Moeders Droom.
Een nieuw Offensief.
Praatjes over Politiek
VOOR STAD EN ARRONDISSEMENT AALST
Aoiiaag zo maart 1924.
Abonnementsprijs:
KATHOLIEK WEEKBLAD
tot veredeling van Volk en Land.
BEHEER EN REDACTIE 29, korte Zoutstraat, AALST
NAND5NOECK
De Boerenzoon
Voor alle advertentiën buiten het Arrondissement Aalst wende men zich naar OFFICE DE PUBLICITÉ 36, Nieuwstraat, Brussel
DAGWIJZER
De achturen Arbeidsdag en
het Wets=VoorsteI Moyersoen
Katholieken van stad en bui
ten schrijft in op het weekblad van
uw gewest DE DENDERBODE
Op het graf van eenen vriend.
IN
Binnenland
Buitenland
Amerika
8.50
15.00
doll.
ADVERTENTIËN
volgens akkoord.
Postcheckrekening
44024
DE DENDERBODE
PRIJS FR. 5.00
Franco per Post fr. 5.50
VERKRIJGBAAR
TEN BUREELE DEZER.
Postcheckrekening
44024
ZATERDAG 22 MAART 1924.
Maart of Lentemaand.
23 Zondag 3e Zondag van den Vasten,
2e Zondag voor den Zondag van 't
lijden of Passiezondag.
H. Victoriaan en gezin, Martelaars
24 Maandag, H. Gabriël, Aartsengel.
H. Ireneus, Bisschop, Martelaar.
25 Dinsdag, O. L. Vr. Boodschap. Afge
stelde feestdag. De Vespers na de
Hoogmis,
Groot feest in de Kapel van O. L. Vr.
ten Druiven op de Werf. Geduri
ge aanbidding.
H. Humbertus, Priester,Kloosterling.
26 Woensdag, H. Ludgerus, Bisschop,
Belijder.
27 Donderdag, H. Joannes Damascenus,"
Bisschop, Kerkleeraar.
H. Robertus, Bisschop, Belijder.
28 Vrijdag, H. Joannes van Capistran.
H. Gontran, Koning van Burgondië.
29 Zaterdag, H. Jonas en gezin, Marte
laars.
H. Eutasius, Abt, Belijder.
Zou er wel iets zoo heerlijk zijn
als de droomen eener moeder
Ze heeft zooveel gebeden en
geleden voor haar kindze heeft
het recht er zooveel van te ver
wachten
In vroeger tijden toen de men-
schen godsdienstiger waren, toen
de wereld niet zoo slecht was, toen
er niet zooveel gevaren waren van
bedorven kameraden, vuile lezing,
smerige uitstallingen, openbare
verleiding was de taak der opvoe
ding niet zoo moeilijk als nu. Het
goede voorbeeld en een tijdige
vermaning waren voldoende.
Toen was de engelbewaarder
alleen aan de zijde van het kind, en
gingen ze samen den weg op naar
het licht, naar de zon.
En om haar kinderen mocht
moeder fier en blij zijn.
O moeders, die bekommerd zijt
om de toekomst uwer kinderen,
omdat gij uw kinderen zoozeer be
mint, geeft aan uw kleinen een
goeden engelbewaarder mee op de
groote reis. Hij zal uw lievelingen
beschermen en bewaren tegen de
doornen en stronkelsteenen.
Die engel is de zuiverheid.
Zoolang uw kinderen rein en
kuisch blijven zal het hun wel gaan
en zullen ze uw vreugde en uw
fierheid uitmaken.
Waakt dus over uwe kinderen
Hun goede engel geleide en be
ware hen
Vierde Artikel.
Wij hebben in onze voorgaande artikels
bewezen
1) dat de christene arbeiders organisa
tion hunne bevoegdheid te buiten gingen,
net het vraagstuk van den arbeidsduur
san de politiek te koppelen
2) dat de arbeiders recht hebben op
medezeggenschap, maar ook verantwoor-
lelijkheden te nemen hebben
3) dat de arbeiders zeer gemakkelijk
warm te houden zijn voor den achturen
arbeidsdag niet voor het zedelijke,
*el voor het stoffelijke voordeel dat deze
hervorming aan sommigen heeft ter hand
[edaan.
Onderzoeken we thans hoe het maat
schappelijk vraagstuk, of beter een groot
deel van het arbeidersvraagstuk, zijne
oplossing moet verwezenlijkt worden.
Het zal niemand verwonderen wan
neer ik zeg, dat er slechts verbetering
kan komen in dien toestand, door samen
werking van kapitaal en arbeid, door de
verzoening van die twee faktoren. Onge
lukkiglijk zien wij van dag tot dag de
afstand vergrooten en de syndikaten, ge
steund op de christelijke beginselen en
idealen, stilaan meer en meer het materia
lism omhelzen.
De christene organisaties, welke ge
roepen waren om den toestand te schep
pen, die er waarlijk zou heerschen moe
ten, hebben niet geheel en gansch beant
woord aan de tijdsomstandigheden en
zijn ook strijdorganisaties geworden. Wij
zeggen hoegenaamd niet, dat de christene
syndikaten geen voordeel, de stoffelijke
welvaart voor de arbeidende klasse niet
hebben verbeterd, verre van daar, maar
het doel der christene organisaties mag
niet alleen voor oogen hebben, welstand
te bekomen voor een klasse, maar wel
het zoo te regelen dat er vrede heersche
tusschen kapitaal en arbeid en dat er een
algemeene welstand bestaat voor al de
klassen der samenleving. Dan alleen zal
er vrede en voorspoed bestaan en zal de
christelijke liefde en broederlijkheid hoog
tij vieren.
De christene organisaties zijn strijdor-
ganismen geworden en het is niet geheel
en gansch hunne schuld, omdat het wel
gebeurt dat werkgevers niet hunne plich
ten als patroon begrijpen en altijd niet
zeer rechtzinnig, vergeten wat de recht
vaardigheid en eerlijkheid hun oplegt en
meer dat zij niet verduren willen dat zij
de belangen van het algemeene te dienen
hebben en hunne arbeiders niet mogen
aanzien als minderwaardigen. Van den
anderen kant zijn de syndikaten niet vrij
te pleiten van zeer groote taktische fouten,
die zeer veel schade berokkenen aan nij
verheid en handel en aan de arbeiders
zeiven.
En nochtans moet er iets bestaan, dat
de beide partijen werkgever en werkne
mer in de gelegenheid stelt met elkander
te praten, en in het voordeel der inrich
ting besprekingen te houden die ten goede
komen aan de geheele uitbating. Dat iets
de medezeggenschap van arbeiders
door de fabrieksraden.
Zeer veel onklaarheid, verwarring en
misverstand heerscht er nog aangaande
het goed recht van medezeggenschap.
Medezeggenschap geen zeggenschap
a. u. b.i is een recht welke de arbeider
geen arbeidersorganisatie toekomt
om mede te beslissen of mede te beraad
slagen over belangen die rechtstreeks of
onrechtstreeks betrekking hebben op zijne
arbeidsvoorwaarden.
Het medezeggenschap van de arbeiders
kunnen niet overal dezelfde zijn en han
gen zeer veel af van het ontwikkelingspeil
der arbeiders zelven, het legt niet eenzij
dige, maar wederkeerige verplichtingen
op, die aan de gemeenschappelijke be
drijfsbelastingen bevordelijk moeten zijn.
Aan de rechten van den werkgever, die
de finantiën te buiten staat, mag niet ge
tornd worden, omdat de energie van de
ondernemers niet mag verlamd worden.
Van den anderen kant moet men eerbied
hebben voor de rechten der arbeiders, die
met een bestaansrisiko te kampen heb
ben, niet als onmondigen mogen be
schouwd worden en behandeld zooda
nig dat zij hunne werklust en de liefde
voor den arbeid niet verliezen.
Men moet dus van wederskanten stre
ven naar die samenwerking waardoor de
belangen van het gemeenschap best ge
diend worden. Door gemeenschap bedui
den wij hier; kapitaal en arbeid, Dit
eischt van den arbeider kennissen van
bedrijfszaken, verstandig inzicht, eerbied
en waardeering voor het voorname werk
van den bedrijfsleider en patroon.
Van den bedrijfsleider en patroon
vraagt dit achting voor den arbeider en
inzicht om te begrijpen dat het bestuur
eener onderneming zich moet aanpassen
aan het redelijk verstand van den arbeider
van de volksontwikkeling, zoowel ais van
de moderne techniek.
Op het bovenstaande steunen dus de
fabrieksraden welke geroepen zijn om de
goede verstandhouding te bewerkstelligen
tusschen al de verschillende groepeerin
gen welke er bestaan in eene onderne-
ming. Op die theoriën steunen wij ons
dus om te zeggen dat bet princiep van de
achturenarbeidsdag steeds als een paai
boven water moet blijven staan en er niet
mag aan geraakt worden doch er moet
aan den arbeider de vrijheid gelaten
worden om in overeenstemming met het
fabrieksbeheer te redekavelen en beslis
singen te nemen die hem zouden toelaten
volgens de omstandigheden, meer uren te
werken en dit in het belang der arbeiders
en der onderneming dus voor het alge
meen welzijn.
De oplossing is eenvoudig.
De achturenarbeidsdag blijft als basis
van den arbeidsduur in de wet voorge
schreven, doch in overeenstemming tus
schen arbeider en patroon kan de arbeids
duur verlengd worden. De vertegenwoor
digers van den arbeid zouden door de
arbeiders van de onderneming aangeduid
worden in andere woorden; de fabrieks
raden zouden gevormd worden en zouden
aan het bovenbeschrevene moeten vol
doen.
Doch hier moet er aan bijgevoegd wor
den, dat door de toepassing van die
methode eene tweede vraag op den voor
grond zou treden, namelijk deze van deel
in de winst.
De patroons zouden moeten verstaan,
dat door eene groote krachtinspanning
van den arbeider, grootere winsten ver
wezenlijkt worden, en dat een deel dier
grootere winsten rechtmatig toekomt aan
den arbeider. Om met een voorbeeld dit
gezegde klaarder te maken schrijf ik Een
fabriek welke door de negenurenarbeids-
dag eene meerdere winst van honderd
duizend frank per maand zou verwezen
lijken, het beheer voor plicht zou hebben
deze meerdere winst op eene rechtzinnige
en eerlijke wijze te verdeelcn tusschen
den arbeid en het kapitaal. Een patroon
die op dergelijke wijze het maatschappe
lijke- vraagstuk zou verstaan, zou geen
moeite hebben met zijne werknemers en
zou aan de maatschappij een zeergrooten
dienst bewijzen, meer medewerken aan
de vooruitgang dan duizende meetingen
en lessen. Wie neemt er in Aalst de proef?
i£milius.
Gedurende den oorlog schonk het Na
tionaal Comiteit voor Hulp en Voeding
aan de Nationale Coöperatief tegen de
Tering twee millioen frank om onzijdige
Sanatoria op te richten. De toenmalige
Voorzitter van den Landsbond der Chris
tene Vereenigingen van onderlingen bij
stand in België ontving echter ook eene
toelage van een millioen om aan de chris
tene piutualisten een Sanatorium te be
zorgen.
Het schoonste en best gelegen Sanato
rium van België, dat van Mont-sur-Meuse
bij Dinant, geraakte aldus ter beschikking
van onze leden, die er, naast eene uitste
kende geneeskundige verpleging, ook nog
de verlichte en moederlijke zorgen der
Zusters van Liefde van Gent genieten en
den geestelijken bijstand van een in het
gesticht wonende almoezenier.
Dat voordeel was een doorn in het oog
van liberalen en socialisten en sinds lan
gen tijd wordt een hevige strijd tegen ons
Sanatorium gevoerd. Zij nochtans die
hunne zieken kunnen sturen naar de on
zijdige en leeke Sanatoria der Nationale
Coöperatief, die hun voldoening moeten
schenken onder alle oogpunt, zij die daar
enboven nog kunnen rekenen op de offi-
cieele Sanatoria die verscheidene provin
ciën hebben ingericht of gaan inrichten,
eischen nu, nog eenmaal, toelagen voor
het bouwen of het aanwerven van liberale
of socialistische Sanatoria ofwel de terug
gave van het millioen dat wij, christenen,
ontvingen. Natuurlijk moest de teruggave
door het Staatsbestuur verkozen worden
om financieele redenen 1
De tegenstrevers zuilen victorie kraaien,
maar zij zullen het niet hebben.... ons
Sanatorium
Van Oostende tot Hasselt en Aarlen
zijn alle katholieken het eens 1 Wij mogen,
kost wat kost, ons Christen Sanatorium
niet laten verkoopen en moeten dus elders
de gelden zoeken om het millioen terug
te geven.
Welaan het weze dus zoo 1 Maar dan
zal er moeten gewerkt wórden, krachtda
dig, met onverpoosden iever: aan de
rijken en weihebbenden zullen wij groote
giften vragen, aan geringere menschen
kleine bijdragen, maar geen enkel katho
liek, dien naam waardig, mag zijne mede
werking weigeren.
Deze nationale inschrijving staat onder
de hooge bescherming van Z. Eminentie
Kardinaal Mercier, Aartsbisschop van
Mechelen en Hunne Hoogwaardigheden
de Bisschoppen van België die ons hun
edelmoedigen steun en hunne kostbare
aanmoedigingen verleenden.
Overal zullen door de zorgen onzer
Verbonden comiteiten worden ingericht
om propaganda te maken en gelden in te
zamelen. Wij zijn diep overtuigd dat deze
oproep overal geestdriftig zal beantwoord
worden de lezers van ons blad zullen
onder de eersten willen geteld worden
die hun steentje willen bijbrengen tot het
redden van dit schoon werk.
Het millioen moet en zal er komen tot
het behoud van ons Sanatorium voor onze
christene teringlijders.
Vriendelijk verzoek de giften te storten
op postcheckrekening N' 114,116 op
naam van Christen Landsbond tegen de
Tering-Gent.
Het Bestuur van den Landsbond.
DE NIEUWE OORLOG
Hodie tibi
Bij dien killen, grauwen zuile,
Wordt zoo meên'gen zucht geloosd,
Rond dien diepen donkren kuile
Vlieden tranen onverpoosd.
En gedachten vliegen henen
Verre weg, door 't lang verleên,
Met hem die zoo vroeg verdwenen
Zooveel vrienden laat alleen.
Of wij zien in prilste jaren,
Vol van leven kracht en jeugd
Hem niet allen evenaren
't Zij in studie, 't zij in deugd.
Of wij zien in latre tijden
Om zijn hart, zoo goed, zoo goed
Hem door menigeen benijden
(Beter mensch wierd nooit ontmoet).
Of wij zien zoovele stonden
Zieleroerend voor den geest,
Waar wij ons te samen vonden
Die zoo duurbaar zijn geweest.
En het hart van weemoed bevend,
't Lichaam toevertrouwd aan de aard,
Blijft zijn aanedenken levend,
Immerlevend toch bewaard.
Cras mihi.
Als gevolg der wereldramp 1914-1918,
beleven wij nog steeds verrassingen in
Europa. Vroeger hoorden wij van offen
sief en tegenoffensief, van roffelvuur, van
sluip-aanvallen, en dies meer.
Thans is een nieuwe oorlog uitgebro
ken waarin wij dezelfde iaktiek toegepast
zien. Min bloedig, het is waarzonder
kanon en zonder stikgas. Maar deze
nieuwe oorlog zaait evenwel ook heel wat
stoffelijke ellenden. Het is de oorlog van
het geld tegen het geld. Wie kan, ten
slotte, wanneer hij dit alles ziet gebeuren,
er nog aan twijfelen of de moorderijen op
groote schaal van 1914-1918 zijn niets
anders geweest dan een griezelige botsing
van kapitalen tegen kapitalen? Kapitalen,
omgezet in soldaten en munitie
Als we nagaan hoe nu, jaren lang reeds
na den wapenstilstand, het een weder-
zijdsch verwoed offensief en tegenoffen
sief is van het goud-geld tegen het pa
pier-geld, hoe de rijke landen een strop
snoeren om den nek der geteisterde lan
den, hoe de politiek de levensduurte, dus
de geldwaarde kan doen stijgen of dalen,
dan moeten wij wel erkennen dat er van
al die groote princiepen, welke men als
schoone vaandels uitwapperen liet boven
de reuzenlegers, van 1914, Eer, Recht
vaardigheid, Vrijheidsliefde, Liefde tot
het Recht, niets is overgebleven dan
eenige bevuilde flarden.
Alleen het Gouden Kalf is, sterker dan
ooit, uit de slachting gerezen.
Wij hebben dus, deze laatste dagen,
met triomfkreten in de Fransche pers
hooren uitbazuinen het zegenrijke tegen
offensief van den Franschen frank, dank
zij het toekomen van Amerikaansche kre
dieten en den steun van Londensche ban
ken. Op de markt van Londen werd het
een kleine oorlog. Een geldoorlog, die den
Franschen frank uit zijn netelige positie
redde. En de figuren van groote bankiers
werden plots met militairen roem om
straald. De Fransche Soirschrijft
immers toch
Op dit oogenblik klinkt in elk vader-
iandslievend hart de naam van bankier
Pierpont Morgan ais deze van generaal
Pershing, en deze van Rothschild als
deze van Maarschalk Haig en deze van
de Gebroeders Lazard roepen deze van
Mangin en Gouraud te binnen
Wellicht brengt ons dit nieuwe veras-
singen in de toekomst. Voorlaan zullen
wij misschien de beursmannen naar de
markt zien gaan, in een harnas van pon
den. van dollars, van franken, van papier
geld, en het onder elkaar uitvechten. De
sterkste lutteur wordt als winnaar uitge
roepen, en de arme Frank, ontdaan van
zijn schamel harnas, moet naakt als een
padde het hazenpad kiezen..
Laat ons niet lachen, want de tijden zijn
te tragisch, Dat Amerika en Engeland,
met hun tijdelijken finantieelen steun aart
Frankrijk alleen zouden gedreven ge
weest zijn door een gevoel van groote on
baatzuchtige symphathie, kunnen wij niet
gelooven. Ik geloof integendeel dat Pier
pont Morgan en anderen heel praktische
menschen zijn, die steeds handelen met
een praktisch inzicht. Zij hebben nu voor-
loopig den Franschen frank omhoog ge
holpen omdat zulks, stellig, veel bijdra
gen kan tot de gezondmaking der Euro-
peesche finantien in het algemeen. En dit
is ten zeerste gewenscht. Wij zien in het