ontwikkelde vrouwen danken. Die eer zal aan de verlichte vrouwen der twintigste eeuw te beurt vallen eene vero vering te meer voor hen begaafde zielen van den oftdergang redden en de Kunst meer groote mannen schenken. Clotilde REYNIERS.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Denderbode | 1918 | | pagina 1